Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Gemeenteblad
Raadsnotulen
R
1
Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum
20 december 2006
Publicatiedatum
Avondzitting op woensdag 20 december 2006
Voorzitter
: mr. M.J. Cohen,
Burgemeester
, alsmede het raadslid de heer Nederveen,
plaatsvervangend Voorzitter
.
Raadsgriffier:
mevr. mr. M. Pe.
Verslaglegging:
Notuleerservice Nederland.
De
VOORZITTER
heropent om 19.33 uur de des middags geschorste
vergadering.
De
VOORZITTER:
Ik heropen de vergadering. Wij hadden afgesproken nu te
beginnen aan de begroting. Ik stel u ook voor dat te doen, maar wij hadden ook
afgesproken dat wij daarvoor eerst de agendapunten 51 en 53 zouden bespreken. Daarbij
had mevrouw Ornstein het woord gevraagd en die zie ik nog niet. Ik zie nu wel dat de
fractievoorzitter een van zijn taken aan het uitvoeren is. Ik stel voor dat we daar nog heel
even op wachten.
(De heer
VAN DER BURG:
Te laat lijkt mij te laat. Ik stel voor dat we
doorgaan met de vergadering, maar dan met de begroting. Dan komt punt
53 daarna.)
Ik dank u wel. Dan doen we dat.
(Wethouder
ASSCHER:
Is punt 53 nu gehamerd?)
(De heer
VAN DER BURG:
Nee, dat doen we gewoon achteraf.)
Mijnheer Asscher, u had het woord niet.
45
Slotbeschouwingen begroting 2007 en behandeling preadviezen van het College
van Burgemeester en Wethouders van 28 november 2006 op de moties/amendementen
op de begroting 2007 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 725).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van der Garde.
Mevr.
VAN DER GARDE:
Tijdens de Algemene Beschouwingen op 1 november
2006 heb ik Amsterdam een stad met perspectief en vertrouwen genoemd. Zo’n stad
verdient een begroting die dat perspectief en vertrouwen kan waarmaken. Dat doet deze
begroting. Er zijn natuurlijk weer veel moties ingediend. Toch is het opvallend dat er
weinig grote financiële verschuivingen zijn in de voorstellen van de diverse fracties. Het
kan zijn dat dit komt omdat het een zeer compacte begroting is waar weinig meer aan te

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
2
versleutelen valt. Daarnaast kan het ook betekenen dat de Raad redelijk tevreden is met
de voorstellen die het College doet. Bij de Wet maatschappelijke ondersteuning zit ons
nog dwars dat ons een flink risico boven het hoofd hangt. Wij vragen het College dan ook
om voor de voorjaarsnota met een voorstel te komen voor het opnemen van een
risicobudget voor de uitvoering van de taken die de gemeente krijgt overgedragen van het
Rijk.
Een begroting is niet meer dan een boekwerk met nog niet uitgevoerde plannen.
Van die voornemens moeten we nu naar de uitvoering gaan.
Als de plannen Kinderen
Eerst, Wij Amsterdammers, Amsterdam Topstad en allerlei zaken rondom het
armoedebeleid goed worden uitgevoerd, staat de stad er over een jaar sterker voor. Wij
waren blij verrast door de verdeling van de plannen voor Kinderen Eerst. We hebben daar
veel geld voor uitgetrokken en het ziet er goed uit. Echt veelbelovend. Een overheid die
een hand uitsteekt naar kinderen die aan alle kanten verzuipen. Daarbij schuwt dit
College geen onorthodoxe maatregelen. Voor Wij Amsterdammers hebben wij eerder in
de raadscommissie een voorstel gedaan voor de verdeling van incidentele middelen. Wij
willen daarmee richting geven aan de 5,5 miljoen euro incidenteel die de gemeente
daaraan in 2007 wil uitgeven. Daar komt nog eens 2,5 miljoen euro structureel bij. In de
gewijzigde versie van de motie is met opzet nog enige ruimte aan het College gelaten.
Wat ons betreft mag het College in 2007 minder aan Marhaba uitgeven.
Begrotingtechnisch komt het erop neer dat we het bedrag onder de post Wij
Amsterdammers willen halveren, net als onder de post diversiteit. In totaal is er dan in
2007 400.000 euro beschikbaar voor deze stichting. Onder de post diversiteit halen wij
200.000 euro weg die wordt gebruikt als dekking voor twee andere accentmoties.
Voor een goede uitvoering van de plannen in deze begroting is een nieuwe
manier van denken nodig. In de concrete plannen moet een aanpak worden gekozen
waarbij wordt voorkomen dat we problemen in de privésfeer tot het publieke domein laten
toetreden. Wat bedoel ik daarmee? Om radicalisering van jongeren bijvoorbeeld tegen te
gaan, moeten we weten welke factoren in gezinnen, moskeeën en de besloten ruimte van
het internet spelen. Wat leidt tot die radicalisering? Ook moeten we ervoor zorgen dat
deze jeugd in Amsterdam meedoet in de samenleving door haar te verplichten mee te
doen in de maatschappij en actief te benaderen voor werk en studie. Een goede aanpak
van probleemjongeren die voor onveilige pleinen zorgen, begint bij de thuissituatie. Zorg
ervoor dat de thuissituatie van die vijftig of zestig gezinnen met ernstige en meervoudige
problemen in het stadsdeel radicaal verandert. Dan zullen de pleinen veiliger worden. Dit
geldt ook voor een goede aanpak van verslaafde veelplegers. Een aanpak waarbij geen
aspect van zijn of haar leven niet op de schop gaat. We moeten niet schromen om in de
privésfeer van deze verslaafde veelplegers te stappen en met enige dwang en drang de
ellende op te ruimen. Ook daardoor zullen pleinen veiliger worden. Niet alleen om de
overlast tegen te gaan, maar vooral ook om de inwoners van Amsterdam niet aan hun lot
over te laten.
Tijdens de Algemene Beschouwingen hebben wij drie concrete resultaten aan het
College gevraagd. Dat ging over de voedselbanken, de schuldhulpverlening, een aanbod
voor werk en scholing aan jongeren onder de 27 jaar en het ging over de pleinen. Met
deze begroting denken wij dat die resultaten haalbaar zijn. Dat kan echter alleen als het
College tot achter de voordeur kijkt en niet bang is om ook in de privésfeer binnen te
treden. Wij verwachten dan ook dat u dat doet. Wij vragen offensief besturen van u en wij
willen dat u schaamteloos doet wat nodig is voor de Amsterdammers en voor onze stad.
Wij vragen aan u, Burgemeester en Wethouders, meer creativiteit, daadkracht en
organisatievernuft. De plannen voor Kinderen Eerst zijn voor ons daar een heel mooi

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
3
voorbeeld van. Wij zullen de vernieuwing van het optreden ondersteunen en verdedigen.
Wij hebben er vertrouwen in en ik verwacht over een jaar een stad met nog meer
perspectief.
Mijn fractie dankt het College voor de preadviezen. Als ik mijn ervaring van
andere jaren vergelijk met nu, dan is er vaker positief gepreadviseerd. Dat is mooi.
Ik kom nu toe aan de praktische zaken van de moties en amendementen. Op de
eerste plaats wil ik een nieuw amendement indienen. Ik doe dat met de handtekeningen
van mijn collega-fractievoorzitters. Het is een amendement op de begroting van de
ombudsman. In 2005 hebben wij het jaarverslag van de ombudsman goedgekeurd met de
bijbehorende begroting. De verhoging van die begroting is nooit in de gemeentebegroting
opgenomen. Dat willen we nu per amendement regelen. Daarnaast dien ik een aantal
gewijzigde moties en amendementen in. Ik noem de nummers, dat is volgens mij het
makkelijkst te volgen. Nummer 553 over gratis openbaar vervoer trekken we in ten gunste
van een bijna eensluidende motie van de SP. Het onderzoek uit onze motie is niet meer
nodig omdat de wethouder dit al heeft toegezegd. Nummer 591 over het IDFA is
gewijzigd. De dekking is veranderd en hiervoor in de plaats komt een accentamendement.
Dat geldt ook voor motie 610. Dit amendement gaat over de open source en wordt samen
met GroenLinks ingediend. Ook hierbij is de dekking gewijzigd en ingediend als
amendement nr. 767. Amendement 638 gaat over het welkomstgeschenk bij aangifte van
een geboorte. Hierin is het bedrag gewijzigd. Wij denken dat dit cadeautje de helft minder
hoeft te kosten en ook de dekking is gewijzigd. Wij willen dit nu bekostigen uit de post
citymarketing. Heel passend. Nummer 637 over de vroegtijdige gezinsinterventie hebben
wij op basis van het preadvies zo gewijzigd dat wij eerst vragen om een goede evaluatie.
Daarna vragen wij het College om een voorstel hoe daarmee verder gegaan moet
worden. Zojuist zei ik al dat van amendement nr. 635 over Wij Amsterdammers de
besteding is veranderd. Motie nr. 609 over de open standaarden is zo gewijzigd dat het
ons nu gaat om de uitwisseling van externe gegevens. Ook dit is gebeurd op basis van
het preadvies van het College. Motie nr. 543 over de Wmo-loketten is licht gewijzigd en
amendement nr. 592 over de Stichting SEP en Vizier is ook gewijzigd.
Dan wil ik kort iets zeggen over de moties van andere partijen.
(De
VOORZITTER:
Al die gewijzigde moties gaan we niet voorlezen.)
Het Presidium wordt overgedragen aan de heer
Nederveen
.
De
VOORZITTER:
Ik stel voor dat we de gewijzigde moties niet gaan voorlezen.
Een ervan doe ik wel, want die is helemaal nieuw. Gaat u ermee akkoord dat de
gewijzigde moties en amendementen morgen uit de stemmingslijst zullen blijken?
De
VOORZITTER
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
23
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Garde c.s.
inzake de begroting voor 2007 (ombudsman) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 778).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendementen zijn
ingetrokken:

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
4
De motie-Bos c.s. (nr. 543), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De motie-Bergervoet (nr. 553), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Graumans (nr, 591), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Graumans (nr. 592), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-Gazic c.s (nr. 609), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Manuela (nr. 610), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Van der Garde (nr. 635), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
De motie-Van der Garde c.s. (nr. 637), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Gazic c.s. (nr. 638), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen:
24
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Bos c.s. inzake de
combinatie van loketfuncties (Gemeenteblad afd. 1, nr 752)
25
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Graumans inzake
de tegemoetkoming IDFA voor huur Pathé Tuschinski en Pathé De Munt (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 763)
26
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Graumans inzake
de subsidie SEB en Stichting Vizier (Gemeenteblad afd. 1, nr. 764)
27
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Gazic c.s. inzake het
gebruik van open standaarden (Gemeenteblad afd. 1, nr. 766)
28
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Manuela inzake de
businesscase open source (Gemeenteblad afd. 1, nr. 767)
29
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Garde
inzake het programma Wij Amsterdammers (Gemeenteblad afd. 1, nr. 773)

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
5
30
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van der Garde c.s. inzake
de uitbreiding van het project in Noord voor vroegtijdige interventie in gezinnen
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 774)
31
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Gazic c.s. inzake
het welkomstgeschenk bij aangifte van een geboorte (Gemeenteblad afd. 1, nr. 775)
De moties/amendementen maken deel uit van de beraadslaging.
Mevr.
VAN DER GARDE:
Ik wil kort nog iets zeggen over de moties van andere
partijen. Ik zal niet de hele stemmingslijst doorlopen. Ik wil echter even aangeven dat wij
het amendement van GroenLinks over de onafhankelijke klachtenlijn zullen steunen. Dat
is nummer 544. Ook het amendement over preventie van fietsendiefstal, nummer 640,
zullen wij steunen. Het amendement over de film An inconvenient truth is een sympathiek
amendement, maar misschien kan GroenLinks in haar termijn nadenken over de vraag of
het niet goedkoper is om die film op dvd te laten zetten en vervolgens te verspreiden. Dan
kost het misschien minder dan 25.000 euro. De kampioenschappen buiten spelen wil ik
nog even noemen, nummer 548, van de SP. Die krijgen onze steun. De SP heeft ook een
amendement over het ASKV. Als de dekking daarvan gewijzigd is, zullen we die ook
steunen. Ook de motie over de Dierenambulance, nummer 646 van de VVD, steunen wij
indien gewijzigd. Dat laatste geldt ook voor 634. Dat is de motie van het CDA over de
gelden in Noord. Die zullen we ook steunen en ik heb begrepen dat die ook gewijzigd
wordt.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van der Burg.
De heer
VAN DER BURG:
Sinds de Algemene Beschouwingen zijn er een paar
zaken veranderd. De twee belangrijkste wil ik noemen. Ik begon mijn Algemene
Beschouwingen met te zeggen dat deze Raad drie vijanden kende: Balkenende I, II en III.
Sinds die tijd hebben we verkiezingen gehad en zitten we hier met vijf verliezers en een
winnaar in deze Raad en komt er gewoon Balkenende IV met steun van een groot deel
van deze Gemeenteraad. Geen premier Bos, maar vice-premier Aboutaleb. Dat zou
boeiende gevolgen kunnen hebben voor Amsterdam, want tot de verkiezingen dachten wij
dat het in Den Haag bij de vorming van een nieuw kabinet vooral zou gaan over hoe we
de grote steden konden helpen. Nu wordt er al gesproken over euthanasie en abortus en
veel minder over de vraagstukken die de grote steden aangaan. We moeten maar
afwachten hoe dat uit gaat pakken in Den Haag.
Een tweede punt dat sinds die tijd is veranderd, is de Afvalenergiecentrale. Die
centrale is niet zozeer veranderd als wel de financiële kaders die daarbij horen. Een
tegenvaller van 90 miljoen euro die ook effect heeft op de begrotingen in de komende
jaren. We bespreken hier dus een begroting die volgend jaar de facto al niet meer sluitend
begint. De begroting is in de verschillende commissies besproken. Ik ga niet alle moties
en amendementen langslopen en vertellen wat we ervan vinden. In de meeste gevallen
weet u het. In sommige gevallen blijft het een verrassing tot de stemming. Bij de
bespreking van de begroting in de verschillende commissies was wel duidelijk dat de
Raad het over de begroting 2007 redelijk eens is. Dat is ook wel logisch want de
begroting 2007 is een redelijke vertaling van het programakkoord dat door drie partijen in
deze Raad, PvdA, GroenLinks en SP, gesteund wordt. En ook de andere partijen die het
programakkoord niet steunen, erkennen wel dat dit een redelijke vertaling is van dat

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
6
akkoord. Het College heeft gewoon gedaan wat de meerderheid van de Raad van hem
verwachtte.
Wat springt eruit? Een aantal zaken. Op de eerste plaats de portefeuille Wonen.
Daarbij is de Raad toch duidelijk van mening dat het College steken heeft laten vallen. Of
het nu gaat om een AMH of een startersfonds, het maakt niet uit. De grote meerderheid
van de Raad vindt dat daar het nodige reparatiewerk nodig is. Ook de VVD zal op dat
punt voorstellen steunen omdat het voor de VVD nog steeds duidelijk is dat we het eigen
woningbezit moeten blijven stimuleren. Bijna 24% is voor ons niet genoeg om
middeninkomens aan de stad te binden. Daar moeten we mee doorgaan.
Een tweede punt betreft Marhaba. Dat is een punt waar de heer Limmen straks
ongetwijfeld het woord over zal voeren. En ere wie ere toekomt, hij is daar onze grote
leider in. Maar ook de VVD wil daar het een en ander over zeggen. Het College wil
400.000 euro in 2006 en 800.000 euro in 2007 uittrekken voor Marhaba. Dat is samen 1,2
miljoen euro. Daarbij spelen twee vragen een rol. Moet je dit überhaupt wel doen? Moet
de overheid zich met geloofsinhoud bezighouden? Moet de gemeente Amsterdam de
ontwikkeling van een Europese islam financieel ondersteunen? SP, CDA en VVD zeiden,
en zeggen volgens mij, nog steeds: nee. PvdA en GroenLinks zeiden: ja. Althans, die
zeiden ja tegen het bedrag van 400.000 euro om het een en ander uit te gaan werken en
daarna een besluit te nemen over het vervolg. Ik hoop dat daar in de toekomst nog enige
ruimte in zit. Op dit moment ligt er niets anders dan de aanvraag waar de Raad 400.000
euro voor heeft uitgetrokken. Op basis daarvan heeft de Raad gezegd: dit belonen wij met
een bedrag van 400.000 euro om een en ander uit te werken. Het College stelt nu in de
begroting voor om er alsnog 800.000 euro bij te doen. Wij willen eerst de resultaten zien
van de besteding van de 400.000 euro en dan pas de vraag beantwoorden, of je er nu
voor of tegen bent, of en zo ja hoeveel geld er extra uitgetrokken moet worden.
Het derde punt zie je ook terug in de verschillende bijdragen van de partijen in de
Raad. Dat is het jeugdbeleid. Wij mochten van de plaatsvervangend wethouder voor
Onderwijs en Jeugdzaken, de heer Asscher, vorige week plannen ontvangen over het
jeugdbeleid. Ik kan het niet nalaten, mijnheer Asscher, het is leuk dat u dat mocht doen
gezien uw verhaal de afgelopen jaren. Die plannen zien er gewoon goed uit. Veel extra
geld, voor een groot deel ook komend van het CDA/VVD-kabinet waar we nog steeds van
mogen profiteren in dit land, wordt gecombineerd met Amsterdams geld en wordt in onze
ogen goed ingezet. De Raad geeft bij moties aan dat hij het jeugd- en educatiebeleid hét
speerpunt vindt van de komende jaren. Juist bij dit speerpunt is daarom ook het resultaat
belangrijk. De Partij van de Arbeid neemt niet alleen een groot risico, maar ook een grote
verantwoordelijkheid op zich als zij zou besluiten de wethouder van deze portefeuille te
vervangen. Bij discontinuïteit is volgens ons de uitvoering van het beleid in elk geval niet
gebaat.
Dan de preadviezen. Ik kijk een beetje naar de slogan van ABN AMRO, maar heb
ook een beetje gejat van de Ajax-supportersvereniging. Het begint met ambitie, maar
eindigt met de preadviezen. Soms zijn de preadviezen nogal tam, defensief of zelfs mat te
noemen. Tijdens de Algemene Beschouwingen stelde de VVD bijvoorbeeld voor om met
een Amsterdamse canon te gaan werken. De Burgemeester was ronduit enthousiast te
noemen. Het College zegt nu dat het geen bezwaar heeft tegen het aannemen van de
motie. Mijnheer de Burgemeester, ik had daar graag iets meer passie in gezien. Ook bij
andere moties wordt heel erg verdedigend gezegd waarom we bepaalde dingen niet
moeten doen in plaats van gepassioneerde verhalen waarom we ervoor gaan om van
Amsterdam op allerlei punten een topstad te maken. U zult het mij niet euvel duiden dat ik
hierbij wat VVD-moties noem, over de Giro en de Tour of de culturele hoofdstad. Als ik u

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
7
dus een verzoek mag meegeven, dan is dat: gooi volgend jaar in uw teksten wat meer
passie en emotie. Niet alleen in de teksten die u voordraagt bij AT5 of als u in de stad
bent, maar ook voor de Raad. En daarna uiteraard ook gewoon daadkracht.
De VVD zal met drie moties komen. De eerste is motie nr. 754. De tweede is een
motie waarvoor u een nummer mag verzinnen, want het is een nieuwe motie-Van ’t
Wout/Buurma-Haitsma. En de derde motie is motie 776. Een motie van de vier
diervriendelijke partijen in de Amsterdamse Gemeenteraad: PvdA, SP, D66 en VVD.
Deze motie gaat over de Dierenambulance. Enerzijds gaat het natuurlijk om de
diervriendelijkheid van de inhoud. Het gaat echter ook om een ander punt. De Raad heeft
een motie aangenomen waarbij het College een opdracht heeft gekregen. In de ogen van
de VVD heeft het College die opdracht niet uitgevoerd. In de commissie hield het een heel
verhaal dat in elk geval de VVD niet heeft overtuigd. Vandaar dat wij met een accentmotie
zijn gekomen die gesteund wordt door PvdA, SP en D66, opdat een raadsbesluit gewoon
uitgevoerd gaat worden. Ook bij deze motie mag u veronderstellen dat die een
meerderheid krijgt, gezien de ondertekenaars. Wij gaan er dan ook van uit dat u na twee
keer de motie wel zult uitvoeren.
Tot slot een rijtje intrekkingen. Gezien agendapunt 8 van vanmiddag trekken wij
583 in; dat hoeft niet meer. Verder trekken wij 632, 645, 532, 533, 593 en tot slot, ten
gunste van amendement 640 van GroenLinks, trekken wij 597 in.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendementen zijn
ingetrokken:
De motie-Van der Burg c.s. (nr. 532), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-Van der Burg c.s. (nr. 533), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-De Wit (nr. 566), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Van ‘t Wout (nr. 583), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Nederveen (nr. 593), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Flos (nr. 597), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Van ‘t Wout (nr. 632), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Van ‘t Wout (nr. 645), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-Flos (nr. 646), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
8
behandeling meer uit.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen:
32
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid De Wit inzake
stageplaatsen/leerwerktrajecten (Gemeenteblad afd. 1, nr. 754)
33
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Flos inzake
dierenambulance (Gemeenteblad afd. 1, nr. 776)
De moties maken deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER:
Ik stel de Raad voor de accentmoties niet voor te lezen.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie is ingekomen:
34
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van ’t Wout c.s. inzake de
begroting voor 2007 (sport op naschoolse opvang) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 779).
De motie maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van der Meer.
De heer
VAN DER MEER:
Deze eerste begroting van het nieuwe roodgroene
College stemt ons gelukkig. Mede door de 10%-operatie is er voldoende geld beschikbaar
om invulling te geven aan het programakkoord. Dit betekent niet dat de fractie van
GroenLinks geen wensen meer heeft. Ik loop graag met u de moties en amendementen
langs waarbij ik wil benadrukken dat inhoudelijke keuze voor ons misschien nog wel
belangrijker is dan de eraan gekoppelde gelden. Laat ik maar meteen groot beginnen.
Door de deal met de corporaties die later wordt behandeld komt er ruimte in het ISV met
de post stimulering woningbouw voor doelgroepen. Het gaat om een bedrag van 3 miljoen
euro incidenteel en wij stellen voor om deze middelen beschikbaar te stellen aan drie
onderwerpen: het broedplaatsenbeleid, de kosten van de bodemsanering bij stedelijke
vernieuwingsprojecten en een motie van de heer Mulder, het reserveringsfonds voor
startersleningen. Keurig evenredig verdeeld, 1 miljoen voor alle posten.
Al tijdens de Algemene Beschouwingen stelde collega Sargentini voor om
middelbare scholen naar de film An inconvenient truth te laten gaan middels amendement
593. Zij deed dit om scholieren bewust te maken van klimaatveranderingen en het effect
daarvan op onze aarde. We hebben nu ook een geschikte dekking gevonden, zeker als je
die hoort: bevordering van het milieubesef. Mij dunkt dat er geen passender post te
vinden is. En om mevrouw Van der Garde te antwoorden: het zal meer impact hebben om
kinderen naar deze film te laten gaan dan ze eventueel een dvd’tje te laten zien. Het is
namelijk nog maar de vraag of scholen hem dan ook tonen. Wij denken dat de bioscoop
meer effect heeft op de kinderen en dat de ambiance ook meewerkt aan het besef dat het
hier gaat om een heel serieus onderwerp.
Laat ik de andere moties en amendementen langslopen. Achter het amendement
over opensourcesoftware, 610, en motie nr. 613, samengevoegd tot amendement nr. 767,
van mevrouw Van Pinxteren samen met de Partij van de Arbeid, gaat een principiële

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
9
keuze schuil. Het softwarecontract met Microsoft loopt af in 2008. Al heel lang wil de
Gemeenteraad graag over op een leveranciersonafhankelijke keuze. Een keuze voor
open, transparante, controleerbare software. Nu is het moment om de omschakeling naar
een nieuw systeem voor te bereiden. De subsidiëring van de WVG-klachtenlijn wordt per
1 januari 2007 ingetrokken. Onder meer omdat het Servicecentrum Wmo zelf een
klachtenlijn heeft ingesteld. Maar juist bij de invoering van het groeimodel van de Wmo-
verordening heeft een onafhankelijk klachten- en adviespunt Wmo een belangrijke functie
voor ondersteuning van patiënten en cliënten, evenals ter signalering en advisering van
het Servicecentrum Wmo. Bovendien heeft het klacht- en adviespunt een belangrijke rol
bij de deskundigheidsbevordering van de Loketten Zorg en Samenleven in de stadsdelen.
Daarom handhaven wij ons amendement klachtenlijn Wmo, dat is amendement 753. Er
zit een kleine wijziging in omdat de dekking nu gevonden wordt in de prioriteit ’van
ongeduld naar actie’. Motie 538 is motie nr. 749 geworden. Dat is de motie CO
2
-neutraal
concern Amsterdam van mevrouw Sargentini en de heer Geurts. Deze wordt gewijzigd
ingediend om tegemoet te komen aan de bezwaren van het College. Het CO
2
-neutraal
maken van het concern Amsterdam dient nu bij voorkeur behaald te worden door
energiebesparing en het gebruik van duurzame energie, maar ook andere middelen
kunnen worden ingezet. Wij hopen het College hiermee bewegingsvrijheid mee te geven.
Samen met mevrouw Graumans van de PvdA dien ik een amendement in om de
concurrentievervalsende werking uit de cultuureducatie te halen en ervoor te zorgen dat
twee organisaties, SEP en Vizier, in de komende twee jaar tot aan het nieuwe
Kunstenplan op gelijke voet met andere partijen cultuureducatie kunnen aanbieden. Het
gaat om amendement 590 en 592 die samen worden gevoegd tot amendement nr. 764.
Het amendement voor het instellen van een cultuurintendant, amendement 589, trek ik tot
mijn grote spijt in. Ik ben ervan overtuigd dat mijn dekkingsbron niet voldoende ruimte
geeft om een intendant serieus een rol te geven in het culturele veld. We komen hier
graag op terug bij de voorjaarsnota 2007 of bij de behandeling van de beleidskaders van
het Kunstenplan. Daarop vooruitlopend zal ik tegen die tijd een uitgebreide notitie aan uw
Raad voorleggen. Natuurlijk steunen wij ook het amendement over de ombudsman die
net door mevrouw Van der Garde al werd behandeld. We regelen dit nu incidenteel en
dus zal volgend jaar naar een structurele oplossing moeten worden gekeken. Motie 537,
welzijnswerk terug naar de kerntaak, houden wij onverkort overeind. Hier is door mevrouw
Sargentini al uitvoerig bij de Algemene Beschouwingen over gesproken. Wij handhaven
ook het amendement van mevrouw Van Doorninck over de uitbreiding van de
hulptrajecten aanpak huiselijk geweld. Wij nemen notie van het commentaar op het
moment van invoering, maar verder is het preadvies positief.
Datzelfde geldt voor motie 555, het beleidskader Veren, en motie 556 van de heer
Geurts die gaat over het verhogen van het aandeel openbaar vervoer in de modal split en
het beter uitwerken van de plannen voor het openbaar vervoer in Amsterdam en de regio.
Ook motie 557, die gaat over de verhoging van het aandeel splitlevel fiets, handhaven wij.
Met vreugde hebben wij kennisgenomen van de reactie van wethouder
Aboutaleb
op ons amendement 569 van mevrouw Ulichki over de financiering van Studio West. Het
geld, 180.000 euro, komt alsnog structureel beschikbaar en daar ging het ons om. Een
mooi neveneffect is dat ook jongerencentrum Nowhere in Zeeburg een financiële bijdrage
ontvangt. Dus trekken we dit amendement met een grote glimlach op ons gezicht weer in.
Met dank aan de heer Aboutaleb. Eenzelfde soort blijheid geldt motie 570, nulmeting en
streefcijfers voorschool van mevrouw Ulichki. GroenLinks heeft zich altijd ingezet voor de
voorschool en is blij met de wending van het College. Het College deelt nu gelukkig wel
onze mening over het beschrijven van een nulmeting en de streefcijfers. Wij handhaven

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
10
dus deze motie. Motie nr. 755 van mevrouw Ulichki die ervoor pleit om
vrouwenemancipatie breder op te vatten dan alleen taallessen, willen wij graag gewijzigd
indienen. Voor GroenLinks is het een belangrijk punt dat we nu nog onvoldoende
terugzien in het beleid. We handhaven tevens amendement 640, preventie fietsendiefstal.
Het College kiest voor het stabiliseren van het percentage gestolen fietsen op 10% en
onze ambitie gaat verder. Wij willen het streven handhaven op 6%. Fietsendiefstal is een
grote ergernis onder Amsterdammers. Wij willen daarom dat deze prioriteit alsnog wordt
opgenomen in het mobiliteitsfonds en vragen het College om een herschikking van de
prioriteiten in dit fonds, indien dit amendement een meerderheid in de Raad haalt.
Dan de Chinadesk. Deze is al meerdere malen in de commissie besproken. Wij
kunnen ook tellen en weten dat een meerderheid de desk overeind wil houden. Dit
betekent dus dat het niet zoveel zin heeft om dit als dekking te gebruiken. Dit betekent
niet dat we nu voor de Chinadesk in de huidige vorm zijn. Eerst moet er aandacht komen
voor de mensenrechten in China. Wij zullen dan ook het amendement over China van de
heer Ivens op dit punt steunen. Dat is amendement nr. 623.
Bijna als laatste de motie over Wij Amsterdammers. Bij de Algemene
Beschouwingen gaven wij al aan dat het bij Wij Amsterdammers grotendeels gaat om
ouderwets welzijnswerk. Dat welzijnswerk wordt uitgevoerd door de stadsdelen en die
kampen met tekorten. Vandaar dat GroenLinks en de Partij van de Arbeid voorstellen om
een deel van het geld van Wij Amsterdammers door te sluizen naar de stadsdelen. Het
College laat de bestedingen naar onze smaak veel te open. Wij willen in 2007
instemmingsrecht op de uit Wij Amsterdammers te betalen activiteiten. Zo is er 250.000
euro structureel voor de Amsterdamdag. Of dat bedrag werkelijk nodig is voor de nieuwe
plannen van het College kunnen wij nu niet inschatten. Het amendement van de SP die
daaruit put voor het ASKV kunnen wij daarom steunen. Goede plannen voor de
Amsterdamdag kunnen ook wel betaald worden uit incidentele middelen. Wij trekken
amendement nr. 639 in ten gunste van nr. 635. Verder dienen wij een tweede nieuwe
motie in om Amsterdam het manifest van de open gemeenten mede te laten
ondertekenen. Dat is een motie van mevrouw Van Pinxteren. Tot slot trekken wij een
aantal moties in. Ik noem de motie over watermanagement, nr. 612. De motie over
afschaffing van waterschappen, nr. 611, beide van mevrouw Van Pinxteren. Het
amendement over de financiële ondersteuning van MUG uit Wij Amsterdammers, 639,
heb ik net al genoemd. En motie nr. 622 van mijzelf over Salto, vanwege een toezegging
van wethouder Asscher.
De
VOORZITTER:
Ik pluk de twee nieuwe moties eruit. Vindt u dat een goed
idee?
(De heer
VAN DER MEER:
Mag ik u helpen? De motie van mevrouw Van
Pinxteren die ik nieuw noemde, blijkt nr. 768 te zijn.)
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendementen zijn
ingetrokken:
De motie-Sargentini c.s. (nr. 538), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Sargentini c.s. (nr. 539), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
11
Het amendement-Van Doorninck (nr. 544), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
Het amendement-Ulichki (nr. 569), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De motie-Ulichki (nr. 571), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Van der Meer c.s. (nr. 588), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
Het amendement-Van der Meer (nr. 589), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
Het amendement-Van der Meer (nr. 590), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
De motie-Van Pinxteren c.s. (nr. 611), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-Van Pinxteren c.s. (nr. 612), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-Van Pinxteren c.s. (nr. 613), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Van der Meer c.s. (nr. 621), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
De motie-Van der Meer (nr. 622), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Sargentini (nr. 639), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendementen zijn
ingekomen:
35
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Sargentini c.s. inzake een
CO
2
-neutraal concern Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 749).
36
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Sargentini c.s.
inzake de gratis toegang van middelbare scholen tot de film ‘An Inconvenient Truth’
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 750).
37
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van Doorninck
inzake een onafhankelijke klachtenlijn Wmo (Gemeenteblad afd. 1, nr. 753).

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
12
38
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Ulichki inzake Pavem-
middelen (Participatie allochtone vrouwen etnische minderheden) (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 755).
39
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Meer c.s.
inzake het broedplaatsenbeleid (Gemeenteblad afd. 1, nr. 762).
40
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van Pinxteren c.s. inzake
de businesscase open source (Gemeenteblad afd. 1, nr. 768)
41
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Meer c.s.
inzake differentiatie vermakelijkheidsretributie op basis van emissie van boten
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 769)
42
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Meer c.s.
inzake de begroting voor 2007 (bodemsanering) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 780).
De moties/amendementen maken deel uit van de beraadslaging.
(De heer
VAN DER MEER:
Excuses. Ik hoor net van de heer De Goede
dat motie 584 ook wordt ingetrokken.)
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie is ingetrokken:
De motie nr. 584, ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van behandeling
meer uit.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Alberts.
Mevr.
ALBERTS:
Ik zal mij beperken tot het opnoemen van de moties en
amendementen die door de SP zijn ingediend. Ik doe dat in oplopende nummervolgorde
en ik zal er telkens bij zeggen of we die handhaven, intrekken of wijzigen. Ik begin bij
motie 546 over de onafhankelijke klachtenlijn Wmo. Deze handhaven wij. Wij vinden het
belangrijk dat er, niet alleen in het komende jaar, maar ook in de volgende jaren waarin
de Wmo wordt ingevoerd, in ieder geval een mogelijkheid blijft om buiten de interne
klachtenlijn om nog een externe klachtenlijn te hebben. Mevrouw Van Doorninck stelde
dat ook voor. Daarnaast willen we aan het College vragen erover na te denken om een
lijn zoals die tot nu toe gefunctioneerd heeft op te nemen in de plannen voor de Wmo. Wij
willen deze motie daarom graag handhaven. Amendement 547 over het ophogen van het
budget voor de Dienst Milieu en Bouwtoezicht trekken wij in. Motie 548 over het
kampioenschap buiten spelen handhaven wij. In de commissie is aan de orde geweest of
deze motie gekoppeld moest worden aan de autoloze zondag. Dat vinden wij
onverstandig. Je brengt dan een dubbele boodschap naar buiten. Met de autoloze zondag
propageer je de bewustwording over het al of niet verstandig gebruik van de auto. Het
buiten spelen gaat juist over bewegingsarmoede en sowieso over de lol van het spelen.
Dat is een dubbele boodschap en die moet je niet aan elkaar koppelen. Dan zal de
strekking van de autoloze zondag, namelijk laat de auto eens een keer staan,
ondergesneeuwd raken. Daarom handhaven we de motie zoals die nu is.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
13
Motie 558, afzien of beperken van huurharmonisatie, zullen we handhaven. Net
als 559 over metrolijn 50. Amendement 573 over de subsidie voor MUG wordt gewijzigd
ingediend. Wij hebben het gevraagde bedrag verlaagd en de dekking veranderd.
Daarmee is het denk ik mogelijk om MUG overeind te houden. Amendement 574 over de
ama’s trekken wij in. Bij amendement 575 over de Bijstandsbond hebben wij de dekking
gewijzigd en u zult een nieuwe versie tegemoet kunnen zien. Amendement 576 over het
ASKV is gewijzigd. We hebben niet alleen het bedrag verlaagd, we hebben ook de
dekking gewijzigd. Motie 577 over de gratis schoolboeken vraagt om een evaluatie. Die
motie handhaven wij. Motie 578 over de Armoede-effectrapportage dienen we gewijzigd
in. Er zijn overwegingen toegevoegd. De strekking is dat de Armoedemonitor achteraf
meet zoals het preadvies ook zegt. Wij willen juist vooraf doelstellingen formuleren en dat
is toch een klein, maar belangrijk verschil. Vandaar dat we deze motie met gewijzigde
overwegingen handhaven. Motie 579 over het inloopspreekuur voedselbanken trekken we
in omdat we de evaluatie van de motie-Limmen afwachten. Motie 580 over de
voedselbanken wordt gewijzigd ingediend. Motie 587 over de verloting van vrijkaarten van
de ArenA handhaven wij. Wij blijven volhouden dat het een verkeerd signaal is dat die
vrijkaarten voor een handjevol politici zijn en niet voor de rest van de stad. Motie 594 over
Amsterdam FM handhaven wij, tenzij de wethouder kan melden dat er zeer recente
nieuwe ontwikkelingen zijn die wij nog niet weten. In dat geval kunnen we daar nog over
nadenken. Motie 602 over de Opstapper handhaven wij.
Motie 603 over de proef met gratis openbaar vervoer wordt gewijzigd ingediend
samen met de Partij van de Arbeid. Motie 614 over de nettotoevoeging bij de presentatie
van woningproductiecijfers blijft gehandhaafd, net als amendement 615, over het opheffen
van de reserve kwaliteitsverbetering bedrijfsgebieden. Amendement 623 over de
Chinadesk wordt gehandhaafd, evenals amendement 624 en motie 626. Dan blijft motie
625 over de toeristenbelasting over. Wij zullen deze motie wijzigen. De afgelopen jaren
bleek er stelselmatig geen meerderheid voor het verhogen van de toeristenbelasting.
Enige tijd geleden hebben we wel de motie-Paquay aangenomen waarmee we ons
hebben verplicht om na te denken over de toeristenbelasting. Wij hebben dat gedaan
naar aanleiding van het nieuws van een aantal weken geleden over steden waar toeristen
vrijwillig geld afstaan. Wij denken daarbij onder andere aan de stad Rome waar de
Trevifontein altijd behoorlijk gevuld raakt. Wij willen daarom een motie indienen waarin de
Raad uitspreekt dat Amsterdam ook zo’n plek wil en dat we daarvoor een prijsvraag willen
uitschrijven.
(Wethouder
ABOUTALEB:
Ik heb een vraag aan mevrouw Alberts over
MUG. Ik wil mij vergewissen of u mijn brief hebt ontvangen over MUG.)
Aan mijn linkerkant wordt “ja” gesouffleerd.
(Wethouder
ABOUTALEB:
Ik weet niet of de motie nog zinvol is gezien
de inhoud van die brief.)
(De heer
PAQUAY:
Ik heb het hier ook in de commissie over gehad. Voor
zover ik heb begrepen blijft er nog steeds een eenmalig bedrag over dat
MUG nodig zou hebben. Als ik het mij goed herinner vertelde u dat dit in
de Commissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie,
Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop aan de orde zou komen. Er moet dus
wel voorgesteld worden om daar iets mee te doen. Vandaar dat wij deze
motie handhaven. Voor de rest zijn we het eens.)
(De
BURGEMEESTER:
Motie 641 over de bingolokalen hebt u nog niet
behandeld.)
Die handhaven wij.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
14
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendementen zijn
ingetrokken:
Het amendement-Meijer (nr. 547), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Paquay (nr. 573), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amendement-Karabulut (nr. 574), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
Het amedement-Paquay (nr. 575), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Paquay (nr. 576), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-Paquay (nr. 578), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De motie-Karabulut (nr. 579), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De motie-Paquay (nr. 580), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De motie-Meijer (nr. 603), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De motie-Ivens (nr. 625), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendementen zijn
ingekomen:
43
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake
subsidie MUG (Gemeenteblad afd. 1, nr. 756)
44
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake
subsidie Bijstandsbond (Gemeenteblad afd. 1, nr. 757)
45
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake het
Amsterdams Solidariteits Komitee Vluchtelingen (ASKV) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 758)
46
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake de
Armoedemonitor 2006 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 759)

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
15
47
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake
voedselbanken (Gemeenteblad afd. 1, nr. 760)
48
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Meijer inzake gratis
openbaar vervoer voor doelgroepen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 765)
49
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Ivens inzake
toeristenbelasting (Gemeenteblad afd. 1, nr. 625’)
De moties/amendementen maken deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Limmen.
De heer
LIMMEN:
De heer Van der Burg heeft gefilosofeerd over de toekomstige
kabinetten-Balkenende. Ik heb vandaag al genoeg gesproken over het Haagse CDA, dus
ik wil dat maar gewoon laten passeren. Ik ga zo het woord geven aan de door mij
buitengewoon gewaardeerde college Lex van Drooge, onze financieel woordvoerder.
Voordat ik dat ga doen, ga ik praten over Marhaba. We hebben daar een behoorlijk debat
met elkaar over gehad. Een principieel debat, en dat ga ik hier niet overdoen. Ik hoef u
niet te vertellen wat wij ervan vinden, dat lijkt mij duidelijk. In plaats daarvan, passend bij
financiële beschouwingen, wil ik het hebben over de financiële kant van de zaak. Daarbij
wil ik even uiteenzetten wat er precies aan de hand is en hoe de situatie is. Op 29
november 2006 heeft de Raad besloten om de stichting Marhaba een subsidie te
verlenen van ruim 400.000 euro voor de activiteiten van deze stichting in de periode van 1
september 2006 tot en met 31 december 2007. Omdat in de door de stichting overlegde
begroting volgens het College te weinig geld was gevraagd voor de programmering en
omdat de stichting geen geld had gevraagd voor extern projectmanagement, is bovenop
die 400.000 euro al een extra subsidie verleend van 68.000 euro. Daarmee verkeert de
stichting Marhaba in de merkwaardige situatie dat zij voor haar activiteiten tot en met 31
december 2007 meer subsidie krijgt dan zij heeft aangevraagd. Dat zal weinig
organisaties die in Amsterdam subsidie aanvragen overkomen. In de begroting stelt het
College nu voor om nog eens 800.000 euro subsidie te verstrekken. Dit bedrag is
bestemd voor de activiteiten van stichting Marhaba in het jaar 2007. Daar heeft Marhaba
dus geen subsidieaanvraag voor ingediend. Dat is ook niet zo gek, want zij had al geld
over voor de activiteiten tot en met 31 december 2007. Toen mij duidelijk werd hoe dat
allemaal precies gegaan was, heb ik daar heel diep over nagedacht en begon mij te
dagen dat dit iets te maken heeft met de financiering van het Kosmopolisproject. Dat
gebeurt namelijk op basis van cofinanciering. Wil je geld uit Den Haag krijgen, dan moet
je er zelf ook geld in stoppen. Dat is de eigenlijke reden waarom er gekozen is voor een
financiering terwijl er nog geen activiteiten voor gepland zijn in 2007.
Als we met het College meedenken, dan zijn er volgens mij twee oplossingen
mogelijk. De eerste oplossing is door de aangevraagde 800.000 euro af te wijzen en het
College te vragen een oplossing te vinden voor het feit dat Marhaba daardoor subsidie
van het Rijk misloopt. Die oplossing zouden wij het zuiverst vinden. Dan moet het College
kijken hoe het alsnog de Kosmopolisgelden naar Amsterdam krijgt. Ons denken stopt
natuurlijk nooit, dus we hebben ook een tweede oplossing. Die luidt als volgt: ook wij
willen best meegaan met de redenering om in plaats van 800.000 euro 400.000 euro te
geven. We willen dat bedrag echter geven onder de ontbindende voorwaarde dat

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
16
Marhaba niet in aanmerking komt voor rijkssubsidie. Als dat namelijk niet gebeurt, dan is
er ook geen enkele reden om nu al te besluiten om de gevraagde 400.000 euro toe te
kennen. Dat houdt in dat het bedrag van 400.000 euro voorlopig naar Marhaba gaat. Als
het Rijk er echter niet evenveel bij legt, dan heeft zij dat geld voor 2007 niet nodig. We
hebben immers al geconstateerd dat zij voor het jaar 2007 meer heeft gekregen dan ze
nodig heeft. In dat geval bespreken we een eventuele aanvullende subsidie voor het jaar
2008, op de koninklijke manier in het kader van de begroting 2008. Dan komen we daar
over een jaar op terug. Op die manier denken we recht te doen aan de lijn die de Partij
van de Arbeid in de laatste raadsvergadering heeft ingezet. Die wil dit kritisch blijven
volgen. Er komt een go/no-gomoment en pas daarna nemen wij een beslissing over een
eventuele vervolgsubsidie. Ik heb daarom twee amendementen die ik allebei zal indienen.
Dan geef ik nu het woord aan de heer Van Drooge.
(De
VOORZITTER:
Daarna zal ík het woord geven aan de heer Van
Drooge.)
Misschien als hulp: de overwegingen zijn allemaal hetzelfde, alleen de besluiten
zijn anders. Dan hoeft u het niet twee keer helemaal voor te lezen.
(De
VOORZITTER:
Dank u wel voor uw hulp.)
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende amendementen zijn ingekomen:
50
°
Amendement van 21 december 2006 van het raadslid Limmen inzake de
begroting 2007 (subsidie Marhaba) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 782).
51
°
Amendement van 21 december 2006 van het raadslid Limmen inzake de
begroting 2007 (subsidie Marhaba) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 783).
De amendementen maken deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van Drooge.
De heer
VAN DROOGE:
Het CDA heeft al in eerste instantie gezegd dat de
begroting er in haar geheel goed uitziet. Het CDA zou op een aantal punten een iets
andere keuze hebben gemaakt, maar het algemene oordeel is positief. Wij hebben vier
moties/amendementen ingediend. Amendement 560 gaat over het groot onderhoud van
het Hoofdnet Auto. Volgens het College is daarvoor jaarlijks 3 miljoen euro nodig. In het
preadvies zegt het College dat het nu 750.000 euro uittrekt, in 2010 oplopend naar 3
miljoen euro. In het preadvies staat er dan bij: “Hierdoor zal het achterstallig onderhoud
niet meer oplopen.”Dat is echter onjuist. In de jaren dat je geen 3 miljoen euro besteedt,
loopt dat natuurlijk wel op, in totaal in deze drie jaar met 4,5 miljoen euro zodat het
huidige bedrag van 15 miljoen euro op 20 miljoen euro uitkomt. Wij handhaven daarom
voorlopig dit amendement omdat we hier eerst een antwoord op willen hebben.
Amendement 561 gaat over de middensegmenthypotheek. Daar zijn veel moties over
ingediend. Helaas geen raadsbrede, hoewel er wel raadsbreed gevoelens leven dat dit
anders moet. Na de ondersteuning van het amendement-Mulder door de SP wordt dit
amendement overbodig en daarom trekken wij 561 in. Motie 634 gaat over een gelijk
belastingregime voor bewoners van Amsterdam-Noord. In de commissie heeft een
uitstekende discussie plaatsgevonden en heeft wethouder Asscher een reactie gegeven.
Dat heeft ertoe geleid dat deze motie wordt ingetrokken en dat een gewijzigde motie
wordt ingediend. Deze wordt nu meeondertekend door de Partij van de Arbeid en de

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
17
VVD. Het laatste amendement gaat over het kerstfestival voor alle Amsterdammers. In
het preadvies van het College staat, kort gezegd, dat een dergelijk verzoek een initiatief
dient te zijn dat vanuit de stad opkomt. Het CDA heeft dat preadvies goed gelezen en wij
erkennen volmondig dat wij het hiermee eens moeten zijn. Wij zijn het er dus mee eens.
Wij wachten daarom een initiatief uit de stad af en trekken dit amendement in.
(De
VOORZITTER:
Wat was het nummer van dit laatste amendement?)
642.
(De
VOORZITTER:
Ik stel vast dat u nu een accentmotie indient.)
Dat is volledig juist.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie en de volgende
amendementen zijn ingetrokken:
Het amendement-Van Drooge (nr. 561), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
De motie-Van Drooge (nr. 634), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Limmen (nr. 642), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen:
52
°
Motie van 22 november 2006 van het raadslid Alberts c.s. inzake de
begroting 2007 (Trevifontein) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 781).
53
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van Drooge c.s. inzake
een gelijk belastingregime voor bewoners van Amsterdam-Noord (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 771).
De moties maken deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
Anderen hebben het ook al gezegd, de gepresenteerde
begroting is op hoofdlijnen een goede vertaling van het programakkoord van het College.
Onder de werktitel Amsterdam Topstad wordt ingezet op de ontwikkeling van Amsterdam
tot een creatieve kennisstad. Een ontwikkeling die door D66 in de vorige periode al
uitvoerig is bepleit. Amsterdam als emancipatiemachine, wat GroenLinks in de vorige
periode leek te ambiëren, blijft vooralsnog beperkt tot een aantal extra wijksteunpunten.
Daar kunnen wij als D66 prima mee leven. Toch hebben wij, zoals u hebt kunnen
concluderen, een aantal moties en amendementen ingediend of meeondertekend. Daar
zijn globaal drie redenen voor.
De eerste reden is tempo maken met de creatieve topstad. Onze eigen
amendementen op dit punt zijn amendement nr. 582, een andere invulling van de brede
school, amendement nr. 616, ook door andere partijen in andere vormen ingediend, over
een budget voor middensegmentregelingen. Amendement nr. 633 over de Indiadesk

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
18
trekken we in omdat we hierover een toezegging van de wethouder hebben gekregen.
Dat geldt ook voor amendement nr. 631 over de adviseur voor de creatieve industrie.
Beide amendementen trekken we in na toezeggingen van het College. Er zijn ook nog
andere moties en amendementen op dit punt. Amendement nr. 588, niet van D66, maar
van GroenLinks, over het broedplaatsenbeleid willen wij graag meeondertekenen. Dat is
nog niet gebeurd, maar daar willen wij graag onze handtekening onder zetten. Een
andere motie en een ander amendement die we graag willen steunen, zijn amendement
nr. 590 en motie nr. 606 over cultuur- en kunsteducatie op het gebied van Amsterdam
Topstad.
Een tweede reden om moties/amendementen in te dienen is de zorg die wij
hebben over projecten die we als gemeente zelf ter hand nemen. Bij projecten waar we
zelf de touwtjes in handen hebben, of waar we in de onderhandelingsfase een belangrijke
rol spelen of hebben gespeeld, gebeurt het nogal eens dat het geld met tientallen
miljoenen euro’s tegelijk weglekt. Het Shellterrein, de Noord/Zuidlijn, de
hoogrendementcentrale zijn de bekendste voorbeelden. Maar de herinrichting van de
Overtoom en de renovatie van verschillende bruggen zijn allemaal projecten waarbij de
gemeente grotendeels zelf verantwoordelijk was en die uiteindelijk veel meer geld hebben
gekost. Wij vinden dat de overheid veel beter zou moeten presteren op dit terrein en we
zouden niet zo makkelijk over dit soort overschrijdingen heen moeten stappen. Wij
hebben daar een aantal moties over ingediend, de moties 627 en 629 over
risicomanagement en het risicomanagement van de Zuidas. Het is ons nog niet duidelijk
wat het commentaar van de wethouder was. Daarom vragen wij de wethouder om daar
morgen nog een keer op te reageren. Als het commentaar van de wethouder datgene is
wat wij in de commissie gehoord menen te hebben, dan trekken we deze twee moties in.
Motie 628 over een grotere meetbaarheid houden wij aan, want het advies van het
College is zowaar positief. Motie 630 over het definitieboekje vervangen we door een
accentmotie. Datzelfde geldt voor motie 581 over de prestatie-indicatoren op het gebied
van discriminatie. Daarvoor in de plaats komt een accentmotie waar ook de VVD onder
staat.
Op de derde plaats zijn er moties van ons waarbij wij vinden dat het College een
beetje al te snel en te gemakkelijk problemen naast zich neerlegt die organisaties en
individuen ondervinden bij initiatieven die zij ontplooien. Als reden daarvoor wordt
gegeven: dat is onze zaak niet. Een amendement dat in een van de stemmingslijsten
opgenomen is onder nummer 540 zal ik zo meteen voor de zekerheid nogmaals indienen.
Die gaat over de bijdrage aan het stadsdeel Zeeburg. Gelukkig is stadsdeel Zeeburg goed
vertegenwoordigd in het College met een oud-stadsdeelvoorzitter. U weet dat dit College
al voor de eerste twee jaren een extra bedrag voor Zeeburg heeft toegezegd om de extra
kosten voor IJburg te financieren. Wij verzoeken het College om dat voor de hele
bestuursperiode te doen. Ik begreep dat het bezwaar tegen dit amendement was dat het
een precedent zou scheppen. Dat is natuurlijk niet zo, want als je zoiets voor een periode
van twee jaar doet, dan kun je het ook vier jaar doen. Dat maakt qua precedentwerking
helemaal niets uit. U weet ook dat het dagelijks bestuur van Zeeburg aan het College en
aan de raadsleden een brief heeft gestuurd met het verzoek om dit amendement te
steunen. Ik neem aan dat de brief u ook bereikt heeft. Voor de zekerheid zal ik straks dit
amendement nog een keer indienen. Verder verwerpt het College de amendementen nr.
549 over de renovatie van het Vondelpark en nr. 550 over de woonboten bij Artis. Wij
vinden echter dat dit organisaties zijn met een ambitie. De renovatie van het Vondelpark
valt onder een stadsdeel, maar het Vondelpark is natuurlijk niet alleen voor Oud-Zuid,
maar voor heel Amsterdam. Net zo goed als Artis ook voor heel Amsterdam is. Wij

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
19
zouden daarom graag zien dat dit College dit soort organisaties of stadsdelen iets
makkelijker bijspringt als zij met een dergelijk project aan de gang willen gaan. Datzelfde
geldt ook voor motie nr. 595 en amendement nr. 596 over de huisvesting van het IDFA.
Wij willen dat u daar nog eens goed naar kijkt. D66 is in elk geval erg blij met de
aanwezigheid van het IDFA in Amsterdam en wil deze organisatie zo goed mogelijk
faciliteren. Amendement nr. 552 gaat over de nazorg bij bodemsanering. In de commissie
heb ik begrepen dat er bijkomend geld, zelfs 1 miljoen euro, beschikbaar komt voor extra
bodemsaneringen. Wij denken echter dat juist de nazorg van die eventuele extra
bodemsaneringen erg belangrijk is. We moeten zeker weten dat dit goed gebeurt en dat
we in de toekomst niet met een bodemsanering komen te zitten waarbij toch nog een
vervuilde bodem of te vervuilde bodem is achtergebleven. Dat amendement willen we
daarom handhaven.
Ik hoop met deze toelichting de steun van andere fracties voor onze moties
gewonnen te hebben. Of dat ook zo is, zullen we zien bij de stemming. Ik wil graag
besluiten met het volgende: D66 hoopt van harte dat deze Raad zich in de nabije
toekomst krachtiger en dualer zal gaan opstellen, kaders zal stellen, controleren en het
geld zal gaan beheren. We roepen de fractie van de Partij van de Arbeid op om een
voorbeeld te nemen aan GroenLinks en minder intern eigen gemeenteraadje te spelen,
maar hier in de Gemeenteraad duidelijk een eigen profiel ten opzichte van het College in
te nemen. Onze gezamenlijke ambitie is dus om van Amsterdam een topstad te maken.
Een topstad waarin je geacht wordt om thuis te zitten omdat Awakenings niet doorgaat en
je te beperken tot een kopje thee is geen stad, maar een dorp. Daarom zou D66 het
komende jaar graag eens met het College en ook met de andere fracties in discussie
gaan over wat nu eigenlijk onze Amsterdamse waarden en normen zijn. Of beter gezegd:
wat is nu de vrijheid die wij ambiëren versus de veiligheid? Of: wat is de eigen
verantwoordelijkheid die wij ambiëren versus de betutteling die we kennelijk af en toe
moeten toepassen? Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat er tussen D66 en dit
College op dat punt grote verschillen aan het ontstaan zijn. Ik wil het College daarom echt
oproepen om dit debat een keer in 2007 aan te gaan. Ik hoop dat de andere fracties ons
daarin zullen steunen.
Dit was mijn bijdrage aan de slotbeschouwing. Ik vraag u het woord te geven aan
mevrouw Hoogerwerf. Er zijn namelijk ook nog een nieuwe motie en twee nieuwe
amendementen en zij wil die graag toelichten voordat wij die indienen.
(De
VOORZITTER:
Dat wil ik graag doen, zij het dat ik u er voor de
volledigheid op wil wijzen dat u zich uitsprak over uw voornemen over
amendement 590 terwijl dit al ingetrokken is. Daar mag geen misverstand
over ontstaan.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevr.
HOOGERWERF:
Wij hebben een aantal initiatieven op een rijtje gezet die
wij heel goed vinden en die wij extra willen steunen. Wij dienen een amendement in voor
het Over het IJ Festival. Het aantal bezoekers daarvan is de afgelopen jaren enorm
gegroeid, van 6000 naar 21.000. Dat is een fantastische prestatie. De begroting was
echter afgestemd op ongeveer 6000 betalende bezoekers. Wij verzoeken daarom om het
Over het IJ Festival vanuit het incidentele budget van het Kunstenplan een extra
overbrugging te geven tot aan de volgende periode van het Kunstenplan. De tweede
motie gaat over het ADM-terrein. In de routinematige investeringen staat nu al
opgenomen dat het landdeel van het ADM-terrein ontruimd gaat worden. Wij denken dat

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
20
dit een beetje voorbarig is. De discussie over het water is nog volop bezig en we zijn nog
helemaal niet aan het land toegekomen. Wij dienen daarom een motie in om deze
component uit het routinematige investeringsplan te schrappen totdat er duidelijkheid is
over de plannen en er goed met de bewoners is overlegd. Wij hebben daar meteen een
beleidsmotie aan toegevoegd waarin wij de wethouder oproepen om op korte termijn te
gaan overleggen met de kunstenaarsgemeenschap om tot een oplossing te komen en
misschien met een alternatief plan te komen.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendementen zijn
ingekomen:
54
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake de
begroting 2007 (ADM-terrein) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 784).
55
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake
de begroting 2007 (ADM-terrein) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 785).
56
°
Amendement van 22 november 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake
de begroting 2007 (Over het IJ Festival) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 786).
De motie en amendementen maken deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties/amendement zijn
ingetrokken:
Het amendement-Manuel (nr. 540), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp
van behandeling meer uit.
De motie-Hoogerwerf (nr. 581), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
De motie-Hoogerwerf (nr. 630), ingetrokken zijnde, maakt geen onderwerp van
behandeling meer uit.
Het amendement-Hoogerwerf (nr. 631), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
Het amendement-Hoogerwerf (nr. 633), ingetrokken zijnde, maakt geen
onderwerp van behandeling meer uit.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen:
57
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Manuel inzake
bijdrage aan Stadsdeel Zeeburg (Gemeenteblad afd. 1, nr. 777).
58
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake
prestatie-indicatoren discriminatie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 761).

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
21
59
°
Motie van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake
definitieboekje (Gemeenteblad afd. 1, nr. 770).
De moties maken deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER:
Hiermee rond ik de tweede termijn van de Raad over de
slotbeschouwingen over de begroting 2007 af. Zoals is afgesproken, zal het College
antwoorden aan het begin van de middagzitting van morgen.
Ik stel u voor om nu eerst agendapunt 53 te behandelen. Dat zouden we eerder al
doen, maar dat ging mis vanwege logistieke problemen.
(De heer
MANUEL:
Ik heb een punt van orde. Ik heb met de
Burgemeester overlegd over hoe we verder zouden gaan na deze
bespreking van de begroting. We zouden daarna snel naar agendapunt
12 gaan. Misschien kan dit nog voor punt 53 behandeld worden omdat er
mensen op de publieke tribune zitten die dit wilden bijwonen.)
(De
BURGEMEESTER:
Er zijn nog twee punten die bij de begroting
horen. Daarna gaan we meteen terug naar het begin van de agenda.)
We zouden namelijk eerst punt 51 en punt 53 voor de slotbeschouwingen
behandelen.
53
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 14 december
2006 tot instemming met uitvoering amendement–De Wolf c.s. van 27 september 2006
inzake de 10%-operatie 2007–2010 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 733).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein.
Mevr.
ORNSTEIN:
Wij hebben kennisgenomen van de uitwerking van het
amendement-De Wolf (nr. 471) dat nu voorligt. Daarin valt één ding in het bijzonder op,
namelijk onderdeel 3, waarin wordt gesteld dat de Gemeenteraad wordt geadviseerd in te
stemmen met het aandragen van een structurele dekking bij de voorjaarsnota 2007 voor
het resterende ombuigingsbedrag van in totaal 1,57 miljoen euro, waarbij de dekking
gevonden dient te worden in het gemeentelijk apparaat en waarbij opnieuw nadrukkelijk
gekeken dient te worden naar het budget van de Bestuursdienst Amsterdam. Hierbij wil
de VVD graag twee opmerkingen maken. Ten eerste valt het ons op dat de verwoording
van deze dekking enigszins vaag te noemen is. Zeker als je de parallel trekt met veel
preadviezen die we hebben gekregen op alle moties en amendementen zou je juist van
het College in dit opzicht een goed voorbeeld verwachten, namelijk een zeer concrete
dekking. Dat is het ene punt. Het andere punt is dat wij ons zorgen maken over de stelling
dat de bezuiniging in het gemeentelijk apparaat gezocht moet worden. Wij zijn bang dat
dat ten koste zal gaan van de dienstverlening aan de Amsterdammers. Wij willen dan ook
voorstellen om besluit 3 iets nader toe te spitsen en dienen daarvoor een amendement in
om zo ervoor te zorgen dat deze hele dekking te zijner tijd wordt geconcretiseerd, maar
dan wel nadrukkelijk binnen de Bestuursdienst Amsterdam.
Het Presidium wordt overgedragen aan
Burgemeester Cohen
.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
22
De
VOORZITTER
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
60
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Ornstein inzake de
uitvoering van het amendement-De Wolf (nr. 471) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 792).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer De Wolf.
De heer
DE WOLF:
Dank voor de reactie van het College op amendement nr.
471 dat niet alleen door mij is ingediend maar ook door de heer Van der Meer. De
uitwerking die het College aan dit amendement gaf, was wel even slikken. Bij de
behandeling van de 10%-operatie in deze Raad hebben we immers heen en weer
gescharreld om te kijken of we er toch uit konden komen. Je moet eigenlijk constateren
dat de ambities van het College iets lager liggen dan die van de Raad. Dat komt vaker
voor, dus dat is niet het ernstigste. Tegelijk zie je ook dat het College het kennelijk niet
eens is geworden of heeft kunnen worden over de manier waarop in de gegeven periode
met amendement nr. 471 moest worden omgegaan. Dus is er, voor zover ik kan zien,
een noodgreep toegepast en is het besluit als het ware uitgesteld om te kijken of men het
alsnog eens zou kunnen worden. Dat is verwoord in punt 3, de VVD zei dat al. Ik moet u
heel eerlijk bekennen dat ik dat punt heb gelezen zoals de VVD dat nu in een
amendement verwoordt. Ik ben dus ook benieuwd naar het antwoord van het College in
dit verband.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van der Meer.
De heer
VAN DER MEER:
Uit de tekst begrijpen we het dilemma waar het
College mee geconfronteerd was. Wij begrijpen eerlijk gezegd wel wat het College met de
voorjaarsnota doet. Vooral omdat het gaat om een deel dat in 2008/2009 speelt. Het is
dan ook niet zo heel gek om daarvoor met voorstellen in de voorjaarsnota te komen. Wij
kunnen daarom instemmen met dat wat het College aan ons voorlegt.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevr.
HOOGERWERF:
Wij zijn een voorstander van het voorstel van het College.
Wij hebben al eerder gezegd dat het heel onverstandig is om te gaan bezuinigen op
bijvoorbeeld het interim-management. Daarmee kun je geld verdienen en kun je
ambtenaren ook veel slimmer inzetten. Wij steunen het voorstel van het College. We
doen dat helaas niet als enige, dat was wel leuk geweest, maar samen met GroenLinks.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Ik begrijp wel iets van de kritiek die doorschemert in de
woorden van mevrouw Ornstein en van de heer De Wolf. Dat is denk ik ook te wijten aan
het pittige debat dat wij als College met u hebben gevoerd toen we het over de 10%-
operatie hadden. Ik wil in herinnering roepen dat we daar toen niet helemaal uitkwamen.
Er kwam toen een interpretatiediscussie over amendement nr. 471 uit voort en dit is daar
het gevolg van. Ik had liever gezien dat amendement nr. 471 er niet was geweest. U had
misschien liever gezien dat we op amendement nr. 471 verder niet hadden gereageerd.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
23
Wat hier ligt is een aardig compromis tussen de verschillende wensen in de Raad en de
uitvoerbaarheid ervan door dit College. Daarmee heb ik in elk geval begrip getoond voor
uw kritiek erop. Ik denk dat het wel een werkbare uitwerking is van het amendement van
de Raad. De heer De Wolf zegt dat hij ervan moest slikken. Eerst moet ik iets zeggen
over uw amendement wat ik nog niet gezien heb. Over beslispunt 3 zegt u dat dit niet ten
koste moet gaan van de dienstverlening. In algemene zin is dat denk ik te omvattend.
Bezuinigingen gaan uiteindelijk bijna altijd op een of andere manier ten koste van
dienstverlening. Als u zegt dat dit niet ten koste mag gaan van de ambulancebroeders,
van de brandweerzorg enzovoorts, dan ben ik het natuurlijk volstrekt met u eens. Ik heb
ook geprobeerd dat in de uitwerking op te schrijven. We begrijpen heel goed dat de Raad
van ons eist om de bezuinigingen in het apparaat te zoeken. Wij zoeken daarbij iets meer
ruimte dan alleen bij de Bestuursdienst. Dat was een bijna toevallig slachtoffer. Daar zit
OOV in, onze club die openbare orde en veiligheid doet, terwijl andere diensten binnen
onze gemeente ook stafachtige en apparaatachtige onderdelen kennen. Ik heb het
amendement van de Raad zodanig begrepen dat het u vooral daarom te doen was.
Vandaar de formulering die hier is gekozen en ik ben blij dat die door de heer Van der
Meer zo ruiterlijk ondersteund en begrepen wordt.
De heer De Wolf zegt vervolgens dat de Gemeenteraad blijkbaar ambitieuzer is
dan het College. Ik denk dat we bij het vorige agendapunt hebben gezien dat er sprake is
van een grote gemeenschappelijke ambitie. Ik geef daarbij onmiddellijk toe dat onze en
mijn ambitie meer ligt op het terrein van Kinderen Eerst, Topstad, taal en schone lucht,
dan op het bezuinigen om het bezuinigen. Ik denk dat bezuinigen vooral een middel is om
de eerdergenoemde doelen te bereiken. Ik denk echter dat we met deze uitwerking de
ambities aan elkaar kunnen koppelen. Er is terecht geconstateerd dat we dankzij de 10%-
operatie op initiatief van de Raad deze begroting hebben. Ik wil u daarom ook vragen
deze uitwerking te accepteren.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein.
Mevr.
ORNSTEIN:
Ik heb nog één opmerking over de dienstverlening aan de
Amsterdammer. Ik heb de oorspronkelijke motie-Reuten voor mij liggen naar aanleiding
waarvan dit allemaal is begonnen. Daarin wordt duidelijk gevraagd om keuzes te maken
als je dit toch doet. Er staat ook letterlijk het woord taakafstoting in. Wat ik opnieuw in de
uitwerking van amendement nr. 471 mis, is dat je een keuze maakt. Ja, het zou best
kunnen dat een Amsterdammer slachtoffer wordt van het feit dat er een taak wordt
afgestoten. Wij doen dat dan niet meer. Nu is het echter vlees noch vis. Het kan zijn dat
de Amsterdammer er een beetje last van heeft. Het kan zijn dat het loket eerder dichtgaat.
Dat is iets wat je coûte que coûte moet willen vermijden. Daarom zeggen wij ook: als je dit
toch doet, kies dan wat je wel en wat je niet doet. Of ga het alleen zoeken in de
Bestuursdienst.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer De Wolf.
De heer
DE WOLF:
Dank, wethouder, voor de nadere toelichting. Ik zei over punt
3 al hoe ik het interpreteerde. U interpreteert het nog weer iets anders. Over het geheel
genomen kan ik daarmee leven. Bezuinigen was het punt niet. Het punt is dat u nu al ziet
hoe ingewikkeld het is om de financiële doelstellingen van het programakkoord te halen.
Die haalde u niet in de voorstellen die u indertijd deed. Die haalt u nu nog steeds niet. Het
vervelende is dat er nog meer aanslagen op komen, voor een deel door kwesties en

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
24
zaken die nu eenmaal ook in het College aan de orde zijn en die men zo her en der is
tegengekomen. Vandaag hebben we er in elk geval een besproken. Daar moet je iets
mee doen. Er zijn voorstellen voor gedaan. Wij hebben er voorstellen voor gedaan en
daarover zijn we het niet helemaal eens geworden. U doet nu een poging. Ik accepteer
dat, maar ik ben het met de VVD eens dat het accent zal moeten blijven liggen op het
budget van de Bestuursdienst. Wij zijn daar ook altijd duidelijk over geweest. En laten we
wel wezen: dat was ook de essentie van het conflict tussen College en Raad bij de
bespreking van de 10%-operatie.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Mevrouw Ornstein zegt dat zij dit niet mooi vindt. Ik wil
haar eraan herinneren dat we het hier over de laatste 2% van de 100% uit de 10%-
operatie hebben. Dat zij zo, zou ik zeggen. We zullen de keuzes die wij maken aan u
voorleggen. Dat ziet u in de uitwerking en u kunt dan alsnog zeggen of u dat een goede
keuze vindt of niet. U zult dat ongetwijfeld ook doen. Mijnheer De Wolf, u hebt natuurlijk
gelijk. Deze bezuinigingen zijn noodzakelijk om het programakkoord uit te voeren. We
hebben hier en daar tegenvallers gehad. Daarom is het heel goed mogelijk dat wij met uw
Raad nog zullen spreken over aanvullende voorstellen. Hiermee wikkelen we de oude
operatie af, althans voor dit moment. U hebt echter gelijk, ook in de toekomst zullen we
moeten zorgen voor de middelen en voor de ruimte om onze ambities waar te maken. Ik
heb het debat niet echt als een conflict ervaren. We waren het misschien niet eens, maar
conflict klinkt me te zwaar voor dit verschil van inzicht.
De
VOORZITTER:
Ik stel voor dat we dit agendapunt afronden en over het
amendement gaan stemmen.
De discussie wordt gesloten.
De
VOORZITTER:
Is er behoefte aan stemverklaring?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer De Wolf voor een stemverklaring.
De heer
DE WOLF
(stemverklaring): Ik heb in mijn eerste termijn gezegd dat ik de
bewoordingen van het amendement van de VVD aantrekkelijk vond, of woorden van
gelijke strekking. Niettemin zal mijn fractie het amendement niet steunen, ook gezien de
toezeggingen die de wethouder doet. Wij gaan ervan uit dat nu duidelijk is waar het geld
volgens de Raad gevonden moet worden en dat het College daarnaar zal handelen.
Het amendement-Ornstein (nr. 792) wordt bij zitten en opstaan verworpen.
De
VOORZITTER
constateert dat het amendement-Ornstein (nr. 792) is
verworpen met de stemmen van de VVD voor.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 733 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
51

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
25
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 17 oktober
2006 tot intrekking van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2006 en
vaststelling van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2007
(Gemeenteblad afd.1, nr. 731).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein.
Mevr.
ORNSTEIN:
In de commissievergadering van 16 november 2006 is de
Legesverordening 2007 besproken. Toen heeft de VVD al laten weten geschrokken te zijn
van de voorgestelde verhogingen, in sommige gevallen met 328%. Ook de tarieven voor
de horeca stijgen enorm. De wethouder zei dat de verhoging noodzakelijk was om de
tarieven kostendekkend te maken. De VVD kan zich daar uiteraard in vinden, maar omdat
de verhogingen zo hoog zijn, is inzicht in die kosten gevraagd. De wethouder heeft
toegezegd die informatie te zullen verschaffen. Dat is ook op de lijst met openstaande
toezeggingen vermeld. Tot op heden hebben wij die beloofde informatie echter niet
ontvangen. Nu deze informatie niet is gegeven, kan de VVD geen uitspraak doen over de
legitimiteit van de voorgestelde verhogingen. Wij kunnen de voordracht dan ook niet
steunen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Dan moet er sprake zijn van een misverstand. Ik had
onthouden dat u vooral vragen had bij de binnenwaterleges. Daar zat de grootste
verhoging. Ik heb een brief gemaakt om de kosten uit te splitsen en aan te geven waaruit
ze voortkomen. Die brief is gedateerd 4 december 2006. Klaarblijkelijk is er in het verkeer
tussen College en Raad iets niet goed gegaan. Ik zal hem onmiddellijk aan u
overhandigen. Ik weet verder niet hoe dit komt. Misschien kunt u hem nog even lezen en
overwegen alsnog de voordracht te steunen.
De
VOORZITTER:
Dan denk ik dat het goed is dat u eerst de gelegenheid krijgt
om die brief nog even te lezen. Ik schort de tweede termijn van dit agendapunt op en dan
vervolgen we die straks.
Dit punt wordt even aangehouden.
46
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 17 oktober
2006 tot wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting
2004 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 726).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevr.
HOOGERWERF:
D66 wil deze verordening niet steunen. Wij zijn van
mening dat we de hondenbelasting in Amsterdam zouden moeten afschaffen. Aan de ene
kant wordt er belasting gevraagd aan alle hondenbezitters. Aan de andere kant wordt er
ook nog eens flink gehandhaafd en volgens mij kun je dat niet allebei doen. Wij stellen
voor om beter te handhaven en beboet de mensen die hun hondjes op straat laten
poepen.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
26
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Ik ben het daar niet mee eens. Ik geloof niet dat ik er
verder heel veel over moet uitweiden. We hebben in deze Raad, op initiatief van de VVD,
vaak gepraat over nut en noodzaak van de hondenbelasting. We hoeven het daar niet
allemaal over eens te zijn. Ik heb de Raad het een en ander verteld over de
receptiekosten ervan. Ik heb in het verleden ook het een en ander met u besproken over
de verhouding tussen het handhaven en schoonmaken en de opbrengsten en u laten
weten dat er geen direct verband tussen zou moeten worden gelegd. Dit is een van die
belastingen die we op grond van de Gemeentewet kunnen heffen. Ik ben er ook een
voorstander van dat we deze belasting heffen, maar daar zijn we het klaarblijkelijk niet
over eens.
De
VOORZITTER:
Ik denk dat wij moeten constateren dat de Raad akkoord gaat,
terwijl D66 geacht wil worden te hebben tegengestemd.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 726 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van de stemverklaring van het raadslid Hoogerwerf.
10
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 3 oktober
2006 tot instemming met bezuinigingsvoorstel op de subsidiebudgetten voor
patiënten/consumentenbeleid en ouderenbeleid met ingang voor 2007 (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 692).
(De heer
VAN DER BURG:
Van de orde. Ik heb dezelfde tekst als vorige keer.
Ook toen is dit punt besproken en heb ik gezegd dat ik niet deelneem aan het
debat en niet meestem aangezien ik voorzitter ben van een van de betrokken
organisaties.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Bos.
Mevr.
BOS:
We hebben dit drie weken geleden inderdaad ook aan de orde
gehad. De voordracht is toen door de wethouder teruggenomen of aangehouden, of hoe
we het ook noemen. We hebben nu een nieuwe voordracht. Op één punt kunnen we blij
zijn. U bent ons tegemoetgekomen. De tijdsdruk is er een beetje af. Er is wat meer tijd
genomen om een zorgvuldigere besluitvorming te realiseren voor de drie organisaties
waarvan u de subsidie wilt afbouwen, nu per 2009. Zijn we het nu dan eens? Helaas zijn
we het nog steeds niet helemaal eens. Nog steeds valt in het kader van dit amendement
de keuze en motivatie voor de rechtswinkels en Stichting Delinkwentie & Samenleving
niet echt te rijmen. Natuurlijk mag het College altijd voorstellen doen aan de Raad om met
goede argumenten en na goed overleg de financiering van een organisatie te wijzigen.
Bijvoorbeeld door samenvoeging of overdracht aan een andere organisatie. In dit geval is
het heel plezierig dat de instellingen zelf hebben laten weten daar ook best aan mee te
willen werken. Wij willen dit echter niet op voorhand en niet als een soort zwaard van
Damocles boven deze instellingen hangen. Dus geen besluit om per 1 januari 2009 de

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
27
subsidie in ieder geval stop te zetten. Wij verwachten juist een oplossing die de
continuïteit van de activiteiten van deze organisaties zeker stelt. Kortom: wij hebben toch
weer een amendement. Wij stellen voor punt 1.c te schrappen en dan bij punt 3 het tekort
dat daardoor ontstaat te dekken uit de stelpost die u ook zelf voorstelt om het probleem
op te lossen. Verder wachten wij rustig af met welke voorstellen u nog naar de commissie
komt om voor of in 2009 een oplossing te verzinnen voor de toekomst.
De
VOORZITTER:
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
61
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Bos c.s. inzake
afhandeling motie-Reuten uit 2004 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 793).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Doorninck.
Mevr.
VAN DOORNINCK:
Als we het nieuwe voorstel van het College zien, dan
kunnen we enerzijds tevreden zijn. Wij zijn blij dat het College ook van mening is dat een
plotselinge subsidiestop voor beide rechtswinkels en de Stichting Delinkwentie &
Samenleving niet mogelijk is en dat hun nog twee jaar de tijd wordt gegeven. Wij missen
in het nieuwe voorstel echter de erkenning van het nut en het bestaansrecht van deze
organisaties. Zeker nadat de Raad zich daar vorige keer zo duidelijk over heeft
uitgesproken en wij als Raad dat nut en belang wel zien. Het gaat er GroenLinks niet
zozeer om dat deze organisaties tot in lengte van jaren door de portefeuille Zorg zouden
moeten worden gesubsidieerd. Het gaat ons om het voortbestaan van deze stichtingen.
Dat is helaas ook met dit voorstel niet gegarandeerd. Wij willen het College net als de
vorige keer vragen om samen met de organisaties naar oplossingen te gaan zoeken. De
organisaties zijn zelf meer dan bereid om dat te doen. Begrijpelijkerwijs hebben ze in hun
laatste brief ook aangegeven dat zij graag minder van de gemeente afhankelijk zouden
willen zijn. Zij voeren onderhandelingen met de universiteiten. Ze zijn bezig met de Raad
voor Rechtsbijstand. Wij denken dat in deze onderhandelingen de wethouder een heel
belangrijke rol kan spelen waardoor de onderhandelingen veel makkelijker en beter zullen
verlopen. De beide rechtswinkels hebben ook laten weten dat eventuele verregaande
samenwerking op termijn goed mogelijk zou zijn. Daarnaast is GroenLinks ervan
overtuigd dat er ook financiering door de gemeente mogelijk moet blijven uit een andere
portefeuille dan Zorg. Kortom: de organisaties zijn heel druk bezig om andere
financieringsmogelijkheden te zoeken. Wij denken dat als het College zichzelf een
dergelijke inspanningsverplichting oplegt, al lang voor 2009 een oplossing gevonden kan
worden.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Alberts.
Mevr.
ALBERTS:
Wij sluiten ons aan bij het betoog van mijn beide
voorgangsters. Ook wij willen graag dat het kleed niet onder de voeten van de drie
stichtingen vandaan getrokken wordt. Wij volgen daarom de beide woordvoerders van de
collegepartijen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
28
Wethouder
VOS:
We voeren voor de tweede keer een discussie over het
bekende amendement-Reuten. Het gaat om een bezuiniging die indertijd door de Raad
aan het College is opgelegd. Wij moeten 89.000 euro extra bezuinigen op de
consumenten-, patiënten- en ouderenorganisaties. Dat is geen gemakkelijke opgave en
ook niet iets wat ik doe omdat ik het een goede zaak vind. U weet dat ik hiermee worstel
omdat ik juist op de consumenten- en patiëntenorganisaties niet wil bezuinigen, gezien de
Wet maatschappelijke ondersteuning die er aankomt. Vandaar dat ik deze keus heb
gemaakt. Het is niet zo dat ik vind dat deze organisaties er niet toe doen. Ik wil dat hierbij
ook tegen mevrouw Van Doorninck zeggen. Het zijn organisaties die juist wel een
belangrijke rol spelen. Ik hoop alleen met de organisaties samen te zoeken naar andere
financieringsbronnen zodat ze kunnen voortbestaan. Ik wil ook tegen mevrouw Van
Doorninck zeggen dat zij volstrekt gelijk heeft dat het College dan ook een verplichting op
zich moet nemen om daar alles aan te doen. Dat wil ik ook graag doen. Ik beschouw dat
ook als mijn rol als wethouder. Ik vind het zelf ook van groot belang dat voor de
rechtswinkels gezocht wordt naar een mogelijkheid om te fuseren en naar mogelijkheden
voor andere financieringsbronnen, bijvoorbeeld via de universiteit. Ik wil dat ook zeer
actief doen. Ik wil dus graag deze inspanningsverplichting op mij nemen.
Er ligt een amendement van mevrouw Bos. Daarin zegt zij dat het aan de ene
kant goed is dat ik de subsidie niet acuut stopzet. Ik dank u ook dat u dat tegen mij zegt,
want ik weet dat u dat dwarszat. Wat dat betreft zijn we dus dichter bij elkaar gekomen. U
zegt echter wel tegen mij dat de subsidiestop voor deze organisatie helemaal moet
vervallen en dat ik dat moet dekken uit een stelpost uit mijn begroting. Ik moet eerlijk
zeggen dat ik dat een lastige zaak vind. In dat opzicht vind ik het amendement niet
helemaal geslaagd. Ik zou liever tegen de Raad willen zeggen: ik doe mijn uiterste best. Ik
neem de verplichting op me om een andere oplossing voor deze stichtingen te zoeken en
ik wil u vragen of het amendement in deze vorm gehandhaafd moet blijven.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Bos.
Mevr.
BOS:
U wist drie weken geleden natuurlijk dat wij niet gelukkig waren met
deze gang van zaken. Juist omdat in dit amendement heel expliciet een aantal
instellingen uitgesloten waren, vonden wij dat u dit niet zo moest doen. We vinden het ook
niet erg verstandig om dan toch op dezelfde weg door te gaan. Dat is de andere kant van
het verhaal. De dekking is door u zelf aangegeven. Wij vonden het interessant om te zien
dat die dekking er was en hebben die ook gebruikt. We geven u de mogelijkheid om met
een reëel voorstel naar de Raad te komen. U weet dat deze Raad echt niet zo vervelend
is dat hij iets niet wil om u te pesten. Als u met goede argumenten komt, als u met een
goed verhaal komt en goed met de verschillende instellingen overlegt, dan zullen wij daar
heel welwillend naar kijken. Wij hebben alleen gezegd dat wij niet op voorhand al ja
zeggen tegen iets waarvan wij denken: komt u maar rustig naar de Raad en laten we het
daar bekijken. Dan komt er vast een oplossing. Wij handhaven daarom ons amendement.
Wij vinden het belangrijk om een signaal te geven dat de continuïteit van deze instellingen
gewaarborgd moet blijven. Daarom willen wij niet zeggen dat we in 2009 de subsidie
stopzetten. Nee, wij houden deze instellingen in stand tot u met een reëel voorstel komt
waar wij mee kunnen leven. Ik zie daar wel mogelijkheden voor en u zelf denk ik ook.
Anders had u dit voorstel, om de subsidie nog twee jaar uit deze stelpost te dekken, niet
ingediend. Wij handhaven dus ons amendement.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Doorninck.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
29
Mevr.
VAN DOORNINCK:
Wethouder, begrijp ik goed dat u uzelf verplicht om
voor 2009 voor deze organisaties een andere dekkingsbron te hebben? Zodat deze
organisaties voor 2009 op een andere manier gefinancierd worden dan nu? En aan
mevrouw Bos wil ik vragen: als ik de wethouder goed heb geïnterpreteerd, handhaaft u
dan uw amendement?
(Mevr.
BOS:
Ik denk dat ik dat duidelijk gemaakt heb. Wij handhaven het
amendement. Het is duidelijk. Wij willen niet nu al zeggen dat de subsidie
stopt. Wij willen een voorstel zien, en dan kunnen we dat op zijn eigen
merites beoordelen. Verder is het probleem niet zo groot, dacht ik.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.
Wethouder
VOS:
Ik denk dat alle argumenten uitgewisseld zijn. Tegen mevrouw
Van Doorninck wil ik de toezegging doen dat ik mijzelf verplicht naar andere
mogelijkheden te zoeken. Ik zal daar mijn uiterste best voor doen. Verder wacht ik de
uitspraak van de Raad af.
De
VOORZITTER:
Dan stel ik voor dat we tot besluitvorming overgaan en gaan
wij stemmen over het amendement van mevrouw Bos.
De discussie wordt gesloten.
De
VOORZITTER:
Is er behoefte aan stemverklaring?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Doorninck voor een
stemverklaring.
Mevr.
VAN DOORNINCK
(stemverklaring): Met de heel duidelijke toezegging van
de wethouder, die ik echt als een verplichting beschouw, dat zij voor 2009 samen met de
organisaties een andere financieringsbron gevonden heeft, zullen wij tegen het
amendement stemmen.
Het amendement-Bos wordt bij zitten en opstaan aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat het amendement-Bos (nr. 793) is aangenomen
met de stemmen van GroenLinks, D66 en het CDA tegen.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 692 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van de daarin als gevolg van aanneming van het amendement-Bos
aangebrachte wijziging.
Aan de orde is de voorzetting van de behandeling van punt
51
.
51
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 17 oktober
2006 tot intrekking van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2006 en

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
30
vaststelling van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2007
(Gemeenteblad afd.1, nr. 731).
De
VOORZITTER:
Wij gaan verder met de tweede termijn van punt 51.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein.
Mevr.
ORNSTEIN:
Ik heb naar de brief gekeken. Die had ik inderdaad niet
ontvangen. Daarin is echter maar de helft van de belofte gestand gedaan. Het ging bij de
leges om twee belangrijke punten: het binnenwaterbeheer, maar ook over de leges voor
de horeca. In de brief is niets terug te vinden over een nadere verklaring van de
kostenopbouw daarvan. Ik ben daarom benieuwd naar wat de wethouder daarop kan
antwoorden.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Ik ben blij dat u bij dit belangrijke punt zo aandachtig
bent. Ik erken dat het verzoek dat mevrouw Ornstein in de raadscommissie deed hiermee
niet helemaal is ingewilligd. Ik heb mij vooral geconcentreerd op de grote kostenstijging
van de leges bij het binnenwaterbeheer. Ik maak uit uw woorden op dat u die toelichting in
elk geval accepteert. Voor een toelichting op de kostenstijging van de leges voor de
horeca wil ik u voorstellen u daar een soortgelijke brief over toe te zenden en er ook voor
te zorgen dat die aankomt. Dan kunnen we deze verordening nu vaststellen. Ik stuur u die
brief en mocht u daar iets raars in aantreffen, dan kunnen we in de Commissie voor
Financiën, Economische Zaken, Zee- en Luchthaven bekijken of dat moet leiden tot
aanpassingen of andere maatregelen.
De
VOORZITTER:
Ik stel u in de gelegenheid daar nog even op te reageren,
mevrouw Ornstein.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein.
Mevr.
ORNSTEIN:
Dat lijkt mij de koninklijke weg.
De
VOORZITTER:
Prima. Dan begrijp ik dat de Raad akkoord gaat met de
voordracht.
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
Raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 731 van afd. 1 van het
Gemeenteblad.
12
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 21 november
2006 tot kennisneming van de randvoorwaarden vrachttram Amsterdam en de start van
een pilot terzake (Goederenvervoer per tram) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 694).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Burke.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
31
Mevr.
BURKE:
Het mag duidelijk zijn dat de hoeveelheid fijnstof en koolmonoxide
in deze stad drastisch moet worden teruggebracht. Dat zal niet alleen lukken door een
betere doorstroming op de hoofdwegen; vooral het vrachtverkeer moet worden
teruggedrongen. City Cargo kan hieraan een bijdrage leveren. Er zijn randvoorwaarden
opgesteld waaraan City Cargo moet voldoen voordat de pilot in de stad van start gaat.
Mijn fractie vindt dat de randvoorwaarden helder en duidelijk zijn. We zijn heel erg
tevreden over het feit dat zowel City Cargo als de gemeente benadrukt dat het
passagiersvervoer moet prevaleren. Toch wil ik graag aan de wethouder vragen waarom
er gekozen is voor een concessieovereenkomst van zes jaar.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Geurts.
De heer
GEURTS:
In aansluiting hierop wil ik zeggen dat vrachtvervoer per tram
een heel mooie mogelijkheid biedt om het vrachtverkeer in de stad een stuk vriendelijker
voor wat betreft de luchtkwaliteit te maken. Hier ligt echt een unieke kans. Dat sluit ook
mooi aan bij het actieplan Luchtkwaliteit, een gedegen en inventief actieplan dat we in
Amsterdam hebben. Ik wil graag aansluiten bij de vragen van mevrouw Burke over de
duur van de concessie. We hebben begrepen dat deze termijn voor City Cargo mogelijk
kan betekenen dat het project niet door kan gaan. Wij willen daarom ook aan de
wethouder vragen om alles uit de kast te halen om geen kans te laten liggen. Misschien
kunt u zeggen dat u uw uiterste best gaat doen om dit project in elk geval te laten slagen.
Dit lijkt ons echt een goede kans voor de luchtkwaliteit.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Meijer.
Mevr.
MEIJER:
Ook de SP is een groot voorstander van dit voorstel, vanwege
alle milieuproblemen die je ermee op kunt lossen. Ook wij zitten echter een beetje met de
concessieperiode. Ik kan mij heel goed voorstellen dat de gemeente slechts een
concessie voor zes jaar wil toekennen. Je wilt toch eerst eens kijken hoe het gaat en die
periode sluit direct aan op de proef. Aan de andere kant wil de SP ook graag dat dit gaat
plaatsvinden. Je zit dan een beetje met een dilemma. Daarom hebben wij een mogelijke
oplossing die ik u wil voorleggen. Is het mogelijk om bij het aflopen van deze concessie
na zes jaar in de volgende concessie op te nemen dat het materiaal overgenomen moet
worden? Met andere woorden: als City Cargo, dat nu de concessie voor zes jaar gaat
uitvoeren, niet de volgende concessiehouder wordt, heeft het de zekerheid dat zijn
materiaal overgenomen wordt, waardoor zijn kosten een stuk minder zijn. Die vraag wil ik
u voorleggen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van Drooge.
De heer
VAN DROOGE:
Goederenvervoer per tram kan op termijn een enorme
verbetering van het milieu betekenen, vooral vanwege de verminderde uitstoot van
koolstofdioxide. Ook de druk op de doorgaande wegen zal daardoor kunnen verminderen.
Toen dit idee werd gelanceerd, werd er eerst wat lacherig gedaan, maar inmiddels
worden de plannen serieus genomen. Zo serieus zelfs, dat de indruk bestaat dat dit
serieus nemen omslaat in beduchtheid en er erg weinig ruimte voor dit initiatief wordt
overgelaten. Het idee van de vrachttram is ontstaan uit een particulier initiatief. Die
initiatiefnemers zullen zwaar moeten investeren. De aanschaf van materieel,
overslagplaatsen en de opstartkosten eisen forse investeringen. De Amsterdamse

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
32
gemeenschap en de gemeente mogen blij zijn met de ontwikkeling van dit idee en met de
initiatiefnemers die bereid zijn om die ideeën via een proef waar te maken. Het zou echt
op de weg van een linkse lente hebben gelegen om, ter bevordering van het milieu, zelf
als gemeente geld vrij te maken voor een pilot en na bewezen geschiktheid pas een
concessie te gaan verlenen. Het feit dat een externe partij deze proef wil financieren
vereist een zeer zorgvuldige behandeling van deze partij door het College. De
initiatiefnemers stellen dan ook terecht eisen over de duur van de concessie aan het
College. De afschrijvingstermijn van gebouwde infrastructuur, de overslagplaatsen, en het
materieel zal zeker twintig jaar zijn. Het zal daarnaast jaren van inspanning kosten om de
onderneming op gang te krijgen en in een kalenderjaar kosten en baten tegen elkaar op
te laten wegen. Dan begin je pas aan de afschrijving van de aanvangsinvesteringen.
Het CDA hecht veel waarde aan het milieu en hecht dus ook veel waarde aan het
slagen van dit initiatief. Ik vind dat we van dit College dan ook mogen verwachten dat het
wat minder krenterig is dan het nu demonstreert. Het milieu is te belangrijk. Het CDA
geeft het College dan ook in overweging om niet te rigide om te gaan met de invulling van
de te gebruiken onderdelen van het tramnet. Uiteraard mag dit het gewone
personenvervoer niet hinderen. Het CDA dringt er bij het College sterk op aan om de
concessieovereenkomst niet te beperken tot maximaal zes jaar, maar een uitloop naar
twaalf jaar toe te staan. Een langere concessieperiode maakt de kans van slagen van dit
project aanmerkelijk groter. Sterker nog: met een beperkte periode van zes jaar is de
kans redelijk groot, en misschien zelfs groot, dat investeerders niet meedoen. Dan sterft
een goederentram als een mooi idee en blijft het milieu gehuld in een wolk van fijnstof en
stikstofoxide. Het College mag dat niet toestaan.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van der Burg.
De heer
VAN DER BURG:
De VVD is een groot voorstander van dit project. Wij
vinden de randvoorwaarden die het College stelt eerder te strikt dan te ruim. Wij hopen
dat er enige soepelheid kan worden betracht om eventuele problemen op te lossen zodat
goederenvervoer per tram zo snel mogelijk van start kan gaan.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
Het verbeteren van de luchtkwaliteit is een van de prioriteiten
van dit College. Vervoer per tram past daar goed binnen. Het is daarom verwonderlijk dat
de kaders bij de pilot zo streng zijn opgesteld. Ik vraag mij af of je binnen die kaders nog
wel een serieuze business case van de grond kunt krijgen. City Cargo heeft daar een
bepaalde periode voor gekregen. Het moet in het eerste kwartaal van 2007 met zo’n
business case komen. Ook wij vragen het College om nog eens met dit bedrijf aan tafel te
gaan zitten als dat al meteen spaak dreigt te lopen en voor discussie open te staan. Is de
concessietermijn van zes jaar te kort? Of komt het doordat het bedrijf met materieel blijft
zitten?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.
Wethouder
VOS:
Ik zal kort iets over een aantal dingen zeggen. Ik zal overigens
ook wethouder Herrema voor Verkeer uitnodigen op een aantal punten in te gaan. Er zijn
inderdaad strikte randvoorwaarden. Het College is aan de ene kant zeer enthousiast over
dit plan, laat dat duidelijk zijn. Wij beschouwen dit project als zeer belangrijk voor de

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
33
luchtkwaliteit. Dit project heeft ook voor het klimaatbeleid en energiebesparing heel veel
voor de stad te bieden. Aan de andere kant is het nu eenmaal zo dat wanneer deze pilot
slaagt, City Cargo mag doorgaan. Die afspraak hebben wij met het bedrijf gemaakt.
Daarom moeten de randvoorwaarden waarmee men start bij deze pilot zodanig zijn dat
we inderdaad kunnen zeggen: als u aan die randvoorwaarden voldoet, mag u doorgaan.
Daarom zijn wij streng. Dat komt omdat wij vinden dat het personenvervoer per tram altijd
voor moet gaan. Helaas bleek deze zomer uit het onderzoek van Goudappel Coffeng dat
de restcapaciteit minder was dan we eerder hadden gehoopt en verwacht. Daarom
hebben we op dat punt strikte voorwaarden moeten stellen. We moeten elkaar ook niet
voor de gek houden. We moeten duidelijk maken dat dit de randvoorwaarden zijn. Als City
Cargo daaraan voldoet, dan mag het ermee doorgaan. We moeten er na afloop van de
pilot niet onduidelijk over doen. Uw vragen zijn vooral gericht op de concessieduur van
zes jaar. Volgens mij is het goed als de heer Herrema daar kort iets over zegt.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Herrema.
Wethouder
HERREMA:
De randvoorwaarden zijn enigszins juridisch opgesteld.
Het is een beetje als in een huwelijk. Je trouwt toch, maar als je de huwelijksakte leest,
dan denk je: waar begin je aan? Laat duidelijk zijn dat er wel degelijk warmte is en steun
voor het initiatief. We moeten echter wel goed weten waar we aan beginnen. Het is
misschien erg juridisch opgeschreven, maar dat moet wel gebeuren. Als het een goede
kans van slagen wil hebben, dan moet je goed weten wat de effecten op het net zijn. Een
goederentram op de rails betekent dat je moet kijken naar het personenvervoer dat op
dezelfde rails moet plaatsvinden. Het CDA zegt niet voor niets dat dat voor moet gaan.
Het kan niet zo zijn dat de tram moet wachten op een kratje pils. Dat is moeilijk uit te
leggen. Daarom is het zo opgeschreven. De concessie van het Gemeentevervoerbedrijf
moet ongestoord verlopen. Anders kan het Gemeentevervoerbedrijf zelfs een boete
krijgen omdat het kratje voorgaat. Dat moet niet het geval zijn en daarom is dit zo
opgeschreven. Daar heeft ook de termijn van zes jaar mee te maken. Dat is ook de
concessietermijn van het Gemeentevervoerbedrijf. Als je een goed bedrijf wilt opzetten,
kan ik me voorstellen dat zes jaar aan de korte kant is. Ik meen dat City Cargo tien jaar
wil, niet twee keer zes jaar. Ik heb al rechtstreeks met City Cargo afgesproken dat ik ga
zoeken naar een soort procesafspraak over wat er na zes jaar moet gebeuren, zonder nu
al een aantal jaren af te spreken. Het is uw opdracht aan ons om te kijken of er geen
problemen over de mededinging ontstaan. We geven namelijk een bedrijf exclusief recht
op de rails. Als de adviezen daarover binnen zijn, dan gaan we met City Cargo verder aan
tafel zitten om te kijken of we daar uit kunnen komen. De wil daartoe is er. De pilot moet
een echte kans krijgen en van daaruit willen we verder kijken.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Meijer.
Mevr.
MEIJER:
Ik snap het toch niet helemaal. Ik hoor de wethouder zeggen: we
willen er uitkomen. We weten echter niet beter dan dat er een bod van zes jaar ligt, terwijl
City Cargo twaalf jaar wil, of tien jaar. In elk geval langer. De wethouder heeft het over
een warm huwelijk. Ik zie nog niet eens een samenlevingscontract. En de kinderwagens
waar we het vanmiddag over hadden, zie ik voorlopig ook niet in die vrachttram. Dat was
misschien wel een idee geweest. En kinderwagens komen er ook niet bij een dergelijke
verbintenis.
(Wethouder
HERREMA:
Ik heb nu al spijt van mijn beeldspraak.)

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
34
Wat moet ik mij nu voorstellen bij de tegemoetkomingen van de wethouder en de
wens van de vervoerder om een concessie van twaalf jaar te krijgen? Wij zouden nu
akkoord moeten gaan met zes jaar. Hoe gaat het daarna verder? Wij hebben dan ja
gezegd, maar we weten niet waartegen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Herrema.
Wethouder
HERREMA:
Ik probeer het nog één keer. Ik heb nadrukkelijk gezegd
dat wij bereid zijn een oplossing voor dit vraagstuk te vinden. Ik wil wel eerst weten wat
het mededingingsrecht ons op dat punt voorschrijft. Ik onderhandel niet via de Raad,
maar rechtstreeks met City Cargo over het aantal jaren. Dat lijkt mij verstandiger. Ik wil
eerst goede adviezen, maar ben bereid naar een oplossing te zoeken.
(De heer
GEURTS:
Ik gaf aan dat ik een tweede termijn wilde.)
(De
VOORZITTER:
Excuses.)
(De heer
GEURTS:
Ik vraag me af waar nu precies het probleem zit. Gaat
het alleen om de mededinging? Of bent u bang dat u niet kunt garanderen
dat het personenvervoer voorrang blijft krijgen als de concessies voor het
personenvervoer veranderen? Is daar niet uit te komen?
Een van de belangrijke aandachtspunten is dat een nieuwe concessie voor de
trams in Amsterdam belast zou kunnen zijn met een huurcontract dat de gemeente heeft
met andere gebruikers. Dat belast de vrijheid van concessieverlening van het openbaar
vervoer. Dat punt is nadrukkelijk door de stadsregio aangedragen. We moeten daar ook
goed naar kijken, want dat zou de concessieverlening in de weg kunnen staan. Daar
moeten we geen last van krijgen. De concessie van de stadsregio plus de
mededingingskanten bepalen hoe ver we kunnen gaan bij het zoeken naar een oplossing.
De
VOORZITTER:
We gaan dit agendapunt afronden. Ik begrijp dat de Raad
akkoord gaat met de voordracht? Dat is het geval.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 694 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
15
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 28 november
2006 tot vaststelling van hogere grenswaarden dan gesteld in de Wet geluidhinder voor
het bestemmingsplan Kolenkitbuurt (stadsdeel Bos en Lommer) (Gemeenteblad afd. 1, nr.
697).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Doorninck.
Mevr.
VAN DOORNINCK:
Ik zit nu ongeveer negen maanden in de Commissie
voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT. Sindsdien is er geen
vergadering voorbijgegaan zonder dat er meerdere verzoeken aan ons lagen om hogere
grenswaarden vast te stellen dan de Wet geluidhinder toestaat. Die toestemming wordt
elke keer, zij het met tegenzin, gegeven. Amsterdam is nu eenmaal een compacte stad
en het is onvermijdelijk dat er af en toe geluidhinder is. Het verzoek dat nu aan ons
voorligt, is echter van een heel ander kaliber. Het gaat om veel meer huizen waarbij de
grenswaarden worden overschreden. De overschrijding van de voorkeurswaarden is

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
35
hoger. En het aantal woningen waarbij de maximale grenswaarden worden overschreden,
is ook hoger. Dat is op zichzelf begrijpelijk. De Kolenkitbuurt, een buurt die wordt
omzoomd door drie belangrijke verkeersaders, heeft nu eenmaal te maken met meer
geluidhinder dan andere buurten. Wij begrijpen ook heel erg goed de noodzaak om
stedelijke vernieuwing in juist een buurt als de Kolenkitbuurt te bewerkstelligen. Wij
onderschrijven dat ook volledig. Daarom is GroenLinks ook bereid om akkoord te gaan
met de overschrijding van de voorkeursgrenswaarden.
Iets heel anders is de overschrijding van de maximale grenswaarden. Als de
maximale grenswaarden worden overschreden, moet er in een huis een dove gevel
worden aangebracht, een volledig gesloten gevel, waar op geen enkele manier geluid
doorheen kan komen. Het beleid in Amsterdam is zodanig dat als ergens een dove gevel
is, daar een stille zijde tegenover moet staan. Een zijde waar de voorkeurswaarde niet
wordt overschreden. In dit plan voor de Kolenkitbuurt zijn maar liefst tweehonderd
woningen waar een dove zijde nodig is, maar waar om financiële redenen geen stille zijde
zal worden gerealiseerd. Ook hier vraagt het stadsdeel dispensatie voor aan. Deze
afwijking is voor mij in ieder geval nieuw. Ik had die nog niet eerder gezien.
Op de eerste plaats, wethouder, zou ik het heel erg op prijs stellen als een
dergelijk verzoek duidelijk wordt aangegeven, en niet ergens bijna tussen de regels door
gelezen moet worden. Het is nogal wat om zo sterk van het Amsterdamse beleid af te
wijken. Ik heb inmiddels begrepen dat het realiseren van een stille zijde bij deze
tweehonderd woningen 1 miljoen euro extra gaat kosten. Ik begrijp dat juist bij een project
als de Kolenkitbuurt, waar een enorm eisenpakket met financiële consequenties ligt, de
financiële druk al heel erg groot is. Daarnaast heb ik navraag gedaan en begrepen dat 10-
15% van de tweehonderd woningen sociale huurwoningen zijn. Hier ligt voor GroenLinks
een extra probleem. De mensen die in deze woningen komen te wonen, wonen nu al in
deze buurt. Het zijn mensen die in de buurt willen blijven wonen. Het zijn ook mensen die
niet zoveel keus hebben in het soort woning waarin zij willen wonen. Er is voor hen een
veel beperkter aanbod vanwege hun financiële situatie. GroenLinks vindt daarom dat in
ieder geval de sociale huurwoningen die een dove gevel hebben ook van een stille zijde
moeten worden voorzien. Het gaat om 10-15% van tweehonderd woningen. Wij vinden
eigenlijk dat er überhaupt niet getornd kan worden aan het beleid dat bij een dove gevel
een stille zijde hoort.
Woongenot is een heel belangrijk goed in Amsterdam. We kunnen daar niet aan
blijven tornen door elke keer de geluidsnormen te laten vieren. Voor de heel specifieke
situatie van de Kolenkitbuurt en vanwege het belang van de stedelijke vernieuwing van
deze buurt, zijn wij bereid om hier een uitzondering voor te maken. Wij stellen daar wel
een voorwaarde aan. Voor de sociale huurwoningen met een dove gevel moet een stille
zijde worden gerealiseerd en wij dienen hiervoor een amendement in.
Als laatste wil ik nogmaals benadrukken dat dit voor GroenLinks een uitzondering
is. Wij zijn absoluut niet van plan om in de toekomst vaker van het Amsterdamse beleid
om de geluidhinder enigszins binnen de perken te houden af te wijken.
Het Presidium wordt overgedragen aan de heer
Nederveen
.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Mulder.
De heer
MULDER:
Wij leven mee met de gevoelens van GroenLinks. Het is
natuurlijk geen prettig idee dat bij een stedelijk vernieuwingsproject als dit op de kwaliteit
wordt beknibbeld. Het voorgestelde amendement zal echter een impact hebben op de

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
36
financiële verhoudingen en de lopende afspraken. Wij hebben daar bezwaar tegen. Het is
natuurlijk maar de vraag of je via een ontheffing van de Wet geluidhinder moet ingrijpen in
bevoegdheden op grond van een bestemmingsplan van een stadsdeel en een al
bestaand bouwplan. Daarom zullen wij het niet steunen. Wij willen u wel de suggestie aan
de hand toen om het voorstel aan te houden zodat we er in januari 2007 op terug kunnen
komen.
(Mevr.
VAN DOORNINCK:
De heer Mulder zegt dat er financiële
consequenties aan verbonden zijn. Natuurlijk is dat het geval. Wij willen
een stille gevel voor de sociale huurwoningen in het plan. Als wij ons aan
de wet zouden houden, dan zouden we voor tweehonderd woningen een
stille gevel moeten hebben. Dat zou 1 miljoen euro kosten. Eigenlijk doen
wij het stadsdeel hier een handreiking waarmee het een stuk beter af is.
Aan de overschrijding van geluidnormen hangt natuurlijk een prijskaartje.
Dat is echter lager dan wanneer wij het stadsdeel gewoon aan de regels
houden.)
De vraag is dus wie de prijs betaalt. Deze handreiking aan het stadsdeel hadden
we ook kunnen doen op het moment dat het dit voorlegde. Als u goed hebt opgelet, dan
hebt u gehoord dat ik u ook de handreiking heb gedaan om hier in januari 2007 op terug
te komen.
De
VOORZITTER
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
62
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van Doorninck
inzake hogere grenswaarden Kolenkitbuurt (Gemeenteblad afd. 1, nr. 794).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
Het is absoluut de verdienste van mevrouw Van Doorninck
dat zij een onderscheid heeft weten te maken tussen de punten 14, 15 en 16. In deze
Raad wordt inderdaad altijd wat schoorvoetend omgegaan met de vaststelling van hogere
grenswaarden voor te renoveren woningen. Ik had eerlijk gezegd niet gezien dat dit een
iets andere variant betrof. Ik geef dat eerlijk toe. Wij zijn het met GroenLinks eens dat je
dit beleid niet zomaar opzij moet zetten. Het voorstel van mevrouw Van Doorninck is
eigenlijk heel redelijk. Wij zullen dat in elk geval steunen. Ik kan me echter ook voorstellen
dat het College hier enigszins door overvallen wordt en dan is het voorstel van de heer
Mulder, om dit voorstel van de agenda te halen en in januari 2007 nog eens te bespreken,
de juiste middenweg. Beide ideeën steunen wij.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Bakker.
De heer
BAKKER:
Wij hebben ooit afgesproken hoe we met dit soort zaken
omgaan. Daar is beleid voor ontwikkeld en daarvan wordt hier afgeweken. Misschien
omdat dit een heel ingewikkelde locatie is, maar wij moeten daar toestemming voor
geven. Ik vind dit heel ver gaan, dus ik denk dat mevrouw Van Doorninck niets
onoorbaars doet als zij zegt dat dit te ver gaat. Zij reikt ook nog een oplossing aan dus dat
lijkt mij prima. Ik wil aan de heer Mulder vragen waar zijn uitstel precies toe moet leiden.
Hij ziet in januari 2007 iets wat hij nu nog niet ziet, begrijp ik. Misschien kan hij dat even

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
37
uitleggen, dan kunnen we beoordelen of dit zinvol is. Waartoe moet dat uitstel leiden?
(De heer
MULDER:
We zijn hier allemaal een beetje door overvallen. Met
de kennis die we nu hebben, vinden wij het niet verantwoord om in te
grijpen in een bouwplan en in bestaande afspraken en
bestemmingsplannen.)
Ik ben benieuwd naar de reactie van de wethouder op het amendement en op het
voorstel om dit uit te stellen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Buurma-Haitsma.
Mevr.
BUURMA-HAITSMA:
Wij zijn ook benieuwd naar het antwoord van de
wethouder en naar de financiële gevolgen die dit voorstel heeft. Als we hier de wet strikter
gaan handhaven, gaan we dat in de toekomst dan ook doen? En welke gevolgen heeft
dat voor onze afspraken met de corporaties?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Van Poelgeest.
Wethouder
VAN POELGEEST:
Voor alle duidelijkheid, mevrouw Van Doorninck,
dit is niet tegen de wet. Het gaat wel in tegen het eigen beleid. Dat is een verschil. Het
eigen beleid van de gemeente Amsterdam is dat wij een stille zijde willen als er ook een
dove gevel is. Heel af en toe wijken wij van dat eigen beleid af. Dat is in het verleden ook
gebeurd, maar heel zelden. In dit geval gebeurt het ook, daar hebt u volstrekt gelijk in. Dat
heeft alles te maken met het feit dat het hier een bijzonder ingewikkelde locatie is,
ingeklemd tussen de snelweg, de spoorlijn en de drukke Bos en Lommerweg. Dat maakt
het heel erg lastig, omdat het nodig is hier een ingrijpende vernieuwing in gang te zetten.
Daar zijn we het allemaal over eens. Daarnaast leidt deze vernieuwing wat de
geluidsbelasting betreft tot een verbetering in de buurt. Het leidt niet alleen maar tot een
verslechtering. Ook nu is er veel geluid daar. Daarom zijn er genoeg redenen om dit
bouwplan, ondanks de ingewikkeldheid ervan, door te zetten. Volgens mij maakt u daar
ook geen bezwaar tegen.
Mijnheer Mulder, wij treden niet in de bestemmingsplanbevoegdheden van het
stadsdeel als wij hier iets in veranderen. Zo zit het niet in elkaar. Wij zijn in dit verband de
toetsende instantie. Bij andere gemeenten doen Gedeputeerde Staten dat. Voor de
stadsdelen is die bevoegdheid aan de centrale stad gedelegeerd en doen wij dat.
(De heer
MULDER:
Ik weet dat wij die bevoegdheid van de provincie
hebben overgenomen, maar het heeft natuurlijk gevolgen voor de manier
waarop het stadsdeel dat in zijn bestemmingsplan heeft vastgelegd. Er
loopt meer een indirecte lijn.)
Het stadsdeel legt zijn beslissing voor. Als wij allen maar “ja” kunnen zeggen, dan
is dat geen toets meer. Wij moeten wel degelijk een oordeel geven. En om dat goed te
kunnen doen, is eerder dat bekende Amsterdamse beleid geformuleerd waarin is
opgenomen dat bij een dove gevel ook een stille zijde hoort. In dit geval is daar niet bij
alle woningen sprake van. Wij kunnen van het beleid afwijken en het stadsdeel daar
toestemming voor geven, maar wij hoeven dat niet te doen. Wij mogen ook zeggen: dit
willen we niet. Dan heeft het stadsdeel twee mogelijkheden. De woningen worden niet
gebouwd. Of ze worden wel gebouwd, maar dan worden ze duurder. Dan wordt er via
bouwkundige ingrepen een stille zijde gemaakt. Ik heb mij laten uitleggen dat dat in dit
geval ongeveer 5000 euro per woning kost. De Raad kan vinden dat je dat bij sociale
huurwoningen toch moet doen op grond van de redenering dat mensen daar ‘niet’ of

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
38
‘minder vrijwillig’ voor kiezen. Als je lang moet wachten, dan ben je blij als je daar een
woning kunt krijgen; dat zou een redenering kunnen zijn. Ik weet niet of de Raad dat vindt.
In dat geval kun je stellen dat dergelijke bouwkundige voorzieningen bij die woningen
aangebracht moeten worden. Ik wil best met het stadsdeel overleggen of dat in dit geval
toch niet het handigst is. Ik denk dat het stadsdeel dat ook wel snapt. Dat kan echter niet
heel erg in de papieren gaan lopen. Mevrouw Van Doorninck zei net dat het om 10-15%
van de woningen zou gaan. Ik denk zelf dat het misschien nog wel om minder woningen
gaat. Ik ben dus wel bereid om daar met het stadsdeel over te praten, maar het zou goed
zijn als de Raad uitspreekt of hij dat nodig vindt of niet. Daarom moet de Raad ook maar
gewoon over het amendement van GroenLinks stemmen. De Raad moet oordelen of het
nodig is of niet. Het amendement ligt er en de verschillende fracties zullen daar een
mening over moeten vormen. Op basis van de uitslag, zal ik er wel of niet met het
stadsdeel over gaan praten.
(De heer
MULDER:
De heer Van Poelgeest geeft ons nu een soort
stemverklaring. Ik heb al gezegd dat ik wel sympathie heb voor de
argumenten van mevrouw Van Doorninck, maar ook een aantal
praktische problemen zie. Als wij tegen dit amendement stemmen, is het
niet zo dat wij dolblij zijn met deze gang van zaken. Overigens beschouw
ik de woorden van de heer Van Poelgeest als een soort toezegging om
met het stadsdeel te gaan praten waardoor het amendement van
mevrouw Van Doorninck feitelijk overbodig is.)
De
VOORZITTER:
Ik beschouw uw bijdrage nu als een stiekeme tweede termijn.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Van Poelgeest.
Wethouder
VAN POELGEEST:
Ik ga met het stadsdeel praten als de Raad vindt
dat ik dat moet doen. De Raad vindt dat heel duidelijk als het amendement van
GroenLinks wordt aangenomen. Dat lijkt mij een heel duidelijk signaal. Als mensen een
ander signaal willen geven, dan moeten ze een ander voorstel indienen. Er is enig contact
met het stadsdeel geweest, dus ik kan u wel zeggen dat men dit snapt. Als dit
amendement wordt aangenomen en ik kom daar, dan zegt men niet: daar hebben we
helemaal geen zin in, ga maar weer terug. Ik denk dat ik er wel met het stadsdeel uitkom.
U moet echter overwegen of u dit zo zwaarwegend vindt om iets te veranderen of niet. De
Raad moet dat zelf beslissen.
De
VOORZITTER:
Ik denk dat het verstandig is om een korte tweede termijn te
houden waarbij de verschillende partijen laten weten wat zij willen besluiten over het
amendement van mevrouw Van Doorninck.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Doorninck.
Mevr.
VAN DOORNINCK:
De heer Van Poelgeest zegt dat dit amendement wat
hem betreft kan. Ik beluister er zelfs enigszins een positief preadvies in, maar hij laat het
erg aan ons over. Ik heb bijna het idee dat we een soort Idols gaan doen en dat ik nu de
rest van mijn collega’s ga overhalen om toch vooral met mij mee te stemmen. Ik wil er iets
aan toevoegen. Het gaat om een aantal woningen in de Kolenkitbuurt. GroenLinks vindt
dat je als stadsdeel of als gemeente ervoor moet zorgen dat het woongenot in sociale
woningen, voor mensen die minder keus hebben bij een woning, optimaal is. Zeker in een

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
39
buurt als de Kolenkitbuurt. Dat blijft staan. Voor GroenLinks gaat hier echter ook een
signaal van uit dat je goed moet nadenken als je je grenswaarden op een dergelijke
manier overschrijdt. Dat kan niet vanzelfsprekend zijn. Wij willen dat de woningen in de
Kolenkitbuurt voor mensen met een sociale huur een zo hoog mogelijk woongenot
hebben. Daarnaast willen wij het signaal afgeven dat je niet zomaar de grenswaarden die
we hebben vastgesteld kunt overschrijden.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Mulder.
De heer
MULDER:
Ik heb nog steeds geen duidelijkheid over de financiële
consequenties. De heer Van Poelgeest kan wat mij betreft te allen tijde met het stadsdeel
gaan praten. Wij kunnen het amendement niet steunen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
Ik heb ik mijn eerste termijn al gezegd dat wij het
amendement zullen steunen. Ik snap echt niet wat de PvdA-fractie nu doet. Het College is
niet eens tegen. Ik hoor inderdaad ook een soort voorzichtig positief preadvies van de
wethouder. Die heeft al contact met het stadsdeel en denkt dat hij er wel uit zal komen
met het stadsdeel. Hij ziet geen financiële bezwaren. Toch blijft de PvdA-fractie maar
zeggen dat zij dit niet wil. Zij wil dit niet realiseren voor mensen die een sociale
huurwoning krijgen. Absurd.
(De heer
MULDER:
Gaat u het dan betalen?)
U moet luisteren naar de wethouder van uw eigen College waarin u de grootste
partij bent. Hij denkt er met het stadsdeel uit te komen. Hij denkt het wel te kunnen
regelen. Luister naar zijn woorden. Doe niet zo moeilijk.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Bakker.
De heer
BAKKER:
Bouwen in een compacte stad is moeilijk. We hebben voor
wat de geluidsbelasting betreft daar een eigen beleid voor ontwikkeld. Volgens mij is dat
een verstandig beleid. Ik denk dat we dat zo veel mogelijk overeind moeten houden. De
wethouder heeft gezegd dat hij zich bij het stadsdeel wil inzetten om dat beleid overeind
te houden. Wij zullen het amendement steunen en daarmee de wethouder ook een
steuntje in de rug geven.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Buurma-Haitsma.
Mevr.
BUURMA-HAITSMA:
Als dit wordt aangenomen, gaan we eigenlijk het
gemeentelijke beleid uitvoeren. Als we deze buurt als voorbeeld kiezen, denk ik dat dit
een precedentwerking zal hebben. Bij het portefeuillehoudersoverleg zult u ook de andere
stadsdelen moeten waarschuwen dat we anders dan voorheen tegen de geluidsbelasting
gaan aankijken en dat we ons houden aan het huidige beleid.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Van Poelgeest.
Wethouder
VAN POELGEEST:
Ik wil meteen aansluiten bij dat laatste, mevrouw
Buurma-Haitsma. Er komt geen ander beleid. Dit beleid bestaat en op basis daarvan
wordt getoetst. Soms wordt een afwijking toegestaan en soms niet. De stadsdelen weten

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
40
dat donders goed en dienen aanvragen in. Nu ligt er een voor. Er liggen er trouwens meer
voor vandaag. Er komt dus niet zozeer een ander beleid. U moet afwegen of u een
uitzondering wilt maken of niet. In uw woorden, mevrouw Van Doorninck, ligt een beetje
de suggestie dat dit geen fatsoenlijke woningen zouden zijn als we dit niet regelen. Dat
gaat iets te ver vind ik. Er wordt fors geïnvesteerd in de stedelijke vernieuwing in deze
buurt. De woningen worden echt beter dan ze nu zijn. Een deel wordt nieuw gebouwd en
een deel wordt opgeknapt. Er is echter een probleem met de geluidsbelasting. Daar hebt
u gelijk in. U moet echter niet doen alsof de gemeente niet in het gebied investeert. Dat
doet ze wel, met behoorlijk veel geld. In dat opzicht heeft mijnheer Mulder natuurlijk gelijk.
Als je dit wilt, dan kost dat geld. Het is niet gratis. Ik zeg erbij dat het om ongeveer 5000
euro per woning gaat. Gezien het aantal vind ik het wel te overzien en ben ik bereid er
met het stadsdeel over te praten. Dan wil ik wel weten of de Raad dit echt wil. Het lijkt me
dan ook verstandig als er over het amendement gestemd wordt.
De
VOORZITTER:
Dat gaan we doen. Ik stel voor de beraadslaging te sluiten en
over het amendement te stemmen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het amendement-Van Doorninck (nr. 794) wordt bij zitten en opstaan
aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat het amendement-Van Doorninck (nr. 794) is
aangenomen met de stemmen van de PvdA tegen.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 697 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van de daarin als gevolg van aanneming van het amendement-Van
Doorninck aangebrachte wijziging.
De
VOORZITTER:
Ik vraag heel even uw aandacht voor een paar punten.
Ofschoon de bodes ieder jaar het vermenigvuldigen van de amendementen, moties en
accentmoties zeer zorgvuldig uitvoeren, is er toch een vergissing gemaakt. Ik wijs u erop
dat u motie nr. 782 van de heer Limmen en amendement nr. 783 van de heer Limmen
opnieuw zult ontvangen. Ik verzoek u de versies die u nu voor u op tafel hebt liggen weg
te doen.
Verder meld ik u dat u morgen in elk geval bij aanvang van de middagzitting een
nieuwe stemmingslijst ontvangt.
De
VOORZITTER
schorst de vergadering.
De
VOORZITTER
heropent de vergadering.
Het Presidium wordt overgedragen aan
Burgemeester Cohen
.
De
VOORZITTER:
Ik wil even met u bekijken hoe wij de rest van de avond
invullen. Ik heb het volgende voorstel: wij proberen vanavond alle agendapunten af te
ronden, behalve de begroting en de punten over de corporaties en de grondprijzen. Als
dat lukt, dan kan ik u in het vooruitzicht stellen dat wij alleen nog morgenmiddag nodig

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
41
hebben. We kunnen dan de begroting afronden en de corporaties en grondprijzen. Vindt u
dat een goed idee?
22
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 28 november
2006 inzake Investeringsbesluit en Welstandsnota Buiksloterham (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 704).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Mulder.
De heer
MULDER:
Ik wil even een paar dingen kort memoreren naar aanleiding
van de behandeling in de commissie en de beantwoording van een aantal schriftelijke
vragen. Wij hebben onze zorgen geuit over de sanering en de grondwaterstroom die
daarmee samenhangt. Vervuiling wordt misschien van de ene kavel naar de andere
verplaatst en we weten nog niet welke kavel het eerst wordt ontwikkeld. Wij zijn echter
gerustgesteld door de antwoorden. De urgentste sanering wordt als eerste geheel
aangepakt. Verder zijn wij gerustgesteld over de duurzame kennis over dat gebied.
Daarvoor is onder andere nodig dat er een waterstoftank voor bijvoorbeeld bootjes of
auto’s komt. Ik heb begrepen dat dit bij het New Technology Center gebeurt en dat die
ontwikkeling met dit investeringsbesluit niet onmogelijk gemaakt wordt. Verder wil ik nog
even duidelijk herhalen dat particuliere ontwikkeling op de diverse kavels voorzien wordt.
De percentages die daarvoor genoemd zijn, 60% wonen, 60% kantoren, kunnen flexibel
geïnterpreteerd worden. Dat is van groot belang voor een goede ontwikkeling van de
Buiksloterham. Er zit relatief veel kantoorruimte in dit gebied. Hier is het juist zo dat
minder kantoren bouwen meer oplevert omdat woningen meer opleveren. Ik heb
begrepen dat we daar bij de Plabeka-discussie over kantoorruimten nog op terugkomen.
Dit lijkt me daar een goede kandidaat voor.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Van Poelgeest.
Wethouder
VAN POELGEEST:
Het is goed dat de heer Mulder nog een paar
dingen naar voren haalt die tijdens de commissiebehandeling gezegd zijn, maar ook later
schriftelijk nog iets nauwkeuriger zijn beantwoord. Ik wil op twee zaken kort reageren. De
flexibele percentages voor wonen en werken willen we per bouwenvelop bekijken. We
willen ons niet in absolute zin vastleggen. Het percentage wonen moet u echter vaak zien
als een bovengrens. Daarmee stuur je ook in het gebied. Naarmate je meer naar binnen
gaat, en het voorlopig nog een meer bedrijfsterreinachtig karakter heeft, neemt het
percentage wonen af. Wil dat überhaupt een sturend instrument kunnen zijn, dan moet er
ergens een bovengrens zijn. Concreet betekent dit dat afwijkingen naar beneden
makkelijker zijn dan afwijkingen naar boven. Begrijpt u wat ik bedoel?
(De heer
MULDER:
Waarom is dat zo? Het zou rationeler zijn als het juist
andersom was.)
Als je met het maximumpercentage wonen stuurt, dan stuur je er niet echt mee
als je zegt dat alle afwijkingen naar boven toegestaan zijn. Als er een plan ingediend
wordt met 71% wonen en 29% werken, dan moet je niet al te moeilijk doen. Afwijkingen
naar 80% komen vaker voor en dan zegt dat sturingsinstrument niet zoveel meer.
Waarom zou je dan die percentages nog opnemen. Het idee achter de percentages is niet
zozeer dat je daar per se op uit moet komen. Een afwijking naar beneden is makkelijker,

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
42
maar een afwijking naar boven is lastiger. In de praktijk wordt er per bouwenvelop naar
gekeken. Dat komt een beetje overeen met dat wat ik in de commissie ook al heb gezegd.
Wat de kantoorruimte betreft, heeft de heer Mulder volkomen gelijk. Er staat nu een
redelijk volume aan kantoorruimte en daar wordt in het kader van Plabeka naar gekeken.
De
VOORZITTER:
Ik begrijp uit de lichaamstaal van de heer Mulder dat hij bereid
is de voordracht te steunen.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 704 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
32
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 28 november
2006 inzake vervanging van het bestaande metromaterieel M2/M3 en de aanschaf van
materieel voor de Noord/Zuidlijn volgens de in het strategisch programma van eisen
opgenomen eisen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 714).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Bergervoet.
Mevr.
BERGERVOET:
De maand december is de maand van de kerstinkopen. Je
moet je gedachten dan laten gaan over allerlei bedragen en over hoeveel geld je uit gaat
geven. Ik mag jullie wel verklappen dat dit het hoogste bedrag is waarover ik tot nu toe in
december een besluit heb moeten nemen. Het zal ook voor niemand een verrassing zijn
dat de Partij van de Arbeid hier heel uitgebreid over heeft gewikt en gewogen. Het is een
belangrijke beslissing. We moeten met het nieuwe metromaterieel een hele tijd vooruit.
We hebben zitten wikken en wegen tussen hoog en breed en hoog en smal. Een
overweging om niet met deze raadsvoordracht in te stemmen zou zijn dat je met breed
materiaal straks moeilijker de regio in kunt. Mijn fractie vindt het heel belangrijk dat de
Noord/Zuidlijn een regionale lijn wordt. Dat hoeft voor ons niet te betekenen dat je met dat
hoge en brede materiaal de regio in gaat.
We hebben lang nagedacht. Er is in februari 2006 een expertmeeting geweest.
We hebben samen met onze coalitiegenoot GroenLinks om een vergelijkend onderzoek
gevraagd, een quickscan. Daarna hebben we de wethouder nog met 21 vragen bestookt
die hij schriftelijk heeft beantwoord. Uiteindelijk zijn we toch tot een besluit gekomen, een
weloverwogen besluit. Mijn fractie stemt in met de voorliggende raadsvoordracht en met
de aanschaf van hoog en breed metromaterieel. Wij gaan er niet van uit dat de
regionalisering nu van de baan is. Wij zullen dat op de voet volgen. Ergens in 2007
verschijnt de regionale ov-visie en dan zullen we zien of we met dit besluit ook een
verstandig besluit hebben genomen. De nood is echter hoog, zeker voor de Oostlijn. Wij
denken dat het daarvoor, en ook voor het kerntraject van de Noord/Zuidlijn, bijzonder
verstandig is om hoog en breed materieel aan te schaffen. Daarmee kunnen we de
meeste passagiers vervoeren en dat geeft ons de meeste restcapaciteit voor de
toekomst. Het levert ons financieel voordeel op om in een keer deze grote order te
plaatsen. Het spoort het beste met het safe haven-principe. Kortom: wij kunnen
instemmen met deze raadsvoordracht.
Om nog even terug te komen op de kerstinkopen: we hebben van de wethouder
begrepen dat als uit de regionale visie mocht blijken dat hoog en breed niet zo’n goede
keuze is, we de treinstellen nog kunnen ruilen en in elk geval iets anders kunnen kopen,

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
43
alhoewel dat niet zo heel waarschijnlijk is.
(Mevr.
MEIJER:
Ik heb een vraag aan mevrouw Bergervoet. Hoe denkt u
over de aanpassing van de Amstelveenlijn? Er is tegen ons gezegd dat
dat moet gebeuren. En tegelijk hebben we een brief gekregen waaruit
blijkt dat het Rijk daar in elk geval niet voor op wil draaien.)
Als je naar de regionalisering kijkt, dan is dat zuidwaarts, dus naar Amstelveen.
We praten dan echter over 2020 als enige reële optie. Amstelveen heeft laten weten daar
best oren naar te hebben, maar dan wel in de vorm van een echte metro. Die aanpassing
gaat geld kosten. Als de lijn naar Amstelveen een echte metrolijn wordt, kost dat een
heleboel geld. Dat hangt echter niet zozeer af van de keus tussen hoog en breed. Er
zullen sowieso een heleboel aanpassingen moeten worden verricht, ook aan de perrons.
En ook als je met hoog en smal materieel gaat rijden, moet je voor ongelijkvloerse
kruisingen zorgen en moeten er allerlei veiligheidsmaatregelen worden genomen. Waar je
ook voor kiest, technisch kun je met hoog en breed absoluut de regio in. Het geld is er
helaas nog niet. We hopen dat het er komt, maar ook dan moet je met hoog en smal een
flinke investering doen.
(De heer
FLOS:
Is uw fractie dat unaniem van mening?)
Nee, daar was ik nog niet aan toegekomen. Als niemand anders nog wil
interrumperen, ga ik nu een stemverklaring afleggen. Mijn fractie is daar niet unaniem in,
hoewel wij er heel lang en heel goed over hebben gesproken. Het heeft ertoe geleid dat
iedereen in onze fractie heel goed weet waar dit precies over gaat en met heel andere
ogen naar trams en metro’s kijkt. Mijn collega Bouwe Olij heeft vier jaar geleden al tegen
de aanleg van de Noord/Zuidlijn gestemd. Velen van jullie zullen dat weten. Hoewel hij
een voorstander van de Noord/Zuidlijn is, heeft hij tegen gestemd omdat er is gekozen
voor 3 m breed materieel. Volgens Bouwe betekent dit dat de Noord/Zuidlijn geen
regionale lijn zou worden. Hij heeft dit vier jaar geleden al gezegd. Nu, vier jaar later, stelt
hij vast dat de komende 25 jaar de Noord/Zuidlijn geen regionale functie krijgt. Dat zou
wel kunnen als er gekozen was voor 2,65 m breed materieel omdat je dan door zou
kunnen rijden naar Amstelveen. Om die reden stemt mijn college Bouwe Olij tegen dit
besluit. Dat is de stemverklaring.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Flos.
De heer
FLOS:
Ik wil het overgrote deel van de Partij van de Arbeid ermee
complimenteren dat het na vier jaar duidelijkheid heeft gegeven en een voorstander is
geworden van de nu liggende voordracht voor hoog en breed materieel. Er staat me
overigens bij dat de heer Olij als enige tegen de Noord/Zuidlijn heeft gestemd. Het
verbaast me om te horen dat hij er nu wel voor is, maar tegen dit besluit.
(De heer
OLIJ:
Zal ik het even uitleggen? Het is een bekend misverstand.
Ik woon in De Pijp en heb me altijd ingezet voor de Noord/Zuidlijn. Dat
was niet altijd een pretje. Vier jaar geleden werd motie C niet
aangenomen. Daarin stelde de PvdA voor om nog eens even goed te
onderzoeken wat de gevolgen zijn van 3 m of 2,65 m. Ik heb toen gezegd
wat mevrouw Bergervoet net voorlas. Ik heb toen gezegd dat dat een
historische vergissing was omdat het betekende dat we geen regionale
lijn zouden krijgen en de Noord/Zuidlijn was altijd bedoeld als regionale
lijn. Ik heb tegen de Noord/Zuidlijn gestemd omdat het geen regionale lijn
meer zou worden.)
Dan is dat in elk geval duidelijk. Ik wil u kort uitleggen waarom de VVD consistent

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
44
vóór hoog en breed materieel is. Er moeten veel reizigers vervoerd worden tussen
Amsterdam-Noord en Zuid/WTC, op een gegeven moment zeker 200.000 per dag. Als we
voor smaller materieel zouden kiezen, kunnen zoveel mensen domweg niet op een
adequate manier vervoerd worden, ook vanwege het safe haven-principe dat inhoudt dat
er naar ik meen hooguit 24 toestellen per uur door de buis kunnen. Dat zou betekenen dat
mensen op het perron achterblijven. Als je vervolgens kijkt naar de reële doortrekkingen,
dan zijn dat er in feite maar twee. Dat is de Amstelveenlijn, waar we allemaal erg voor
zijn. Het zou zeer gewenst zijn als daar een dikke metro gaat rijden. De andere is de
tweede tunnel naar Schiphol. De VVD is daar een groot voorstander van. Mocht die er
ooit komen, dan zou die geen treinontsluiting hebben en zou het zeer wenselijk zijn als
daar in elk geval ook een dikke metro naartoe rijdt. Bij alle andere mogelijke regionale
verbindingen lijkt het op het eerste gezicht de komende twintig, dertig, misschien wel
veertig jaar niet echt reëel om die met een metroachtige verbinding uit te voeren. Daarom
vinden wij een dikke metro het allerbeste besluit. Die voldoet ruim aan de
vervoersbehoefte van Amsterdam en kan op steun rekenen van de regio en van de
Reizigersadviesraad, een club die naar de belangen van reizigers kijkt. Dat was in 2002
zo en dat is in 2006 zo. In 2006 komt er bovendien nog bij dat de Oostlijn echt heel erg
toe is aan nieuwe voertuigen. Wij hebben daar vragen over gesteld en de SP ook. Als je
een deal sluit, kun je die voertuigen het best samen met voertuigen voor de Noord/Zuidlijn
bestellen. Vandaar dat wij de voordracht van harte zullen steunen.
(Mevr.
MEIJER:
Mijnheer Flos zegt nu dat hij gerust een dikke metro de
regio in stuurt. Hoe ziet u dat voor u? Voor zover ik weet, moet je dan
ongelijkvloers gaan werken, met tunnels of met fly-overs of wat dan ook.)
Volgens mij is dat net ook door mevrouw Bergervoet gezegd. Het maakt niet uit
welke metro je straks naar Amstelveen stuurt. In beide gevallen, of er nu een hoge en
smalle of een hoge en brede metro komt, zullen er veel nieuwe aanpassingen nodig zijn.
Voor de kosten maakt het niet substantieel veel verschil. Als u niet voor dit hoge en brede
materieel kiest, laat u volgens mij straks mensen op het perron staan. Dat wil de VVD
niet.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Geurts.
De heer
GEURTS:
GroenLinks stemt unaniem in met de voordracht voor het
strategisch programma van eisen voor het metromaterieel. GroenLinks kiest daarmee dus
voor hoog en breed metromaterieel voor de Noord/Zuidlijn. Ik zou het daarbij kunnen
laten, maar ik wil toch wel even toelichten dat dit voor ons geen eenvoudige keuze was.
Het oorspronkelijke concept van de Noord/Zuidlijn ging uit van een kerntraject in de stad
met uitwaaierende lijnen in de regio. Om de Noord/Zuidlijn in de regio eenvoudig en
goedkoop uit te voeren, ligt tramachtig materieel voor de hand. Dat is gemakkelijker in te
passen, kan eventueel op straatniveau rijden en je hebt geen aparte kruisingsvrije banen
nodig. Waarom zou je niet daarvoor kiezen? Het idee was om op ongeveer vier trajecten
in de regio 8 trams per uur te laten rijden en op het kerntraject ongeveer 32 trams per uur.
Op een gegeven moment is echter het safe haven-principe voor de veiligheid
geïntroduceerd. Daarmee worden grote beperkingen opgelegd aan het aantal trams of het
aantal toestellen dat door de tunnel kan rijden. Om toch alle mensen op het kerntraject te
vervoeren, heb je dus langer materieel nodig. Als je dan met trams gaat rijden, krijg je
uiteindelijk lightrailtrams, smal materieel, en zul je met heel lang materieel moeten gaan
rijden. Dan moet je met lang materieel de regio in. Dat verandert het perspectief.
Als je
met heel lange trams in de regio gaat rijden, zien wij niet dat je het materieel makkelijk op

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
45
straatniveau kunt inpassen. Daarvoor zul je grote aanpassingen moeten doen aan de
infrastructuur. Wij verwachten dat daardoor de aanlegkosten sterk omhooggaan en dicht
in de buurt komen van die van een standaard metrolijn. Op de Noord/Zuidlijn gaan veel
mensen reizen. Wij willen dat die mensen snel, comfortabel en betrouwbaar vervoerd
worden. De beste optie lijkt ons nu hoog en breed metromaterieel. Het hybride materieel
dat we kennen op lijn 51 leidt nu regelmatig tot storingen op het metronet. Gezien de
beperkingen aan de frequentie door het safe haven-principe willen we die verstoringen tot
een minimum beperkt houden. Daarom kiezen we voor hoogwaardig materieel dat
zichzelf al bewezen heeft.
De kanttekening is wel dat de kosten om de Noord/Zuidlijn als metro naar de
regio door te trekken hoog zijn. Wij denken dat die ook hoog zijn als je voor smaller
materieel kiest, maar het is wel iets wat we ons moeten realiseren. Het gaat niet
eenvoudig worden om de Noord/Zuidlijn in allerlei trajecten in de regio uit te laten
waaieren. Dat gaat veel geld kosten. GroenLinks vindt dat het openbaar vervoer dat geld
waard is. Juist in de regio ligt een grote opgave voor het openbaar vervoer. Daar liggen
kansen. Daar is de filedruk hoog. Het rekeningrijden gaat er aankomen. De druk op het
openbaar vervoer zal de komende jaren alleen maar toenemen. Daar moet dus in
geïnvesteerd worden. Er moet met visie in geïnvesteerd worden, met een visie op de
ontwikkeling van het openbaar vervoer in de regio. Die visie is nog te weinig ontwikkeld.
Dat heeft dit proces naar boven gebracht. Daarom zijn we ook zo blij met de steun van de
Partij van de Arbeid. Die constateert dit ook. Daarom zijn we ook zo blij met het
programakkoord waarin we expliciet vaststellen dat wij als roodgroen College ons deze
periode gaan verdiepen in een visie op regionaal openbaar vervoer.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Meijer.
Mevr.
MEIJER:
Ik ben ervan overtuigd dat het materieel van de Oostlijn dringend
aan vervanging toe is. Het lijkt af en toe met plakband aan elkaar te hangen. Aan de
andere kant is ons steeds verteld dat je een bestelling moet plaatsen voor zowel de
Oostlijn als voor de Noord/Zuidlijn vanwege kostenvoordelen. Ik heb alleen nooit echt
duidelijk antwoord gekregen op de vraag welke korting we mislopen als we de bestelling
opknippen door eerst de Oostlijn te bestellen en daarna materieel voor de Noord/Zuidlijn.
Ik kan me voorstellen dat je dat materieel dan nog goed kunt testen voordat het
daadwerkelijk op de Noord/Zuidlijn gaat rijden. Dat zou een voordeel kunnen zijn. Verder
vind ik het onduidelijk wie gaat betalen voor het aanpassen van de Amstelveenlijn als er
voor breed materieel gekozen wordt. Daar ziet het toch naar uit. We hebben een brief van
het Rijk waarin staat dat het Rijk niet betaalt. Draaien wij daar nu voor op? En zo ja, hoe
moeten we dat doen? Of is dat ook weer een rekening die naar de toekomst wordt
verschoven? Er zijn verschillende argumenten voor breed en voor smal materieel. Met
deze onduidelijkheden wordt de afweging erg moeilijk. Ik klamp me een beetje vast aan
het gegeven dat in het voorjaar van 2007 een regiovisie wordt gepresenteerd. Ik stel me
voor dat we dan met zijn allen gaan praten over het openbaar vervoer in de regio in de
nabije toekomst. Het zou handig zijn als we dat besproken hadden voordat we het
materieel bestellen. In de bijdrage van mevrouw Bergervoet viel me net iets op. Zij zei dat
als bij de bespreking van de regiovisie over het openbaar vervoer zou blijken dat we het
verkeerde materieel hebben besteld, we daar op terug kunnen komen en de toestellen
kunnen ruilen. Daar wil ik graag antwoord van de wethouder op hebben. Ik heb een
amendement klaarliggen, waarin ik pleit voor een knip in de bestelling. Ik wil eerst de
regiovisie bespreken. Als de wethouder zegt dat we alsnog terug kunnen komen op onze

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
46
beslissing, dan kan ik overwegen om dat amendement in te trekken. Ik ben nog niet
helemaal overtuigd, maar hoop op een gunstig antwoord.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van Drooge.
De heer
VAN DROOGE:
In 2002 is al een keuze gemaakt voor hoog en breed.
Toen is ook gekozen voor een familieconcept. Hoog en breed is uitgangspunt geweest
voor het bestek van de stations van de Noord/Zuidlijn en de quickscan van 2006 heeft
eigenlijk opnieuw aangetoond dat het bedrijfseconomisch goed is van hoog en breed uit
te gaan. Kortom: wij vinden de keuze gemakkelijk. Er was al gekozen. Er zijn geen andere
punten aan het licht gekomen, behalve dan dat er gevraagd is of regionalisering lastig is
met dit hoge en brede materieel. We hebben daar in alle commissiebijeenkomsten
duidelijke antwoorden op gekregen. Het huidige veiligheidsregime zal alleen maar verder
verstrakken. Dat wil zeggen: als je ander materieel kiest, zul je ook naar ongelijke
kruisingen toe moeten. Dus moet je voor hoogwaardig materieel kiezen dat het mogelijk
maakt om met veel mensen snel naar de regio te gaan. Natuurlijk blijft het een punt van
zorg hoe de verlengingen gefinancierd worden. Bestuurlijk is het echter belangrijk dat de
stadsregio Amsterdam en ook Amstelveen zich kennelijk bewust zijn van deze keuze. Wij
kiezen voor hoog en breed en zien met belangstelling de regionale vervoersvisie in het
voorjaar van 2007 tegemoet.
(De
VOORZITTER:
Mijnheer Van Drooge, het moet mij van het hart: dit is
geloof ik de derde vergadering die u meemaakt en u praat mee alsof u al
jaren in de Raad zit. U vindt het wel goed dat ik dat even zeg.)
Dank u wel.
De
VOORZITTER
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
63
°
Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Meijer inzake SPvE
metromaterieel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 795).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
(Mevr.
MEIJER:
Ik weet niet of ik nu erg onhandig ben, maar misschien
kunt u wachten met kopiëren tot we antwoord van de wethouder hebben
gehad.)
(De
VOORZITTER:
Dat lijkt mij een prima voorstel.)
(Mevr.
MEIJER:
Het lijkt me zonde van het papier.)
(De
VOORZITTER:
Als u dat zegt, dan ben ik het daar helemaal mee
eens.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
De argumenten op dit dossier zijn al heel vaak uitgewisseld.
Al vier jaar lang. Volgens mij kan de enige conclusie na al die discussies alleen maar zijn
dat binnen Amsterdam hoog en breed materieel het meest voor de hand ligt. Dan kom je
bij de kwestie van de regio. Ik sluit me daarbij aan bij de woorden van de heer Flos.
Als
we regionaal gaan, zal dat in eerste instantie richting Amstelveen zijn. Om naar
Amstelveen te gaan maakt het niet eens zo gek veel uit of je daarheen gaat met een hoge
en brede metro of met een meer lichtrailachtige metro. Voor dat traject, waar veel

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
47
passagiers reizen, is het misschien zelfs beter om metromaterieel te hebben. De aanleg
zal veel geld kosten. Hoe we dat gaan betalen, daar hebben we het nog wel over. Rijden
met ander materieel vraagt ook veel aanpassingen en kost veel geld. Schiphol ligt al veel
verder weg en andere verbindingen richting Zaandam en Purmerend gaan we misschien
bij een goede gezondheid nog meemaken, maar erg waarschijnlijk is dat niet. Wat er dan
allemaal op de markt is en hoe je dan tegen dit soort vervoersystemen aankijkt, weten we
helemaal niet. Ik denk dat we voor nu moeten beslissen en ons moeten richten op dat wat
nodig is in Amsterdam. Dat is hoog en breed. Wij zullen de voordracht dus steunen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Herrema.
Wethouder
HERREMA:
Dank voor de brede steun, min één zeg ik er maar bij,
voor deze keuze. Als je kijkt naar de vervoerbehoefte van de stad, leidt dat wel degelijk tot
hoog en breed. Size does sometimes matter. 25 cm maakt wel degelijk iets uit voor de
10% capaciteit die we in de stad nodig hebben. Veel wezenlijker is echter hoe we tegen
de Noord/Zuidlijn aankijken. Een aantal van u heeft daar ook aan gerefereerd. Is dit zelf
de regionale lijn van de toekomst of maakt hij onderdeel uit van een regionaal netwerk?
Dat biedt andere perspectieven dan wanneer de hele Noord/Zuidlijn zelf het regionale
netwerk zou moeten vormen. In het verleden is er wel degelijk zo naar gekeken, maar de
jaren verstrijken en ook de inzichten op een aantal punten veranderen. Het safe haven-
concept is al genoemd als een belangrijk gegeven waardoor er minder metrotoestellen
kunnen rijden. Ik verwacht dat de veiligheidseisen voor de tunnel de komende jaren alleen
maar verder worden aangescherpt. Ook de veiligheidseisen voor trams op straat zullen
strenger worden. Of je de lijn nu als tram of als metro doortrekt, er zullen extra kosten aan
verbonden zijn. In onze berekeningen hebben we laten zien dat er een flink verschil is
tussen breed en smal en wat je sowieso de komende jaren moet investeren in het
aanpassen van perrons en kruisingen. Breed en smal maakt niet eens zoveel uit. We
weten wel dat breed materieel goedkoper is in de exploitatie. Het geld dat we daarmee
besparen kun je voor andere zaken in het openbaar vervoer gebruiken. Dat moet de SP
toch ook aanspreken. Ik meende dat de SP in de commissie voor breed zou kiezen, maar
ik twijfel nu een beetje over waar u voor kiest.
Kunnen we het materieel morgen bij wijze van spreken weer terugbrengen? Dat
lijkt me niet de verstandigste keuze. Het is geen dvd, dus je kunt het niet zomaar even
ruilen. We stellen nu het strategisch programma vast. Daarmee hebben we nog niet
besteld. Het is een lange weg, maar daar moeten we wel een keer aan beginnen. Ik vind
dat we voor de Oostlijn eigenlijk al te laat zijn. Je ziet de gevolgen voor de kwaliteit van
het openbaar vervoer bij de Oostlijn. Ook voor de Noord/Zuidlijn duurt het nog een hele
tijd voordat de metrotoestellen feitelijk rijden. U ziet welke problemen er met RandstadRail
en met de HSL zijn en welke problemen je onderweg tegenkomt voordat het feitelijk
functioneert. Laten we vooral tempo maken, maar wel zorgvuldig te werk gaan. Dan
komen we niet voor verrassingen te staan als het materieel eenmaal besteld is. Het
feitelijke bestellen zal niet in 2007 gebeuren, maar in de loop van 2008. De
voorbereidingen ervoor kunnen nu van start gaan. Het hele aanbestedingsproces zal daar
een belangrijk onderdeel van zijn. Voorlopig valt er nog niets te ruilen.
Het zou natuurlijk prachtig zijn als er al een regionale visie was. We praten dan
over de periode 2020-2030. Dan kunnen we de investeringen goed afwegen. Die visie
komt vanuit de stadsregio, waar Amsterdam druk aan meedoet. Rond de zomer van 2007
is die beschikbaar. Daarnaast wordt op dit moment gewerkt aan een studie naar het
doortrekken van de Amstelveenlijn en welke varianten daarbij mogelijk zijn. Beide studies

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
48
zijn relevant. Dat wil niet zeggen dat je alles weer ter discussie moet stellen. Het is wel
verstandig om bij dergelijke studies ook te kijken of zij consequenties hebben voor het
programma van eisen dat we vandaag vaststellen. Het is wijs om even terug te kijken.
Niet om alles opnieuw te doen. U hebt de afgelopen vier jaar uitgebreid kunnen
discussiëren. Het is wel belangrijk om te kijken of nieuwe inzichten tot andere
consequenties leiden. Met de inzichten van nu is dit de verstandigste keuze.
Het amendement van de SP vraagt om materieel voor de Oostlijn te bestellen en
de rest later. Er zijn wel degelijk grote financiële voordelen te behalen als we dat
gezamenlijk bestellen. Daarom is het verstandig om daar nu mee te beginnen. Als de
studies klaar zijn, voel ik er veel meer voor om even terug te kijken of zij consequenties
hebben voor het besluit dat u vandaag neemt. Dat is beter dan nu dit besluit uit te stellen
en in de zomer van 2007 weer over de Noord/Zuidlijn te gaan praten. Dat lijkt mij niet de
goede volgorde.
(Mevr.
MEIJER:
Ik wil toch enige verduidelijking van de wethouder. Uit de
woorden van mevrouw Bergervoet begrijp ik dat we nog voor iets anders
kunnen kiezen. Ik hoor de wethouder zeggen dat we nu moeten
beslissen. Als je voor het een kiest, kun je dat niet zomaar ruilen voor iets
anders. Tegelijk zegt u dat we de bestelling pas in de loop van 2007
plaatsen. In het voorjaar van 2007 komt de regiovisie. Dan moet dat toch
allemaal in te passen zijn?)
U zegt nu wat u wilt bestellen. Daarmee gaan we aan de slag. U hebt nog niets
besteld, want dat gebeurt pas als de aanbesteding daadwerkelijk begint. Dan beginnen de
inschrijvingen en komen de aanbiedingen. Daarna worden alle aanbiedingen naast elkaar
gelegd. Dan komt pas het moment om daadwerkelijk te gaan bestellen en moeten de
benodigde kredieten vastgesteld worden. Het gaat om veel geld en we moeten dat goed
afwegen. Dat proces heeft veel tijd nodig en moet ook heel zorgvuldig gebeuren. Ik zeg
alleen dat u nu duidelijk moet maken wat u graag wilt bestellen. Anders wordt er sowieso
niets in gang gezet. Als er nieuwe studies komen die ook betrekking hebben op het
materieel, dan zullen we even moeten nagaan of de beslissing die we vandaag nemen
verstandig is. Dat is wijs beleid.
(Mevr.
MEIJER:
Wat heb je aan die wijsheid achteraf? Je hebt de
beslissing genomen en achteraf vraag je je af of dat wijs geweest is.
Kunnen er niet voor zowel smal als breed materieel offertes aangevraagd
worden?)
Nee, het voorstel dat brede steun krijgt van de Raad is om het proces in te richten
op basis van hoog en breed materieel. Als uit de komende studie blijkt dat we nog even
moeten nadenken, dan is het proces nog niet onomkeerbaar. Dat is wat ik zeg. We
bestellen het materieel niet binnen een halfjaar. Dat heb ik ook in de commissie al drie
keer tegen u gezegd.
(Mevr.
MEIJER:
Ik kan hier geen chocola van maken. De wethouder zegt:
u bestelt en dat is het dan. Nu zegt hij dat het omkeerbaar is.)
Het is een ingewikkeld proces. U bent er ook al vier jaar mee bezig geweest. Het
is een kwestie van nu, op basis van de huidige inzichten, kiezen welk materieel geschikt
is. Er zijn heel veel argumenten besproken. Er is een quickscan geweest. Die leidde ook
tot de keuze die nu voorligt. Ik zeg alleen maar dat er nog een aantal studies komt. Het is
altijd wijs om te kijken of die consequenties hebben voor de beslissing die een halfjaar
eerder genomen is. Ik denk van niet. Alle informatie wijst in de richting van hoog en breed.
Uw voorstel lijkt mij erg onverstandig omdat u dan in het midden laat waar wij voor gaan
en waar wij het proces de komende tijd op gaan inrichten.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
49
De
VOORZITTER:
Voor de tweede termijn vraag ik eerst aan mevrouw Meijer of
zij toch wil dat het amendement wordt uitgedeeld.
(Mevr.
MEIJER:
Ik wil het amendement toch graag in stemming brengen,
sorry.)
Dan gaan wij haar vermenigvuldigen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Meijer.
Mevr.
MEIJER:
Ik vind het antwoord van de wethouder niet bevredigend. Ik snap
de termijnen niet meer. In 2007 bestellen. In het voorjaar van 2007 de regiovisie. Mijn
amendement vraagt om snel materieel voor de Oostlijn te bestellen. Ik begrijp nu dat we
ook pas in 2007 materieel voor de Oostlijn gaan bestellen. Dat rijdt dan nog lang niet. Ik
vind dat daar nu problemen zijn. We rijden daar met bijzonder oud materieel. Vervang dat
op zo kort mogelijke termijn.
(Wethouder
HERREMA:
Maar mevrouw Meijer, metromaterieel bestellen
is geen dvd kopen.)
(De
VOORZITTER:
Nee, mijnheer Herrema, u mag straks.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
Ik vind het jammer van de boom. De SP-boom, zal ik maar
zeggen.
(De
VOORZITTER:
En dat voor een democraat.)
Een groene democraat.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Herrema.
Wethouder
HERREMA:
Volgens mij hebben we deze discussie al uitentreuren in
de commissie gevoerd. U bestelt nu nog niets. Het is net als het maken van een
stedenbouwkundig plan. Er moet eerst een idee zijn voordat je iets kunt gaan bouwen.
We geven nu aan wat wij graag willen gaan bestellen. Dat doen we nu. Dat wordt nu
verder uitgewerkt. Daar wordt een projectgroep op gezet. De markt wordt verkend. Er
wordt gekeken welke aanbestedingsmethoden van belang zijn. Dan komt de keus om te
gaan bestellen. Daar hebben we het hier dan ook weer over, want het gaat om veel geld.
Dat is het proces. Daar hebben we veel tijd voor nodig. Volgens de planning kan het
nieuwe materieel pas in 2010 op de Oostlijn gaan rijden. U moet echt rekening houden
met een lange periode voordat er feitelijk metrotoestellen rijden. Besef wel dat dat goed
en zorgvuldig moet gebeuren. Daarom is het ook voor de Noord/Zuidlijn van belang om
op tijd te beginnen. Voordat de metro feitelijk rijdt, is nog een lange weg te gaan.
(Mevr.
MEIJER:
Natuurlijk ben ik voor zorgvuldigheid. Ik ben echter wel
bang dat wij eerst het materieel bestellen en dat dat invloed heeft op de
regiovisie in plaats van dat de regiovisie van invloed is op het materieel.)
De Stadsregio moet de regiovisie opstellen. Die steunt dit voorstel ook en
financiert dat mede. Het kan nooit zo zijn dat het materieel de visie bepaalt. Mijn opdracht
is om daar in elk geval voor te waken. Het klopt wel dat de Amstelveenlijn de reëelste
optie is waar we tot 2020 over praten.
De
VOORZITTER:
Ik denk dat de argumenten voldoende uitgewisseld zijn. Ik sluit

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
50
de discussie. Het amendement wordt nu uitgedeeld. Als dat even snel gebeurt, dan
kunnen we erover stemmen.
De discussie wordt gesloten.
Amendement nr. 795 wordt bij zitten en opstaan verworpen.
De
VOORZITTER
constateert dat het amendement-Meijer (nr. 795) is verworpen
met de stemmen van de SP voor.
De
VOORZITTER:
De Raad gaat akkoord met de voordracht met de kanttekening
dat de heer Olij geacht wil worden te hebben tegengestemd.
(Mevr.
MEIJER:
De SP sluit zich aan bij de heer Olij.)
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 714 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van het feit dat de heer Olij en de fractie van de SP geacht willen worden te
hebben tegengestemd.
33
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 17 oktober
2006 tot kennisneming van het organisatieontwerp en het veranderplan voor de Openbaar
Vervoerpolitie en instemming met de begroting (Gemeenteblad afd. 1, nr. 715).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Bergervoet.
Mevr.
BERGERVOET:
Ik ben gisteravond samen met mijn collega Daniël Sajet
een avonddienst lang mee geweest met de boa’s, de bijzonder opsporingsambtenaren
van het Gemeentevervoerbedrijf. Het was een heel rustige avond in de stad. Er waren
geen rellende moeders met kinderwagens en geen boze bejaarden met rollators. Het
verliep allemaal prima en het was een heel fijne, rustige avond. Ik zeg dit omdat wij onder
de indruk waren van de inzet van deze mensen die met veel plezier hun werk doen. Dat is
niet altijd gemakkelijk. De openbare orde is een taak van de overheid. Het
geweldsmonopolie hoort voor de Partij van de Arbeid bij de overheid. Nu het
Gemeentevervoerbedrijf verzelfstandigd wordt, vinden wij het niet gewenst dat het
Gemeentevervoerbedrijf een taak op het gebied van de openbare orde uitvoert. Wij zijn
positief over het voorstel om het veiligheidsteam Openbaar Vervoer op te richten. Wij
denken dat dit de sociale veiligheid in en rond het openbaar vervoer vergroot. Wij denken
dat de aansturing eenduidiger zal zijn, dat de herkenbaarheid voor het publiek veel groter
zal worden. Kortom: mijn fractie steunt dit voorstel. Wij hebben gisteravond bij ons
werkbezoek wel gemerkt dat er bij het Gemeentevervoerbedrijf nog heel veel onrust op de
werkvloer heerst, bij de medewerkers die straks overgaan naar het VOV, het
veiligheidsteam Openbaar Vervoer. Daar wil ik de wethouder nog even naar vragen.
Misschien zijn er nieuwe ontwikkelingen op dat terrein. Mensen leken zich zorgen te
maken over hun rechtspositie na 1 januari 2007. Wij vinden dat heel belangrijk. De or van
het Gemeentevervoerbedrijf en van de Politie hadden eerst wat problemen. Voor de
mensen op de werkvloer is dat ook heel verwarrend. Wij vinden het heel belangrijk dat
daar heel zorgvuldig mee om wordt gegaan. Ik zou het fijn vinden als de wethouder nog

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
51
iets zegt over de rechtspositie van het personeel en hoe dat verder moet. Voor het
overige steunen wij dit voorstel. Wij willen wel dat u heel goed de vinger aan de pols
houdt en kijkt hoe dit zich ontwikkelt. De veiligheid in en om het openbaar vervoer, zowel
van de passagiers als de bestuurders, mag voor ons absoluut niet verslechteren. Wij
verwachten dat dit heel zorgvuldig wordt gemonitord en dat u ons steeds op de hoogte
houdt van hoe het ervoor staat. Wij gaan ervan uit dat de veiligheid verbeterd moet
worden.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
Wij zijn geen tegenstander van de Openbaar Vervoerpolitie. In
de commissievergadering was er op zijn minst enige onduidelijkheid tussen de wethouder
en de commissaris enerzijds en de ondernemingsraden van zowel het
Gemeentevervoerbedrijf als de Politie anderzijds. Ik begrijp nu dat het de bedoeling van
het College is om in elk geval een soort intentie-uitspraak te doen dat er een
openbaarvervoerpolitie gaat komen, maar dat er nog overleg volgt met de werkvloer om
het zo maar eens te zeggen. Dat proces gaat nog iets zorgvuldiger begeleid worden. Wij
kunnen ons daarin vinden. Wij vinden het daarbij belangrijk, maar dat is net ook al door
de Partij van de Arbeid naar voren gebracht, dat de overgang van mensen van het
Gemeentevervoerbedrijf naar de Dienst Stadstoezicht zorgvuldig begeleid wordt en dat
die mensen ook zo snel mogelijk zekerheid daarover krijgen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Flos.
De heer
FLOS:
De VVD is een hartgrondig voorstander van dit voorstel. Dat is
overigens door onze eigen wethouder Van der Horst ooit geïnitieerd. Ik hoop dat het ook
op uw steun kan rekenen, Burgemeester, als verantwoordelijke voor de veiligheid in
Amsterdam. Het is weer een besluit op het gebied van veiligheid waarin de VVD het
College volledig steunt. Wij denken dat het goed is om een onderscheid te maken tussen
bedrijfsorde, waarvoor het Gemeentevervoerbedrijf zelf verantwoordelijk is, en de
openbare orde waarvoor de Politie en Stadstoezicht, als aparte organisatie onder regie
van de Politie, verantwoordelijk worden. Dat zie je overigens ook in diverse andere grote
steden als Londen en Parijs. In de commissie kwam naar voren dat er nogal veel
weerstand was vanuit de ondernemingsraden tegen dit besluit. Ik vond dat dat soms op
een wat onaangename manier gebracht werd. Ik meen dat nu de tijd gekomen is dat de
politiek, waar volgens mij het primaat over dit soort zaken ligt, laat zien welke kant dit op
gaat. Anders zul je zien dat de vakbonden en de ondernemingsraden zich alleen maar
gaan werpen op het tegenwerken van dit besluit in plaats van het op een zo goed
mogelijke manier invoeren van wat wij nu besluiten. Dat is een extra reden waarom ik vind
dat we nu klare wijn moeten schenken. Die lijkt er nu ook te komen. Er is een duidelijke
politieke meerderheid voor dit voorstel. Daar complimenteer ik ook de wethouder mee. Ik
hoop dat we nu van start gaan. Ik denk dat er voldoende waarborgen zijn ingebouwd om
in elk geval in de loop van de uitvoering van dit proces aan de bezwaren tegemoet te
komen die door de ondernemingsraden zijn geuit.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Pinxteren.
Mevr.
VAN PINXTEREN:
Zoals de heer Flos al zei, was dit heel erg een project
van het vorige College. Toen waren wij ook niet vreselijk enthousiast over de instelling

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
52
van een ov-politie. Er zijn natuurlijk wel argumenten voor. Inmiddels is ook duidelijk dat
we straks een verzelfstandigd Gemeentevervoerbedrijf hebben en dan is het ook wel
begrijpelijk dat je de toezichthouderstaak, de beveiligingstaak, wilt afscheiden. Met
anderen moet ik zeggen dat de presentatie van de mening van de beide
ondernemingsraden in de commissievergadering een uitermate verwarrende
aangelegenheid was. Ik wil daarom graag van de wethouder horen hoe het daar nu mee
staat. Tot vanmiddag hoor ik berichten dat er nog gesproken wordt en dat men denkt tot
overeenstemming te komen. Is die ongerustheid nu weggenomen of gaat u dat nog doen?
Hoe staat het daarmee? Ik wil dat graag weten.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Meijer.
Mevr.
MEIJER:
Volgens mij krijgen we een wirwar van mensen die een
veiligheidsrol hebben. Op dit moment hebben we, en ik geef geen uitputtende
opsomming: buurtconciërges, buurtwachten, buurtregisseurs, to secure and protect,
Stadstoezicht, teams die in het openbaar vervoer opereren, en ook nog Politie. Ik moet
eigenlijk constateren dat wij als gemeente Amsterdam geen echte visie hebben over hoe
wij omgaan met veiligheid en private beveiligers. We rommelen maar wat aan en we
reageren hapsnap. Ik vraag me af of de Amsterdammer en de veiligheid hiermee gediend
zijn. Nu hebben we een voorstel voor de OV-politie. Die gaat zich speciaal met het
openbaar vervoer bezighouden. Mevrouw Van Pinxteren zei het al: de
commissievergadering hierover was erg verwarrend. Ik vond het nogal een vertoning. De
ondernemingsraden van Gemeentevervoerbedrijf en Politie waren mordicus tegen. De
politietop en het College zijn voor. Ik heb ook nogal wat verkeerde argumenten over tafel
horen gaan. Bijvoorbeeld dat dit besluit nu genomen moet worden vanwege de
naderende verzelfstandiging van het Gemeentevervoerbedrijf. Aan de andere kant hoor ik
dat steden waar het openbaarvervoerbedrijf al geprivatiseerd is juist overstappen op het
Amsterdamse model. Dat lijkt mij een onjuiste motivatie om dit besluit nu te nemen.
Ik ben het met de wethouder eens dat veiligheid een overheidstaak is. Het OV-
team bestaat niet uit politieagenten met de bijbehorende bevoegdheden. Het zijn boa’s.
Eigenlijk richten we nu een club op binnen een overheidsdienst die zich gaat bezighouden
met het beveiligen van een privaat bedrijf. Ik vind het een beetje ingewikkeld. En wat gaat
u doen als bijvoorbeeld Connexxion of Arriva, of weet ik veel welke vervoerder, in de
toekomst hier ook om gaat vragen? De noodkreet van de ondernemingsraad van de
Politie kwam erop neer dat deze voorziet dat de Politie te weinig capaciteit zal hebben om
deze taak ook op zich te nemen. En wanneer zich problemen in het openbaar vervoer
voordoen, tegelijk met bijvoorbeeld een overval op een geldloper, dan ligt de prioriteit
natuurlijk bij dat laatste. Dat kan ik me ook helemaal voorstellen. De politietop erkent dit,
maar liet ook weten dat een heleboel mensen opgeleid worden. Over een poosje zijn die
klaar en dan is er voldoende capaciteit. Ik lees echter ook in de krant dat er ontzettend
veel personeel weglekt naar de iets rustiger buurgemeenten. We hebben dus geen
garantie dat de capaciteit in de toekomst voldoende is. De ondernemingsraad van het
Gemeentevervoerbedrijf zegt dat kleine incidentjes vaker zullen uitgroeien tot
calamiteiten. Dat moeten we niet willen. Als dat bewaarheid wordt, is het bedrijf daar niet
bij gediend. Ik heb geprobeerd een afspraak te maken met de directie van het
Gemeentevervoerbedrijf om hier nog eens over door te praten. Men vond het echter niet
nodig om mij terug te bellen of te mailen. Moet ik daaruit concluderen dat het
Gemeentevervoerbedrijf het blijkbaar niet zo belangrijk vindt dat de Raad instemt met dit
voorstel? Of heeft het zich al vergewist van een meerderheid in de Raad en doet de SP er

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
53
getalsmatig niet meer toe? Ik heb in elk geval met hem niet kunnen bespreken waarom
het dit een goed idee vindt.
In de commissie heb ik u al voorgesteld in godsnaam nog eens met de
ondernemingsraden, de top van de Politie en het Gemeentevervoerbedrijf aan tafel te
gaan. Dan kunnen we de neuzen dezelfde kant op krijgen. De mensen in het veld die de
or vertegenwoordigt, moeten het gaan doen. Als die beren op de weg zien, dan moet je
dat uiterst serieus nemen. Pas geleden hebben we een brief van de wethouder
ontvangen. Daarin zou hij uitleggen dat we kleine stapjes op deze weg gaan zetten. Op
zichzelf zou ik daar wel voor zijn, maar deze brief heeft me niet helemaal gerustgesteld.
Er staat eigenlijk gewoon in: we gaan dit doen. Klaar. U vraagt mijn instemming daarmee.
Ik denk niet dat we dit besluit nu al hoeven te nemen. Dit hoeft niet op 1 januari 2007 rond
te zijn. Ik wil nogmaals van de wethouder horen wat al eerder gevraagd is, wat de stand
van zaken is. Gaan de neuzen nog één kant op? Maar ik vind het nog belangrijker dat we
met zijn allen een visie ontwikkelen op hoe wij omgaan met veiligheid en overheidstaken
en private beveiligers.
(De heer
GEURTS:
U zegt dat we dit besluit niet voor 1 januari 2007
hoeven te nemen. Als we dat echter niet doen, betekent dat dat we niets
meer te zeggen hebben over alle veiligheidsmensen die nu bij het
Gemeentevervoerbedrijf zitten. Dan is het een geprivatiseerde,
zelfstandige onderneming en hebben wij er als Gemeenteraad niets meer
over te vertellen. Dan zijn we de zeggenschap over veiligheid kwijt. Wat
bedoelt u dan als u zegt dat we hier niet voor 1 januari 2007 een besluit
over hoeven te nemen?)
Uit de stukken blijkt dat dat nog niet meteen nodig is. Misschien kan de
wethouder dat uitleggen. Ik heb daarin gelezen dat dit besluit niet voor 1 januari 2007
genomen hoeft te worden.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van Drooge.
De heer
VAN DROOGE:
Het CDA steunt de gedachte om de sociale veiligheid in
en om het openbaar vervoer te vergroten. Het op een structureel verbeterde manier
inzetten van de capaciteit kan daaraan zeker bijdragen. Natuurlijk hebben wij ook met een
zekere ongerustheid kennisgenomen van de zeer felle opstelling van de
ondernemingsraden van het Gemeentevervoerbedrijf en de Politie. Wij hebben daar de
volgende vraag over: als eenmaal dit besluit is genomen, zal een deel van die felheid wel
verdwijnen, maar hoe gaat het College het geconstateerde wantrouwen wegnemen? Dat
blijft een zorg. Wij betreuren het dat de oprichting per 1 januari 2007 niet meer helemaal
haalbaar is, maar wij willen graag op de hoogte blijven van de uitwerking. In een later
stadium willen we graag geïnformeerd worden over de aanrijtijden bij incidenten en de
ontwikkeling van het veiligheidsgevoel in het openbaar vervoer. Daar gaat het per slot van
rekening om. Met deze kleine kanttekeningen gaan wij akkoord met dit voorstel.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Herrema.
Wethouder
HERREMA:
Bij het openbaar vervoer staan een paar steekwoorden
centraal in ons beleid: veilig, betrouwbaar, snel, comfortabel en toegankelijk. Dit is het
hoofdstuk veiligheid. Onveiligheid is een van de redenen waarom mensen niet met het
openbaar vervoer gaan. Daarbij gaat het vooral om het gevoel van onveiligheid. Daar kan
de OV-politie wel degelijk een belangrijke rol in vervullen, ook al mag ik dat van het

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
54
Ministerie van Binnenlandse Zaken zo niet noemen. Daar komen we wel uit. De sociale
veiligheid op stations en in de voertuigen is erg belangrijk. De kern van de discussie is
eigenlijk waar het verzet van de ondernemingsraden vandaan komt. En is het mogelijk om
met dit besluit een brug te slaan naar de or van het Gemeentevervoerbedrijf en de
Politie? Dat is heel wezenlijk, want uw zorg is ook onze zorg. Dit moet gedragen worden.
Het gaat om de mensen op de werkvloer. Die moeten er baat bij hebben en met elkaar
samenwerken. Daarom is de afgelopen dagen zeer intensief geprobeerd om met de
leiding en de or te praten om te kijken of we daar uit kunnen komen. Ik ben blij dat we er
in elk geval met de or van de Politie uitgekomen zijn. De korpsleiding heeft een aantal
toezeggingen gedaan die met ons zijn afgestemd. Er worden zorgvuldige stappen gezet.
Daarbij is vooral de overgang van incidentgestuurd naar informatiegestuurd belangrijk.
Men is erg bang dat er te veel beslag wordt gelegd op de capaciteit in de wijken en dat
incidenten onvoldoende worden opgepakt door de OV-politie. Daarom is het plan
gewijzigd. We beginnen met een incidentgestuurde aanpak. Dat is nadrukkelijk het
uitgangspunt. Er wordt meer mobiele capaciteit ingezet. Daarmee word heel zorgvuldig
stap voor stap gewerkt.
Daarmee zijn we er nog niet. De or heeft de korpsleiding in een brief kenbaar
gemaakt dat hij positief zal adviseren op grond van de toezeggingen die gedaan zijn. We
hopen morgen die brief daadwerkelijk te kunnen laten zien. Dat is een goede zaak. Ook
de or van het Gemeentevervoerbedrijf is druk bezig zijn positie opnieuw te bepalen op
grond van die toezeggingen. Ik heb net nog een mailtje gekregen dat men er alles aan
gaat doen om een ander geluid te laten horen dan in de commissie. Men zal daar nog een
aantal hoorzittingen voor organiseren om de discussie binnen het bedrijf te organiseren.
Wij zullen in het vervolg nadrukkelijk de or van het Gemeentevervoerbedrijf hierbij blijven
betrekken. Niet op grond van de Wet op de ondernemingsraden. Dat is niet meer het
kader. We doen dat omdat het gaat om mensen op trams en in bussen. Hun veiligheid
moet gegarandeerd zijn als er iets gebeurt. Er worden afspraken gemaakt, niet alleen met
de or van de Politie en Stadstoezicht, maar ook met de or van het
Gemeentevervoerbedrijf, ook al is dat wettelijk niet nodig. Draagvlak is hierbij heel
essentieel. Hulde voor degenen die deze gesprekken hebben gevoerd en voor de draai
die de or de afgelopen dagen heeft gemaakt. Dat geeft een geruster gevoel voor het goed
landen van deze beslissing. Dat zijn de laatste berichten die ik u daarover kan geven.
De OV-politie is niet exclusief voor het Gemeentevervoerbedrijf. Zij is
onafhankelijk van de vervoerder. Het zal duidelijk zijn dat dit in Amsterdam overwegend
het Gemeentevervoerbedrijf is. Er is ook een vraag gesteld over de rechtspositie. Wij
hadden graag gezien dat de mensen per 1 januari 2007 ook echt zouden kunnen
overgaan naar Stadstoezicht. Dat zal niet lukken vanwege een aantal stappen dat we
eerst moeten nemen. Het personeel verzelfstandigt nu mee met het
Gemeentevervoerbedrijf. Pas als alle juridische kanten afgerond zijn, gaat het over naar
Stadstoezicht en is het weer bij de gemeente in dienst. Het verdient geen
schoonheidsprijs. Ik had het graag anders gezien, maar gelet op het proces is dat de
enige weg die we de komende maanden zullen gaan. Ik wil dit wel zo snel mogelijk
afronden. De onrust over zijn positie en over wat er gaat gebeuren, moet niet langer
duren dan nodig is. We zullen zeker de vinger aan de pols houden en u zult regelmatig
een rapportage over de stand van zaken krijgen. Daar wil ik het bij laten. Dank voor de
brede steun voor dit voorstel, mits het zorgvuldig wordt uitgewerkt.
De
VOORZITTER:
Misschien mag ik daar als verantwoordelijke voor de
portefeuille Veiligheid een opmerking aan toevoegen tegen mevrouw Meijer. Zij maakte

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
55
een terechte opmerking over de verdeling van de rollen op het gebied van de veiligheid.
Om die reden zijn wij bezig met een uitvoerig project op het gebied van toezicht en
handhaving. We zijn bezig om te bekijken of we daarvoor veel meer één bepaalde regie
kunnen voeren. U hebt gelijk. We zijn daarmee aan het werk en het zal een van de
onderdelen zijn in het bestuursakkoord met de stadsdelen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Meijer.
Mevr.
MEIJER:
Ik heb nog een korte opmerking. De wethouder zegt dat de
ondernemingsraad van de Politie akkoord is gegaan. U hebt daar een brief over. Kunnen
wij die krijgen? Gisteravond was er namelijk in het Parooltheater een bijeenkomst over
veiligheid. Daar was iemand van de ondernemingsraad van de Politie aanwezig die
helemaal geen voorstander was. Dat bevreemdt me nog even.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Herrema.
Wethouder
HERREMA:
Ik heb bericht gekregen van de korpsleiding dat de or
ermee akkoord gaat. Morgen moet de brief er zijn. Dat is ook met de or afgesproken. Ik
kan de brief waarschijnlijk morgen aan u uitreiken. Daar kan echter niet in staan dat de or
hetzelfde standpunt inneemt als voorheen. De afgelopen dagen zijn zeer intensieve
gesprekken met de or gevoerd. Daarin is ook het vertrouwen gegroeid dat deze stappen
zorgvuldig en stap voor stap gezet worden, ook met de or van de Politie.
De
VOORZITTER:
Ik begrijp dat de Raad instemt met de voordracht.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 715 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
De
VOORZITTER:
Ik constateer dat het 23.05 uur is. Als ik zie wat er van de
agenda resteert, stel ik u voor dat wij morgen met een middagzitting volstaan. De
vergadering is verdaagd.
De
VOORZITTER
schorst de vergadering om 23.05 uur.

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
56
INDEX
625' Motie van 20 december 2006 van het raadslid Ivens inzake toeristenbelasting ......15
692 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 3 oktober 2006
tot instemming met bezuinigingsvoorstel op de subsidiebudgetten voor
patiënten/consumentenbeleid en ouderenbeleid met ingang voor 2007........................26
694 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 21 november
2006 tot kennisneming van de randvoorwaarden vrachttram Amsterdam en de start van
een pilot terzake (Goederenvervoer per tram)................................................................30
697 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 28 november
2006 tot vaststelling van hogere grenswaarden dan gesteld in de Wet geluidhinder voor
het bestemmingsplan Kolenkitbuurt (stadsdeel Bos en Lommer) ..................................34
704 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 28 november
2006 inzake Investeringsbesluit en Welstandsnota Buiksloterham................................41
714 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 28 november
2006 inzake vervanging van het bestaande metromaterieel M2/M3 en de aanschaf van
materieel voor de Noord/Zuidlijn volgens de in het strategisch programma van eisen
opgenomen eisen ...........................................................................................................42
715 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 17 oktober 2006
tot kennisneming van het organisatieontwerp en het veranderplan voor de Openbaar
Vervoerpolitie en instemming met de begroting .............................................................50
726 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 17 oktober 2006
tot wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting 2004
........................................................................................................................................25
731 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 17 oktober 2006
tot intrekking van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2006 en
vaststelling van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2007 .........24,29
733 Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 14 december
2006 tot instemming met uitvoering amendement–De Wolf c.s. van 27 september 2006
inzake de 10%-operatie 2007–2010 ...............................................................................21
749 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Sargentini c.s. inzake een CO
2
-
neutraal concern Amsterdam..........................................................................................11
750 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Sargentini c.s. inzake de
gratis toegang van middelbare scholen tot de film ‘An Inconvenient Truth’ ...................11
752 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Bos c.s. inzake de combinatie van
loketfuncties ......................................................................................................................4
753 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van Doorninck inzake een
onafhankelijke klachtenlijn Wmo.....................................................................................11
754 Motie van 20 december 2006 van het raadslid De Wit inzake
stageplaatsen/leerwerktrajecten .......................................................................................8
755 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Ulichki inzake Pavem-middelen
(Participatie allochtone vrouwen etnische minderheden) ...............................................12
756 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake subsidie MUG
........................................................................................................................................14
757 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake subsidie
Bijstandsbond .................................................................................................................14
758 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake het
Amsterdams Solidariteits Komitee Vluchtelingen (ASKV) ..............................................14

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
57
759 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake de Armoedemonitor
2006 ................................................................................................................................14
760 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Paquay inzake voedselbanken .......15
761 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake prestatie-
indicatoren discriminatie .................................................................................................20
762 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Meer c.s. inzake het
broedplaatsenbeleid........................................................................................................12
763 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Graumans inzake de
tegemoetkoming IDFA voor huur Pathé Tuschinski en Pathé De Munt ...........................4
764 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Graumans inzake de subsidie
SEB en Stichting Vizier.....................................................................................................4
765 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Meijer inzake gratis openbaar vervoer
voor doelgroepen ............................................................................................................15
766 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Gazic c.s. inzake het gebruik van
open standaarden .............................................................................................................4
767 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Manuela inzake de
businesscase open source ...............................................................................................4
768 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van Pinxteren c.s. inzake de
businesscase open source .............................................................................................12
769 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Meer c.s. inzake
differentiatie vermakelijkheidsretributie op basis van emissie van boten .......................12
770 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake definitieboekje ..21
771 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van Drooge c.s. inzake een gelijk
belastingregime voor bewoners van Amsterdam-Noord ................................................17
773 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Garde inzake het
programma Wij Amsterdammers ......................................................................................4
774 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van der Garde c.s. inzake de
uitbreiding van het project in Noord voor vroegtijdige interventie in gezinnen .................5
775 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Gazic c.s. inzake het
welkomstgeschenk bij aangifte van een geboorte............................................................5
776 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Flos inzake dierenambulance ...........8
777 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Manuel inzake bijdrage aan
Stadsdeel Zeeburg..........................................................................................................20
778 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Garde c.s. inzake de
begroting voor 2007 (ombudsman)...................................................................................3
779 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Van ’t Wout c.s. inzake de begroting
voor 2007 (sport op naschoolse opvang) .........................................................................8
780 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van der Meer c.s. inzake de
begroting voor 2007 (bodemsanering)............................................................................12
781 Motie van 22 november 2006 van het raadslid Alberts c.s. inzake de begroting 2007
(Trevifontein)...................................................................................................................17
782 Amendement van 21 december 2006 van het raadslid Limmen inzake de begroting
2007 (subsidie Marhaba) ................................................................................................16
783 Amendement van 21 december 2006 van het raadslid Limmen inzake de begroting
2007 (subsidie Marhaba) ................................................................................................16
784 Motie van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake de begroting 2007
(ADM-terrein) ..................................................................................................................20
785 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake de
begroting 2007 (ADM-terrein) .........................................................................................20

Jaar
2006
Afdeling
2
Vergaderdatum 20 december
2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad

Raadsnotulen R

Raadsnotulen
R
58
786 Amendement van 22 november 2006 van het raadslid Hoogerwerf inzake de
begroting 2007 (Over het IJ Festival) .............................................................................20
792 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Ornstein inzake de uitvoering
van het amendement-De Wolf (nr. 471) .........................................................................22
793 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Bos c.s. inzake afhandeling
motie-Reuten uit 2004.....................................................................................................27
794 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Van Doorninck inzake hogere
grenswaarden Kolenkitbuurt ...........................................................................................36
795 Amendement van 20 december 2006 van het raadslid Meijer inzake SPvE
metromaterieel ................................................................................................................46