Reglement van het Projectcommissariaat voor de Noord/Zuidlijn
Definities
College:
College van Burgemeester en Wethouders van Amsterdam
Projectorganisatie
:
rechtsopvolger projectbureau Noord/Zuidlijn
Projectdirecteur
:
directeur van de Projectorganisatie
Verantwoordelijk Wethouder
: wethouder Verkeer, die de Noord/Zuidlijn in portefeuille heeft.
Artikel 1
Instelling Projectcommissariaat
Ten behoeve van het project Noord/Zuidlijn stelt het College een Projectcommissariaat in met de
taken, bevoegdheden en werkwijze als nader genoemd in dit reglement. Het
Projectcommissariaat wordt in beginsel ingesteld voor de duur van de realisering van het project
Noord/Zuidlijn, met dien verstande dat het College kan besluiten het Projectcommissariaat eerder
op te heffen.
Artikel 2
Samenstelling en benoeming van het Projectcommissariaat
Het Projectcommissariaat is onafhankelijk en bestaat uit vijf leden. De leden worden benoemd
door het College. Drie leden worden benoemd op persoonlijke titel op basis van hun specifieke
deskundigheden en op hun kennis en ervaring in complexe projecten en twee leden zijn
benoemd uit hoofde van hun functie binnen de gemeente Amsterdam. De leden op persoonlijke
titel worden benoemd voor een periode van drie jaar, met de mogelijkheid van verlenging.
Het Projectcommissariaat wordt ondersteund door een ambtelijke secretaris – zonder stemrecht
– die door het College wordt benoemd.
Het College is te allen tijde bevoegd om een lid van het Projectcommissariaat – al dan niet op
verzoek van het lid zelf - uit hun functie te ontslaan en te vervangen door een andere persoon.
2
43888951/1605582.1
Artikel 3
Taken
Het Projectcommissariaat heeft de opdracht om de Projectdirecteur en het College op
onafhankelijk wijze en zonder last of ruggespraak bij te staan met advies en raad.
Het Projectcommissariaat geeft geen adviezen en/of raad voor zover deze betrekking hebben op
vergunningverlening en handhaving, daaronder begrepen het verlenen van vrijstellingen en
ontheffingen.
3.1
De opdracht van het Projectcommissariaat is :
?
Het bewaken van de voortgang van het project binnen de vastgestelde kaders,
waaronder het Programma van Eisen, geld en tijd.
?
Het gevraagd en ongevraagd adviseren van het College over de organisatie van en
rond het project, over majeure onderwerpen (zoals genoemd in art. 4) binnen het
project op tactisch en strategisch niveau, over de scope en wijzigingen van de scope,
over het financiële kader van het project en over de samenhangende relatie
scope/tijd/geld.
?
Het gevraagd en ongevraagd adviseren van de Projectdirecteur op het gebied van
projectbeheersing, techniek, management, communicatie en relaties met
belanghebbenden (bewoners, bedrijven, stadsdelen) in brede zin.
3.2
Het Projectcommissariaat informeert - via de Verantwoordelijke Wethouder - het College
ten minste eenmaal per kwartaal over haar bevindingen in de vorm van een rapportage.
Voordat de rapportage wordt uitgebracht vindt een gesprek plaats met de
Projectdirecteur. De rapportage bevat in ieder geval een samenvatting van de adviezen
en raad die het Projectcommissariaat in de afgelopen periode aan de Projectdirecteur
heeft uitgebracht, alsmede de uitkomst van voornoemd overleg met de Projectdirecteur
en, voor zover het Projectcommissariaat daartoe aanleiding ziet, een advies aan het
College.
3.3
Ten minste eenmaal per jaar zal het Projectcommissariaat zijn eigen functioneren en het
functioneren van de individuele leden van het Projectcommissariaat evalueren.
Eventuele conclusies zullen met de Verantwoordelijke Wethouder worden besproken.
Artikel 4
Onderwerp van advies
4.1
Het Projectcommissariaat kan het college adviseren over uiteenlopende onderwerpen:
3
43888951/1605582.1
?
Het bestuurlijke netwerk rond het project;
?
Wijzigingen van de scope die voortvloeien uit het project of uit het beleid van de
gemeente of andere overheden;
?
De samenwerking met gemeentelijke diensten en bedrijven;
?
Aspecten in de relatie scope/tijd/geld.
4.2
Het Projectcommissariaat zal in ieder geval de Projectdirecteur adviseren terzake een
voorgenomen besluit en/of handelwijze met betrekking tot de volgende onderwerpen:
a.
Financiële rapportages, de kwartaalrapportages, andere periodieke rapportages
en strategische financiële stukken;
b.
Elk onderwerp dat buiten de bestaande kaders van scope en tijd valt.
Het kan dan gaan over de volgende onderwerpen:
-
Risicoanalyses vóór aanvang of lopende grote uitvoeringsonderdelen;
-
Technische keuzes van majeure omvang;
-
Grote uitvoeringsproblemen;
-
Grote planningsproblemen;
-
Bewaking uitvoering audits/ rapport Veerman;
-
Majeure juridische kwesties, waaronder in ieder geval begrepen (juridische)
conflicten met aannemers en overige toeleveranciers.
4.2
Het advies van het Projectcommissariaat wordt in een overleg met de Projectdirecteur
besproken en daarna schriftelijk vastgelegd.
Artikel 5
Status van de adviezen
Indien het Projectcommissariaat niet akkoord is met een voorgenomen besluit of handelwijze van
de Projectdirecteur of terzake een negatief advies geeft kan de Projectdirecteur slechts uitvoering
geven aan een dergelijk voorgenomen besluit of handelwijze na instemming van het College.
Artikel 6
Werkwijze Projectcommissariaat
6.1
Het Projectcommissariaat vergadert tenminste eenmaal per maand en voorts zo vaak als
de meerderheid van de leden dat noodzakelijk acht, dan wel de adviesverzoeken van de
Projectdirecteur daartoe aanleiding geven.
6.2
De adviezen komen tot stand bij een meerderheid van stemmen.
4
43888951/1605582.1
6.3
Het Projectcommissariaat verstrekt zijn adviezen uitsluitend aan het College.
.
6.4
Het Projectcommissariaat kan voor bijzondere onderwerpen ad hoc adviseurs/
commissies instellen.
6.5
Het Projectcommissariaat bepaalt voor het overige zijn eigen werkwijze.
Artikel 7
De Voorzitter
7.1
De Voorzitter van het Projectcommissariaat:
a.
Draagt zorg voor handhaving van het vergaderschema;
b.
Is verantwoordelijk voor het tijdig uitbrengen van adviezen, alsmede rapportages
aan het College;
c.
Is verantwoordelijk voor het goed functioneren van het Projectcommissariaat;
d.
Zorgt ervoor dat het functioneren van het Projectcommissariaat jaarlijks wordt
geëvalueerd.
e.
Stelt de jaarlijkse begroting op voor overhead- en ondersteuningskosten van
Projectcommissariaat.
7.2
Het Projectcommissariaat kiest een vice-voorzitter uit zijn midden, die de taken van de
Voorzitter bij afwezigheid overneemt.
7.3
De voorzitter wordt ondersteund door de secretaris.
Artikel 8
Directeuren IVV en dMB.
De positie van de directeuren van de Dienst Milieu- en Bouwtoezicht (dMB) en de Dienst
Infrastructuur Verkeer en Vervoer (dIVV) in het Projectcommissariaat verdient een nadere
toelichting:
Directeur dMB
Het lidmaatschap van het Projectcommissariaat is van belang om de gezamenlijkheid van de
aanpak van dit project voor Amsterdam te onderstrepen. Het gaat daarbij om het goed en tijdig
coördineren van de processen. Ook is van belang dat de eenduidigheid van de aanpak
gegarandeerd blijft. Met de wettelijke taken en bevoegdheden van de dienst Milieu- en
Bouwtoezicht ten aanzien van de vergunningverlening (bouwvergunning en milieuvergunning) en
handhaving heeft het Projectcommissariaat geen bemoeienis. De directeur behoudt dus
nadrukkelijk zijn eigen bevoegdheden en rapportagelijn naar het bestuur.
5
43888951/1605582.1
Directeur dIVV
Tot 1 januari 2010 is de dIVV in elk geval nog de eindverantwoordelijke voor het budget van de
Noord/Zuidlijn. Dit najaar zal worden onderzocht of de Projectorganisatie Noord/Zuidlijn als
diensttak per 1 januari 2010 kan worden voortgezet.
De directeur is als opdrachtgever van AMSYS en namens de Stadsregio verantwoordelijk voor
een adequate informatie-uitwisseling van gegevens naar de projectorganisatie. De directeur is
opdrachtgever van de omgevings- en nevenprojecten en is beleidsmatig betrokken bij mogelijke
uitbreidingen van het metronet. Ook is hij regisseur van het toekomstig gebruik van de metrolijn
en eigenaar van het materieel en het vastgoed.
Artikel 9
Tripartite overleg Voorzitter Projectcommissariaat, Projectdirecteur en
verantwoordelijke Wethouder
De verantwoordelijke Wethouder, de Voorzitter van het Projectcommissariaat en de
Projectdirecteur vergaderen in beginsel tenminste eenmaal per kwartaal, waarbij in ieder geval
de adviezen van het Projectcommissariaat als bedoeld in artikel 4 besproken worden.
Artikel 10
Informatievoorziening Projectcommissariaat
De Projectdirecteur heeft een actieve informatieplicht om de adviesrol van het
Projectcommissariaat mogelijk te maken. De Projectdirecteur zal - op verzoek van het
Projectcommissariaat – alle informatie ter beschikking stellen die het Projectcommissariaat nodig
acht voor de uitoefening van zijn taak.
Artikel 11
Integriteit en geheimhouding
Het is leden van het Projectcommissariaat niet toegestaan een (bestuurs- of advies)functie aan
te houden bij, dan wel een (financieel) belang te hebben in een onderneming of instelling, die
betrokken is bij de (aanleg van de) Noord/Zuidlijn en/of een onderneming of instelling die een
rechtstreeks tegenstrijdig belang heeft met het belang van de gemeente Amsterdam terzake de
(aanleg van de) Noord/Zuidlijn. Leden van het Projectcommissariaat zullen de voorzitter
onverwijld op de hoogte stellen indien en zodra sprake is van een mogelijke
belangenverstrengeling als bedoeld in dit artikel.
De leden van het Projectcommissariaat zullen geheimhouding betrachten ten aanzien van alle
niet-openbare en/of vertrouwelijke informatie die de gemeente Amsterdam aan hen heeft
verstrekt en de leden van het Projectcommissariaat zullen terzake een geheimhoudingsverklaring
tekenen.
6
43888951/1605582.1
Artikel 12
Aansprakelijkheid en vrijwaring
De leden van het Projectcommissariaat zijn niet aansprakelijk jegens de gemeente voor schade
als gevolg van hun handelen in de hoedanigheid van lid van het Projectcommissariaat, tenzij
sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid. De gemeente vrijwaart de leden van het
Projectcommissariaat voor (schade)claims van derden voor zover (i) deze (schade)claims
verband houden met hun handelen in de hoedanigheid van lid van het Projectcommissariaat, (ii)
er geen sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid en (iii) het betreffende lid niet in strijd heeft
gehandeld met het bepaalde in artikel 10 (Integriteit en geheimhouding).
.
Artikel 13
De bezoldiging
De bezoldiging van de Voorzitter en leden die op persoonlijke titel zijn benoemd vindt plaats in de
vorm van een vast bedrag, nader vast te stellen door het College.
Artikel 14
Wijziging van het reglement
Het College kan wijzigingen aanbrengen in het reglement, al dan niet op verzoek van het
Projectcommissariaat, de Projectdirecteur of een andere betrokken gemeentelijke organisatie.
Eventuele voorgenomen wijzigingen zullen worden besproken in het maandelijkse overleg als
bedoeld in artikel 8.
Artikel 15
Geschillen
Geschillen tussen het Projectcommissariaat en/of de Projectdirecteur worden te allen tijde
gemeld aan de verantwoordelijke Wethouder. Over geschillen beslist het College.