Gemeenteblad
 
 		 afd. 1

nr. 51
  raadsvoordracht   
  Krediet voor aan de Noord-Zuidlijn gerelateerde in Amsterdam-Noord.
Amsterdam, 15 januari 2004.
Aan de Gemeenteraad
 
Op grond van het hiernavolgende s tellen wij u voor, het volgende besluit te nemen:
 



De Gemeenteraad van Amsterdam,
 
Gezien de voordracht van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004,
 



Besluit:
 
vooruitlopend op de vaststelling van de grondexploitatie voor het project Centrumgebied Amsterdam-Noord een krediet van € 5.225.000 beschikbaar te stellen voor de voorbereiding en uitvoering van drie aan de Noord-Zuidlijn gerelateerde projecten in het plangebied Centrum Amsterdam Noord (CAN). Het gaat om de voorbereiding van een nieuw te bouwen viaduct Van Heekw eg, om de aanpassing van de constructie van het metrostation Buikslotermeerplein en om de aanleg van een nieuwe op- en afritten aan de noordzijde van de Nieuwe Purmerweg.
 
Burgemeester en Wethouders van Amsterdam,  
E. Gerritsen M.J. Cohen
 
secretaris burgemeester

 



Toelichting (bestuurlijke context).
 
In 2004 zal de uitvoering van diverse onderdelen van de Noordzuidlijn in Amsterdam Noord van start gaan.
In het convenant dat het stadsdeel Amsterdam Noord en het projectbureau Noorzuidlijn hebben gesloten, is vastgelegd dat het stadsdeel de mogelijkheid heeft om zogenaamde omgevingsprojecten onderdeel te laten zijn van de uitvoering van de Noordzuidlijn. Het project kan dan deel uitmaken van een bestek van de Noordzuidlijn waardoor de uitvoering integraal kan plaatsvinden. Voorwaarde voor het laten meelopen is dat de financiële dekking geregeld is, zodat de Noordzuidlijn geen risico loopt.
De drie omgevingsprojecten, waarom het hier gaat, zijn opgenomen in het Stedenbouwkundig Programma van Eisen, dat door de stadsdeelraad Noord is vastgesteld. Uw Vergadering heeft op 23 oktober 2003 kennis genomen van dit programma en besloten dat dit het kader vormt voor de verdere uitwerking. In de uitwerking naar een stedenbouwkundig plan zijn de locaties en afmetingen van deze projecten ongewijzigd gebleven.
Het bestuur van het stadsdeel Amsterdam Noord heeft voor deze drie projecten een kredietaanvraag voor € 13.400.000 gedaan. In dit bedrag zijn naast de kosten voor de voorbereiding van het Van Heekviaduct ook de kosten voor de aanleg opgenomen. Het blijkt echter dat tot het moment van vaststelling van de grond-exploitatie door uw Vergadering (verwacht medio 2004) een kredietaanvraag voor alleen de voorbereiding van de aanleg van het viaduct voldoende is. Daardoor is deze kredietaanvraag gesteld op € 5.225.000 (inclusief VAT, BTW en 10% loon- en prijsstijging).
 
Bij dit voorstel hebben wij de hiernavolgende, per besluitpunt genoemde, argumenten en risicofactoren zorgvuldig tegen elkaar afgewogen.
 
Reden voor deze anticiperende kredietaanvraag is dat de planvorming van het CAN niet tijdig is afgerond om de drie planonderdelen, waarvoor dit krediet bestemd is, nog te kunnen inpassen in de uitvoering van de Noordzuidlijn. Het niet uitvoeren van deze werken gelijktijdig met de aanleg van de Noordzuidlijn heeft voor de gemeente zeer nadelige financiële consequenties (wordt hieronder per planonderdeel aangegeven).
 
De kredietaanvraag bestaat uit een bedrag van € 4.300.000 (€ 4.730.000 inclusief 10% loon- en prijsstijging) voor de onderdelen die al deel uitmaken van de bestekken van de Noordzuidlijn, te weten de Nieuwe Purmerweg en constructie station. Voor de voorbereiding van de aanleg van het viaduct Van Heekweg is een bedrag van € 450.000 (€ 495.000 inclusief 10% loon- en prijsstijging) opgenomen.
 
Hieronder wordt per planonderdeel de onderbouwing van de aanvraag gegeven:
De op- en afritten aan de noordzijde van de Nieuwe Purmerweg maken niet alleen onderdeel uit van het plan Centrumgebied Amsterdam Noord, maar zijn tevens als voorwaarde opgenomen in de besluitvorming over de verlaging van de Nieuwe Leeuwarderweg tussen de Nieuwe Purmerweg en de Van Hasseltlaan.
Het Projectbureau Noordzuidlijn heeft aangegeven dat deze op- en afritten van wezenlijk belang zijn als tijdelijke verkeersmaatregel tijdens de uitvoering van de verlaging. Het verkeer zal via de afrit de bestaande parallelwegen ter hoogte van het park kunnen bereiken. De doorstroming van het verkeer op de Nieuwe Leeuwarderweg wordt hierdoor gewaarborgd, terwijl de huidige hoofdbanen van de Nieuwe Leeuwarderweg verlaagd kunnen worden.
Indien de op- en afrit niet als definitieve ontsluiting in het kader van het CAN worden aangelegd, zullen deze als tijdelijk e maatregel voor de verlaging worden gerealiseerd met de daarbij behorende meerkosten (globaal geraamd op circa € 1.900.000 ten opzichte van € 2.800.000 voor definitieve aanleg) voor laatstgenoemd project. Bij de start van de uitvoering van de verlaging in de tweede helft van 2004 dienen de op- en afritten beschikbaar te zijn.
 
De constructieve aanpassingen aan het station Buikslotermeerplein zijn een minimum variant voor de toekomstige realisatie van de zogenaamde integrale vervoersknoop. Op 6 oktober 1999 heeft uw Vergadering ingestemd met een aanpassing van het ontwerp van de Noordzuidlijn om ter plaatse van het station Buikslotermeerplein een integrale vervoersknoop te maken. Het metrospoor en de Nieuwe Leeuwarderweg zullen worden verhoogd, waardoor onder het metrostation ruimte ontstaat voor een tussenniveau, waarop het busstation en de IJdoornlaan zijn gelegen. Op het maaiveldniveau ontstaat dan onder de Noordzuidlijn en het busstation ruimte voor een voetgangersareaal. Het busstation en het metrostation zijn vanuit het centrumgebied voor voetgangers kruisingsvrij te bereiken.
De nu voorgestelde aanpassingen betreffen alleen voorzieningen in de constructie van het door de Noordzuidlijn te realiseren viaduct (portalen en fundering), zodat later het dek op het tussenniveau kan worden gerealiseerd. Het aangevraagde krediet betreft het aandeel in de meerkosten voor de aanpassingen aan de constructie. De dienst IVV heeft inmiddels als opdrachtgever van het busstation Buikslotermeerplein aan het Projectbureau Noordzuidlijn de voor haar deel benodigde middelen, die gedekt worden uit het BONRoute-fonds, beschikbaar gesteld. In dit fonds is nu in totaal 13,3 miljoen euro voor het busstation gereserveerd. Naar huidig inzicht is dat bedrag voldoende om het busstation te realiseren.
Indien het krediet niet beschikbaar wordt gesteld, kunnen ? als gevolg van de verwevenheid van de constructie en het gedeelde opdrachtgeverschap ? geen voorzieningen voor het busstation worden getroffen. Ervan uitgaande dat bij start explo itatie van de Noordzuidlijn het busstation operationeel moet zijn, moet de uitvoering van het busstation in 2007 starten. Dat is namelijk het moment dat de constructie van de Noordzuidlijn is voltooid en dan voor het tussenniveau een eigen draagconstructie moet worden gebouwd, waarvoor de meerkosten circa € 1.400.000 bedragen (ten opzichte van de geraamde € 2.150.000 ( inclusief VAT en BTW) die al zijn geraamd voor het doen van de benodigde constructieve aanpassingen).
Voorts is een separate draagconstructie niet alleen een b eperking van het ruimtelijke gebruik op het maaiveldniveau, maar ook visueel en qua sociale veiligheid onwenselijk.
 
Voor het viaduct Van Heekweg geldt dat de tailtrack en de opstelsporen van de Noordzuidlijn over dit viaduct zullen lopen. Als de onderdoorgang wordt gerealiseerd nadat de Noordzuidlijn is aangelegd en in exploitatie is genomen, zijn extra verkeershinder én aanzienlijke meerkosten door de benodigde faseringen en hulpconstructies het gevolg. De extra kosten worden geraamd op 1,5 miljoen euro ( kosten stijgen van € 7.880.000 tot € 9.380.000 bij latere aanleg van het viaduct in 2009). Indien de aanleg na 2011 plaatsvindt – als de Noordzuidlijn in gebruik is – zullen de meerkosten ongeveer 3 miljoen euro bedragen en komen de totale kosten uit op € 10.880.000 ( prijspeil heden).
De planning en de procedures van de Noordzuidlijn dwingen het stadsdeel om door te gaan met de voorbereidingen van dit viaduct. Het Ontwikkelingsbedrijf heeft aangegeven da t op dit punt de definitieve besluitvorming over het plan CAN voldoende duidelijkheid moet bieden. Het financiële risico is vooralsnog echter beperkt omdat de gunning van de uitvoering medio 2004 zal plaatsvinden. De voorbereidingskosten zullen circa € 450.000 bedragen tot medio 2004. Naa r verwachting zal uw Vergadering dan een besluit hebben genomen over de grondexploitatie CAN, waarbij ook over de aanleg van het viaduct definitieve besluitvorming zal plaatsvinden. Het stadsdeel geeft aan dat het viaduct Van Heekweg noodzakelijk is om de toekomstige nieuwbouw ten westen van de Nieuwe Leeuwarderweg van een goede buslijn te kunnen voorzien.
 
De Commissie Stedelijke Ontwikkeling en Waterbeheer zal deze voordracht op 28 januari 2004 behandelen.
 
Verschenen 28 januari 2004.