1
Nummer BD2008-000633
Directie
directie sb
Afdeling sb fysiek beleid
Dienst
dienst ivv
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
Portefeuille
29
Agendapunt
11
Onderwerp
Meerjaren Vervangings Programma Metro (MVP Metro); Evaluatie MVP-Metro
Gevraagd advies
Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen het besluit van het College van B&W
d.d. 17 juni 2008 tot:
Kennis te nemen van:
1. De Evaluatie MVP-Metro inhoudende dat:
Op prijspeil 2007 het totaal aan gemaakte plus geprognosticeerde kosten op
circa € 808 mln. komt;
Op prijspeil 2007 het totaal aan reeds ontvangen en nog te ontvangen
subsidies op circa € 798 mln. komt;
Efficiëncy door het integreren van het Meerjaren Onderhouds Programma
Metro (MOP Metro) en het MVP, conform de besluitvorming omtrent de
Systeemanalyse Beheer en Onderhoud Railinfrastructuur (B&W 18 maart
2008), het verschil tussen geprognosticeerde kosten en subsidies volledig zal
dekken;
De in het ‘Convenant vervangingsondershoud metro-infrastructuur ROA –
Gemeente Amsterdam’ toegezegde subsidie derhalve volstaat voor de in het
convenant opgenomen taken;
Op basis van een risico-analyse geconcludeerd wordt dat de risico’s binnen
de taken en het budget van het convenant (inclusief de Renovatie Oostlijn)
afdoende beheersbaar zijn;
Project ROL heeft een nieuw risico gedetecteerd dat vanwege de nieuwe wet-
en regelgeving op het gebied van tunnelveiligheid tot meerkosten kan leiden.
In mei of juni 2008 wordt duidelijk wat de eventuele aanvullende maatregelen
zijn die de commissie tunnelveiligheid adviseert in het kader van de
vluchtwegmaatregelen. Het effect van dat risico kan oplopen tot meerkosten
ter hoogte van circa € 26 miljoen.
2. Overleg met de Stadsregio Amsterdam (SRA) ter waarborging van voldoende
financiële middelen voor het beheer en onderhoud van de railinfrastructuur gebaseerd
op hernieuwde inzichten omtrent een sterke intensivering van het gebruik, een hogere
functionaliteit en een groeiend areaal.
Korte toelichting (bestuurlijke context)
Op 25 mei 2005 heeft de toenmalige wethouder Verkeer en Vervoer namens de
gemeente Amsterdam het Convenant vervangingsondershoud metro-infrastructuur
ROA – Gemeente Amsterdam afgesloten met de Stadsregio Amsterdam (SRA).
Gemeenteblad 2005, afd. 1, nr. 78. Verder te noemen: het convenant. In het

Portefeuille 29
Agendapunt 11
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting
en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
2
convenant verplicht de gemeente zich in haar hoedanigheid van eigenaar van de
railinfrastructuur het achterstallige vervangingsonderhoud van het metrosysteem,
zoals dat in exploitatie is genomen voor 1 januari 1998, binnen het vervoersgebied
van de SRA aan te pakken. Bovendien verplicht de gemeente zich tot het in stand
houden van een goed onderhouden en goed functionerend metrosysteem. SRA heeft
zich daarentegen verplicht de gelden, die zij in het kader van het tussen het ROA en
Minister van Verkeer en Waterstaat gesloten convenant d.d. 25 mei 2005 van de
Minister zal ontvangen ten behoeve van het vervangingsonderhoud van het bewuste
metrosysteem, aan Amsterdam ter beschikking te stellen. Het convenant tussen de
gemeente en de SRA beslaat de onderhoudsperiode 2003 tot en met 2027 en betreft
een bedrag van in totaal € 694 mln. over die periode. Dit bedrag is gebaseerd op het
prijspeil van 2002. Op grond van artikel 12 van het convenant moet na 5 jaar een
evaluatie plaatsvinden van het convenant. Met de Evaluatie MVP Metro is invulling
gegeven aan deze evaluatieplicht. Na implementatie van de nieuw in te voeren
beheermethodiek (assetmanagement) zal z.s.m. (uiterlijk vanaf 2011) een actualisatie
van kosten en subsidies in de DIVV jaarverslagen worden opgenomen.
Onderbouwing gevraagd advies
Ja
Stukken
Meegezonden stukken
Evaluatie Meerjaren Vervangings Programma Metro.
Ter inzage gelegde stukken
n.v.t.
Uitgenodigde andere raadscommissies
n.v.t.
Behandeling in de gemeenteraad
n.v.t.
Financiële toelichting
De in het convenant toegezegde subsidie volstaat voor de in het convenant
opgenomen taken.
Subsidiebedrag
p.p. 2002: € 694 miljoen
p.p. 2007: € 798 miljoen
Kostenraming
p.p. 2002: € 694 miljoen
p.p. 2007: € 808 miljoen
In het convenant meerjaren vervangingsonderhoud metro van 2003 tot en met 2027
is op prijspeil 2002 de bijdrage vastgesteld op € 694,4 miljoen, het toenmalige inzicht
in de kosten. De huidige inzichten geven aan dat de subsidie ten behoeve van de
realisatie van het complete 25 jarige vervangingsprogramma op prijspeil 2007 € 798
miljoen bedragen tegenover een vergelijkbare som van
€ 808 miljoen aan kosten. Het
verschil van € 10 miljoen over de komende 20 jaar wordt volledig opgevangen door
de winst die de efficiency van het integreren van de diverse beheeractiviteiten (MOP
en MVP) en het assetmanagement oplevert.
Extern overleg

Portefeuille 29
Agendapunt 11
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting
en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
3
- De Evaluatie is in samenwerking met GVB tot stand gekomen.
- De Evaluatie is de SRA parallel ter kennis gebracht. De SRA heeft reeds
aangegeven de berekening van de dekking te onderschrijven.
Advies raadscommissie
Behandelend ambtenaar
dienst ivv, Robert-Jan Taling, tel. 020-556 5329
directie sb, Laurens Haanen

4
Nummer BD2008-000633
Directie
directie sb
Afdeling sb fysiek beleid
Dienst
dienst ivv
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten
Onderbouwing gevraagd advies
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
Portefeuille
29
Agendapunt
11
Onderwerp
Meerjaren Vervangings Programma Metro (MVP Metro); Evaluatie MVP-Metro
Gevraagd advies
Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen het besluit van het College van B&W
d.d. 17 juni 2008 tot:
Kennis te nemen van:
1. De Evaluatie MVP-Metro inhoudende dat:
Op prijspeil 2007 het totaal aan gemaakte plus geprognosticeerde kosten op
circa € 808 mln. komt;
Op prijspeil 2007 het totaal aan reeds ontvangen en nog te ontvangen
subsidies op circa € 798 mln. komt;
Efficiëncy door het integreren van het Meerjaren Onderhouds Programma
Metro (MOP Metro) en het MVP, conform de besluitvorming omtrent de
Systeemanalyse Beheer en Onderhoud Railinfrastructuur (B&W 18 maart
2008), het verschil tussen geprognosticeerde kosten en subsidies volledig zal
dekken;
De in het ‘Convenant vervangingsondershoud metro-infrastructuur ROA –
Gemeente Amsterdam’ toegezegde subsidie derhalve volstaat voor de in het
convenant opgenomen taken;
Op basis van een risico-analyse geconcludeerd wordt dat de risico’s binnen
de taken en het budget van het convenant (inclusief de Renovatie Oostlijn)
afdoende beheersbaar zijn;
Project ROL heeft een nieuw risico gedetecteerd dat vanwege de nieuwe wet-
en regelgeving op het gebied van tunnelveiligheid tot meerkosten kan leiden.
In mei of juni 2008 wordt duidelijk wat de eventuele aanvullende maatregelen
zijn die de commissie tunnelveiligheid adviseert in het kader van de
vluchtwegmaatregelen. Het effect van dat risico kan oplopen tot meerkosten
ter hoogte van circa € 26 miljoen.
2. Overleg met de Stadsregio Amsterdam (SRA) ter waarborging van voldoende
financiële middelen voor het beheer en onderhoud van de railinfrastructuur gebaseerd
op hernieuwde inzichten omtrent een sterke intensivering van het gebruik, een hogere
functionaliteit en een groeiend areaal.
Argumenten
Inleiding

Portefeuille 29
Agendapunt 11
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting
en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
5
Om de beschikbaarheid, veiligheid en comfort van de Amsterdamse metro in de
toekomst te kunnen blijven garanderen moet vervangingsonderhoud gepleegd
worden. Hiertoe is in 2002 het Meerjaren Vervangingsprogramma Metro, kortweg
MVP Metro, opgesteld in nauwe samenwerking tussen de Dienst Infrastructuur
Verkeer en Vervoer (DIVV) en GVB. Het MVP Metro heeft geleid tot het in 2005
vastgestelde convenant, waarbij het investeringsvolume voor een periode van 25 jaar
is vastgesteld op € 694 miljoen (prijspeil 2002). Het MVP Metro beoogt een tijdige
gefaseerde vervanging van alle afzonderlijke elementen (rails, stations, technische
systemen, etc.) van de gehele metro-infrastructuur, zoals aangelegd voor 1 januari
1998.
Metronet Amsterdam op 1 januari 2008 en scope van het convenant (figuur 1)
Ad 1. Kennis te nemen van de Evaluatie MVP Metro inhoudende dat:
Op prijspeil 2007 het totaal aan gemaakte plus geprognosticeerde kosten op
circa € 808 mln. komt;
Op prijspeil 2007 het totaal aan reeds ontvangen en nog te ontvangen
subsidies op circa € 798 mln. komt;
Integratie van het Meerjaren Onderhouds Programma Metro (MOP Metro) en
het MVP, conform de besluitvorming omtrent de Systeemanalyse Beheer en
Onderhoud Railinfrastructuur (B&W 18 maart 2008), het verschil tussen
geprognosticeerde kosten en subsidies volledig zal dekken;
De in het ‘Convenant vervangingsondershoud metro-infrastructuur ROA –
Gemeente Amsterdam’ toegezegde subsidie derhalve volstaat voor de in het
convenant opgenomen taken;
Op basis van een risico-analyse geconcludeerd wordt dat de risico’s binnen
het MVP (inclusief de Renovatie Oostlijn) afdoende beheersbaar zijn;
Project ROL heeft een nieuw risico gedetecteerd dat vanwege de nieuwe wet-
en regelgeving tot meerkosten kan leiden. Binnenkort (mei of juni 2008) wordt
duidelijk wat de eventuele aanvullende maatregelen zijn die de commissie
tunnelveiligheid adviseert in het kader van de vluchtwegmaatregelen. Het
effect van dat risico kan oplopen tot meerkosten ter hoogte van circa € 26

Portefeuille 29
Agendapunt 11
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting
en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
6
miljoen.
Kosten
De totaalkosten voor het MVP Metro is een totaalsom van de reeds gemaakte kosten
(€ 85 miljoen) en de geprognosticeerde kosten voor de periode 2008 tot en met 2027
(€ 723 miljoen) dat op prijspeil 2007 neerkomt op € 808 miljoen.
Dat bedrag is inclusief:
De kosten voor maatregelen die in het kader van de aanscherpte wet- en
regelgeving van het rijk aangaande brandveiligheid tussen de Stadsregio
Amsterdam en de gemeente Amsterdam zijn vastgelegd. Deze extra
maatregelen à € 27 miljoen zijn binnen het MVP Metro onderdeel gemaakt
van het projectbudget Renovatie Oostlijn (ROL).
In het bedrag is de post onvoorzien in tact gehouden, ter grootte van een
regulier percentage van 10% onvoorzien van alle nog te maken kosten.
Ondanks het feit dat de peildatum van de actualisatie op 31 december 2007
ligt, is het B&W besluit
1
inzake de tunnelwerken van de Oostlijn reeds
verwerkt opgenomen in deze actualisatie.
Subsidies
De resterende dekking na 1 januari 2008 is bepaald door in relatie met de reeds
ontvangen bedragen het in het convenant vastgelegde bedrag te indexeren naar
2007. Het Rijk is daarnaast in 2007 reeds akkoord gegaan met een extra subsidie
aan de Stadsregio van € 27 mln. in het kader van de aangescherpte wet- en
regelgeving van het rijk aangaande brandveiligheid. De procedure tot formele
vastlegging van de bijdrage van SRA aan Amsterdam is reeds ingezet. In de
actualisatie zijn de extra kosten plus bijbehorende dekking van de eenmalige
investering reeds verwerkt. Het totaal aan dekking voor het MVP Metro voor de
periode 2003-2027 voor de in het convenant beschreven scope, inclusief de al
gedekte veiligheidsmaatregelen, ligt (prijspeil 2007) op € 798 mln.
Integratie MOP en MVP
Goed afgestemd dagelijks onderhoud verlengt de levensduur van diverse onderdelen
van het systeem. Er kan rekening gehouden worden met kosten-efficiëncy die
optreedt na het inrichten van assetmanagement (zoals vastgesteld inzake de
besluitvorming omtrent de Systeemanalyse Beheer en Onderhoud Railinfrastructuur
d.d. 18 maart 2008 ). Door de integratie van het MVP met het budget ten behoeve
van het dagelijks onderhoud (MOP) zal met behulp van assetmanagement één
organisatorisch, technisch en financieel geheel ontstaan. Een voorzichtige schatting
aan kosten-effiëncy van 1% van de totale kosten aan beheer & onderhoud over de
periode 2008 tot en met 2027 levert een besparing op van circa € 10 miljoen.
Dit betekent dat de in het convenant toegezegde subsidie volstaat voor de in het
convenant opgenomen taken. Hierbij dient wel te worden aangetekend dat die taken
gebaseerd zijn op de inzichten qua areaal, gebruiksintensiteit en functionaliteit zoals
1
Inmiddels is een additioneel budget van € 6,7 miljoen verleend
(raadsbesluit afd 3A nr. 69/158, 2 mei 2008, raadsvergadering 23 april 2008)

Portefeuille 29
Agendapunt 11
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting
en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
7
die gekozen zijn als uitgangspunten voor het convenant.
Beheersing risico’s
Het MVP Metro is een groot meerjarig programma van zeer veel onderdelen. In
samenspraak met GVB worden onderdelen, die in een bepaalde periode en/of rond
een bepaalde locatie vervangen gaan worden, geclusterd tot diverse projecten. Van
de resterende 20 jaar looptijd van het programma is een kwalitatieve risicoanalyse
opgezet, voor het project ROL is een diepgaande risicoanalyse met externe expertise
uitgevoerd en gekwantificeerd.
Het gezamenlijke risico van wijzigingen ten opzichte van de oorspronkelijke
uitgangspunten van het convenant in het gebruik van het netwerk plus de
functionaliteit kan naar huidig inzicht door het onvoorzien van het MVP worden
opgevangen. Daarmee daalt het percentage onvoorzien. Het streven is echter bij alle
nog uit te voeren onderdelen 10% onvoorzien te handhaven. Vandaar dat over de
meerkosten door de wijziging van de oorspronkelijke uitgangspunten plus de groei
van het areaal en het index risico het gesprek met de Stadsregio Amsterdam is
gestart over additionele subsidie.
Een ander belangrijk aandachtspunt betreft de marktwerking. De beperkte
beschikbaarheid van vakkundig personeel bij aannemers en het grote aanbod van
projecten heeft zijn invloed op de inschrijfsommen van aannemers en leveranciers.
Deze situatie kan over enkele jaren weer geheel anders liggen.
Het benodigde budgetdeel van ROL als reservering voor onverhoopt optreden risico’s
bedroeg, als onderdeel van de post onvoorzien, begin 2007 € 10,4 miljoen. De
nieuwe risicoanalyse geeft aan dat door het nemen van effectieve maatregelen de
risicoreservering teruggebracht kan worden. De hoogte van de reservering is
afhankelijk van het maken van nadere keuze per afzonderlijk risico in de
risicoacceptatie versus de kosten van de te nemen beheersmaatregel. De benodigde
reservering zal derhalve tussen de € 7,5 en € 3,5 miljoen moeten bedragen. In dit
bedrag zijn tevens de kosten voor de risicobeheersmaatregelen verrekend
.
De financieringswijze van het MVP Metro met een beperkte scope (fysiek / een deel
van het metrosysteem & tijd / tot 2027) dwingt tot projectmatig werken met scope
bewaking. Het beheer van het continue evoluerend metrosysteem is echter een
lijnverantwoordelijkheid met blijvende verantwoordelijkheid.
Op basis van de risico beschouwing wordt geconcludeerd dat de risico’s binnen het
MVP (inclusief de Renovatie Oostlijn) afdoende beheersbaar zijn voor de in het
convenant bepaalde scope.
Vluchtwegmaatregelen
Project ROL heeft bij de nieuwste risicoanalyse een nieuw risico gedetecteerd dat
vanwege de nieuwe wet- en regelgeving tot meerkosten kan leiden. Binnenkort (mei
of juni 2008) wordt duidelijk wat de eventuele aanvullende maatregelen aan de
stationstoegangen zijn die de commissie tunnelveiligheid adviseert in het kader van
de vluchtwegmaatregelen. Deze eventuele maatregelen komen boven de
aanvullende rijksbijdrage voor additionele vluchtwegmaatregelen (in de tunnel) zoals
die afgelopen voorjaar is verkregen. Bij het daadwerkelijk opleggen van nieuwe
aanvullende maatregelen is een nieuwe ronde van overleg met de Stadsregio en het

Portefeuille 29
Agendapunt 11
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting
en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
8
Rijk noodzakelijk. Het effect van dat risico kan namelijk oplopen tot meerkosten ter
hoogte van circa € 26 miljoen. Met de brandweer en DMB zal het advies van de
commissie tunnelveiligheid worden doorgesproken. Afhankelijk van de gevolgen zal
het financiële aspect met de SRA en eventueel het Rijk worden afgestemd. Over dit
onderwerp zal separaat passend worden gerapporteerd.
Ad 2.
Kennis te nemen van overleg met de Stadsregio Amsterdam (SRA) ter
waarborging van voldoende financiële middelen voor het beheer en onderhoud van
de railinfrastructuur gebaseerd op hernieuwde inzichten omtrent een sterke
intensivering van het gebruik, een hogere functionaliteit en een groeiend areaal.
Het convenant is gebaseerd op een aantal inzichten qua gebruik, functionaliteit en
areaal. Deze inzichten zijn blijkens de Actualisatie niet meer afdoende accuraat.
Zowel op het gebied van het gebruik, de functionaliteit en het areaal is er sprake van
hernieuwd inzicht:
-
Intensiever gebruik: De groei van het aantal passagiers, langere
exploitatietijden, eventueel nachtrijden, etc. veroorzaken meer ritten per
etmaal over het metrosysteem.
-
Grotere functionaliteit: een hoger veiligheidsniveau, meer comfort en
intelligente signalering en telecomsystemen (zoals AMSYS) betekenen in de
praktijk dat langs de infrastructuur meer detectoren, hardware, camera’s en
seinen geplaatst worden. Al deze attributen dienen binnen de periode tot en
met 2027 minimaal één keer te worden vervangen. Binnen dit onderwerp kan
ook het vernieuwde station Bijlmer genoemd worden. Het huidige station heeft
een andere vorm met een andere beheerlast dan het oude station.
-
Groter areaal: de ingebruikname van de verlenging naar Westwijk,
remisesporen nabij de werkplaats, het nieuwe station Bijlmer en binnenkort de
Noord/Zuidlijn
Intensiever gebruik leidt tot snellere slijtage en derhalve tot hogere onderhoudslasten.
Grotere functionaliteit betekent ook vaak complexere apparatuur waarvan het
onderhoud duurder is. En uit een groter areaal volgt vanzelfsprekend een hogere
onderhoudslast. Om deze drie hogere onderhoudslasten ten opzichte van de
aannames in 2002 te dekken wordt thans overlegd met de SRA.Overige gespreks-
onderwerpen met Stadsregio Amsterdam inzake additionele middelen zijn:
Indexverschil opgelopen tussen 2002 en 2007 (circa € 2.5 mln.)
Indexverschil tussen 2008 en 2027
Risico van meerkosten vanwege wijzigingen wet- en regelgeving
Verwachte meerkosten vanwege verhogen gebruiksintensiteit
Kosten vervangingsonderhoud arealen die na 1998 zijn aangebracht (zoals
Westwijk) en derhalve geen onderdeel vormen van het originele convenant
Kosten vervangingsonderhoud arealen die nog worden voorzien (zoals Amsys
en Noord/Zuidlijn) en derhalve geen onderdeel vormen van het originele
convenant
Financiering van het onderhoud van de metro-infrastructuur na 2027, wanneer
de looptijd van het convenant eindigt
Algehele risicobeheersing en risicodekking
Kanttekeningen

Portefeuille 29
Agendapunt 11
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting
en Monumenten
Agendapunt
, woensdag 3 september 2008
VV
9
n.v.t.
Uitvoering
n.v.t.
Aanvullende communicatie
n.v.t.