Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Gemeenteblad
Raadsvoordracht
R
1
Jaar
2006
Afdeling
1
Nummer
310
Publicatiedatum
5 juli 2006
Onderwerp
Vaststelling van de Kaderverordening bijdrage bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn.
Aan de Gemeenteraad
Op grond van het hiernavolgende stellen wij u voor, het volgende besluit te nemen:
De Gemeenteraad van Amsterdam
Gezien de voordracht van Burgemeester en Wethouders van 25 april 2006;
Overwegende, dat het College van Burgemeester en Wethouder de bevoegdheid
krijgt om voor bouwactiviteiten, die buiten de reguliere werktijden hinder veroorzaken,
een financiële vergoeding toe te kennen.
Besluit:
vast te stellen de volgende
Kaderverordening bijdrage bouwactiviteiten Noord/Zuidlijn.
Artikel 1
Begripsomschrijvingen.
In deze regeling wordt verstaan onder:
zelfstandige woning
:
woonruimte welke een eigen toegang heeft en door
een huishouden kan worden bewoond, zonder dat die
daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen
buiten die woonruimte, waarbij als wezenlijke
voorzieningen worden aangemerkt: keuken en toilet;
onder een zelfstandige woning wordt in deze regeling
eveneens begrepen een volledig voor kamerbewoning
bestemde woning;
hoofdbewoner:
de huurder dan wel eigenaar/bewoner van een
zelfstandige woning;
verblijfsruimte:
besloten ruimte binnen een woonruimte, bestemd voor
het verblijf van personen. Daaronder zijn niet begrepen
hal, gang, toilet- en doucheruimte, kelder, berging,
zolder en garage;
bouwactiviteiten:
bouwactiviteiten voor de Noord/Zuidlijn die leiden tot

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
2
langdurig aaneengesloten hinder voor de directe
woonomgeving
bouwfase:
stadium in het verloop van een bouwactiviteit
reguliere werktijden:
maandag tot en met vrijdag van 7.00 uur -18.00 uur;
het College:
Het College van Burgemeester en Wethouders van
Amsterdam.
Artikel 2
Financiële bijdrage.
1. De hoofdbewoner van een zelfstandige woning welke voorkomt op de lijst als
bedoeld in het tweede lid, heeft recht op een financiële bijdrage, in de gevallen en
onder de voorwaarden zoals die op basis van het tweede lid door het College
worden vastgesteld. Het recht op de financiële bijdrage bestaat voor de periode
waarin de hoofdbewoner woonachtig is op het aangegeven adres en kan eerst
ontstaan nadat het College de nadere regels als bedoeld in het tweede lid heeft
vastgesteld en bekendgemaakt.
2. Het College stelt de bouwactiviteiten vast die recht bieden op een vergoeding
conform deze verordening en tevens de adressenlijst, de minimale periode
gedurende welke de hinder wordt ondervonden, de hoogte en duur van de
vergoeding alsmede de ingangsdatum waarop het recht op de financiële bijdrage
ontstaat.
3. Bij het vaststellen van het bepaalde in lid 2 gelden onder meer de volgende
uitgangspunten:
a
De bouwactiviteiten vinden buiten de reguliere werktijden plaats;
b
het college kan onder andere de aspecten geluidhinder van minimaal 65
dB(A) op de gevel gedurende tenminste 30 dagen aaneengesloten buiten de
reguliere werktijden, het afsluiten van straten voor het inrichten als
bouwterrein, bereikbaarheid van woningen voor zover deze langdurig
aaneengesloten en gerelateerd aan de bouwactiviteiten en niet te rekenen zijn
tot gangbare hinder, afzonderlijk of in samenhang betrekken.
c
De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de aard van de hinder.
4. Het College kan afwijken van het bepaalde in lid 3 sub a indien een strikte
toepassing daarvan zou leiden tot een onvoldoende vergoeding van het gederfde
woongenot als gevolg van de bouwactiviteiten.
5. Indien een woning wordt opgenomen in een in lid 1 bedoelde adressenlijst, dan
heeft alleen de hoofdbewoner van een zelfstandige woning recht op een
financiële bijdrage.
Artikel 3
Aanvraag.
1. Het College verleent de financiële bijdrage op aanvraag.
2. De hoofdbewoner maakt gebruik van het “Aanvraagformulier financiële
compensatie bouwactiviteiten Noord/Zuidlijn” en zendt dit volledig ingevuld
voorzien van de gevraagde bescheiden aan het College.
3. De hoofdbewoner toont aan woonachtig te zijn op het aangegeven adres, ten tijde
van de bouwactiviteiten.
4. De aanvraag
wordt uiterlijk één maand na beëindiging van de bouwactiviteiten

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
3
ingediend. Aanvragen die hierna worden ingediend worden niet in behandeling
genomen.
5. Bij verhuizing maakt de hoofdbewoner zo snel mogelijk, doch uiterlijk op de dag
van verhuizing, aan het College kenbaar dat hij of zij met ingang van de bepaalde
datum niet meer woonachtig is op het desbetreffende adres. Het bepaalde in
artikel 4, tweede lid is bij verhuizing van overeenkomstige toepassing.
6. De hoofdbewoner heeft geen recht op een financiële bijdrage op grond van deze
verordening indien hij of zij uit andere hoofde financiële bijdrage geniet voor
langdurige hinder ten gevolge van de bouwactiviteiten Noord/Zuidlijn.
Artikel 4
Betaling.
1. De financiële bijdrage wordt achteraf uitgekeerd, in één of in meerdere termijnen.
2. Bij de aanvang en het einde van de bouwactiviteiten wordt een gedeelte van de
maand als volledige maand beschouwd.
3. Geheel of gedeeltelijk ten onrechte uitgekeerde bijdragen worden teruggevorderd.
Artikel 5
Tijdelijke gebruiksovereenkomst.
De bewoner die een overeenkomst heeft voor het tijdelijk gebruik van woon- of
kantoorruimte, niet zijnde een reguliere huurovereenkomst met een minimaal
redelijke huurprijs, komt niet in aanmerking voor een bijdrage op grond van deze
verordening.
Artikel 6
Hardheidsclausule.
Het College kan het bepaalde bij of krachtens deze verordening buiten toepassing
laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het doel van de regeling –
het bieden van een financiële compensatie in verband met langdurige hinder door de
bouwactiviteiten aan de Noord/Zuidlijn - leidt tot een onbillijkheid van overwegende
aard.
Artikel 7
Slotbepalingen.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de bekendmaking
van deze verordening.
2. Deze verordening wordt aangehaald als: Kaderverordening bijdrage
bouwactiviteiten Noord/Zuidlijn.

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
4
Toelichting, behorende bij de Kaderverordening bijdrage bouwactiviteiten
Noord-Zuidlijn.
Algemene toelichting.
De aanleg van de metroverbinding Noord-Zuidlijn heeft hinder voor de bewoners en
ondernemers rond de bouwlocaties tot gevolg. Werkzaamheden zoals het jetgrouten
en het maken van diepwanden hebben geleid tot langdurige ernstige geluidshinder
voor de directe omgeving. De bijdrageregeling Noord-Zuidlijn van 24 november 2004
(gewijzigd op 19 oktober 2005) maakt het mogelijk om voor deze specifiek benoemde
werkzaamheden een financiële vergoeding toe te kennen aan bewoners die ernstige
hinder ondervinden van een aantal specifiek benoemde werkzaamheden.
Nu het werk vordert blijkt dat er andere bouwactiviteiten zijn waarbij buiten de
reguliere werktijden moet worden gewerkt waarbij langdurige ernstige hinder voor de
directe woonomgeving van de bouwplaats zal ontstaan. Deze hinder kan bijvoorbeeld
bestaan uit langdurige overmatige geluidsproductie, en een langdurige slechte
bereikbaarheid van woningen in de directe nabijheid van een bouwplaats.
De adressen/woningen die hinder ondervinden kunnen per bouwfase en bouwlocatie
verschillen. Om als gemeentebestuur daarop snel en flexibel met een financiële
tegemoetkoming aan de bewoners die het aangaat te kunnen reageren is het
wenselijk een verordening op hoofdlijnen vast te stellen, waarbij het college de ruimte
wordt geboden adequaat te kunnen inspelen op veranderende omstandigheden.
Dekking van de financiële tegemoetkoming vindt plaats uit de bij het raadsbesluit voor
de financiële prognose Noord-Zuidlijn tot 2012 van 16 juni 2004 (nr 282) gemaakte
reservering van € 4 miljoen voor het nemen van leefbaarheidsmaatregelen rond de
bouwplaatsen van de Noord-Zuidlijn.
De verordening in relatie tot de schaderegeling Noord-Zuidlijn.
Wanneer sprake is van financiële schade als gevolg van de bouwactiviteiten voor de
Noord-Zuidlijn kunnen bewoners en ondernemers een beroep doen op de door de
gemeenteraad vastgestelde Verordening Nadeelcompensatie en Planschade Noord-
Zuidlijn d.d. 20 juli 2000 (gemeenteblad afd.1., nr. 392). Deze verordening voorziet in
financiële tegemoetkomingen in geval van schade door de vaststelling van een
bestemmingsplan (planschade), materiële schade aan gebouwen en bouwwerken
(bouwschade) en winstderving als gevolg van verminderde bereikbaarheid
(nadeelcompensatie). De afhandeling van de schadeverzoeken verloopt via een
onafhankelijk schadebureau met inzet van externe schade-adviseurs.
Deze schaderegeling zou ook kunnen worden ingezet als middel om verlies van
woonkwaliteit te kapitaliseren. In dat geval zouden de bewoners van de panden rond
de bouwplaats aan de huurcommissie kunnen verzoeken om de hiervoor beschreven
puntenaftrek toe te passen waarna, bij honorering van het verzoek, een huurverlaging
plaats zou vinden. Het daardoor ontstane verlies aan huurinkomsten zou vervolgens
door de eigenaar kunnen worden geclaimd bij het schadebureau Noord-Zuidlijn.

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
5
Deze procedure is echter tamelijk omslachtig en tijdrovend en daarom niet
aantrekkelijk voor bewoners en eigenaren. Om die reden heeft de gemeente
Amsterdam naast de Verordening Nadeelcompensatie en Planschade Noord-Zuidlijn
een afzonderlijke Kaderverordening bijdrage bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn
vastgesteld. Deze regeling voorziet in een directe toekenning door de gemeente van
een financiële bijdrage aan bewoners rond bouwplaatsen die langdurig
aaneengesloten hinder ondervinden als gevolg van de bouwactiviteiten. Bij
toepassing van deze verordening vervalt uiteraard de mogelijkheid om voor hetzelfde
doel een beroep te doen op de schaderegeling. Wanneer de bewoner al een bijdrage
in verband met de hinder door bouwactiviteiten heeft ontvangen komt hij niet meer in
aanmerking voor een vergelijkbare bijdrage op basis van de schaderegeling.
Relatie met leefbaarheidsmaatregelen Noord-Zuidlijn en de (eerste aanpassing)
Bijdrageregeling bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn.
De leefbaarheidsmaatregelen waarvan u op 24 november 2004 kennis heeft
genomen blijven onverminderd van toepassing. De in (de 1
e
aanpassing)
Bijdrageregeling bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn genoemde bouwactiviteiten waarvoor
een financiële tegemoetkoming wordt toegekend blijft voor de periode dat de
werkzaamheden zoals beschreven in de bijdrageregeling (jetgrouten en maken
diepwanden voor de stations Rokin en Vijzelgracht) nog moeten worden uitgevoerd in
stand. Wanneer de werkzaamheden op deze stations zijn afgerond wordt de (1
e
aanpassing ) Bijdrageregeling bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn ingetrokken en zullen
bouwactiviteiten op deze stations ook vallen onder de werking van deze verordening.
Artikelsgewijze toelichting.
Artikel 1. Begripsomschrijvingen.
In dit artikel worden enkele belangrijke begrippen nader uitgelegd. Belangrijk is dat
niet iedere bouwactiviteit recht geeft op een financiële bijdrage.
Bouwactiviteiten buiten de reguliere werktijden die leiden tot langdurig
aaneengesloten hinder vallen binnen de werkingssfeer van deze verordening.
Bouwactiviteiten die binnen de reguliere werktijden worden uitgevoerd, tussen 7.00
uur-18.00 uur, vallen buiten de werkingssfeer van deze verordening.
Onder eigenaar wordt mede verstaan de houder van een beperkt zakelijk recht,
bijvoorbeeld het erfpachtsrecht.
Artikel 2. Financiële bijdrage.
In dit artikel wordt geregeld welke hoofdbewoners recht hebben op een financiële
bijdrage en voor welke periode (lid 1). Kamerbewoners, die samen de voorzieningen
in de woning gebruiken, worden niet gezien als bewoners van een zelfstandige
woning. Een woning geldt als een zelfstandige woning als deze is voorzien van een
eigen voordeur en geschikt of bestemd is voor bewoning, zonder daarbij afhankelijk
te zijn van voorzieningen elders.
Tevens is de bevoegdheid van het college geregeld de bouwactiviteiten,de
adressenlijsten, de hoogte en de duur van de compensatie vast te stellen (lid 2).
Hierdoor kunnen de hoofdbewoners rond de bouwplaats op snelle wijze financieel
tegemoet
gekomen worden indien er sprake is van langdurige aaneengesloten hinder

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
6
door bouwactiviteiten van de Noord-Zuidlijn.
Niet iedere bouwactiviteit voor de Noord-Zuidlijn die hinder veroorzaakt is nu reeds te
voorzien. Om te voorkomen dat de regeling steeds bij raadsbesluit met een specifieke
bouwactiviteit moet worden uitgebreid, zoals bij de Bijdragereling bouwactiviteiten
Noord-Zuidlijn d.d. 24 november 2004 is gebeurd, is ervoor gekozen om het college
meer speelruimte toe te kennen. Het college kan nu per bouwfase vaststellen welke
bouwactiviteiten onder de werkingssfeer van deze verordening vallen, welke
adressen het betreft, hoe hoog de financiële tegemoetkoming is en hoe lang die
wordt uitgekeerd. In lid 3 worden het college hiervoor mogelijke criteria aangereikt.
De opsomming is niet uitputtend. Per bouwactiviteit wordt bekeken welke criteria in
het specifieke geval bij de afweging moeten worden betrokken. Hierdoor kan
maatwerk geleverd worden; in de ene bouwsituatie zou dat bijvoorbeeld langdurige
geluidshinder een determinerende factor kunnen zijn, terwijl in een andere situatie dit
bijvoorbeeld langdurige onbereikbaarheid van de woning kan zijn en in sommige
situaties misschien wel een combinatie van beide. Tot slot kan het college bij het
vaststellen van de hoogte van de vergoeding de aard van de hinder laten meewegen;
een werkende heimachine voor de deur is van een andere orde van grote dan
bijvoorbeeld de bereikbaarheid van een woning met de auto.
Het College maakt de regeling op de meest geschikte wijze bekend, bijvoorbeeld
door bekendmaking van de regeling aan de bewoners van de panden die op de lijst
zijn vermeld door persoonlijke aanschrijving of bijvoorbeeld in de regelmatig
verspreide nieuwsbrief.
Artikel 3. Aanvraag.
Voor toekenning van de bijdrage dient de aanvrager gebruik te maken van het
‘Aanvraagformulier financiële compensatie gederfd woongenot Noord-Zuidlijn”, dat bij
deze regeling hoort. Het aanvraagformulier wordt zoveel als mogelijk per post
toegezonden aan de hoofdbewoners van de adressen die te maken hebben met
langdurige hinder buiten de reguliere werktijden ten gevolge van de bouwactiviteiten
voor de Noord-Zuidlijn.
Bij het aanvraagformulier dient de aanvrager aan te tonen dat hij/zij woonachtig is op
het desbetreffende adres ten tijde van de bouwactiviteiten. Dit kan worden
aangetoond door het overleggen van een kopie van de volgende stukken:
1. als het een huurwoning betreft het huurcontract, dan wel als het een koopwoning
betreft het eigendomsbewijs van de woning;
2. een geldig legitimatiebewijs of uittreksel van het bevolkingsregister.
Ten behoeve van de uitbetaling van de financiële bijdrage dient tevens een kopie van
een recent bankafschrift (niet ouder dan 4 weken) overgelegd te worden, waaruit blijkt
dat de huur ook daadwerkelijk wordt afgeschreven.
De aanvraag kan worden ingediend tot uiterlijk één maand na de datum van
beëindiging van de bouwactiviteiten aan het desbetreffende deel van de Noord-
Zuidlijn. Via nieuwsbrieven worden de bewoners hierover geïnformeerd. Aanvragen
die hierna worden ingediend, worden niet in behandeling genomen. Uiterlijk 8 weken
na de aanvraag ontvangt de aanvrager bericht over de toekenning van de bijdrage.
Dit bericht is een besluit
, zoals bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene Wet

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
7
Bestuursrecht. Tegen dit besluit kan bezwaar worden ingediend bij het College van
Burgemeester en Wethouders van Amsterdam. In het besluit zal worden aangegeven
op welke wijze en binnen welke termijn bezwaar kan worden ingediend.
In geval de aanvrager verhuist gedurende de bouwactiviteiten moet hij/zij de datum
van verhuizing zo snel mogelijk door geven aan het College van Burgemeester en
Wethouders van Amsterdam (zie bovenstaande adressering).
Met de datum van verhuizing wordt bedoeld de datum van de overdracht van de
sleutel van de woning. De datum van verhuizing dient uiterlijk te worden doorgegeven
op de dag dat de aanvrager niet meer woonachtig is op het betreffende adres.
Ten aanzien van deze verordening en de daarop gebaseerde financiële bijdrage geldt
tenslotte dat geen gebruik kan worden gemaakt van deze regeling, als reeds op
andere wijze of op basis van een andere regeling een financiële bijdrage heeft
plaatsgevonden in het kader van hinder door de bouwactiviteiten van de Noord-
Zuidlijn. Zo kan geen bijdrage worden verkregen op grond van deze verordening, als
bijvoorbeeld op basis van de Verordening Nadeelcompensatie en Planschade Noord-
Zuidlijn reeds een bijdrage is ontvangen.
Artikel 4. Betaling.
De bijdrage wordt aan de aanvrager uitgekeerd met terugwerkende kracht vanaf de
aanvang van de bouwactiviteiten aan het betreffende deel van de Noord-Zuidlijn.
Bij verhuizing van de aanvrager tijdens de bouwactiviteiten, geldt dat de bijdrage aan
de aanvrager wordt uitgekeerd naar rato van de periode dat hij/zij woonachtig is
geweest in de woning. De bijdrage wordt uitgekeerd tot en met de maand waarin de
verhuizing plaatsvindt. Dit geldt eveneens in het geval de aanvrager één van de
woningen als nieuwe bewoner betrekt en vervolgens een aanvraag indient. Wanneer
de verhuizing (sleuteloverdracht) niet op de eerste dag van de maand plaatsvindt,
krijgt de vertrekkende bewoner het volledige maandbedrag en de komende
hoofdbewoner die eveneens een beroep doet op de regeling, krijgt ook het
maandbedrag.
De uitbetaling van de bijdrage vindt plaats zo spoedig mogelijk nadat de hoogte ervan
is vastgesteld. Afhankelijk van de duur van de bouwactiviteiten kan het College dit
bedrag in een keer of in termijnen uitkeren.
Artikel 5. Tijdelijke gebruiksovereenkomst.
Dit artikel heeft tot doel bewoners die onder bepaalde voorwaarden en (vaak) met
een bepaald doel een woning tijdelijk in gebruik hebben expliciet uit te sluiten van de
regeling. Het zal bijvoorbeeld gaan om zogenaamde anti-kraakwachten. Deze groep
tijdelijke bewoners betaalt geen huur, maar een gebruiksvergoeding. Deze
vergoeding ligt ver beneden de reële huurwaarde. Huurders in het bezit van een
tijdelijke huurovereenkomst die wel een reële huur betalen, bijvoorbeeld werknemers
van een buitenlandse organisatie die hier tijdelijk woonachtig zijn, vallen wel binnen
deze regeling.
Artikel 6. Hardheidsclausule.

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
8
Er kunnen zich gevallen voordoen waarin strikte toepassing van de verordening een
weigering tot het toekennen van de (gedeeltelijke) financiële bijdrage inhoudt, hoewel
een bijdrage in het specifieke geval wel gerechtvaardigd is. In dat geval kan het
College besluiten om toch een gehele of gedeeltelijke bijdrage toe te kennen op basis
van deze regeling. Aangezien het hierbij gaat om uitzonderingsgevallen, kan de
bijdrage alleen uitgekeerd worden als kan worden aangetoond dat de desbetreffende
hoofdbewoner langdurig aaneengesloten hinder ondervindt/heeft ondervonden als
gevolg van de bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn.
Artikel 7. Slotbepaling.
De inwerkingtreding en citeertitel van de verordening worden hier geregeld. Het
college maakt de verordening op gebruikelijke wijze bekend.
Burgemeester en Wethouders van Amsterdam,
E. Gerritsen, secretaris
M.J. Cohen, burgemeester
Toelichting (bestuurlijke context)
Kaderverordening
De bijdrageregeling Noord-Zuidlijn van 24 november 2004 (gewijzigd op 19 oktober
2005) maakt het mogelijk om alleen voor specifiek benoemde bouwactiviteiten voor
de Noord-Zuidlijn – het jetgrouten en het maken van diepwanden- een financiële
vergoeding toe te kennen aan bewoners rond de diepe stations vanwege de ernstige
geluidshinder die zij ondervinden.
De hieronder voorgestelde kaderverordening is flexibeler bij het toekennen van een
vergoeding bij ernstige hinder.
Kaderverordening bijdrage bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn
Overwegingen
De bijdrageregeling Noord-Zuidlijn van 24 november 2004 maakt het mogelijk een
financiële bijdrage wegens gederfd woongenot toe te kennen aan bewoners die
ernstige hinder ondervinden van een aantal specifiek benoemde werkzaamheden. Nu
het werk vordert blijkt dat ook andere bouwactiviteiten tot langdurige ernstige hinder
voor de directe woonomgeving van de bouwplaats zullen leiden, bijvoorbeeld het
maken van het dak van station Ceintuurbaan, waarmee onlangs begonnen is.
Het is niet ondenkbaar dat naarmate de werkzaamheden aan de Noord-Zuidlijn
vorderen diverse bouwactiviteiten, waarvan nu nog niet te voorzien is welke die zullen
zijn, op de te onderscheiden bouwlocaties buiten de reguliere werktijden langdurige
hinder voor de omgeving kunnen veroorzaken. Ook de adressen/woningen die hinder
kunnen ondervinden kunnen per bouwfase variëren. Om als gemeentebestuur daarop
snel en flexibel, met een financiële tegemoetkoming voor de bewoners die langdurig
hinder van de bouwactiviteiten ondervinden, te kunnen reageren is het wenselijk de
navolgende kaderverordening vast stellen waarin de basis voor een dergelijke
vergoeding is opgenomen.

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
9
Art. 1
Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Zelfstandige woning:
woonruimte welke een eigen toegang heeft en door
een huishouden kan worden bewoond, zonder dat die
daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen
buiten die woonruimte, waarbij als wezenlijke
voorzieningen worden aangemerkt: keuken en toilet;
Onder een zelfstandige woning wordt in deze regeling
eveneens begrepen een volledig voor kamerbewoning
bestemde woning;
Hoofdbewoner:
de huurder dan wel eigenaar/bewoner van een
zelfstandige woning;
Verblijfsruimte:
besloten ruimte binnen een woonruimte, bestemd voor
het verblijf van personen. Daaronder zijn niet begrepen
hal, gang, toilet- en doucheruimte, kelder, berging,
zolder en garage;
Bouwactiviteiten:
bouwactiviteiten voor de Noord-Zuidlijn die leiden tot
langdurig aaneengesloten hinder voor de directe
woonomgeving buiten de reguliere werktijden
Bouwfase:
stadium in het verloop van een bouwactiviteit
Reguliere werktijden:
maandag tot en met vrijdag van 7.00 uur -18.00 uur;
Het College:
Het College van Burgemeester en Wethouders van
Amsterdam.
Art. 2
Financiële bijdrage
4. De hoofdbewoner van een zelfstandige woning welke voorkomt op de lijst als
bedoeld in het tweede lid, heeft recht op een financiële bijdrage, in de gevallen en
onder de voorwaarden zoals die op basis van het tweede lid door het College
worden vastgesteld. Het recht op de financiële bijdrage bestaat voor de periode
waarin de hoofdbewoner woonachtig is op het aangegeven adres en kan eerst
ontstaan nadat het College de nadere regels als bedoeld in het tweede lid heeft
vastgesteld en bekendgemaakt.
5. Het College stelt de bouwactiviteiten vast die recht bieden op een vergoeding
conform deze verordening en tevens de adressenlijst, de minimale periode
gedurende welke de hinder wordt ondervonden, de hoogte en duur van de
vergoeding alsmede de ingangsdatum waarop het recht op de financiële bijdrage
ontstaat.
6. Bij het vaststellen van het bepaalde in lid 2 gelden onder meer de volgende
uitgangspunten:
a
De bouwactiviteiten vinden buiten de reguliere werktijden plaats;
b
het college kan onder andere de aspecten geluidhinder van minimaal 65
dB(A) op de gevel gedurende tenminste 30 dagen aaneengesloten buiten de
reguliere
werktijden, het afsluiten van straten voor het inrichten als

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
10
bouwterrein, bereikbaarheid van woningen voor zover deze langdurig
aaneengesloten en gerelateerd aan de bouwactiviteiten en niet te rekenen zijn
tot gangbare hinder, afzonderlijk of in samenhang betrekken.
c
De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de aard van de hinder.
7. Indien een woning wordt opgenomen in een in lid 1 bedoelde adressenlijst, dan
heeft alleen de hoofdbewoner van een zelfstandige woning recht op een financiële
bijdrage.
Art. 3
Aanvraag
7.
Het College verleent de financiële bijdrage op aanvraag.
8.
De hoofdbewoner maakt gebruik van het “Aanvraagformulier financiële
compensatie bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn” en zendt dit volledig ingevuld
voorzien van de gevraagde bescheiden aan het College.
9.
De hoofdbewoner toont aan woonachtig te zijn op het aangegeven adres, ten
tijde van de bouwactiviteiten.
10.
De aanvraag wordt uiterlijk één maand na beëindiging van de bouwactiviteiten
ingediend. Aanvragen die hierna worden ingediend worden niet in
behandeling genomen.
11.
Bij verhuizing maakt de hoofdbewoner zo snel mogelijk, doch uiterlijk op de
dag van verhuizing, aan het College kenbaar dat hij of zij met ingang van de
bepaalde datum niet meer woonachtig is op het desbetreffende adres. Het
bepaalde in artikel 4, tweede lid is bij verhuizing van overeenkomstige
toepassing.
12.
De hoofdbewoner heeft geen recht op een financiele bijdrage op grond van
deze verordening indien hij of zij uit andere hoofde financiële bijdrage geniet
voor langdurige hinder ten gevolge van de bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn.
Art. 4
Betaling
4.
De financiële bijdrage wordt achteraf uitgekeerd, in één of in meerdere
termijnen.
5.
Bij de aanvang en het einde van de bouwactiviteiten wordt een gedeelte van
de maand als volledige maand beschouwd.
6.
Geheel of gedeeltelijk ten onrechte uitgekeerde bijdragen worden
teruggevorderd.
Art. 5
Tijdelijke gebruiksovereenkomst
De bewoner die een overeenkomst heeft voor het tijdelijk gebruik van woon- of
kantoorruimte, niet zijnde een reguliere huurovereenkomst met een minimaal redelijke
huurprijs, komt niet in aanmerking voor een bijdrage op grond van deze verordening.
Art. 6

Jaar
2006
Afdeling 1
Nummer 310
Datum
5 juli 2006
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
11
Hardheidsclausule
Het College kan het bepaalde bij of krachtens deze verordening buiten toepassing
laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het doel van de regeling –
het bieden van een financiële compensatie in verband met langdurige hinder door de
bouwactiviteiten aan de Noord-Zuidlijn - leidt tot een onbillijkheid van overwegende
aard.
Art. 7
Slotbepalingen
3.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de
bekendmaking van deze verordening.
4.
Deze verordening wordt aangehaald als: Kaderverordening bijdrage
bouwactiviteiten Noord-Zuidlijn.
De Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten heeft op woensdag 7 juni 2006 ingestemd met het
voorleggen van dit voorstel aan uw vergadering.