|
Motie raadslid mevr. Meijer c.s. inzake de interpellatie betreffende het
verzekeren van de aanleg van de Noord-Zuidlijn. |
Aan de Gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie naar aanleiding van de interpellatie inzake het verzekeren van de aanleg van de Noord-Zuidlijn (Gemeenteblad 2003, afd. 1, nr. 203);
Overwegende:
dat de Gemeenteraad op 9 oktober 2002, mede door de toezegging dat de aanleg
van de Noord-Zuidlijn verzekerbaar was en verzekerd zou worden en dat tevens
geen kostenoverschrijdingen te verwachten waren, heeft ingestemd met het
aanlegbesluit;
dat blijkens recente beantwoording door wethouder Van der Horst van
schriftelijke vragen kennelijk destijds al bekend was dat een verzekering
moeilijk te sluiten was en met zeer hoge kosten gepaard zou gaan;
dat de verantwoordelijk wethouders deze kennis met de Gemeenteraad hadden
moeten delen en de motie-Bijlsma c.s. over de verzekering van de Noord-Zuidlijn
(Gemeenteblad 2002, afd. 1, nr. 546) ernstig hadden moeten ontraden vanwege de
onuitvoerbaarheid ervan;
dat de Gemeenteraad dus vorig jaar oktober doelbewust verkeerd is voorgelicht
aangaande de mogelijkheden tot en de kosten van het afsluiten van verzekeringen
voor de Noord-Zuidlijn;
dat het College van Burgemeester en Wethouders met één mond
spreekt,
Spreekt uit:
-
dat het College van Burgemeester en Wethouders de Gemeenteraad verkeerd heeft
voorgelicht;
-
dat de positie van het College van Burgemeester en Wethouders daarmee
onmogelijk is geworden.
De leden van de Gemeenteraad,
M.P. Meijer
R. Alberts
W.G.H. Paquay
J.L. Bakker
(Ingekomen - onder letteraanduiding C-
en ingetrokken in de avondzitting op woensdag 14 mei 2003).
Verschenen 28 mei 2003.
|