Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Gemeenteblad
Schriftelijke vragen
R
1
Jaar
2009
Afdeling
1
Nummer
316
Publicatiedatum
10 juni 2009
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer J.L. Bakker van 26 maart
2009 inzake ontbrekende en foutieve informatie over keerlus bij station Zuid-WTC van
de Noord-Zuidlijn.
Amsterdam, 8 juni 2009
Aan de gemeenteraad
Met betrekking tot de Noord-Zuidlijn is ophef ontstaan over het ontbreken
1
van een
zogenaamde keerlus bij station Zuid/WTC en de te verwachten reizigersaantallen.
Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 26 maart 2009, namens de fractie
van de SP, op grond van artikel 42 van het op voornoemde datum geldende
Reglement van Orde voor de gemeenteraad, de volgende schriftelijke vragen tot het
college van burgemeester en wethouders gericht:
1. Er is in principe gekozen voor breed spoor. Deze keuze maakt dat bij station
Zuid/WTC een keerlus gemaakt moet worden.
a. Wat zijn de kosten van deze keerlus?
b. Wat zijn de gevolgen als het station Zuid/WTC niet ondergronds gerealiseerd
wordt?
2. Wat zijn nu de kosten van het in breedspoor doortrekken van de Noord-Zuidlijn
naar Amstelveen Westwijk?
3. Indien voor smalspoor gekozen wordt, is een keerlus dan ook noodzakelijk?
4. Wat zijn nu precies de huidige veronderstelde reizigersaantallen:
a. als station Zuid/WTC eindhalte wordt?
b. als station Westwijk eindhalte wordt?
5. Waarom is het realiseren van een keerlus buiten de begrote kosten gehouden?
6. Waarom is bij de prognoses van de reizigersaantallen niet uitgegaan van het
daadwerkelijke eindpunt, station Zuid/WTC?
1
In de NZL-plannen schijnt tot op heden geen rekening gehouden te zijn met een noodzakelijke
keerlus of keerspoor bij station Zuid/WTC.

Jaar
2009
Afdeling
1
Nummer 316
Datum
10 juni 2009
Gemeente Amsterdam
Gemeenteblad
Schriftelijke vragen
, donderdag 26 maart 2009
R
2
Ter beantwoording deelt het college het volgende mede:
Om te beginnen lijkt het ons goed om een mogelijke spraakverwarring te voorkomen
door te definiëren om welke onderwerpen de discussie gaat.
Wij nemen aan dat de heer Bakker als hij schrijft over breed spoor en smal spoor hij
eigenlijk bedoelt breed materieel en smal materieel. De Raad heeft bij de vaststelling
van Materieelkeuze Noord/Zuidlijn (9 oktober 2002) gekozen voor breed materieel
met een hoge vloer.
Wij nemen vervolgens aan dat met een keerlus een keervoorziening wordt bedoeld.
Op het tijdelijke eindpunt van de Noord/Zuidlijn op station Zuid is voorzien in een
enkelsporige kort-keer-voorziening.
Antwoord vragen 1 a. / 3 / 5:
In 2005 is in het project ‘Zuidelijke beëindiging’ als uitgangspunt gehanteerd dat de
Noord/Zuidlijn zijn eigen exploitatiesporen krijgt. Dit is noodzakelijk om te kunnen
voldoen aan de betrouwbaarheidseisen die vanuit veiligheid zijn opgelegd. Dit
betekent dat op station Zuid de Noord/Zuidlijn geen gebruik kan maken van de sporen
van lijn 50 en 51.
In de Amsterdamse OV-visie is de intentie uitgesproken om de Amstelveenlijn op
metrokwaliteit te brengen. De planstudiefase van dit project gaat binnenkort van start
en voorziet in een go/no-go besluit in 2011. Tot die tijd dient, vanwege de
onzekerheid over de verbouwing van de Amstelveenlijn tot metrolijn, de Noord/Zuidlijn
tijdelijk te eindigen op station Zuid. Fysiek is er maar ruimte voor 1 perronspoor en
een keerspoor voor de Noord/Zuidlijn in het verlengde van Station Zuid.
Ook als uitgegaan wordt van smal sneltrammaterieel moet de lijn geschikt gemaakt
worden voor de lange treinen van de Noord/Zuidlijn.
Het werk op Zuid dat behoort bij de werkzaamheden van de Noord/Zuidlijn, bestaat
uit de volgende activiteiten:
Aanleg viaducten Minerva-as + Beethovenstraat
Verbreden en verlengen noordelijke metroperron
Spoorwerk: aansluiting emplacement, aanleg keersporen station Zuid,
overloopverbindingen tussen Ringlijnsporen
De aanlegkosten van het tijdelijk eindpunt bedragen €24,8 miljoen (aanneemsom incl.
onvoorzien en risico-opslag). Deze kosten maken deel uit van de scope van de
Noord/Zuidlijn.
Antwoord vraag 1 b.:
Het tijdelijke enkelsporige eindpunt is gedacht in de huidige bovengrondse situatie.
Naar verwachting kan dit station voldoen tot uiterlijk 2020. Tegen die tijd is het
noodzakelijk dat de Noord/Zuidlijn kan doorrijden voorbij station Zuid. In het tot nu toe
voorziene Dok (cf. Prospectus Zuidas 2007) wordt een viersporig metrostation
gerealiseerd dat het mogelijk maakt de Noord/Zuidlijn onafhankelijk van de Ringlijn te
exploiteren. Momenteel wordt bij Station Zuid op de dijk een vierde metro perronspoor
aangelegd. Indien de metro bij Zuid bovengronds zou blijven, is een volwaardige
aanlanding van de Noord/Zuidlijn mogelijk (op twee perronsporen), uitgaande van een
doorgetrokken Noord/Zuidlijn richting Amstelveen (en dus het vervallen van
sneltram 51).

Jaar
2009
Afdeling
1
Nummer 316
Datum
10 juni 2009
Gemeente Amsterdam
Gemeenteblad
Schriftelijke vragen
, donderdag 26 maart 2009
R
3
Antwoord vraag 2:
De colleges van B&W van Amsterdam en Amstelveen en het DB van de Stadsregio
Amsterdam hebben in hun OV-visies (2008) de intentie uitgesproken de
Amstelveenlijn om te bouwen tot een volwaardig metrotracé, zodat de regelmaat van
de treinenloop beter gegarandeerd is, en de koppeling met de Noord/Zuidlijn
verantwoord is.
In het “Haalbaarheidonderzoek Ombouw Amstelveenlijn” zijn door de stadsregio
Amsterdam de kosten en baten in beeld gebracht. Afhankelijk van de lengte waarover
het tracé wordt omgebouwd variëren de kosten naar schatting tussen € 200 mln
(Amstelveen Centrum) en € 400 mln (Amstelveen Westwijk) op basis van prijspeil
2007 en excl. BTW, uitgaande van een aangelegde Amstelveenboog tot de VU in het
kader van het dokmodel Zuidas. In Buitenveldert is een variant op viaduct en een
variant in een tunnel uitgewerkt. In Amstelveen wordt uitgegaan van maaiveld met
hekken gecombineerd met stukken op viaduct.
De Stadsregio heeft € 225 mln gereserveerd voor haar aandeel in de kosten en heeft
het project aangemeld voor een rijksbijdrage. Amstelveen en Amsterdam dienen een
eigen bijdrage van 5% te leveren.
Antwoord vraag 4:
De laatste berekeningen zijn gedaan in het kader van de metronetstudie in 2007,
waarbij zowel een variant is doorgerekend met eindpunt Zuid als met eindpunt
Westwijk, met de volgende uitkomsten:
Aantal in instappers
16-18 uur
etmaal
Buikls.pl – Zuid
30.000
185.000
Buikls.pl – Westwijk
44.000
260.000
Op 18/12/07 heeft B&W besloten om de resultaten uit de metronetstudie over te
nemen in de Amsterdamse OV-Visie. De OV-visie is op 12 maart 2008 door de
gemeenteraad vastgesteld.
Antwoord vraag 6:
In de plannen van de Noord/Zuidlijn is station Zuid een tijdelijk eindpunt. Het beoogde
definitieve eindpunt ligt in Amstelveen. In de Zuidas wordt eveneens rekening
gehouden met het niet onmogelijk maken van een aftakking naar Schiphol (CASH).
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
H. de Jong, secretaris
M.J. Cohen, burgemeester