Het Parool, Meningen, donderdag 14 september 1995

Noord-Zuidlijn volksverlakkerij

Volgens het Amsterdamse vervoerbedrijf heeft de noord-Zuidlijn, waarover dezer dagen inspraak plaatsvindt, een gunstig effect op het hele GVB-net. Veel beweringen zijn echter onzin, meent Dick van der Horst. Van 1981 tot 1986 was hij gemeenteraadslid van Amsterdam voor de PPR, daarna beleidsmedewerker bij het GVB.

door Dick van der Horst

Toen Amsterdam besloot de Noord-Zuidlijn uit te werken, realiseerde de gemeente zich terdege dat dit op een slag met de bevolking zou kunnen uitdraaien; de vastloper in de Nieuwmarkt heeft haar sporen achtergelaten.
     Over de gehele lengte van de ondergrondse route gaat de straat voor kortere of langere tijd open. Waar stations komen, moeten eerst alle kabels, leidingen, rioleringen en trambanen worden verlegd. Op enkele plaatsen worden die werkzaamheden gevolgd door gelegenheidsprojecten, zoals de aanleg van een ondergrondse parkeergarage.
     Op meerdere plaatsen langs de route moeten, om verzakkingen te voorkomen funderingen worden versterkt of moet de grond met een chemische proces worden 'verrotst'. Het staat vast dat boven de boorgang de bodem van de stad zal dalen. Op de gevolgen daarvan wordt gerekend.
     Van de hooggeleerde beweringen van indertijd, dat met nieuwe boormethoden zònder overlast en schade in Amsterdam geboord kan worden, is niets overgebleven. Toch hebben deze een relevante rol gespeeld bij de heropening van de metrodiscussie.
     Het Parool schreef: "De aanleg van de Noord-Zuidlijn zal niet ten koste gaan van de passagiersaantallen in het bus- en tramnet. Het aantal passagiers zal zelfs met vijftien procent toenemen. Met de nieuwe metro verdwijnen dan ook geen tramlijnen." Contact, het personeelsorgaan van het GVB, juicht: "Noord-Zuidlijn heeft gunstig effect voor hele GVB-net".
     Allemaal onzin. Bij de opening van de Noord-Zuidlijn moeten de bus- en tramnetten drastisch worden aangepast. Waar daar het gunstige effect zit, is volstrekt onduidelijk. De suggestie dat niemand er echt slechter van wordt, is volksverlakkerij.
     Ten onrechte worden de huidige netten in de berekeningen als uitgangspunt genomen. De nieuwe methodiek van subsidiëren en met name de hoogte daarvan zijn nog nauwelijks 'vertaald' in het voorzieningenniveau. Een sluitende begroting is nog ver weg. De exploitatiesubsidies voor het openbaar vervoer zijn aan een maximum gebonden. De algemeen gewenste groei van het openbaar vervoer moet worden gerealiseerd met een (hooguit) gelijkblijvend exploitatietekort.
     De Noord-Zuidlijn gaat concurreren met betere delen van het tramnet -dat daardoor meer kwijtraakt dan de lijnen 5, 24 en 25- en het busnet: de lijnen ten noorden van Amsterdam verliezen een trajekt met een hoog rendement, een goede bezetting en hoge snelheid.
     De Stadsprovincie in oprichting bepaalt hoeveel openbaar vervoer in de toekomst in Amsterdam zal rijden. De Gemeenteraad van Amsterdam en het GVB kunnen absoluut geen garanties geven over het exploiteren van onrendabele resten van bus- en tramlijnen. Het ligt voor de hand dat dit tezijnertijd zal worden afgewogen tegen het (minimum-)voorzieningenniveau in de regio.
     De Noord-Zuidlijn is al 'een lijn van niks naar nergens' genoemd. De lijn van Noord naar Amstelveen vervangt voornamelijk bestaand vervoer. De toegevoegde waarde is uiterst beperkt en mogelijk zelfs negatief. De lijn neemt 'rendabele' delen van het bus- en tramnet over, waardoor deze meer dan evenredig zullen moeten inkrimpen. De Noord-Zuidlijn is niet meer dan een vervanging van delen van het bus- en tramnet.
     Alles stuurt aan op het faillissement van het tramnet in Amsterdam. In een tekort-economie -wat openbaar vervoer is en zal blijven- zijn overlappende en elkaar beconcurrerende voorzieningen een onbetaalbare luxe. Dat is de grote tegenstrijdigheid in het beleid.
     Het is struisvogelpolitiek te denken dat je de oorlog met de auto kan voeren met elkaar beconcurrerende voorzieningen waar geld bij moet. Tussen metro (in de Amsterdamse vorm) en bus zal uiteindelijk geen ruimte meer zijn voor een -ook nog uiterst duur- tramnet. Geen renderende supermarktketen zal twee supermarkten in een wijk bouwen als het met één kan.



[INDEX] [EMAIL]