Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Gemeenteblad
Voordracht voor de raadsvergadering van
29 september 2010
R
1
Jaar
2010
Afdeling
1
Nummer
389
Publicatiedatum
22 september 2010
Agendapunt
18
Datum besluit B&W 13 april 2010
Onderwerp
Tekst wordt gepubliceerd in
Gemeenteblad
Kennis nemen van het advies van de referendumcommissie en besluiten dat het
burgerinitiatief Stop NoordZuid-lijn een aangelegenheid betreft waarover geen
burgerinitiatief kan worden ingediend
Met deze voordracht stellen wij u voor het volgende besluit te nemen:
De gemeenteraad van Amsterdam besluit
Tekst wordt gepubliceerd in
Gemeenteblad
I.
kennis te nemen van het advies van de Initiatief- en referendumcommissie;
II.
overeenkomstig het advies van deze commissie te besluiten dat het
burgerinitiatief van de heer P. Kieft een aangelegenheid betreft waarover op
grond van de referendumverordening géén burgerinitiatief kan worden ingediend.
Wettelijke grondslag
artikel 6, vijfde lid jo artikel 5, aanhef en onder j, van de Amsterdamse verordening op
het burgerinitiatief en het referendum
Bestuurlijke achtergrond
In 1996 en 2002 is door uw raad besloten tot de aanleg van de Noord-Zuidlijn. Bij
beide gelegenheden is toen het initiatief genomen om een referendum te organiseren.
Het eerste verzoek om een referendum te houden is gehonoreerd. Onder verwijzing
naar de verordening, is het tweede verzoek afgewezen.
Door P. Kieft is op 29 september 2009 een aankondiging gedaan van een
burgerinitiatief. Strekking daarvan is dat met onmiddellijke ingang gestopt wordt met
de bouw van de Noord-Zuidlijn, met uitzondering van het gedeelte tussen Centraal
Station en Amsterdam-Noord.
Uiteindelijk moet uw raad beslissen of hij het wel of niet eens is met het
burgerinitiatief. Daarin spelen argumenten als ‘kosten en opbrengsten’ van de Noord-
Zuidlijn een belangrijke rol.
Echter, voordat het tot inhoudelijke behandeling kan komen, dient uw raad de
procedureel-formele beslissing te nemen of over deze aangelegenheid wel een
burgerinitiatief kan worden ingediend. Bij besluit van 9 december 2009 heeft het
college zich op het standpunt gesteld dat dit niet het geval is.
(Eerder is door het Burgerinitiatief Comité Noord Zuid, Thuis Best een vergelijkbaar
burgerinitiatief ingediend (d.d. 10 november 2008). Ook toen was de conclusie dat
over deze aangelegenheid geen burgerinitiatief ingediend kon worden.)
pg_0002
Jaar 2010
Afdeling 1
Nummer 389
Datum 22 september 2010
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Voordracht voor de raadsvergadering van 29 september 2010
R
2
Reden besluit
De Amsterdamse Verordening op het burgerinitiatief en het referendum bepaalt dat
(onder meer) geen burgerinitiatief kan worden ingediend over ‘beslissingen welke
naar het oordeel van de Raad hun grondslag vinden in een eerder genomen
beslissing waarover een referendum is gehouden of kon worden gehouden’.
beslispunt 1:
De verordening schrijft voor dat de Initiatief- en referendumcommissie in dit soort
gevallen advies uitbrengt over de vraag of het beroep op de uitzonderingsgronden
terecht is. De commissie schaart zich achter het standpunt van het college dat over
deze aangelegenheid om genoemde reden géén burgerinitiatief kan worden
ingediend.
Financiële paragraaf
n.v.t.
Geheimhouding
n.v.t.
Stukken
Meegestuurd
- burgerinitiatief P. Kieft
- advies Initiatief- en referendumcommissie
Ter inzage gelegd
n.v.t.
Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Merijn van der Vlies (2615, mvlies@bda.amsterdam.nl)
Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam
H. de Jong, secretaris
E.E. van der Laan, burgemeester