|
Motie van het raadslid mevr. Meijer inzake het verzekeren van de aanleg van de
Noord-Zuidlijn. |
Aan de Gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over de voordracht van Burgemeester en Wethouders van 7
mei 2003 inzake het verzekeren van de aanleg van de Noord-Zuidlijn
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 205);
Overwegende:
dat de zeven belangrijkste contracten voor de aanleg van de Noord-Zuidlijn zijn
gesloten en juridisch bindend zijn;
dat die contracten documenten zijn in de zin van de Wet openbaarheid van
bestuur (Wob);
dat er geen sprake is van uitzonderingsgronden die in de Wob zijn beschreven;
dat niets zich meer verzet tegen openbaarmaking;
dat in die contracten de verdeling van de risicos tussen aannemers en de
gemeente beschreven staat;
dat de Amsterdammers het recht hebben te weten waaraan het door hen opgebrachte
geld wordt besteed en welke risicos de gemeente loopt,
Besluit:
de zeven belangrijkste contracten alsnog openbaar te maken.
Het lid van de Gemeenteraad,
M.P. Meijer
(Ingekomen -
onder letteraanduiding I -
en ingetrokken in de avondzitting op woensdag 14 mei 2003).
Verschenen 28 mei 2003.
|