Jaar
|
2006 |
Afdeling |
1 |
Nummer
|
80 |
Publicatiedatum |
15 februari 2006 |
Onderwerp
|
|
Beantwoording schriftelijke vragen van
het raadslid mevr. Meijer van
25 januari 2006 inzake
het derde kwartaalverslag 2005 van de Noord-Zuidlijn. |
Amsterdam, 14 februari 2006 Aan de Gemeenteraad |
|
Het raadslid mevr. M.P. Meijer heeft op
woensdag 25 januari 2006
, op grond van artikel 18 van het Reglement van Orde voor de Gemeenteraad, de
volgende schriftelijke vragen tot het College van Burgemeester en Wethouders
gericht: |
|
Bij nadere bestudering van het derde kwartaalverslag van de Noord-Zuidlijn,
blijkt zich nog een aantal vragen voor te doen. Deze wil vragenstelster het
College van Burgemeester en Wethouders graag voorleggen. 1.
Op pagina 20 staat dat per 1 januari 2006 een nieuwe referentieplanning wordt
vastgesteld. Is deze inmiddels vastgesteld, en wanneer wordt de planning
openbaar gemaakt? 2.
Op pagina 21 staan de budgetcijfers derde kwartaal 2005. Opmerkelijk is dat de
cijfers zijn gegeven op basis van prijspeil 2004, dus geen actueel prijspeil.
Waarom is het prijspeil 2004 gebruikt? Hoe zien de cijfers eruit wanneer
prijspeil per januari 2006 wordt gebruikt? Zo mogelijk zouden wij op zeer korte
termijn de geactualiseerde cijfers ontvangen, bijvoorbeeld in veertien dagen.
3.
Op pagina 23 onder ''Contract 5.2/7.2 diepe stations binnenstad: onzeker''
staat dat een grondige risicoanalyse in de nieuwe prognose per 1 januari 2006
zal uitwijzen hoe deze contracten er financieel voorstaan. Is deze
risicoanalyse reeds afgerond? Zo ja, wat zijn de resultaten ervan?
4.
De gemeente Amsterdam heeft het Rijk voor de rechter gedaagd om voor de
Noord-Zuidlijn een hogere index te krijgen dan de IBOI-index, de index die
geldt voor alle overheidsprojecten. Wat is de stand van zaken in deze
procedure? 5.
Voor de boortunnel is nog steeds geen bouwvergunning afgegeven. Waarom niet?
Wanneer wordt de vergunning wel afgegeven? 6.
In februari 2005 heeft een expertmeeting plaatsgevonden inzake
tunnelveiligheid. Naar verluid waren bijna alle deskundigen het erover eens
waren dat het niet verantwoord is dat in de diepe stations geen vaste trappen
aanwezig zijn. Hoe is de reactie van het College van Burgemeester en Wethouders
daarop? Beantwoording. 1.
De nieuwe referentieplanning wordt in april 2006 vastgesteld. 2.
Aanpassing van de budgetcijfers aan het nieuwe prijspeil gebeurt doorgaans in
het derde kwartaal van het lopende jaar. Door het invoeren van een nieuwe
financiële administratie is de aanpassing voor 2005 doorgevoerd in het
vierde kwartaal. Het geactualiseerde budget maakt deel uit van de rapportage
over het vierde kwartaal van 2005, en de herziene prognose tot 2012. Deze
worden in maart gepubliceerd. 3.
De risicoanalyse voor het contract diepe stations is grondig herzien en maakt
deel uit van de nieuwe prognose 2012. 4.
Voorzover bekend zal de rechtzaak hierover in de loop van 2006 door de
rechtbank Haarlem worden behandeld. 5.
De voorbereiding van de aanvraag is in een afrondende fase. Gewacht wordt nog
op het advies van een stadsdeel met betrekking tot de inpassing van de
nooduitgang. Medio maart 2006 zal de aanvraag worden ingediend. 6
.
De expertmeeting heeft plaatsgevonden in het kader van een onderzoek, dat de
Vereniging De Bovengrondse en het Projectbureau Noord-Zuidlijn samen hebben
uitgevoerd. Zodra het College met de resultaten ervan heeft ingestemd zullen
deze aan de Gemeenteraad worden gestuurd. |
Burgemeester en Wethouders van Amsterdam, |
E. Gerritsen, secretaris |
M.J. Cohen, burgemeester |
|