INHOUDSOPGAVE.
1. Inleiding, theorie en probleemstelling.
1.1. Inleiding scriptie.
1.2. achteraf is makkelijk te oordelen.
1.2.1. de verkeers- en vervoerseconomie.
1.2.2. bestuurs- en beleidswetenschap.
1.2.3. sociale geografie en planologie
1.3. naar een probleemstelling.
1.4. Dataverzameling.
2. achtergrondinformatie.
2.1. Inleiding.
2.2. Vervoerwijze en modal split.
2.2.1. bus versus railvervoer.
2.2.2. typen stedelijk railvervoer.
2.2.3. conclusies.
2.3. Een introductie van een aantal actoren.
2.3.1. de gemeente Amsterdam.
2.3.2. de rijksoverheid.
2.3.3. 'overige' overheid: provincie, deelraad en ROA.
2.3.4. 'concurrerende' openbaar vervoer bedrijven.
2.3.5. lokale actoren.
2.3.6. wie heeft invloed op wie?
3. De periode 1978-1985.
3.1. Voorgeschiedenis.
3.2. Het programakkoord van 1978.
3.2.1. veranderingen in de organisatie van de gemeente Amsterdam.
3.2.2. veranderingen in het ruimtelijk beleid.
3.2.3. de verkeersparagraaf van het programakkoord.
3.2.4. het VerkeersCirculatiePlan (VCP) 1978.
3.2.5. de reactie van de gemeenteraad op het VCP-78.
3.3. Een discussie over de Amstelveenlijn.
3.4. Oktober 1980: een uitgebreide discussieronde
3.4.1. de uitvinding van het sneltramconcept.
3.4.2. het verloop van de discussie tot het einde van de collegeperiode.
3.5. Het programakkoord van 1982.
3.6. Een periode van stilzwijgen.
3.6.1. het VCP-85.
3.6.2. reacties op het VCP-85.
3.7. Een nieuwe ronde voor de Amstelveenlijn.
3.8. De visie van het structuurplan 'de stad centraal'.
3.8.1. prognoses.
4. De periode 1986-1994.
4.1. Het programakkoord van 1986.
4.1.1. het beleid in 1986 en 1987.
4.2. Een nieuwe indeling voor openbaar vervoer.
4.3. Een omslag in de gemeenteraad.
4.3.1. de discussie in 1988.
4.3.2. de discussie in 1989.
4.4. Een nieuwe wethouder komt aan het roer.
4.4.1. het programakkoord.
4.4.2. De ontwerpnota Verkeer en Vervoer 1990.
4.4.3. de sneltram gaat rijden naar Amstelveen.
4.4.4. de discussie in 1991.
4.4.5. de discussie in 1992.
4.5. Een Regionaal Verkeers- en Vervoersplan.
4.6. Afwikkeling.
4.7. Het einde van het begrip sneltram.
5. Een antwoord op de deelvragen.
5.1. Inleiding.
5.2. Deelvraag één.
5.3. Deelvraag twee.
5.4. Deelvraag drie.
5.5. Deelvraag vier.
6. Conclusies.
7. Bijlagen
8. literatuurlijst:
8.1. boeken en artikelen.
8.2. Nota's
LIJST VAN TABELLEN EN GRAFIEKEN.
Tabellen.
Tabel 2.1: zetelverdeling gemeenteraad Amsterdam. 18
Tabel 2.2: top vijf positionele macht. 22
Tabel 3.1: absoluut aantal instappers per dag *1000. 29
Tabel 3.2: absoluut aantal personenkilometers per dag *1000. 30
Tabel 4.1: absoluut aantal instappers per dag * 1000. 47
Tabel 4.2: absoluut aantal personenkilometers per dag * 1000. 48
Tabel 4.3: aandeel lijn 5 en lijn 51 in ontwikkeling totaal aantal personenkilometers per dag (*1000). 69
Tabel 5.1: uitgaven stad- en streekvervoer (miljoenen guldens). 72
Grafieken.
Grafiek 1: ontwikkeling aantal instappers. 29
Grafiek 2: ontwikkeling aantal personenkilometers. 30
Grafiek 3: omzet stad- en streekvervoer. 42
Grafiek 4: ontwikkeling aantal instappers. 47
Grafiek 5: ontwikkeling personenkilometers. 48
Figuren.
Figuur 1: de situatie in 1994 12 |