Gemeenteblad afd. 2
OPENBARE VERGADERING OP WOENSDAG 16 JUNI 2004.
Aanwezig
: de leden mevr. Alberts (SP), mevr. Asante (PvdA), de heer Asscher (PvdA), de
heer H. Bakker (LA), de heer H.H.G. Bakker (LA), de heer J.L. Bakker (SP), de
heer Brinkman (PvdA), mevr. Bruines (D66), de heer Van der Burg (VVD), mevr.
Buurma-Haitsma (VVD), de heer Bijlsma (PvdA), mevr. Codrington (GroenLinks), de
heer Flos (VVD), mevr. Van der Garde (PvdA), mevr. Geerdink (VVD), de heer
Goring (VVD), de heer De Graaf (CDA), de heer Isik (VVD), de heer Jamari
(PvdA), mevr. Kalt (Amsterdam Anders/De Groenen), de heer Klerks (PvdA), de
heer Manuel (D66), de heer Marres (PvdA), de heer Van der Meer (GroenLinks),
mevr. Meijer (SP), de heer Nederveen (VVD), de heer Nijman (PvdA), de heer Olij
(PvdA). mevr. Van Oudenallen (Mokum Mobiel'99), de heer Paquay (SP), mevr. Van
Pinxteren (GroenLinks), de heer Van Poelgeest (GroenLinks), de heer Reuten
(PvdA), mevr. Riem Vis (PvdA), mevr. Sargentini (GroenLinks), mevr. Schaapman
(PvdA), mevr. Spee-Rouppe van der Voort (CDA, middagzitting), de heer Van
Straaten (VVD), de heer Weenink (CDA), mevr. Van der Wieken-de Leeuw (VVD), de
heer Zafer Yurdakul (D66), Zati Yurdakul (PvdA), en de heer Zwart (GroenLinks).
Afwezig: het lid de heer De Wolf (PvdA).
Aanwezig
: de wethouders de heer Aboutaleb (PvdA), mevr. Belliot (PvdA), de heer Van der
Horst (VVD), de heer Huffnagel (VVD), mevr. Maij (CDA) en de heer Stadig
(PvdA). Afwezig: geen der wethouders.
Middagzitting op woensdag 16 juni 2004.
Voorzitter: mr. M.J. Cohen, burgemeester
Raadsgriffier: mevr. mr. M. Pe.
De VOORZITTER:
Hierbij open ik deze vergadering van de Gemeenteraad van Amsterdam. Ik deel u
mede dat er sprake zal zijn van een middag- en avondzitting.
Wat de orde van de vergadering betreft, deel ik mee dat er geen mondelinge
vragen zijn, dat wij zo dadelijk beginnen met de Noord-Zuidlijn, omdat
wethouder van der Horst om 15.00 uur de vergadering moet verlaten voor een
vergadering in Den Haag met minister Peijs, en dat wij vanavond het Foodcenter
behandelen.
...............................................................
.........................................
......................................................................
27
Preadvies van het College van Burgemeester en Wethouders van 27 mei 2004 op de
notitie van het raadslid de heer Paquay, nr. 417 van 2002, inzake de
Noord-Zuidlijn (Gemeenteblad afd. 1, nr. 337).
Dit punt wordt van de agenda afgevoerd.
............................
..................................................................
........................................................
.............................................
26
A
Voordracht van het College van Burgemeester en Wethouders van 10 mei 2004
inzake de financiële prognoses tot 2012 van het project Noord-Zuidlijn
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 282).
Hierbij komt tevens aan de orde: -
adres van mevr. E. Visser van 24 april 2004 inzake de overschrijding van de
kosten voor de Noord-Zuidlijn. B
Voordracht van het raadslid mevr. Meijer van 27 mei 2004 inzake de instelling
van een onderzoekscommissie Noord-Zuidlijn (Gemeenteblad afd. 1, nr. 336).
Mevr. MEIJER
: Mijnheer de Voorzitter. Het College stelt voor een bedrag van 92 miljoen euro
toe te voegen aan het budget voor de Noord-Zuidlijn. Dat zou genoeg moeten
zijn tot het einde van de looptijd. Een dergelijke veronderstelling is ons al
eens eerder voorgehouden. Alleen daarom is toen het koopbesluit voor de
Noord-Zuidlijn genomen. Een toevoeging van maximaal 132 miljoen euro was immers
een voorwaarde van de VVD-fractie om akkoord te gaan. Misschien kan deze
fractie straks toelichten waarom de destijds zo harde afspraak nu ineens zo
?boterzacht? is. Hoeveel geld mag er in de toekomst nog worden bijgelegd?
Beloftes worden in dit huis nog al eens ingehaald door veranderende
omstandigheden. Zei ex-wethouder Dales destijds niet dat een bedrag van 132
miljoen euro écht genoeg zou zijn? Nu, ruim een jaar later, wordt er een
bedrag van 92 miljoen euro bijgevraagd. Zei ex-wethouder Dales ook niet dat
het project verzekerbaar was en verzekerd zou worden en dat er alleen een beter
resultaat moest worden behaald? Verkeerde de Raad niet in de veronderstelling
dat dit zou gebeuren? In augustus 2002 heeft de directeur van de
Noord-Zuidlijn, de heer Geluk, al aan ex-wethouder Dales geschreven dat de
verzekeringsmarkt erg slecht was. Later werd de optie intern verzekeren omarmd,
een eufemisme voor ?niet verzekeren en maar zien waar het schip strandt.? Nu
wordt de Raad gevraagd in te stemmen met een toevoeging van 92 miljoen euro.
Dat moet dan echt de laatste grote donatie aan het Noord-Zuidlijnbudget zijn.
Althans, dat zegt en hoopt het College. Je zou bijna denken dat het College
naïef is. Was het maar naïviteit. Dat raak je immers wel kwijt als je
een paar keer in de fout gaat? Tegenover mij zitten personen, die het klappen
van de zweep toch wel zouden moeten kennen. Wat steekt er dan achter?
Ex-wethouder Dales en de heer Halbertsma hebben al verkondigd dat het allemaal
duurder zou uitvallen en dat de Raad dat had kunnen weten. De indruk werd
gewekt dat bepaalde personen dit al eerder wisten dan andere. Ontkenning
hiervan komt mij niet geloofwaardig over. De boosdoeners zijn al vertrokken.
Wat de SP-fractie vooral steekt, is dat een overschrijding van ruim 40 miljoen
euro al op 23 augustus 2003 bekend was bij het College. Dit werd niet
onmiddellijk aan de Raad gemeld. Was dat misschien in de hoop dat dit bedrag
wel omlaag zou gaan? Pas op 11 november 2003 overlegt het College hierover en
besluit tot een flinke doorrekening. Wederom zonder de Raad hierover in te
lichten. Dat is tegen de afspraak dat een forse overschrijding zo snel mogelijk
moet worden gemeld. Helaas pakt een en ander nog erger uit dan het al was. Er
moet maar liefst een bedrag van 92 miljoen euro bij. Hoe vertellen wij dat de
Raad, zal het College hebben gedacht. Ik kan mij voorstellen dat er paniek in
de tent was. Pas op 8 april 2004 komt het hoge woord eruit. Tussen eind
augustus en begin april zitten wel ruim zeven maanden. De beste manier om een
patiënt een vies medicijn te laten slikken, is door te vertellen dat het
echt de allerlaatste keer is. Zo krijgt de Raad nu de bittere pil van 92
miljoen euro toegediend, onder het motto ?slikken of stikken?. Want de
Noord-Zuidlijn moet door! Als we echter zo doorgaan, hangt de gemeente
Amsterdam binnen de kortste keren aan het infuus. Toch wil ik het College een
andere, voor hun misschien bittere, pil voorhouden en wel die van het stoppen
van de Noord-Zuidlijn. Die pil hoeft echt maar één keer te worden
geslikt. Als wij nu een bedrag van 139 miljoen euro erop toeleggen en niet het
bedrag van 383 miljoen euro dat ons is voorgeschoteld, dan is dat mogelijk. Er
is immers al een bedrag van 244 miljoen euro betaald. Het is weliswaar meer
dan de 92 miljoen euro die nu wordt gevraagd, maar dan zijn wij er vanaf.
Zachte heelmeesters maken nu eenmaal stinkende wonden. (De heer
MANUEL
: U zegt dat een deel van die 400 miljoen euro al is betaald. Dat is juist.
Uiteindelijk heb je toch 400 miljoen euro uitgegeven en de stad krijgt daar
niets voor terug. Dat bedrag ben je kwijt. Vindt u verantwoord?)
Dat vind ik verantwoord, omdat ik bang ben dat wij in de toekomst nog honderden
miljoenen euro´s moeten bijbetalen. Dat kunnen wij misschien niet.
(De heer MANUEL: Dus angst is hier de raadgever.)
Ja. Je moet nu je verlies nemen. Dat is altijd beter dan je hoofd in een strop
steken en niet weten hoe het gaat aflopen. (Mevr.
VAN OUDENALLEN
: Wat is dan de oplossing voor het openbaar vervoer als 400 miljoen euro in de
vuilnisbak wordt gegooid?)
Mijn oplossing is altijd fijnmazig bovengronds vervoer geweest. Dat is
mogelijk.
De voordelen van stoppen met de Noord-Zuidlijn zijn legio. Er komen geen
verdere overschrijdingen, geen onzekere risico´s die zich met torenhoge
bedragen gaan manifesteren, geen pro-memorieposten, geen problemen met de
verzekering en geen verdere vertragingen. U begrijpt dat ik niet ga zeggen dat
het bedrag van 92 miljoen euro nu of straks op tafel moet komen. Daarover
zullen andere fracties iets zeggen. De SP-fractie wil namelijk die toevoeging
niet. Nu niet en straks ook niet. Wij begrijpen wel waarom het College erop
aandringt het nu te doen. Ik voorzie nog zeer grote tekorten en het College
zelf wellicht ook. Het argument dat wij de toekomst hiermee niet willen
opzadelen, telt niet. Dat hebben wij in oktober 2002 al gedaan. Ik prijs mij
gelukkig, dat mijn fractie daarmee niet heeft ingestemd.
Ik dien twee moties in. In een motie spreekt de SP-fractie haar afkeuring uit
over het feit dat in augustus 2003 bij het College al een flinke overschrijding
bekend was, die pas zeven maanden later aan de Raad is gemeld. De andere motie
stelt voor het project te stoppen. Voorts ligt er nog een voordracht van de
SP-fractie voor het instellen van een onderzoekscommissie voor de
Noord-Zuidlijn. Wij wensen duidelijkheid over de vraag of al voor het nemen van
het aanlegbesluit bekend was dat het budget niet toereikend was. Welke
personen waren daarvan op de hoogte? Ook wensen wij de degelijkheid van het
bedrag van 92 miljoen euro én het overzicht van risico´s en de
kosten daarvan te toetsen, evenals het realiteitsgehalte van de voorgestelde
besparingen. Ik ben blij dat wethouder Van der Horst in de vorige
commissievergadering al eiste dat zo´n onderzoek er komt. Ik ga er
voorlopig vanuit dat hij hierover een positief advies geeft.
(De heer H.H.G. BAKKER
: U zegt dat de wethouder al in augustus 2003 op de hoogte was van de
kostenverhoging. Wij hebben in november 2003 schriftelijke vragen gesteld. De
wethouder zei toen dat er geen sprake was van kostenoverschrijding. Bent u met
mij van mening dat de Raad toen verkeerd is voorgelicht?) Ja.
De VOORZITTER deelt mede dat zijn ingekomen:
19E
Motie van 16 juni 2004 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L. Bakker
inzake onverwijlde stopzetting van het project Noord-Zuidlijn (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 356). 20E
Voordracht van 16 juni 2004 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L.
Bakker tot instelling van een onderzoekscommissie Noord-Zuidlijn (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 357). 21E
Motie van 16 juni 2004 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L. Bakker
inzake afkeuring over de kostenoverschrijding bij de Noord-Zuidlijn
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 358).
De moties en de voordracht worden terstond in behandeling genomen.
Mevr. VAN PINXTEREN:
Mijnheer de Voorzitter. Sinds enkele weken weten de Raad en de burgers van de
gemeente Amsterdam wat velen al lange tijd vermoedden: de Noord-Zuidlijn gaat
meer kosten dan in 2002 werd geraamd. Er zijn hieraan inmiddels al drie
commissievergadering gewijd en er zijn vele artikelen en items in de medio
verschenen over deze overschrijdingen. De stand van zaken tot nu toe is als
volgt. De SP-fractie vraagt om een raadsenquête. De CDA-fractie wil een
deskundige horen. De PvdA-fractie stelt voor een onderzoekscommissie in te
stellen naar de VAT-kosten. Van buiten de Raad komen goedbedoelde adviezen:
stoppen met die lijn of stuur de wethouder naar huis!
Ik vertel u eerst het standpunt van de GroenLinks-fractie en wat dat betekent
voor onze reactie op de genoemde voorstellen. Wij zijn van mening dat het
probleem inmiddels duidelijk is. Wij kennen de feiten. Het toevoegen van nog
meer detailkennis, verandert niets aan de noodzaak nu met een politiek oordeel
te komen. De derde aanbestedingsronde in 2002 is niet fraai geweest. Uit de
stukken blijkt dat er inderdaad risico´s zijn verschoven van de aannemer
naar de gemeente. Wij gaven dat al in de eerste commissievergadering aan. Het
is een feit dat de gehele commissie dat al in oktober 2002 wist. Wat wij toen
ook vernamen, was dat desondanks een onvoorzien percentage van 4 procent
voldoende was. Het was immers ?het best voorbereide project ooit.? Dat laatste
werd ons in alle toonaarden bezworen. Er zijn nu verschillende redenen gegeven
voor de kostenoverschrijding: de obstakels in de grond, de tegenstanders en de
procedures. Het meest ongeloofwaardige en meest door de wethouder misbruikte
argument is wel dat wij van de tekentafelfase zijn beland in de bouwputfase. De
hele stad vraagt zich inmiddels af wat er gaat gebeuren als wij van de
bouwputfase in de boorfase komen en als wij van de boorfase in de stationsfase
komen. Wat gebeurt er als wij klaar zijn met boren en weer boven komen? Wat
gebeurt er als wij van de regen in de drup komen? Het is een feit dat de helft
van de nu geraamde overschrijding, komt door verhoging van de VAT-kosten. Dat
heeft wel te maken met de nieuwe bouwfase, maar het is geen van God gegeven
onheil. Het is iets wat je in een beheerst en goed voorbereid bouwproces van
tevoren kunt inschatten. Hier kom ik op het punt dat de GroenLinks-fractie echt
zorgen baart. Het project Noord-Zuidlijn is niet alleen financieel een
probleem, maar ook organisatorisch. Wist de wethouder wel of de Dienst
Infrastructuur Verkeer en Vervoer (DIVV) of het projectbureau de klus konden
klaren? De accountants bevestigen ons er bij de DIVV flink wat mankeert aan het
overzicht, aan de boekhouding en aan de kostenbewaking van projecten. Dit is
inclusief de Noord-Zuidlijn. Er zijn inmiddels verbeteringen ingezet, maar de
DIVV is er nog lang niet. Het is heel goed dat wij nu een verfijnde en
verbeterde doorrekening van de kosten van de Noord-Zuidlijn hebben. Wij weten
liever wat het echt kost, dan dat wij ons zand in de ogen laten strooien. Is
dit echter wel een realistische berekening? Blijft het hier nu wel bij? De
fractie van GroenLinks heeft er niet zo veel vertrouwen in, zolang de
uitvoerende dienst en het projectbureau nog zo veel moeten verbeteren in hun
organisatie. Om die reden kondigden wij vorige week een motie aan, met de
strekking dat nu prioriteit moet worden gegeven aan het onder controle krijgen
en het verbeteren van het functioneren van de dIVV en het projectbureau.
De vraag is wat wij ons nu te doen staat. Veel mensen zeggen dat wij moeten
stoppen met de aanleg. Ook de SP-fractie zegt dat. Dit onder het mom ?Beter ten
halve gekeerd?? De uitdrukking is bekend. Wij geloven daar echter niet in. Het
go/no go-moment ligt anderhalf jaar achter ons. Dat is geweest. Stoppen
betekent heel veel gemeenschapsgeld weggooien. De CDA-fractie stelt voor
deskundigen het realiteitsgehalte van de huidige prognose te laten onderzoeken.
Dat voorstel deed zij in de commissie. Ook daarin geloven wij niet zo. Het
levert weer discussies op over risicoklassen, bandbreedtes en kansberekeningen.
Denk maar aan de discussies over de verzekeringen. Uiteindelijk moet je zelf
oordelen. De SP-fractie vraagt om een raadsenquête.
(Mevr. SPEE-ROUPPE VAN DER VOORT
: Ik begrijp wat u zegt, maar ik wens ook om een andere reden een
expertmeeting. De Raad heeft namelijk een eigen controlerende taak en een eigen
verantwoordelijkheid daarin. Zoals u weet, zal dit niet de laatste
actualisatie zijn die wij krijgen. Ik vind dat de Raad daarom bij zichzelf te
rade moet gaan hoe hij voorbereid wil zijn op de volgende actualisatie. Dat was
mijn insteek. Een en ander wordt dan inzichtelijker. Het is moeilijk te
begrijpen dat er een overschrijding is. Bent u het dan niet met mij eens dat de
Raad een volgende keer goed voorbereid moet zijn en zelf moet bepalen hoe de
actualisatie eruit dient te zien?)
Dat ben ik wel met u eens. In de commissie is dat vaker aan de orde geweest. In
dit specifieke geval geloven wij echter niet dat het u nog lukt een expert te
vinden, die niet bevooroordeeld of betrokken is. Het is dan zonde van de
energie. Het levert niets extra op. Ik ben het wel met u eens dat wij moeten
onderzoeken of de Raad dit soort projecten in de toekomst beter onder controle
kan houden. Op dit moment vind ik uw voorstel niet geschikt.
(De heer FLOS
: U wilt een en ander niet in financiële zin laten doorlichten, maar aan
de andere kant wilt u wel de projectorganisatie laten doorlichten. Dit is
onlangs gebeurd en in de vertrouwelijk stukken hebben wij de weerslag daarvan
kunnen waarnemen. Ik vind dat daar een zekere discrepantie tussen zit.)
Er is niet helemaal sprake van een discrepantie. Men is immers bezig een en
ander te verbeteren. Het is dermate belangrijk dat het daar goed op orde komt,
en wel zo spoedig mogelijk, dat wij op dit moment zeggen dat het verbeteren van
de organisatie de hoogste prioriteit heeft. Dat betekent dat het project beter
financieel onder controle moet worden gehouden. Dat is geen discrepantie, maar
een verlegging van het accent. De organisatie en de financiële controle
vinden wij op dit moment het belangrijkste. (De heer FLOS
: Hoe denkt u dan over die prognose van 92 miljoen euro? Naar uw idee is dat
bedrag door een organisatie voortgebracht, die u op dit moment niet als
beheerst ziet. Hoeveel waarde hecht u aan die prognose? U wilt geen externen
inhuren om dat te onderzoeken? U heeft daar op dit moment een oordeel over.)
Die prognose is gemaakt op basis van berekeningen naar andere modellen. Op dit
moment heb ik het idee dat het redelijk zorgvuldig is berekend. Dat wil
absoluut niet zeggen dat dit een garantie is voor de toekomst. Net als uw eigen
waarnemingen, is dat een kwestie van vertrouwen of niet vertrouwen. Ik maak nu
graag mijn verhaal af.
De SP-fractie vraagt om een raadsenquête. Wij zijn daar geen voorstander
van. Ook hier zijn wij van mening dat het niet echt iets oplevert. Wij kennen
nu in grote lijnen de feiten en verwachten niets nieuws te vinden. Een
raadsenquête helpt je niet bij de beslissing of bepaalde risico´s
wel of niet goed zijn ingeschat. Ik verwijs opnieuw naar de discussie over de
verzekeringen.
De PvdA-fractie wenst een onderzoek naar de beheersing van de VAT-kosten. Dat
is zinvol en wij wijzen dat niet af. Inmiddels hebben wij ook onze naam gezet
onder een motie over dit onderwerp. VAT-kosten komen ook voor bij andere grote
projecten. Veel van die projecten zitten bij de DIVV. Het is een goede zaak als
je dat beter onder controle kunt houden. Hierover vernemen wij graag meer. Dan
zijn wij graag bereid onze DIVV-motie, die wij vorige week aankondigden, in te
trekken. Dit onderzoek is minstens zo concreet.
Ik kom terug op een andere mening uit het publiek: stuur de wethouder weg. Dat
zouden wij hebben voorgesteld als het nog om ex-wethouder Dales ging. Dat
hebben wij vorige week ook in de commissievergadering gezegd. Wethouder Van der
Horst was daar niet gelukkig mee, want hij wil een gelijke behandeling.
Ex-wethouder Dales heeft ons de zaak rooskleurig voorgesteld. Dat deed hij in
alle toonaarden en met extreme stelligheid. Hij vertelde dat het ?het best
voorbereide project ooit? was. Dat is het evident niet. Dat zou voldoende reden
zijn geweest om hem weg te sturen. (De heer FLOS
: Ik vind het een cruciaal punt. Kunt u concreet aangeven op welke punten het
project beter voorbereid had kunnen zijn, met de kennis van toen?)
Ik stel gewoon vast dat wat wij de afgelopen weken onder ogen hebben gekregen,
duidelijk maakt dat het niet goed is voorbereid. In de leeskamer kunnen wij al
de stukken doorlezen. Ik kan ze hier niet allemaal herhalen. Ik ga nu verder
met mijn betoog. (Mevr. MEIJER
: U zegt nu dat u wethouder Van der Horst niet naar huis stuurt, omdat de
schuldige ex-wethouder Dales is. Wethouder Van der Horst heeft echter onverkort
alle verantwoordelijkheden van ex-wethouder Dales overgenomen. Hij heeft toch
geen enkel voorbehoud gemaakt?)
Misschien moet u mij even laten uitpraten. Ik was al halverwege mijn betoog.
Wij vinden dat er toch een verschil is. Wethouder Van der Horst is natuurlijk
in dit College betrokken geweest bij de gang van zaken. Het concrete dossier,
met alle ins en outs, heeft hij echter gewoon op zijn bordje gekregen. Hij
moest daarmee wel zien te dealen. Wij moeten hem nageven dat hij opdracht heeft
gegeven tot het maken van betere berekeningen en prognoses, die in onze ogen
realistischer zijn dan de eerdere. Wij vinden het bijzonder onverstandig dat
hij niet meteen bij de Raad is langsgekomen. Dat doet denken aan de kwestie
rond het project MetroMorfose. Wat dat betreft kan hij nog iets leren van zijn
collega wethouder Stadig. Wethouder Van der Horst is verantwoordelijk voor de
manier waarop nu wordt gewerkt aan de Noord-Zuidlijn. Wat hij nu moet doen,
meer dan tot nu toe is gebeurd, is zijn dienst goed en vooral beter aansturen.
Hij moet minder energie steken in allerlei statements in belastingdiensttaal,
zoals ?zo is het nu eenmaal en leuker kan ik het niet maken?. Hij moet liever
de dienst aansturen. Samengevat komt de mening van de GroenLinks-fractie erop
neer dat er geen weg terug meer is. Stoppen is kapitaalvernietiging, terwijl je
blijft zitten met een onopgelost vervoersprobleem. Om die reden moet het
proces beter worden beheerst. Een beetje minder grootspr
aak wordt op prijs gesteld. (De heer H.H.G. BAKKER
: U zegt in uw betoog dat de financiële positie onder controle moet worden
gehouden. Dat geldt onder andere voor het projectbureau. Het is natuurlijk
mooi als je in je betoog praat over de financiële positie van de gemeente,
maar hoe denkt u de financiële positie van vele ondernemers weer onder
controle te krijgen. Hierover stond gisteren het een en ander in de krant. Er
zijn veel ondernemers die momenteel afstevenen op een faillissement. U kunt wel
stellen dat wij de stekker er niet meer kunnen uithalen, maar wij beslissen
hier wel over het geld van de Amsterdammer. Die moet straks voor de meerkosten
opdraaien.)
Dit is een hele bijdrage. Bovendien kan ik hierop geen antwoord geven. De heer
H.H.G. Bakker moet deze vraag aan het College stellen. Ik ga daar niet over.
(De heer H.H.G. BAKKER
: U geeft het College het groene licht. Dan wil ik graag van u een toelichting
krijgen over de financiële positie van de ondernemers in Amsterdam.)
Daar ga ik niet over en daar heb ik het niet over gehad. U moet bij het College
zijn. (De heer H.H.G. BAKKER
: Maar dat zijn wel de mensen die meebetalen aan de bouw van de Noord-Zuidlijn,
omdat u het er niet over hebt.) De heer BIJLSMA
: Mijnheer de Voorzitter. Bij deze belangrijke zaak probeer ik eerst een aantal
vragen te beantwoorden. Wat was er anderhalf jaar geleden aan de hand, toen
wij het definitieve go-besluit namen? Lopen bij grote projecten de zaken altijd
uit de hand? Wat zijn de oorzaken van het feit dat het College nu berekend
heeft dat het project 92 miljoen euro meer gaat kosten? Valt de Raad in dit
opzicht iets te verwijten? Heeft het College de Raad juist en op tijd
ingelicht? Wat staat ons nu te doen?
Ik begin met de eerste vraag. Dit is het meest omvangrijke en qua
investeringen meest ingewikkelde bouwproject dat Amsterdam ooit onder handen
heeft gehad. Wat ondergrondse bouw betreft, is het zelfs het meest ingewikkelde
project ter wereld. Wij wisten dat wij op het moment dat wij ?go? zeiden, niet
meer terug konden. Dat was een duidelijke zaak. Wij hebben de afgelopen acht
jaar uitvoerig alle mogelijkheden bekeken. Iedereen in de Raad is het erover
eens dat uitbreiding van het openbaar vervoer noodzakelijk is, gezien de
knelpunten in het autoverkeer. De vraag is hoe je dat kunt oplossen. Kun je dat
in de stad bovengronds oplossen? De vele onderzoeken tonen aan dat dit niet
mogelijk is. Je moet het ondergronds oplossen. Hebben wij de risico´s bij
het go-besluit voldoende ingeschat en kan Amsterdam aan haar bijdrage voldoen?
Wij hebben het voorstel van het College zeer nauwkeurig bekeken. Niet alleen
wij, maar alle fracties. Er is uitvoerig over gediscussieerd. Wij kwamen toen
tot de conclusie dat het niet kon voor het bedrag dat het College voorstelde.
Wij zijn blij dat wij toen een voorstel hebben ingediend om een extra bedrag
van 81 miljoen euro te reserveren, boven op het bedrag van 132 miljoen euro dat
het College vroeg. De gehele Raad, op een lid van de fractie van Amsterdam
Anders/De Groenen na, heeft deze motie ondersteund. (Mevr.
MEIJER
: Ik wil toch nog een keertje tegen de heer Bijlsma zeggen dat de SP-fractie
een duidelijk voorbehoud heeft gemaakt bij de motie van 81 miljoen euro. Ik heb
het weer gelezen in de notulen. Ik heb gezegd dat mijn fractie de motie niet
kan ondersteunen. Wij hebben tegen de Noord-Zuidlijn gestemd. U denkt toch niet
dat wij dan een motie ondersteunen om daar nog eens een bedrag van 81 miljoen
euro bij te leggen?)
Ik heb natuurlijk goed gekeken wie onze motie ondersteunde en wie niet. Ik heb
ook heel goed gekeken naar de notulen, waarin staat hoe het is gegaan met de
stemming. Daar staat zeer duidelijk dat de SP-fractie met ons heeft meegestemd
voor de motie. Wij waren buitengewoon blij dat de gedachtewisseling die wij
hebben gevoerd, blijkbaar zo overtuigend was, dat de SP-fractie onze motie
heeft ondersteund. Ik kan niets anders concluderen. Kijkt u maar naar het
Gemeenteblad. Het is het officiële verslag van deze Raad. Er staat
duidelijk in dat de SP-fractie onze motie heeft ondersteund.
(Mevr. ALBERTS
: De heer Bijlsma moet zich niet rijk rekenen door ons bij de voorstanders te
tellen. Hij weet wel degelijk dat het anders zit.)
Ik kom op mijn tweede vraag. Gaat het altijd zo bij de grote projecten? Wij
hebben in Amsterdam duidelijke voorbeelden van grote projecten, die binnen het
budget zijn afgerond. Wij hebben zelfs geld overgehouden. De Ringlijn is daar
een mooi voorbeeld van. Dat geldt ook voor de IJtram, die bijna voltooid is.
Wij hebben ons de laatste maanden verdiept in internationale projecten. Er is
zeer uitvoerig onderzoek verricht naar alle grote projecten op de aardbol.
Daaruit blijkt dat 14 procent van alle bouwprojecten en railprojecten binnen de
begroting blijft. Bij de overige railprojecten gaat men gemiddeld 45 procent
over de begroting heen. Het is een analyse over zeventig jaar en in die
zeventig jaar is er geen enkele verbetering opgetreden. Met andere woorden: men
leert niets van voorgaande projecten. Wij kunnen daar iets van leren over
oorzaken. De oorzaken zijn niet technisch van aard, bijvoorbeeld dingen die je
in de grond tegenkomt. De fractie van GroenLinks zei dat ook al. Het zijn
praktische kwesties, die je in het werk tegenkomt en die je van tevoren goed
moet kunnen inschatten. Wat zijn hier de oorzaken? Er staat geen sanctie op
onderbegroten, terwijl men baat heeft bij een overschrijding van de begroting.
Dat is de conclusie van de analyse van de grote internationale projecten. Daar
zullen wij iets aan moeten doen en daar kom ik straks op terug.
(Mevr. VAN OUDENALLEN
: Het is heel goed dat u de zaak mondiaal en globaal onderzoekt. U zegt nu dat
het gemeentelijk beleid al die jaren slecht is geweest. U steekt de hand in
eigen boezem en zegt dat de PvdA-fractie al die jaren niet goed heeft
aangestuurd.)
Als u mij nu eerst mijn betoog laat afmaken, zal ik u daarop een antwoord
geven. Eerst moet ik de andere vragen nog beantwoorden.
Wat zijn de oorzaken? De feitelijke oorzaken zijn, ondanks al onze vragen, hier
niet boven tafel gekomen. Er is gezegd dat de VAT-kosten, dus de
voorbereidings- en toezichtkosten en de ontwerpkosten veel hoger zullen worden.
De echte oorzaak daarvan wordt echter niet aangegeven. Valt de Raad op dit
punt iets te verwijten? Onze conclusie is dat dit niet het geval is. Bij het
go-besluit hebben wij gezegd dat er extra geld moet worden gereserveerd. Het
ging om een niet gering bedrag van 81 miljoen euro. Uit de kwartaalverslagen en
ook uit de vertrouwelijke financiële rapportages die de Raad heeft
ontvangen, is nergens op te maken dat de zaken volledig uit de hand liepen. Ook
uit de antwoorden op de vragen van de fractie van Leefbaar Amsterdam was dit
niet op te maken. Eind vorig jaar zei het College nog dat het van mening was
dat het project binnen het budget aangelegd kan worden. De Raad valt op dit
punt niets te verwijten.
De volgende vraag is of het College de Raad juist heeft ingelicht. Ex wethouder
Dales heeft bij het go-besluit zeer stellig gezegd dat hij zeker verwachtte
dat een en ander binnen het budget kan worden aangelegd. Wij hebben nog eens
gekeken in de ter inzage liggende stukken of hij daarvan moedwillig is
afgeweken. Wij concluderen dat hij de Raad niet moedwillig op het verkeerde
been heeft gezet. Het is echter wel zo, dat hij politiek verantwoordelijk is
voor het feit dat de Raad op dit punt onvolledig is ingelicht. In de
risicoanalyse die het College heeft gegeven, is op geen enkele wijze gewezen op
het risico dat met name de VAT-kosten zeer uit de hand zouden kunnen lopen.
Dat had men wel moeten doen. Je kunt je afvragen of men dat wist. Ons antwoord
is dat men het niet wist. Dat maakt de zaak er niet beter op, want daaruit
blijkt dat er iets schort aan de organisatie. Onze conclusie is dat de Raad bij
het go-besluit niet moedwillig op het verkeerde been is gezet, maar wel
onvolledig is ingelicht. Daar blijft het College, linksom of rechtsom, volledig
verantwoordelijk voor. (De heer VAN POELGEEST
: U zegt dus dat het College in politieke zin wel verantwoordelijk is. Het
heeft de Raad achteraf onvolledig geïnformeerd. In politieke zin kan dat
slechts tot één conclusie leiden.)
Ik kom straks op het trekken van politieke conclusies. Het is een duidelijke
fout, die men had kunnen inschatten. De huidige wethouder is bezig meer greep
op de zaak te krijgen. Het is alleen nog onvoldoende. Het lost niets op als je
hem op dit moment wegstuurt.
Een andere vraag is of het College de Raad op tijd heeft ingelicht. Er is al
eerder op gewezen dat het College in november 2003 wist dat er een bedrag van
minstens 42 miljoen euro extra nodig was. Het College en niet de wethouder, dat
zeg ik er nadrukkelijk bij, heeft toen besloten de Raad pas medio 2004 in te
lichten. Mijn vraag aan het College is: waarom heeft u toen het besluit genomen
om de Raad zo laat in te lichten? Vond u dat er eerst nog extra informatie
nodig was boven op het bedrag van 42 miljoen euro? Hoopte u dat de toekomstige
aanbestedingen zouden meevallen en dat het bedrag wat minder zou zijn? Of wilde
u eerst het rekeningenresultaat over het hele jaar afwachten? In alle gevallen
had het College de Raad meteen moeten inlichten. Dit mede gezien onze motie in
2001 over dit onderwerp, gezien de motie van mevr. Van Pinxteren van een jaar
geleden en gezien de actieve informatieplicht die in de Wet Dualisering is
vastgelegd. Ik zeg niet dat wij dan de zaak beter in de hand hadden kunnen
houden, maar het had het College gesierd het zo te doen.
(De heer FLOS
: U zegt dat de oorzakenanalyse nog niet duidelijk is en dat dit onbegrijpelijk
is na alle antwoorden vanuit het College. Er is nota bene in de vertrouwelijke
stukken een nauwkeurige analyse opgenomen naar de oorzaak, grond, tijd,
fysiek, het contract enzovoort. Tot op het contractniveau is geanalyseerd waar
de oorzaken liggen. Hoe kunt u nu beweren dat u niet weet welke oorzaken er
zijn. Ik heb nog een tweede vraag. U beweert nogal wat. U vindt dat de Raad
onvolledig is ingelicht door ex wethouder Dales. Volgens mij gaat die
verantwoordelijkheid over op de huidige wethouder van Verkeer. Naar uw idee
heeft zelfs hij in zijn zittingsperiode de actieve informatieplicht niet goed
vervuld. Dat zijn nogal wat woorden, zeker voor een coalitiepartij. Ik neem dan
ook aan dat er nu boter bij de vis gaat komen vanuit de PvdA-fractie.)
Allereerst zeg ik iets over de oorzaken. Het College heeft de nieuwe
berekeningen op tafel gelegd. Daarin staat de verwachting dat het op bepaalde
punten uit de hand gaat lopen. Er is extra geld nodig. Dat is echter geen
oorzaak. Waar het om gaat is de vraag waarom men dat anderhalf jaar geleden
niet wist. Waarom heeft men daar anderhalf jaar geleden niet op gewezen? Het is
niet alleen van belang om de kosten te kunnen voorspellen. Dat kun je volgend
jaar ook weer beter doen. Het gaat erom dat je middelen aangeeft waarmee je de
kosten beheerst en vermindert. Dat is het punt en daarop is geen antwoord
gegeven. (De heer FLOS
: U zegt dat die analyse veel specifieker moet zijn. Dat houdt in dat je van
tevoren op het gehele traject van de Noord-Zuidlijn diepe graafwerkzaamheden
moet verrichten om achter de grondrisico´s te komen. Pas dan kun je
waarmaken wat u zegt, namelijk dat je het van tevoren had kunnen zien aankomen.
Had u dat werkelijk gewild?)
Ik zal mij niet in een technische discussie begeven. Ik heb destijds gevraagd
of het vierkante net dat is geboord voor het grondonderzoek wel dicht genoeg
was. Het antwoord was ja. Het was dicht genoeg om goede voorspellingen te
kunnen maken. Ik verwacht niet van het College dat het tot op de cent
nauwkeurig aangeeft wat men tegenkomt. Ik verwacht wel dat men de Raad inlicht
over een risicobreedte. Als je niets tegenkomt, kost het niets. Stel dat je een
heleboel tegenkomt, dan ben je een bepaald bedrag kwijt. Dan had de Raad
geweten hoe groot het risico ongeveer is. De Raad had dan ook geweten of er
wellicht iets te doen was om die kosten van tevoren te verminderen.
(De heer H.H.G. BAKKER
: U sprak zojuist over de politieke conclusies. U zegt dat wethouder Van der
Horst nu voortvarend bezig is. U ziet dat wel zitten. Ik meen mij toch te
kunnen herinneren dat u in de commissie heeft gezegd dat het project out of
control is en dat de wethouder er totaal geen greep op heeft. Ik verneem graag
uw nadere uitleg.)
Daarom vroeg ik u al de rest van mijn betoog af te wachten. U krijgt er zo
meteen antwoord op. (De heer MANUEL
: U zegt net dat er tijdelijk informatie is achtergehouden. Het gaat om het
extra bedrag van 42 miljoen euro.)
Nee, ik heb niet gezegd dat er informatie is achtergehouden. Ik wens correct te
worden geciteerd. (De heer H.H.G. BAKKER
: Dat wil de SP-fractie ook.) (De heer MANUEL
: Volgens mij heeft u dat wel gezegd. Wij kunnen dat in de notulen nalezen. Die
leest u anders dan andere fracties, heb ik begrepen. U heeft iets dergelijks
gezegd. Heeft het voor de PvdA-fractie nog consequenties als er wat laat
informatie aan de Raad is verstrekt?)
Daar kom ik straks in mijn voorstel op terug. Ik herhaal nogmaals: achterhouden
betekent iets achterhouden wat je wist. Men heeft de Raad onvolledig ingelicht
over de mogelijke risico´s. Dat is niet met opzet gebeurd, maar blijkbaar
omdat men niet in staat was dat te doen. (Mevr. MEIJER
: Wij hebben het over achterhouden. Bent u het niet met mij eens dat er al veel
besloten delen in de vergaderingen zijn geweest en dat er veel kabinetsstukken
zijn geweest? Dat waren mogelijkheden om deze informatie met de commissie te
delen. Er zijn nota bene twee moties aan de orde geweest, waarin staat dat dit
soort informatie terstond aan ons moet worden gemeld. Dat is dus niet gebeurd.)
Als u goed naar mij hebt geluisterd, weet u dat mijn antwoord ja is. Ik vind
inderdaad dat dit meteen aan de Raad had moeten worden gemeld. Dat is
duidelijk.
Wat is de situatie op dit moment. Onze conclusie is dat de kans op verrassingen
als het ware is ingebouwd in het gesloten contract en het nog te sluiten
contract. Wij hebben in de discussie uitvoerig gesproken over de stelposten.
Het blijkt dat wij daar voor een groot deel nog niet uit zijn. Er moet nog over
worden gesproken. Wij weten nu wat het College bij benadering inschat aan
VAT-kosten. Wij weten niet of dat voldoende is om bijvoorbeeld de
pm-risico´s, die nog niet zijn gedekt, te kunnen dekken. Het verloop van
het proces moet eerder in de contracten worden vastgelegd. Een en ander moet
beter te besturen zijn dan op dit moment het geval is. Dat leidt ons tot de
conclusie dat het van groot belang is dat de greep van de Raad op de beheersing
van de kosten moet worden versterkt. De ACAM, de accountantdienst van de
gemeente Amsterdam, heeft daar ook al op gewezen. U zult straks bij de
rekeningenresultaten merken dat wij niet meteen het gevraagde bedrag bij het
Noord-Zuidlijnbudget neerleggen. Bovendien willen wij handvatten in handen
krijgen om de greep van de Raad te verstevigen. Daarom willen wij als Raad een
tijdelijke commissie van onafhankelijke deskundigen instellen. Wij vragen die
commissie de projectlijn en het management van de Noord-Zuidlijn door te
lichten. Zij moet onderzoeken of de financiële beheersing van het project
adequaat is, zoals h
et College ons heeft gezegd. Als dat niet het geval is, moet zij een advies
uitbrengen op welke wijze dat kan worden verbeterd. Daarnaast moet zij een
advies uitbrengen hoe de controlefunctie van de Raad bij grote projecten zoals
de Noord-Zuidlijn kan worden versterkt. Wij hopen bij dat laatste dat de
Rekeningencommissie ons kan helpen bij het formuleren van de opdracht aan de
groep deskundigen. Hierbij dien ik een motie in, die mede ondertekend is door
de fracties van GroenLinks, VVD, CDA en Amsterdam Anders/De Groenen. De motie
moet onze wensen voor elkaar zien te krijgen. (De heer
H.H.G. BAKKER
: U heeft gezegd dat u op een aantal zaken zou terugkomen, onder andere over
het out of control zijn en het niet in de hand hebben van de wethouder.)
Daar heb ik u zojuist op geantwoord. Ik heb een aantal conclusies getrokken en
heb ze net voorgelezen. (Mevr. VAN OUDENALLEN
: Het is niet de eerste keer dat de PvdA-fractie van tevoren veel grote woorden
gebruikt, zoals ?politieke consequenties?. Ik heb helemaal geen politieke
consequenties gehoord. Dit is de mantel der liefde. Iedere Nederlander weet dat
bij het inhuren van een aannemer de meest gehoorde klacht is dat ze over het
budget heen gaan. Een van de politieke consequenties is dat een van de dames
voor u erin mee gaat. Ik merk dat u niet eens de motie van treurnis
ondersteunt. Waar blijft u nu?)
Wat is uw vraag? Dat begrijp ik niet. (Mevr. VAN OUDENALLEN
: Dan moet u eens een keer goed luisteren. Ik vraag waar u nu blijft met uw
politieke consequenties, waarmee u de laatste twintig minuten onze oren heeft
vervuild?.)
Ik heb het precies uitgelegd wat wij van de politieke consequenties vinden. Dat
heeft u mij in mijn betoog zeer uitvoerig uiteen horen zetten.
(Mevr. VAN OUDENALLEN: Dat is een slap verhaal.)
(De heer MANUEL
: U en uw fractievoorzitter speculeren er al een tijdje op dat de PvdA-fractie
op dit moment niet het hele bedrag van 92 miljoen euro wenst te reserveren. Wat
wilt u dan wel? Dat zegt u niet. Kunt u dat toelichten?)
Wij krijgen hierna het debat over de rekening, waar uw vraag uitvoerig aan de
orde komt. Er worden door ons moties over dat onderwerp ingediend.
(De heer VAN POELGEEST
: Ik vind toch de tekst over het onvolledig informeren wat onduidelijk. Volgens
mij moet u dat wat scherper stellen. Beweert de PvdA-fractie nu dat onder de
verantwoordelijkheid van het College, de Raad onvolledig is geïnformeerd?)
In de risicoanalyse die de Raad in 2002 is verstrekt, ontbreekt een zeer
belangrijke post van bijna de helft van het huidige bedrag van 92 miljoen euro.
Dat zijn de VAT-kosten, die niet als risico zijn aangegeven. Op dat punt is de
Raad onvolledig ingelicht. Ik zeg niet dat dit moedwillig is gebeurd. Ik
constateer alleen het feit dat de wethouder, die ons toen op ons uitdrukkelijk
verzoek de risicoanalyse heeft verstrekt, op dat punt is tekort geschoten. Hoe
je dat ook wendt of keer, het College heeft die analyse verstrekt en is dus ook
verantwoordelijk. (De heer VAN POELGEEST
: Ik heb ook niet willen suggereren dat het moedwillig is gebeurd. Daarom koos
ik voor de formulering dat onder de verantwoordelijkheid van het College de
Raad onvolledig is geïnformeerd. Die stelling deelt u.) Ja.
(Mevr. MEIJER
: U zegt dat u bij de rekeningenresultaten gaat melden hoeveel geld uw fractie
er nu bij wil doen en hoeveel op een later moment. Wat gaat u zo meteen
stemmen? In de voordracht staat immers dat wij een bedrag van 92 miljoen euro
gaan toevoegen. Of zie ik dat verkeerd?)
U moet straks maar naar de heer Reuten luisteren. Hij zal een aantal zaken
bespreken. Mevr. MEIJER
(orde): Mijnheer de Voorzitter. Wij gaan dit punt toch gewoon afhandelen en
gaan daarna over naar het volgende agendapunt? De VOORZITTER
: Als wij nog een tijd doorgaan, zijn wij niet om 15 uur klaar. Dan wordt dit
onderwerp naar vanavond doorgeschoven. Dat is een procedureel antwoord.
Mevr. ALBERTS
: Dat is technische tijd. Er wordt nu iets over een bedrag van 92 miljoen euro
gezegd. Als straks de jaarrekening aan de orde komt en de heer Reuten het woord
vraagt, gaat het er weer over. De VOORZITTER
: De vraag is volstrekt helder. Mevr. ALBERTS
: Wat is dan het antwoord?
De VOORZITTER
: Dat kan ik niet geven. De heer BIJLSMA
: Ik denk dat het goed is in tweede termijn aan de orde te stellen wat wij bij
de jaarrekening te melden hebben en en daarna tot stemming overgaan.
De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen: 22E
Motie van 16 juni 2004 van de raadsleden Bijlsma, Marres, Flos, Spee-Rouppe van
der Voort, Van Pinxteren en Kalt tot instelling van een onderzoekscommissie
Noord-Zuidlijn (Gemeenteblad afd. 1, nr. 359).
De motie wordt terstond in behandeling genomen.
De heer FLOS
: Mijnheer de Voorzitter. De VVD-fractie staat nog steeds pal achter de aanleg
van de Noord-Zuidlijn. Deze is noodzakelijk om de stad bereikbaar te houden,
vooral vanaf het jaar 2011. Het College meldde ons met een gedegen prognose dat
de Noord-Zuidlijn 92 miljoen euro duurder gaat worden. Het moge duidelijk zijn
dat de VVD-fractie, die hecht aan budgetdiscipline, hiervan nogal is
geschrokken. Wij hebben dan ook vele schriftelijke en mondelinge vragen gesteld
aan de wethouder. Wij hebben even zovele antwoorden, ook van zijn ambtenaren,
ontvangen. Dat heeft ons veel nieuwe kennis en inzicht opgeleverd. Wij zijn op
basis van de gegeven antwoorden van mening dat er een gedegen analyse ten
grondslag heeft gelegen aan de nieuwe prognose, van zowel de bouwkosten als de
VAT-kosten. Wij zijn ook van mening dat het overgrote deel van de oorzaken die
ten grondslag liggen aan de overschrijdingen, niet in redelijkheid waren te
voorzien in het jaar 2002. Wij zijn tevens van mening dat er wat de
risicoanalyse van het project betreft, een goede verbeteringsslag is gemaakt.
De financiële systematiek is danig verbeterd. Dat was nodig vanwege het
feit dat het project van de tekentafel naar de bouwput ging en er externe
expertise is ingewonnen. (Mevr. VAN OUDENALLEN
: Hoor ik de VVD-fractie nu zeggen dat zij het oneens is met de PvdA-fractie,
die zegt dat er van tevoren geen goede berekeningen zijn gemaakt?)
Ik weet niet of de PvdA-fractie dat heeft gezegd. Wij zijn in ieder geval van
mening dat alle kennis die in 2002 beschikbaar was voor het projectbureau en
het College, ook beschikbaar was voor de Raad. Dit zeggen wij op basis van alle
aangeleverde informatie en op basis van de kennis hoe het er in 2002 aan toe
is gegaan. Vervolgens was de beschikbare informatie in alle redelijkheid de
informatie die nodig was om het besluit te kunnen nemen. Wij blijven pal achter
het toen genomen besluit staan en ook achter de redenen om daarvan voorstander
te zijn. Wij zijn van mening dat de prognose van nu dat de Noord-Zuidlijn 92
miljoen euro duurder uitvalt, nog een stuk robuuster is dan in 2002 het geval
was met het toen ingeschatte totale projectbudget. De redenen daarvoor hebben
zich voornamelijk na 2002 voorgedaan. Het gaat dan zowel om ervaringen in de
grond alsook om allerlei zaken rond de verzekeringen. Wij hebben nadrukkelijk
gezegd dat deze in 2002 niet te voorzien waren. Alle fracties die van mening
zijn dat wij hier te maken hebben met een onbeheerst project, of met een
onbeheerste projectorganisatie, zeg ik dat dit project op dit moment niet meer
kost dan begroot was. Voor het einde van het project wordt een overschrijding
van 6 procent voorzien. Kun je dan in alle redelijkheid spreken van een uit de
hand gelopen project, een project dat out of control is, of van een project dat
niet beheersbaar zou zijn? Als het bij die 92 miljoen euro blijft, dan zijn
wij van mening dat het nog steeds om een zeer groot bedrag gaat, zeker voor de
gemeente Amsterdam. Maar stel nu dat het bij die 6 procent overschrijding
blijft, is het dan redelijk om van een onbeheerst project te spreken? Ons
antwoord daarop is nee. (Mevr. KALT: 6 procent van wat?)
6 procent van de totale projectkosten. (Mevr. KALT
: niet van het oorspronkelijke bedrag dat Amsterdam wilde inzetten. Weet u dat
nog?)
Ik vergelijk het natuurlijk met het bedrag dat wij in 2002 beschikbaar hebben
gesteld. (Mevr. KALT
: Niet het bedrag, waarover een referendum is geweest?)
Nee, natuurlijk niet. Dat hebben wij in 2002 allemaal besproken.
(Mevr. KALT: Dat dacht ik al. Het gaat om de Amsterdamse kosten.)
Ja. (Mevr. VAN OUDENALLEN
: Op welk moment gaat de VVD-fractie dan wel zeggen het out of control is. De
PvdA-fractie was daar al van overtuigd. Bij 10 procent overschrijding? Bij 15
procent?)
Die discussie is meerdere malen gevoerd. Je gaat geen exacte percentages geven.
Het is duidelijk dat als alles tweemaal zo duur wordt, wij van mening zijn dat
het project totaal uit de hand is gelopen. Wij gaan nu niet praten over 15
procent niet, maar 16 procent wel. (Mevr. VAN OUDENALLEN
: Dat is toch wel belangrijk voor het politieke verhaal?)
(De heer VAN POELGEEST
: Ik kom terug op die 6 procent. U kent het bedrag dat voor het project is
geraamd toen de eerste aanbestedingsronde begon.)
Voor mij is oktober 2002 relevant. (De heer VAN POELGEEST
: U kent het bedrag toen wij begonnen aan de eerste aanbestedingsronde van het
project.) Ja, maar dat was een heel ander project.
(De heer VAN POELGEEST
: Hoe hoog was dat bedrag? Dat was 0,9 miljard euro.)
Dat was volgens mij een project, dat zelfs een andere scoop had dan dit
project. Ik vind dat niet vergelijkbaar. (De heer
VAN POELGEEST: Dat is niet waar. Het is hetzelfde project.)
(Mevr. MEIJER
: U zegt dat als het project het dubbele gaat kosten, het volledig out of
control is. Wat vindt u er dan van dan dat ruim een jaar geleden een bedrag van
132 miljoen euro is bijgelegd? Dat was voor u het uiterste, hoewel anderen
zeiden dat het nog meer gaat worden. Nu praat u over een bedrag van 92 miljoen
euro. Heeft u nu spijt van uw woorden van toen?)
Ik heb u gezegd dat wij van mening zijn dat wij in oktober 2002 in alle
redelijkheid het juiste besluit hebben genomen. Dat gebeurde op basis van de
toen beschikbare informatie, die naar mijn idee zo volledig mogelijk was. Het
is altijd makkelijk om met de kennis van nu terug te kijken. Ik ga daar verder
geen antwoord op geven.
Wij zijn niet van mening dat hier sprake is van een onbeheerste
projectorganisatie. Helaas vinden andere fracties dat wel. Dat is de reden dat
wij de motie van de PvdA-fractie wel hebben ondersteund. De projectorganisatie
moet dan maar eens met de billen bloot. Dan kunnen wij zien wie er gelijk
heeft. Wij zijn er niet bang voor. De wethouder daagde de commissie daartoe ook
al uit. Vanuit een andere benadering ondersteunen wij de motie. Wij zullen de
moties van de SP-fractie natuurlijk niet ondersteunen. Zelfs de fractie van
GroenLinks vindt die op enkele punten onredelijk, bijvoorbeeld het voorstel het
project te stoppen. Dat is natuurlijk kapitaalvernietiging en het biedt geen
enkele oplossing voor het vervoersprobleem waarmee wij na 2010 worden
geconfronteerd.
Wij maken ons wel zorgen over de zogenaamde risico´s onder de streep, Het
is logisch dat ze onder de streep staan, want ze niet zijn meegenomen in het
Noord-Zuidlijnbudget. Onze financiële woordvoerder zal bij de behandeling
van de jaarrekening daaraan nadrukkelijk aandacht besteden. Het moge duidelijk
zijn dat wij dit een robuuste prognose vinden. Het houdt in dat dit project
waarschijnlijk 92 miljoen euro duurder gaat worden. Wij vinden het dan ook
logisch dat je dat verlies meteen neemt, zeker daar waar het nu nog mogelijk
is. Wij zijn er een groot voorstander van het bedrag van 92 miljoen euro toe te
voegen, in welke vorm dan ook, aan het projectbudget van de Noord-Zuidlijn.
Met deze opmerkingen nemen wij kennis van de overschrijding. Wij betreuren dat
zeer, maar houden voldoende vertrouwen in dit project en zeker ook in deze
wethouder. (De heer H.H.G. BAKKER
: Ook wij willen het natuurlijk zo inzichtelijk mogelijk hebben. Het is een
project dat vele miljoenen kost. Heeft u enig idee wat zo´n
onderzoekscommissie gaat kosten? Komt dat ook weer boven op het budget? Als
blijkt dat alles nóg duurder wordt, wat zijn dan uw conclusies?)
Op uw laatste vraag heb ik al gereageerd. De kosten voor een
onderzoekscommissie komen uit de griffiekosten. Het zal dus uit het raadsbudget
moeten komen. Het is een democratisch recht, waarvan wij gebruik moeten maken.
(Mevr. MEIJER
: Ik wil toch wel weten waarom u het voorstel van de SP-fractie om een
onderzoekscommissie in te stellen, niet ondersteunt. Het is nota bene iets wat
uw eigen wethouder heeft gezegd. Hij wilde een onderzoek naar het hele gebeuren
rond de Noord-Zuidlijn. Dat is exact waar mijn voorstel over gaat. Het
voorstel daarentegen van onder andere u, lijkt mij iets totaal anders.)
Ja, dat is juist. Daarover bestaan juist de grote verschillen van mening en
niet zozeer over het jaar 2002, waarop u zich zo richt. Wij hebben ons
aangesloten bij het onderzoek, zoals dat hier geformuleerd is. Het onderzoek
dat u beoogt, vinden wij niet nodig. (De heer VAN POELGEEST
: Ik kom nog even terug op uw woorden over de reservering van 92 miljoen euro.
Begrijp ik goed dat uw fractie vindt dat dit verlies nu genomen moet worden?
Zal zij geen enkel voorstel ondersteunen, dat beoogt die reservering te
verlagen?) Dat klopt. (De heer VAN POELGEEST
: Daar houd ik u aan!) De VVD-fractie kunt u houden aan haar woord.
Mevr. SPEE-ROUPPE VAN DER VOORT:
Mijnheer de Voorzitter. Anderhalf jaar geleden zaten wij hier ook in debat
bijeen voor het go-besluit voor de Noord-Zuidlijn. Mijn fractie heeft toen
duidelijk gemaakt dat wij voor honderd procent achter die lijn staan en om op
de conclusie vooruit te lopen: dat staan wij nog steeds. Mevrouw Meijer,
stopzetten is voor ons sowieso niet aan de orde. Deze lijn is belangrijk voor
Amsterdam. Daar blijft mijn fractie bij.
Schrikbarend is het wel als je anderhalf jaar na die datum een prognose voor je
neus krijgt die een overschrijding van 92 miljoen euro met enige
waarschijnlijkheid aangeeft. Waarom schrikbarend? Het is een enorm bedrag, 92
miljoen euro, maar het is nog schrikbarender omdat dit bedrag volledig voor
rekening van de gemeente Amsterdam komt. Het gaat dus wel ergens over. Dat is
ook de reden waarom mijn fractie vanaf dag één, toen deze
prognose op tafel kwam, heeft gezegd: dat moet de Raad niet alleen willen
beoordelen, daarvoor is de materie te complex. Er zitten zoveel technische
details in, dat wij daarbij ondersteuning nodig hebben.
Desalniettemin landde dit voorstel nog niet direct. Wij hebben het wel in de
commissievergadering besproken. Er zijn enorme vragensessies geweest,
schriftelijke vragen, mondelinge vragen, beantwoording, al met al een hele
riedel. Het enige dat overbleef, is: ik kan optellen en aftrekken en kom ook op
92 miljoen euro uit, maar of ik het daadwerkelijk begrijp, is een andere
vraag. Dat heb ik ook tegen de wethouder gezegd. Hoe gedegen in de ogen van
mijn fractie de beantwoording van het College ook is geweest, ik blijf erbij
dat het moeilijk te bevatten blijft dat bij een overschrijding van 92 miljoen
euro, 44 miljoen euro voor rekening van met name de VAT-kosten komt. VAT-kosten
zijn in de ogen van mijn fractie simpelweg overheadkosten.
Dat er een overschrijding is in de bouwkosten, daarvan zijn de verklaringen nog
enigszins te volgen. Ik zeg te volgen, want hoe het technisch zit, kun je als
raadslid volgens mij simpelweg niet beoordelen. Daarvoor moet je vertrouwen op
andere mensen, die dit wel tot hun vak hebben gemaakt.
Wat de VAT-kosten betreft hebben wij vanaf het begin gezegd: wethouder stuur
daarop, het moet mogelijk zijn om daaraan iets te doen, want het is niet te
bevatten dat zij oorspronkelijk zijn geraamd op 8 miljoen euro en nu uitkomen
op 44 miljoen euro. Er is een aantal redenen aangeven waarom deze kosten hoger
zijn, dat komt ook zeer solide over, maar mijn fractie blijft erbij dat de Raad
zijn eigen controlerende taak hierin heeft. Daarmee sluit ik mij aan bij de
heer Bijlsma.
Hiervoor ging ik al even in debat met mevrouw Van Pinxteren van GroenLinks.
Naar de mening van mijn fractie moet het niet zo zijn dat je terugdeinst voor
deze controlerende taak omdat de mensen niet zouden zijn te vinden, of
anderszins. Op mijn voorstel is de griffie aan de slag gegaan en wel degelijk
met namen gekomen. Alleen de tijd was niet onze vriend. Het liefst had ik voor
elkaar gekregen dat wij nog voor dit debat een bijeenkomst met experts hadden
gehad, die ons handvatten hadden kunnen geven hoe je zo'n stuk beoordeelt: wat
is redelijk en wat zou minder redelijk kunnen zijn in zo'n prognose.
Het is en blijft een prognose, maar de wethouder heeft wel aangegeven dat het
een harde prognose is. Wij hebben rekening te houden met deze 92 miljoen euro.
(De heer H.H.G. BAKKER:
Natuurlijk waardeer ik het dat mevrouw Spee met de betreffende experts heeft
besproken. Van het begin, toen de discussies over het go-besluit werden
gevoerd, kan ik mijn nog de sessies herinneren met de heer Horvat en allerlei
andere experts. Hebben die mensen geen verstand van het project gehad, gezien
de situatie zoals die nu ligt, hebben zij te weinig verstand gehad van het
project, of hebben wij de verkeerde experts geraadpleegd?)
Nee, ik denk dat wij uitstekende experts hebben betrokken bij dit project,
zowel voor het go-besluit als voor de verzekeringsdiscussie. Ik denk, in
tegenstelling tot GroenLinks, dat dit besluit inderdaad evident wel goed is
voorbereid, maar dat laat onverlet dat zich zaken kunnen voordoen, waarmee
inderdaad geen rekening kon worden gehouden. (Mevr.
VAN OUDENALLEN: Noemt u eens wat.)
Bij de bouwkosten kwam al aan de orde dat er in de grond zaken zijn gevonden
waarmee geen rekening was gehouden. (Mevr.
VAN OUDENALLEN: Dat had je toch kunnen voorzien?)
Ik vind het heel makkelijk dat mevrouw van Oudenallen zegt: "dat had je
toch kunnen voorzien." Dat is precies de reden waarom ik vind dat een
raadslid niet moet beoordelen, maar een expert, of wij dat inderdaad hadden
kunnen voorzien. (Mevr. VAN OUDENALLEN:
Als raadslid zou ik hebben durven voorspellen dat er iets in de grond zou
kunnen zitten, terwijl ik geen expert ben. Ik vind juist dat raadsleden het wel
hebben kunnen voorzien. Experts hadden dat moeten bevestigen of ontkennen.)
Dat ben ik niet met u eens. Ik denk dat dat niet aan een raadslid is. Het is
altijd heel makkelijk om te zeggen: ik had het wel kunnen voorzien, als
achteraf bleek dat dit zo was. (De heer H.H.G. BAKKER:
Er zijn ook diverse experts op AT5 geweest die hebben aangegeven dat er
mogelijk voorwerpen of andere artikelen in de grond zaten, maar die mensen
werden destijds gewoon weggelachen en weggehoond.)
Laten wij nu niet in een discussie verzanden over wat er wel en niet in de
grond zat. Het College heeft wel degelijk rekening gehouden met objecten in de
grond, alleen waren er ook objecten in de grond op plaatsen waarmee geen
rekening was gehouden. Ik ga die discussie niet met de Raad voeren, dat moeten
de raadsleden met het College of met het Projectbureau Noord-Zuidlijn doen. Het
gaat er nu om dat er een heel vervelende prognose voorligt, namelijk een
overschrijding met 92 miljoen euro.
Ons grootste probleem bij deze prognose is dat de post onvoorzien is verhoogd
van vier procent naar acht procent. Wij hebben dit al eerder aan de orde
gesteld. Daarom wilden wij graag van experts horen of dit onder de huidige
omstandigheden realistisch is.
De VAT-kosten laten een enorme overschrijding zien. In de beantwoording zegt de
wethouder dat als je alles bij elkaar bekijkt, de VAT-kosten zijn gestegen van
zestien naar negentien procent. Dat lijkt op zich heel redelijk, want ook bij
projecten als MetroMorfose (wat nu de renovatie Oostlijn is) wordt rekening
gehouden met twintig procent. Het probleem is alleen dat het verschil tussen
die negentien en zestien procent volledig voor rekening van Amsterdam komt.
Ik denk dat er een gedegen rapport ligt. Het is de meest actuele stand van
zaken waarvan wij kennis kunnen nemen. Dit is op dit moment waarvan wij uit
moeten gaan. Ik hoop dat na de zomer, als de motie van de heer Bijlsma is
aangenomen ? als ik zie wie de motie hebben ondertekend, zal dat ook wel het
geval zijn ? de Raad het heft in eigen hand neemt en zelf gaat bepalen welke
eisen hij stelt aan de rapportages en aan dit soort prognoses, en op welke
wijze hij daarin wenst te worden ondersteund. Dat is met name wat ik
vóór dit debat al heb beoogd en wat ik nu nog steeds beoog.
De 92 miljoen euro staat voor ons nu keihard op papier. Dat is de reden waarom
wij vinden dat als dit risico zich nu voordoet, dit risico nu volledig moet
worden genomen. Dat betekent nu 92 miljoen euro dekken.
(Mevr. MEIJER:
Mevrouw Spee zegt: wij willen het heft in eigen hand nemen en wij willen
worden geïnformeerd op de wijze die wij wensen. Wat vindt zij van het
tijdstip van informeren? Wat vindt zij ervan dat zij zeven maanden na dato te
horen heeft gekregen dat er een dergelijke overschrijding is?)
Die vraag heeft mevrouw Meijer ook in de commissievergadering gesteld. Ik vind
dat de wethouder deze vraag degelijk heeft gepareerd met het antwoord dat hij
dat heeft meegenomen in de prognose die zal komen. Ik ben het met hem eens dat
ik liever dan in een keer tot einddatum alles voor mijn neus krijg. Deze zeven
maanden op dit moment maken voor mij niet het verschil.
De heer MANUEL:
Mijnheer de Voorzitter. Ik hoor het wethouder Dales nog in deze Raad zeggen:
132 miljoen extra en geen cent meer. Hij wist dat heel zeker dankzij zijn
verfijnde rekenmethodiek. Dat is trouwens dezelfde methodiek waarom wij akkoord
gingen met die vier procent onvoorzien. De heer Bijlsma twijfelde toen nog,
terecht blijkt nu. Het verhaal in die Raad was zo overtuigend, dat de Raad in
meerderheid akkoord ging met de aanleg van de Noord-Zuidlijn. Voor de risico's
van de aanleg lagen de verzekeringscontracten al klaar en de Raad kon met een
gerust hart instemmen met de aanleg van de Noord-Zuidlijn.
Zie hier zijn opvolger. Eerst mocht hij de Raad gaan vertellen dat de risico's
onverzekerbaar zijn. Daarvoor had hij een mooie formule: intern verzekeren. In
principe is dit gewoon het niet kunnen verzekeren van de risico's. Nu heeft hij
de sommen van de heer Dales overgedaan en komt hij uit op een bedrag van 92
miljoen euro extra. Dat er van de sommen van de heer Dales geen snars klopte,
dat schijnt hij zelf al te hebben geweten, want hij zei tijdens zijn afscheid:
de Noord-Zuidlijn wordt een stuk duurder, so what
, en weg was hij richting Leeuwarden.
De heer Halbertsma kon het bij zijn afscheid niet nalaten nog even op te merken
dat de Noord-Zuidlijn waarschijnlijk nog een stuk duurder kon worden. Het was
dus kennelijk al bekend in bepaalde kringen.
Maar wat wist de huidige wethouder, wat wist wethouder Van der Horst al die
tijd? Heeft hij geweten dat de Noord-Zuidlijn duurder zou worden, of is dat
echt pas naar voren gekomen uit de berekening die hij heeft laten uitvoeren?
Heeft hij die berekening bewust nu pas gemaakt, of heeft hij dat gedaan omdat
hij ook nu wel kon weten dat the point of nu return
was bereikt en dat deze Raad nooit akkoord zou gaan met het gooien van 400
miljoen euro in een afvoerputje, zonder dat daarvoor iets wordt gedaan?
Wij zullen dit waarschijnlijk nooit te weten komen en ook de PvdA-fractie laat
de wethouder hiermee wegkomen, zo begrijp ik van de heer Bijlsma. Hij is wat
laat geweest met het informeren van de Raad, maar desalniettemin mag hij gewoon
blijven zitten.
De 92 miljoen euro overschrijding is een prognose. Volgens de wethouder een
stevige prognose waarvan misschien nog iets af kan gaan. (Ter verduidelijking:
er is een probleem met de grond, met de afvoer van het zand en het schijnt nu
zo te zijn dat daarvoor een oplossing is gevonden dankzij wethouder Stadig,
waardoor van die 92 miljoen euro misschien 10 miljoen euro afgaat.) Of is die
92 miljoen euro overschrijding een ontoereikende prognose waar nog van alles
bij komt, wat de heer Bijlsma denkt. Wij hopen natuurlijk het eerste, maar wij
vrezen het laatste.
Hoe het ook zij, de Noord-Zuidlijn gaat waarschijnlijk meer kosten. Hoeveel
precies is nog niet te zeggen. Daarom is het in de ogen van D66 ook wat
voorbarig om het bedrag van 92 miljoen euro nu al meteen opzij te zetten. Je
kunt geld maar één keer uitgeven of reserveren. Er zijn in deze
stad nog zo ontzettend veel andere zaken die moeten worden aangepakt. Wij
zullen daarop terugkomen bij de behandeling van de Voorjaarsnota.
Mevr. VAN OUDENALLEN:
Mijnheer de Voorzitter. Af en toe denken wij bij een dergelijke materie
allemaal: ja miljoenen. Dan zit je in de gemeenteraad en dan lijkt een miljoen
euro net zoveel als honderd euro. Stel je voor dat het College de Raad van
Commissarissen is die voor ons zit en de Raad bestaat uit de aandeelhouders.
Dan komt er iemand van de Raad van Commissarissen ons vertellen: wij hebben het
niet helemaal in de hand gehad en lijden een verlies van 92 miljoen euro. Ik
geloof dat dan deze hele raad in een keer wordt afgezet en niet alleen een
specifieke persoon.
Als ik dit aan Amsterdammers probeer uit te leggen en ik zeg: 'voortschrijdend
inzicht', dan voel ik mij iemand die het College gaat verdedigen terwijl ik
over het inhoudelijke deel denk: potverdorie, hoe kan dit toch gebeuren,
terwijl wij dure specialisten hebben, terwijl wij ambtenaren hebben die zijn
gespecialiseerd en terwijl wij een dienst hebben die het zou moeten weten.
Intussen hebben zij echter niet door dat er meer in de grond zou kunnen zitten,
zoals mevrouw Spee opmerkte. Af en toe denk ik, zijn wij met zijn allen een
beetje mesjokke, op zijn Amsterdams gezegd.
Zijn er nu nog wel mensen die bedenken dat iets duurder kan worden? Wij hebben
ook bedacht dat het wat duurder kon worden. De PvdA-fractie heeft het geroepen,
de VVD-wethouders riepen: nee, gelooft u ons. Was het misschien op voorhand al
dat iemand wist dat hij burgemeester zou worden, zodat hier een
ontsnappingsmogelijkheid voor het College lag? Dat vind ik een zeer kwalijke
zaak.
Eigenlijk vind ik ook dat wij als Raad niets in handen hebben, om iets te
kunnen doen als een College blundert en een collegelid is vertrokken. Dit heb
ik al eens eerder gezegd.
Dit verhaal zit goed in elkaar waardoor ik denk: wij komen er wel uit, het
wordt duurder maar het zij zo. Maar ik kan mij niet voorstellen dat als een
PvdA-fractie roept: het is out of control
en dit en dat, dat er geen politieke consequenties voor haar zijn. De
PvdA-fractie beschermt letterlijk een College, niet een wethouder, niet de
wethouder van Verkeer, want de wethouders zijn allemaal op hun deelgebied goed.
Maar zij hebben gefaald. Als kleine partij kunnen wij wel moties indienen dat
het College naar huis moet, maar dergelijke moties verwacht ik eigenlijk van
grote partijen. Als de PvdA-fractie zegt dat de Raad een controlerend orgaan
is, dan is dit het moment dat zij kan laten zien dat het dualisme werkt. Maar
nee, het zijn wel de partijleden die in het College zitten, dus niemand komt
hier met iets anders dan een motie van treurnis.
Ik ben benieuwd naar de antwoorden van de wethouder, wij hebben gehoord dat als
de overschrijding boven de zes procent is? De heer Bijlsma heeft gezegd dat
landelijk 45 procent out of control
is en ik hoor graag van hem hoeveel procent men landelijk overschrijdt.
(De heer BIJLSMA:
Als mevrouw Van Oudenallen goed had geluisterd had zij gehoord dat het
gemiddelde percentage van misschatting 45 procent was.)
45 Procent van de ondernemingen hadden een misschatting, zo vat ik het op, en
niet 45 procent erbovenop. Kan de heer Bijlsma het nog eens uitleggen? Gaat het
om 45 procent erbovenop of om 45 procent van alle ondernemingen die iets
hebben ondernomen die hoger uitkomen. (De BURGEMEESTER:
Volgens mij was het het eerste.) (De heer BIJLSMA:
In negen van de tien gevallen blijkt dat men onder heeft begroot, dus de
kosten heeft onderschat. De kosten van de railinfrastructuurprojecten op de
hele aardbol zijn gemiddeld 45 procent hoger uitgekomen dan men aanvankelijk
had geschat.)
De heer Flos hier achter mij zegt dat als dat 50 procent wordt, het teveel
wordt. Wij kunnen er nu dus van uitgaan dat wij in het naarste geval 45 procent
over de basiskosten heen zullen gaan. De heer Flos zit met 50 procent aan de
veilige kant alvorens het College moet worden weggestuurd. Waar hebben wij het
hier dan over? Dan hoeven wij die hele discussie niet meer te voeren.
De heer H.H.G. BAKKER:
Mijnheer de Voorzitter. Het is natuurlijk een 'inkoppertje'. Ook wij hebben
natuurlijk tijdens het nemen van het go-besluit gezegd dat het in deze
economische tijden zeer onverantwoord is om deze lijn aan te leggen, niet
vanwege de techniek of vanwege de lijn, maar vanwege de financiële kosten.
Ook wij hebben natuurlijk vele schriftelijke vragen gesteld betreffende de
Noord-Zuidlijn, waarna wij vaak het verwijt kregen dat wij te gedetailleerde
vragen stelden. Wij wisten echter dondersgoed waar de schoen wrong.
De financiële positie moet onder controle worden gebracht. Ook daarover
heb ik net al gesproken. Hoe het zit immers met de financiële positie van
de ondernemers, die thans worden geconfronteerd met de naweeën van de
Noord-Zuidlijn? Vele ondernemers staan op het punt om failliet te gaan, en wij
praten hier over miljoenen euro's alsof het guldens zijn.
Het is ook een feit dat wij vergadering in vergadering uit praten over
bezuinigingen. Deze week heb ik nog met wethouder Aboutaleb in een vergadering
gezeten die ging over een bezuiniging van tweeëneenhalf miljoen euro voor
diverse instellingen. Ik gaf toen al het voorbeeld van gebouw De Bazel, dat met
een hamertje klap tien miljoen euro opleverde. Het is natuurlijk wel krom dat
je bepaalde zaken in Amsterdam niet kunt uitvoeren omdat wij hebben geblunderd
bij de kosten van de Noord-Zuidlijn.
De VVD-fractie zegt dat de feiten toen anders lagen en zij noemt het
'voortschrijdend inzicht'. Frappant in dit verhaal is natuurlijk wel dat de
kosten daadwerkelijk zullen stijgen, zoals de heer Bijlsma al heeft aangegeven
met de motie van 82 miljoen euro. Ik vind het vreemd dat de VVD-fractie, die
toch uit den treuren op de hoogte moet zijn van alle ins en outs
betreffende de Noord-Zuidlijn, praat over voortschrijdend inzicht. Ik hoor de
VVD-fractie helemaal niet over de ondernemers in Amsterdam, terwijl ik altijd
het gevoel had dat de VVD achter de ondernemers stond in Amsterdam.
(De heer FLOS:
De heer Bakker hoort de VVD-fractie vanavond in ieder geval over het Food
Center en hij heeft ook van ons een initiatief gezien dat wij extra geld willen
vrijmaken voor de inrichting van de openbare ruimte boven de Noord-Zuidlijn
ten behoeve van de ondernemers die overlast hebben gehad. Dat punt lijkt mij
dus niet correct. Daarnaast wil ik aangeven dat het frappante juist is dat de
overschrijding van 92 miljoen euro grotendeels zit in heel andere kosten dan
die werden genoemd in de motie van de heer Bijlsma, met uitzondering van de
post stelposten.)
Wat de Noord-Zuidlijn betreft blijf ik van mening dat het niet zo transparant
is geweest als de heer Flos doet voorkomen. Veel woorden die ik van hem heb
gehoord, zou de wethouder destijds hebben bestempeld als apekool. Daar komt bij
dat ik de heer Flos betreffende het Food Center ook antwoord kan geven, want
hij doet nu natuurlijk voorkomen alsof hij de voortrekkersrol heeft bij het
Food Center. Ik wil de heer Flos alleen maar te kennen geven dat, wanneer er
moest worden geïnvesteerd op het terrein van het Food Center, de
ondernemers steeds tegen een muur opliepen en de heer Flos niet thuis was.
Er komen nu allerlei kosten bij de Noord-Zuidlijn die als 'voortschrijdend
inzicht' worden opgevat. Ik geef maar een voorbeeld: Ik laat mijn auto
repareren omdat er een scheurtje zit in de achterbank. Ik krijg van tevoren een
prijsopgave van honderd euro. De volgende dag wordt mij verteld dat er zoveel
spullen in de auto in de weg lagen, voorbij de versnellingspook tot aan de
achterbank, dat er dus weer geld bijkomt. Dat vind ik eigenlijk wel jammer.
De heer Bijlsma had ik hoog in het vaandel zitten, maar hij brult als een leeuw
en komt met de daden van een muis. Hij geeft elke keer hoog op en er komt
niets van terecht. Hij is gewoon zijn straatje aan het schoonvegen. Ook hij als
PvdA'er staat voor veel Amsterdammers.
De Amsterdammers zullen de kosten moeten gaan dragen in deze slechte
economische tijden. De Amsterdammers zijn er al op achteruit gegaan door de
komst van de euro, waardoor hun geld de helft minder waard is. Ik hoop dat de
PvdA-fractie straks aan de Amsterdammers kan uitleggen, dat als zij belasting
moeten betalen, dat dit haar 'voortschrijdend inzicht' is geweest betreffende
de Noord-Zuidlijn. (De heer BIJLSMA:
Als de heer Bakker onze motie goed heeft gelezen (hij heeft het over een
muis), heeft hij gezien dat daar staat dat de zaak wordt doorgelicht, zodat de
Raad in december bij de begrotingsbehandeling ten minste kan beschikken over
het advies van die onafhankelijke commissie, juist om de kosten te verminderen.
Dat is juist om op dat punt stevige handvatten te hebben om het debat te
kunnen voeren.)
De heer Bijlsma komt nu met allerlei technische berekeningen van overige
buitenlandse projecten, maar die berekeningen had hij erbij moeten halen toen
het go-besluit kwam. Toen heb ik hem daar niet over gehoord, dus heeft hij toen
een steekje laten vallen. (De heer BIJLSMA:
Die artikelen waren toen nog niet geschreven.)
Dus dat heet bij de heer Bijlsma ook 'voortschrijdend inzicht'.
Wij kunnen natuurlijk nog veel dingen zeggen over de Noord-Zuidlijn. Feit is
dat wij thans worden geconfronteerd met die 92 miljoen euro, waarvan ik zeker
weet dat wij er daarmee nog niet zijn. Ik zal maar meteen de knuppel in het
hoenderhok gooien. Ik denk dat wij straks in de richting van de drie miljard
euro gaan voor de aanleg van de Noord-Zuidlijn. Ik ben benieuwd hoe dit verder
gaat lopen en of de wethouder volgend jaar met nieuwe cijfers komt waardoor wij
weer geld moeten bijleggen, omdat de Noord-Zuidlijn geen bouwput is, maar een
bodemloze put. Mevr. KALT:
Mijnheer de Voorzitter. Volgens Amsterdam Anders/De Groenen is deze hele
Noord-Zuidlijn niet nodig voor het doel waarvoor hij wordt aangelegd, namelijk
om snel naar de Zuidas te gaan. Er ligt namelijk een uitstekende metrolijn en
die metro schijnt er maar vier minuten langer over te doen om naar de Zuidas te
gaan.
Bovendien hebben wij de lijn in eerste instantie steeds te duur gevonden en nu
komt daar nog eens 92 miljoen euro bij en een ongeloofwaardige einddatum in
2012. Wie gelooft dat nou?
Wij hebben nu al bij de begrotingen gezien wat voor enorme gevolgen deze
overschrijding heeft voor de financiën van Amsterdam. Leefbaar Amsterdam
refereerde er al aan dat zelfs voor kleine groepjes het geld met kruimels bij
elkaar moet worden geveegd. Ik vind dit werkelijk stuitend. Een hele
infrastructuur wordt kapotgemaakt, alleen maar om die 92 miljoen euro voor de
Noord-Zuidlijn bij elkaar te krijgen.
Ik ben het in grote lijnen helemaal eens met de SP-fractie. Ik denk dat het
enige verstandige wat wij kunnen doen, is nu stoppen. Het echte bouwen is
trouwens nog niet eens begonnen, er wordt nog niet geboord. Gewoon stoppen en
ons verlies nemen. Dat is heel erg, maar dan is het verlies nog niet zo groot
als het anders gaat worden.
Bovendien vind ik het volkomen knettergek om 92 miljoen euro in
één jaar af te schrijven. Als de metro echt iets gaat worden,
gaat deze pas in 2012 rijden. Waarom moet je dan grote verliezen in
één jaar nemen? Er gebeuren rampen met de begroting en dat is
nergens voor nodig, je kunt dat uitsmeren. Tenzij de wethouder een goede reden
daarvoor heeft en zegt nee, want ik kom volgend jaar en het jaar daarop weer
met grote bedragen. Kijk, dat zou een reden kunnen zijn om nu in
één klap het hele bedrag af te schrijven. Ik moet u eerlijk
zeggen dat ik dan echt helemaal radeloos word.
Mijn positie is duidelijk. Ik ben het sowieso eens met de moties van de
SP-fractie en ik heb de motie ondertekend die door de PvdA-fractie is
geïnitieerd onder het motto: redden wat er nog te redden valt.
(Mevr. VAN OUDENALLEN:
Amsterdam Anders/De Groenen heeft vroeger en nu zeer goede raad gegeven zoals
over de Noord-Zuidlijn. Is het haar ooit gebleken dat de gemiddelde
bouwprojecten boven de 45 procent uitkwamen in Nederland en buiten Nederland?)
Ja, dat is algemeen bekend. Het is leuk dat er nu precieze cijfers over zijn.
Wij hebben ook in het begin meteen gezegd dat het natuurlijk uit de hand loopt
en dat een kind dat kan zien. Toen heb ik nog gezegd dat ik later niet het
verwijt wilde horen van de kant van het College: kom op Kalt, dat had je kunnen
weten want dat gaat altijd zo. Dat heeft mevrouw Van Oudenallen jammer genoeg
niet onthouden, maar ik heb het wel gezegd. (Mevr.
VAN OUDENALLEN:
Ik wilde dit bevestigd horen, omdat de PvdA-fractie net doet alsof het een
nieuw feit is dat er overschrijdingen bestaan.)
De discussie wordt geschorst tot de avondvergadering.
De vergadering wordt van 15.00 tot 15.08 uur geschorst.
.......................................................
..........................................................................
.................................
..........................
De vergadering wordt van 16.50 tot 19.30 uur geschorst.
|