|
Motie van het raadslid mevr. Van Oudenallen inzake het verzekeren van de aanleg
van de Noord-Zuidlijn. |
Aan de Gemeenteraad
Ondergetekende hebben de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over de voordracht van Burgemeester en Wethouders van 7
mei 2003 inzake het verzekeren van de aanleg van de Noord-Zuidlijn
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 205);
Overwegende:
dat er zich een probleem voordoet, namelijk: verzekeringsmaatschappijen willen
een miljoenenproject van de gemeente Amsterdam verzekeren tegen volgens door
ons ingehuurde experts veel te hoge prijzen;
dat jarenlang bouwfraude in Nederland bestond, maar dat niemand het lef had een
onderzoek te laten instellen, en toen dat uiteindelijk toch gebeurde, het wel
degelijk waar bleek te zijn dat bouwfraude bestond;
dat er nu enorme verzekeringsbedragen worden gevraagd, die onevenredig lijken
te zijn met het verzekerde en waardoor een gemeente zich òf te hoog
lijkt te moeten verzekeren òf bijna gedwongen wordt een andere
verzekeringsvorm te kiezen indien er iets mis gaat tijdens het bouwtraject van
de Noord-Zuidlijn, hetgeen uiteindelijk voor rekening van de Amsterdamse
burgers zal komen;
dat wij hier allen zitten om de belangen van de Amsterdamse burgers goed te
behartigen,
Verzoekt het College van Burgemeester en Wethouders, in Brussel naar een
onderzoek te vragen, of de verzekeringsmaatschappijen waar de gemeente
Amsterdam een verzekering mee kan of kon sluiten of mee sluit voor de
Noord-Zuidlijn, de Europese regels wellicht hebben overtreden en onder andere
aan kartelvorming doen.
Het lid van de Gemeenteraad,
G. van Oudenallen
(Ingekomen - onder letteraanduiding H -
en verworpen in de avondzitting op woensdag 14 mei 2003).
|