OPENBARE VERGADERING OP WOENSDAG 18 DECEMBER 2002.

Aanwezig
: de leden mevr. Alberts (SP), mevr. Asante (PvdA), Asscher (PvdA), J.L. Bakker (SP), H. Bakker (LA), H.H.G. Bakker (LA), Bijlsma (PvdA), mevr. Bruines (D66), Van der Burg (VVD), mevr. Buurma-Haitsma (VVD), mevr. Codrington (GroenLinks), mevr. Dalm (GroenLinks), Flos (VVD), mevr. Van der Garde (PvdA), mevr. Geerdink (VVD), Goring (VVD), De Graaf (CDA), Halbertsma (PvdA), Huffnagel (VVD), Isik (VVD), Jamari (PvdA), mevr. Kalt (Amsterdam Anders/De Groenen), Klerks (PvdA), Manuel (D66), Marres (PvdA), mevr. Meijer (SP), Nederveen (VVD), Nijman (PvdA), Olij (PvdA), mevr. Van Oudenallen (Mokum Mobiel'99), Paquay (SP), mevr. Van Pinxteren (GroenLinks), Van Poelgeest (GroenLinks), Res (CDA), Reuten (PvdA), mevr. Riem Vis (PvdA), mevr. Sargentini (GroenLinks), mevr. Schaapman (PvdA), mevr. Spee-Rouppe van der Voort (CDA), Weenink (CDA), mevr. Van der Wieken-de Leeuw (VVD), De Wolf (PvdA), Zafer Yurdakul (D66) en Zati Yurdakul (PvdA).
Afwezig
: geen der leden.

Aanwezig
: de wethouders mevr. Belliot (PvdA), Dales (VVD), Van der Horst (VVD) (avondzitting), mevr. Maij (CDA), Oudkerk (PvdA) en Stadig (PvdA).
Afwezig
: geen der wethouders.



Middagzitting op woensdag 18 december 2002.



Voorzitter
: mr. M.J. Cohen, burgemeester , alsmede het raadslid A. Bijlsma, plv. voorzitter

Secretaris
: mevr. mr. A.M. Smeets, griffier

De VOORZITTER: Hierbij open ik de raadsvergadering...................
..............................................
.............................................................................
..............................................

23

Stemming over de ingediende moties/amendementen van raadsleden inzake de begroting voor 2003 (Gemeenteblad afd. 1, nrs. 591-609, 632-748 en 757-764).

De heer ASSCHER: Mijnheer de Voorzitter. In 2003 telt voor de PvdA het sociale resultaat. Zorg, onderwijs, veiligheid en wonen. Tijdens de financiële beschouwingen in november 2002 heb ik aangegeven dat onze fractie de voorgestelde begroting op hoofdlijnen ondersteunt. Vandaag moeten wij ons bezighouden met grote en kleinere details. In de wandelgangen van dit stadhuis wordt wel eens laatdunkend gesproken over de vele moties die onze Raad maakt naar aanleiding van de begroting. Ook dit jaar waren het er zeer vele en woorden als `motiecircus' of `motiebrij' galmden door de gangen. Ook ik heb inmiddels gemengde emoties bij het woord motie. Toch zijn al die kleine wijzigingen voor de kiezer en voor de Amsterdammer soms van groot belang. Bovendien gaat het niet alleen om kleine wijzigingen. Het is dan ook met gepaste trots en een zekere plechtigheid dat ik aankondig dat wij, na lang vergaderen, amendement nr. 764 over een subsidie van 12 honderd euro aan de stichting Poesievoetje willen ondersteunen. Maar nu heb ik begrepen dat dit amendement waarschijnlijk wordt ingetrokken. Daarmee is de angel uit het debat. Ik kreeg net een interview onder ogen met de wethouder voor Financiën waarin hij zich beklaagt over de hoeveelheid moties en de kwaliteit daarvan.

(Wethouder DALES: Ik wil een correcte weergave. Ik beklaag mij niet over de kwaliteit van de moties. Die is bijzonder hoog. Ik heb alleen gezegd dat het de vraag is of er een causaal verband bestaat tussen de kwantiteit van de moties en de kwaliteit van de begrotingsbehandeling.)
De wethouder had inderdaad nogal wat klachten over de gang van zaken bij de financiële beschouwingen. Ik kreeg bijna de indruk dat hij daarbij niet aanwezig is geweest. Allerlei thema's die aan de orde zijn geweest, zijn hem blijkbaar ontgaan. Het gaat erom dat de wethouder in dat interview een ietwat verveelde indruk maakt. Ik begrijp dat ook wel, nu het dossier Noord-Zuidlijn voorlopig is opgeborgen. Als hij van plan is een andere baan te zoeken, moet hij dat zeggen. Dat geklaag over het werk hier, werkt demotiverend.

(Wethouder DALES: Het is jammer dat veel mensen dat interview nog niet hebben gelezen. Zij kunnen dan zien of het wel of niet klopt. Ik verveel mij helemaal niet. Sterker nog, het is een oproep aan ons allen om elkaar op het hoogste niveau van prestaties te brengen. Daar gaat het om en ik neem aan dat u dat met mij eens bent. U zult het toch niet vervelend vinden dat dat mijn mening is. Daarmee zeg ik toch niet dat ik mij verveel. Nee, ik wil dat wij gezamenlijk hoger presteren. Ik ook, maar ook de Raad!)
De wethouder slaat zo'n klagerig toontje aan. Hij `krijgt de bal niet over het net' en dat soort zaken. Ik vraag mij af wat hij daarmee bedoelt.

(De heer HUFFNAGEL: Wat vindt de heer Asscher dan van de uitspraken van zijn eigen fractieleider over het `geneuzel' in de Raad en dat er te veel wordt vergaderd, terwijl zijn fractie een van de twee fracties is die tegenstander is van minder vergaderen?)
Ik herinner mij heel goed dat onze fractieleider dat heeft gezegd. Ik geloof dat wij zo afdwalen van de slotbeschouwingen. Dat was naar aanleiding van een vraag die een van de collega's van de heer Huffnagel heeft gesteld. Die uitspraak van de heer Oudkerk neem ik niet voor mijn rekening. Ik kan mij wel iets erbij voorstellen.

(De heer HUFFNAGEL: Met uw politiek leider bedoelde ik eigenlijk de heer Halbertsma.)
Ik ben in ieder geval gedeeltelijk gerustgesteld over de werklust van wethouder Dales. Het gaat niet alleen over kleine wijzigingen, maar wel degelijk ook over grote zaken en dan spreek ik vooral over de bezuinigingen. Wij spraken in november 2002 over de plannen van het College om 10 procent van de nieuwe financiële ruimte volgend jaar te besteden aan de eigen gemeentelijke organisatie en dat bovenop de gebruikelijke bijstellingen voor inflatie en loonstijgingen. Wij hebben ons toen afgevraagd of dat wel verstandig is. Is dat prudent financieel beleid? Bovendien heb ik een motie ingediend die duidelijkheid vraagt over de in de begroting aangekondigde bezuinigingen die maar niet worden geconcretiseerd. De heer Van Poelgeest heeft gevraagd of daarop een bedrag kon worden gezet. De wethouder wilde zich daarop niet vastpinnen omdat zo'n concreet bedrag onverstandig zou zijn. Maar zie, wethouder Dales is om. Zijn `Sinterklaasbrief' kwam als een donderslag bij een toch al bewolkte hemel. Er moet maar liefst 100 miljoen euro structureel worden bezuinigd binnen de eigen organisatie. De verschrikte directeuren moeten maar zien hoe zij het geld ophoesten. Ik wil graag weten, ook in het kader van dit debat, hoe dat bedrag tot stand is gekomen. Waar komt dat bedrag vandaan? Dit kun je wel met een gerust hart een Sinterklaassurprise noemen. Bovendien vragen wij ons af of de dreigbrief van de wethouder wel het beoogde resultaat oplevert. Het heeft een sterk gehalte van `wij vragen de kalkoen om suggesties voor het kerstdiner'.

(Wethouder DALES: Het zou wat anders zijn geworden als het bedrag 150 of 50 was. Hoe zit het dan?)
Wethouder Dales weet zelf hoe het is opgebouwd. Ik vind het opvallend dat hij de ene maand geen bedrag kan noemen en de volgende maand met een prachtig rond bedrag op de proppen komt.

De heer VAN POELGEEST (orde): Ik wil dat het College niet op alles wat vanuit de Raad wordt gezegd onmiddellijk reageert, en zeker wethouder Dales niet. Het College kan in eerste termijn reageren.
De heer HUFFNAGEL: Wij hebben afgesproken dat interrupties ten koste gaan van de spreektijd van de fracties. Dat geldt ook voor het College?
De VOORZITTER: Ik houd dat scherp in de gaten. Wij hebben afgesproken enig tempo in de beschouwingen te brengen. Ik geef het woord weer aan de heer Asscher.

De heer ASSCHER: Ik begrijp dat wethouder Dales reageert op mijn opmerking over die kalkoen. Ik heb daarmee niet zoveel moeite. De fractie van de PvdA steunt de wethouder in zijn ambities om te bezuinigen. Wij geven nu eenmaal voorrang aan burgers boven bestuurders. Niet eerst de stadhuisbewoners een nieuw LCD-schermpje, maar eerst de burgers aan de glasvezel helpen. Niet eerst zelf een mooiere huisstijl, maar eerst de VMBO-scholen aan een behoorlijke inventaris helpen. Onze scholieren, onze Amsterdammers en onze ondernemers hebben dat nodig - en wel nu en niet in 2004 of nog later! Wij zullen daarom samen met de fracties van de VVD en het CDA en hopelijk met de steun van anderen, met een gewijzigde motie komen. Het gaat om een aantal belangrijke zaken. Wij willen dat het College de bezuinigingsopties inventariseert voor een zeer ruim bedrag. Dat is het College al van plan, maar het mag nog ruimer. Op die manier kan de Raad écht kiezen. Dan komen de moeilijke, politieke afwegingen waarnaar wethouder Dales zo verlangt, vanzelf. Wij moeten natuurlijk geen mensen aannemen in 2003 en die vervolgens in 2004 ontslaan. Het is belangrijk dat de wethouder nu al rekening houdt met de bezuiniging. Verder benadrukt de motie dat de Raad bij de Voorjaarsnota de beslissing neemt hoeveel geld er in totaal moet worden bezuinigd en hoeveel daarvan kan worden besteed aan nieuw beleid. Daarbij moeten wij de gehele afweging maken, maar het spreekt vanzelf dat wij ons inzetten voor zorg, veiligheid, onderwijs en wonen. Ten slotte vraagt de motie de resultaten van de doorlichtingsoperatie over de reserve af te ronden vóór de Voorjaarsnota. De uitkomsten daarvan kunnen wij dan bij het debat betrekken. Amendement nr. 667 kan daarmee als ingetrokken worden beschouwd.
De fractie van de PvdA wil de hele operatie gebruiken om de gemeente efficiënter te laten werken; Amsterdammers, kortom, méér waar voor hun geld te bieden. Op het punt van de verbeterde dienstverlening hebben wij de gewijzigde motie nr. 704 van de heer Marres over dienstverlening strategie. Wij verwachten van de wethouder dat hij, naast de bezuinigingen, ook kijkt naar de mogelijkheden om de inkomsten van de gemeente te vergroten. Graag zien wij een inventarisatie van de mogelijkheden, bijvoorbeeld op het gebied van de lokale belastingen. Ik citeer de Sinterklaasbrief nog even: "Geen heilige huisjes, geen taboes, geheel in de stijl van de nieuwe tijd". Ook de Raad moet zich daaraan houden. Ik verwacht wat dit betreft ook het een en ander van wethouder Dales. Wij kunnen het niet alleen, ook wij niet als centrale stad. Wij zijn blij dat er nu een bestuursakkoord met de stadsdelen ligt. Met die stadsdelen moeten wij de concrete problemen zien op te lossen. Het bestuursakkoord bevat veel goede voornemens. Toch hangt een aantal zaken in de lucht. Ik geef een voorbeeld. De afspraak over het armoedebeleid is dat er voor 1 januari 2003 een maatwerkafspraak komt met alle stadsdelen. Is dat nu een resultaat? Belangrijker is dat het akkoord geen scherpe afspraken bevat over de verantwoordelijken en hoe er rekenschap wordt afgelegd als partijen zich niet aan de afspraken houden. Wij moeten kritisch naar onszelf kijken. Is het tijd voor een kleinere gemeenteraad? Wij hebben daarover een rapport onder ogen ge kregen van de Erasmusuniversiteit. Daarin staat een gedeeltelijk antwoord op de vraag die de heer Halbersma in zijn algemene beschouwingen heeft gesteld. In de conclusie van dat rapport lezen wij: "In dit geval bestaat er een extra reden om deze beslissing aan de gemeente zelf over te laten". Wij vinden dat wij daarin het voortouw moeten nemen. Wij zullen het komend voorjaar een studiemiddag organiseren en met een notitie komen waarin wij aangeven of wij de Raad nu moeten verkleinen of niet.

(De heer H.H.G. BAKKER: Heeft u dat ook in Den Haag voorgesteld?)
Ja.

(De heer H.H.G. BAKKER: Dan blijft er weinig over.)
Ja. Maar misschien is het voor de heer Bakker een opluchting dat wij motie nr. 634 intrekken.

(De heer VAN POELGEEST: Wat gaat u doen op die studiebijeenkomst, als u toch al weet wat u gaat doen? U zegt dat u voorstander bent van een kleinere Raad. Dan kunt u toch een voorstel indienen?)
De vorige keer hebben wij gevraagd om een onderzoek. De heer Van Poelgeest heeft toen opgemerkt dat er ooit een onderzoek lag. Dat onderzoek vonden wij niet volmaakt. Er wordt bijvoorbeeld geen inschatting gegeven van de werkdruk als gevolg van de dualisering. Wij willen dat nog eens goed onderzoeken en dan tot een afgewogen standpunt komen.

(De heer VAN POELGEEST: Het is dus nog mogelijk dat de conclusie uit die studiemiddag...)
Alles is nog mogelijk.

(De heer H. BAKKER: U sprak net over het akkoord met de deelraden. U weet toch ook in uw kring dat het met sommige deelraden heel slecht gaat. Zij staan op het punt van faillissement. Hoe kunt u spreken over goede akkoorden als u weet dat er deelraden zijn die zwaar in de problemen zitten?)
Het is al enige tijd geleden dat ik over de deelraden heb gesproken. De gebruikelijke aantijgingen van de heer Bakker aan het adres van de stadsdelen, laat ik voor zijn rekening.

(De heer H.H.G. BAKKER: Dat heeft niets met aantijgingen te maken. Als u het rapport leest van de Rekeningencommissie, ziet u toch dat het op heel andere feiten is gebaseerd.)
Er staat niets in over een faillissement van stadsdelen. Wel dat het financieel beheer beter moet.

(De heer H.H.G. BAKKER: Nee, dat is de informatie die wij hebben.)
Ik kom op amendement nr. 668 over de financiering van de Openbare Bibliotheek van Amsterdam. Wij dienen een gewijzigde versie in, die aangeeft hoe de incidentele middelen moeten worden besteed. Ik neem aan dat wethouder Dales niet de pot is die mij als ketel gaat verwijten dat ik zwart zie. Natuurlijk was het fijner geweest als de bibliotheek geheel was gefinancierd ten tijde van het raadsbesluit. Dat is een erfenis waarmee wij moeten leven. Onze motie spreidt de betaling uit over zes jaar in plaats van vier.

(De heer VAN POELGEEST: Dit is mij te gemakkelijk. U zegt dat het beter was geweest om de zaak geheel te financieren op het moment van het raadsbesluit. De fracties van de PvdA en de VVD hebben voorgesteld dit niet te doen, terwijl het College eigenlijk anders had gewild. Wethouder Dales mag dat nog tien keer herhalen. Daarvoor kunt u nu niet zomaar wegkruipen. Als het zo gemakkelijk was, had u dat moeten doen. Het was juist op instigatie van de fracties van de PvdA en de VVD dat de Openbare Bibliotheek niet werd geregeld. Het is iets wat u uzelf heeft aangedaan.
Met de vrijkomende incidentele middelen willen wij samen met de fracties van de PvdA en de VVD een aantal belangrijke zaken zien te verwezenlijken.

(Wethouder DALES: Wat komt dan precies vrij? U zult het met mij eens zijn dat als je een bedrag van 50 miljoen euro tekort komt, je op een dag de rekening krijgt.)
Op een dag komt de rekening, maar met de begroting 2003 komt er een bedrag van ruim 4 miljoen euro vrij.

(Wethouder DALES: Dan schuift u het probleem vooruit. Het is niet opgelost. U zult het deze wethouder voor Financiën in dit College niet kwalijk nemen dat hij daarin niets ziet. Die rekening krijg je toch gepresenteerd. U zegt nu al dat wij met een erfenis uit het verleden zitten. Dit is doorschuiven naar een volgende generatie.)
Ik vertel wethouder Dales wat wij met het geld doen. Ik heb hierboven al het glasvezelexperiment genoemd in Zeeburg. Met deze motie komt ook een bedrag van 2 miljoen euro extra vrij voor onderwijs. Wij zien het VMBO als motor van sociale mobiliteit. Het economisch belang van goed VMBO-onderwijs is onomstreden. Juist in een stad als Amsterdam is de behoefte aan goed opgeleide beroepskrachten groot. In feite zijn dat de meest hardnekkige vacatures. Goed VMBO dient ook een duidelijk sociaal belang. De huidige populatie schoolleerlingen bestaat voor de overgrote meerderheid uit allochtone Amsterdammers, die vaak nog onderaan de sociale ladder staan. Wij vragen extra aandacht voor deze vorm van onderwijs. Imagoverbetering van het VMBO is hard nodig. De leerlingen werken momenteel met sterk verouderde apparatuur, die niet aansluit op de technologie in het bedrijfsleven. Er zijn leerlingen die les krijgen op winkelkassa's die in het bedrijfsleven nergens meer zijn te vinden. Natuurlijk moeten ook het bedrijfsleven en de overheid hun verantwoordelijkheid nemen, maar wij willen hiermee een belangrijke aanzet geven om het vernieuwde VMBO te laten slagen.
Omwille van de spreektijd sta ik niet uitgebreid stil bij de overige moties. Ik hanteer de volgorde van de preadvisering en concentreer mij op de moties van de fractie van de PvdA.
Ik begin bij de commissie van de heer Stadig. Wonen is een belangrijke prioriteit voor onze fractie. De heer Olij heeft moties ingediend om de positie van bewoners te versterken, te zorgen voor voldoende doorstroming binnen huurwoningen en om goed te kijken naar de financiering van stadsdelen waar veel stadsvernieuwing is. De amendementen nr. 597 en nr. 598 en de motie nr. 599 dienen wij gewijzigd in.
Wij hebben amendement nr. 649 ingediend over het Huis voor de Dans. Wij houden aan dit amendement van mevr. Riem Vis vast. Wij vinden dat er nu een belangrijke kans is dit Huis voor de Dans te realiseren en zo ook de dansdiscipline te verankeren in het Amsterdamse cultuuraanbod. Er is dan eindelijk een plek waar dansers en choreografen uit alle windstreken elkaar kunnen ontmoeten. De zorg om het Muziektheater wordt door ons zeker gedeeld. Wij zijn ervan overtuigd dat het College met de middelen die hiervoor beschikbaar blijven, een creatieve oplossing kan vinden.
Zorg moet toegankelijk zijn voor iedereen in deze stad. Wij zijn blij dat wethouder Belliot in de commissie heeft toegezegd nog voor de Voorjaarsnota met de Gezondheidsnota te komen. Amendement nr. 650 trekken wij in.
De woningbouw stagneert en daarmee de bouw van aangepaste woningen voor ouderen. Wij vinden het van groot belang dat ouderen langer zelfstandig kunnen wonen en willen geld inzetten voor het bouwen van dat soort woningen. Dat is het afgelopen jaar niet gelukt, maar komend jaar moet dat wel het geval zijn. Het aangepaste amendement nr. 651 van mevr. Van der Garde beoogt een deel van het overgebleven geld in te zetten voor de ouderen.
Wij trekken amendement nr. 609 van de heer Marres in. Wij handhaven de moties nr. 699, nr. 700 en nr. 701 van de heer Bijlsma over onder andere de versnelde aanpak van de blackspots voor de verkeersveiligheid. Dit is een belangrijk punt. Ook handhaven wij ons amendement nr. 702 over de versnelde uitvoering van het masterplan Wibautas, hoewel wij die wijzigen in een beleidsamendement.
De heer Zati Yurdakul heeft amendement nr. 666 ingediend over stimulering van startende ondernemers. Deze zullen wij intrekken. Daarover was al 1999 een motie in deze Raad ingediend. Het is natuurlijk wel vreemd dat deze nog niet is uitgevoerd. Wij zullen dit scherp controleren. Verder uitstel wordt niet getolereerd.

(Mevr. VAN OUDENALLEN: U heeft kritiek op de wethouder die iets over moties heeft gezegd. Maar de grootste fractie weet toch wel uit het geheugen welke moties eerder zijn ingediend.)
Ja. Wij gaan er ook van uit dat een dergelijke motie dan wordt uitgevoerd.

(Mevr. VAN OUDENALLEN: U zei dat u die niet kende.)
Wij willen dat ook jongeren met weinig geld kunnen sporten. Dat kan via het Jeugdsportfonds. Daarover hebben wij amendement nr. 592 ingediend. Als ons wordt toegezegd dat er een bedrag van 200.000 euro naar dat fonds gaat, is dat amendement overbodig en trekken wij het in. Ik wacht af hoe de wethouder daarop reageert.
Wij hebben een amendement en een motie ingediend over de ID-banen. Het amendement nr. 635 van de heer Halbertsma trekken wij in. Dit voor de stad rampzalige onderdeel van het regeerakkoord heeft het demissionaire Kabinet gelukkig beetje bij beetje bijgesteld. Wij handhaven wel motie nr. 746 van mevr. Asante. Wij zien graag een uitgesteld voorstel van het College tegemoet hoe wij die belangrijke banen in de toekomst kunnen behouden. Ik maak van de gelegenheid gebruik de wethouder te prijzen voor zijn inspanningen op dat gebied. Het lijkt erop - wij hebben de precieze feiten nog niet op een rijtje - dat die zo belangrijke banen in ieder geval voorlopig behouden kunnen blijven.
Wij hebben ook motie nr. 747 van mevr. Asante ingediend voor een nationaal instituut voor de slavernijgeschiedenis. Wij menen dat de komst van een dergelijk instituut een verrijking en een diversificatie betekent voor Amsterdam. Amsterdammers krijgen dan de mogelijkheid kennis te nemen van de geschiedenis van de slavernij en zo ook meer te weten te komen van hun eigen geschiedenis of die van hun mede-Amsterdammers.
De heer Jamari heeft motie nr. 698 ingediend over de bestrijding van de armoede. Het aantal mensen dat in armoede leeft zal in deze periode aanmerkelijk moeten afnemen. Het College moet daarbij gebruik maken van de armoedemonitor. Ik heb begrepen dat deze motie tijdens de commissiebehandeling een positief preadvies heeft gekregen. Daar zijn wij blij om en wij handhaven de motie.
Ons amendement nr. 697 trekken wij in.
Ik richt mij nu tot wethouder Maij. Motie nr. 593 over de Apollohal trekken wij in. Amendement nr. 646 van de heer Nijman over de marathon dienen wij gewijzigd in. Wij vinden dat er een grens moet zijn aan de periode die de marathon krijgt om een sponsor te vinden. Als dat in maart nog niet is gelukt, kan het bedrag van 200.000 euro worden ingezet voor een andere topsport.
Wij hebben ook amendement nr. 648 van de heer De Wolf ingediend voor het Milieucentrum Amsterdam, die het centrum in 2003 een extra incidentele subsidie wil geven. Wij willen die motie handhaven, maar wij begrijpen dat de wethouder moeite heeft met de dekking. Wij vinden het uit het oogpunt van bestuurlijk fatsoen belangrijk dit jaar toch die extra subsidie te geven. Wij zullen de motie wijzigen door de dekking te laten komen uit de post Conferentie Directeuren in schaal 16, pag. 362 van de begroting.
Dat is het einde van mijn slotbeschouwing. Op de moties van andere fracties zal ik zo nodig ingaan bij de stemverklaringen. De begroting 2003 bevat ook veel grote PvdA-punten: meer geld voor veiligheid, onderwijs, zorg en wonen.

Het amendement-Asscher (nr. 667), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Marres (nr. 704), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
10°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Marres, Flos en Res inzake een Amsterdamse dienstverleningsstrategie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 881).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Halbertsma c.s. (nr. 634), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Asscher c.s. (nr. 668), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
11°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Asscher, Huffnagel en Res inzake uitsmering van de verhuiskosten van de Openbare Bibliotheek (Gemeenteblad afd. 1, nr. 864).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Olij c.s. (nr. 597), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
12°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Olij, Reuten, Van Poelgeest, De Graaf en J.L. Bakker inzake doorstroming woningmarkt (Gemeenteblad afd. 1, nr. 840).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Olij c.s. (nr. 598), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
13°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Olij, Reuten, Van Poelgeest, De Graaf en J.L. Bakker inzake meldpunt Ongewenst Verhuurgedrag en stichting Kennisnetwerk Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 841).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Olij c.s. (nr. 599), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
14°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Olij, Asscher, Zati Yurdakul, Van Poelgeest en De Graaf inzake een extra maatstaf voor de stedelijke vernieuwingsgebieden (Gemeenteblad afd. 1, nr. 842).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Van der Garde c.s. (nr. 650), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Marres (nr. 609), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Bijlsma c.s. (nr. 702), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
15°
Motie van 18 december 2002 van het raadslid Bijlsma inzake het Masterplan Wibautas (Gemeenteblad afd. 1, nr. 880).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Zati Yurdakul (nr. 666), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Halbertsma c.s. (nr. 635), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Jamari c.s. (nr. 697), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Nijman (nr. 593), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Nijman (nr. 646), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
16°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Nijman, Isik en Spee-Rouppe van der Voort inzake de Stichting Amsterdam Marathon (Gemeenteblad afd. 1, nr. 853).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De heer HUFFNAGEL: Mijnheer de Voorzitter. Er zijn aardig wat moties ingediend. Toch gaat het niet om grote bedragen die moeten worden verschoven. De vraag is of de Raad zijn mogelijkheden voldoende uitbuit. Aan de andere kant kun je ook stellen ? en dat doen wij ? dat de voorstellen blijkbaar zo goed zijn dat er maar weinig verschuivingen nodig zijn. Dat is een compliment aan het College.
Wij maken ons met name hard voor de veiligheid en het onveiligheidsgevoe l dat moet worden bestreden. Wij geven veel aandacht aan het wonen. Met name het bouwen van meer woningen voor de middeninkomens en studenten. Wij maken ons ook hard voor een schone stad. Steeds meer horen wij geluiden om ons heen dat mensen het met ons eens zijn. Zij vinden dat Amsterdam schoner zou kunnen, en sterker nog, zou moeten. Bij de algemene beschouwingen heb ik dat uitgebreid toegelicht. Ik beperk mij vandaag tot de moties en behandel vooral onze eigen moties. De door ons medeondertekende moties worden toegelicht door de eerstondertekenden van die moties.
Amendement nr. 714 van de heer Van der Burg over maatschappelijke opvang en amendement nr. 715 van de heer Van der Burg trekken wij in en ook motie nr. 716 over drugsverslaafden. Vaak worden zaken al gerealiseerd door ze aan te stippen. Dan hoef je geen motie meer erover in te dienen. Amendement nr. 717 trekken wij in, want de tippelzone blijft nog even bestaan zoals wij sinds twee weken weten. Dat amendement zal volgend jaar wel terugkomen. Motie nr. 718 van de heer Goring trekken wij in.
Ik heb nog een vraag voor de Burgemeester. Kunnen wij amendement nr. 723 intrekken? Dat is kennelijk het geval. Motie nr. 731 over meer allure houden wij aan. In dit huis betekent dat eigenlijk intrekken. In deze vergadering trekken wij hem in maar houden het onderwerp aan en dat betreft de dekking. Volgend jaar wordt duidelijk of daarvoor geld is uit het UNA-fonds.
Amendement nr. 724 trekken wij in. Het Stedelijk Museum hoeft niet per motie te worden opengehouden. Dat hebben wij inmiddels geregeld. Amendement nr. 726 over het vuurwerk tijdens de jaarwisseling trekken wij ook in. Wij zullen bekijken of dit haalbaar is via onze connecties met de Chinese gemeenschap.
Motie nr. 719 over de voorrangsregeling beroepsgroepen willen wij handhaven.
Amendement nr. 720 gaat over de indeling van het Gemeentearchief. Hoort dat thuis bij de Burgemeester of bij de wethouder voor Cultuur? Gegeven de taak van het Gemeentearchief vinden wij het niet logisch dat onder Cultuur te laten vallen. Het amendement handhaven wij. Wij willen het archief onderbrengen bij het resultaatgebied Bestuur en Concern. Er zijn tegenstrijdige geluiden uit het College gekomen. In eerste instanties leken er niet veel bezwaren te bestaan, maar daarna mocht het toch weer niet van het College. Ik heb het idee dat degene die het zou moeten krijgen, de Burgemeester, minder bezwaar ertegen heeft dan de wethouder die het zou moeten loslaten. Als de wethouder ook geen bezwaar ertegen heeft, denk ik dat dit amendement een positief preadvies had verdiend. Misschien wil het College hierop terugkomen.
Amendement nr. 721 handhaven wij, evenals amendement nr. 722 over Felix Meritis.
Amendement nr. 725 gaat over de campagne kamerverhuur. Het College maakt geen bezwaar tegen het aannemen van dit amendement, zij het dat het deze wellicht overbodig vindt. Omdat er een enorm tekort is aan studentenwoningen in de stad, willen wij een schepje erbovenop gooien en de campagne een impuls geven. De motie over de verkoopteams huurders van huurwoningen houden wij aan. Het beleid betreffende versterking van de internationale positie in Brussel wordt gesteund. Motie nr. 729 over het technisch onderwijs gaat door en daar zijn wij blij mee. Wij willen dat er zo snel mogelijk conducteurs op alle tramlijnen komen. Wij zijn blij met de steun van de coalitiepartners.
Motie nr. 730 is aangepast, evenals amendement nr. 732 over het tegengaan van de verloedering in de openbare ruimte. Ook hier hebben wij de steun gekregen van de fracties van de PvdA en het CDA. Het is een stadsbrede anti-verloederingsaanpak.

Het amendement-Van der Burg (nr. 714), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Van der Burg c.s. (nr. 715), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Van der Burg c.s. (nr. 716), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Huffnagel (nr. 717), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Goring (nr. 718), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Nederveen c.s. (nr. 723), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Nederveen c.s. (nr. 724), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Buurma-Haitsma (nr. 726), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Flos c.s. (nr. 730), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Flos c.s. (nr. 732), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
17°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Flos, Spee-Rouppe van der Voort en Bijlsma inzake conducteurs op alle tramlijnen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 894).
18°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Flos, Isik, Nijman en Spee-Rouppe van der Voort inzake een stadsbrede anti-verloederingsaanpak (Gemeenteblad afd. 1, nr. 896).

De amendementen worden voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De heer FLOS: Mijnheer de Voorzitter. In het dictum is nr. 4 vervallen, waartegen het College bezwaar had. Nu ga ik ervan uit dat het een positief preadvies krijgt.
Aanvankelijk was amendement nr. 713 bedoeld om uit het budget van de autoloze zondag, die in 2003 waarschijnlijk niet doorgaat omdat stadsdelen daarvoor geen geld hebben, de coördinatiekosten vrij te maken voor veiligheidsarrangementen. Het College heeft aangegeven dat aan de veiligheidsarrangementen en het openbaar vervoer reeds wordt tegemoetgekomen. Het voorstel is nu om met de dekking van de autoloze zondag het pontje over de Nieuwe Meer te bekostigen ten bedrage van 35.000 euro. Wij zien dit pontje namelijk als een onlosmakelijk deel van het hoofdnet Fiets. Voor de verbinding tussen de Westelijke Tuinsteden en de Nieuwe Meer is dit noodzakelijk. In de zomermaanden kan van dit pontje gebruik worden gemaakt. Wij dienen daarover hierbij een amendement in, die ondersteund wordt door Mokum Mobiel, het CDA, D66 en Leefbaar Amsterdam. Indien het amendement geen meerderheid haalt, heb ik een alternatief dekkingsvoorstel, dat ook de steun van de heer Bijlsma krijgt. Ik weet niet of ik dat nu reeds moet aangeven of straks.

(De heer BIJLSMA: Misschien kan de heer Flos daar beter nu mee beginnen.)

(Mevr. KALT: Dat vinden wij ook wel interessant, want zo gaat het natuurlijk niet.)

(De heer ASSCHER: Dit lukt inderdaad zo niet, dus wij zijn heel benieuwd naar dat andere amendement.)
Mocht onverhoopt de dekking van de autoloze zondag in deze Raad niet lukken - ik zou daarover graag nog eens een debat voeren - financieren wij uit het budget Fiets dat een bedrag heeft van ruim 2 miljoen euro en dan met name ten laste van de kosten voor organisatie, advies en onderzoek en dus niet ten laste van de fietspaden zelf. Dit heeft de steun van de heer Bijlsma. Ik dien vooralsnog dit amendement in en ik kan de dekking straks herzien.

Het amendement-Flos c.s. (nr. 713), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat zijn ingekomen:
19°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Flos inzake de pontverbinding Nieuwe Meer (Gemeenteblad afd. 1, nr. 888).
20°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Flos inzake de pontverbinding Nieuwe Meer (Gemeenteblad afd. 1, nr. 889).

De amendementen worden voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De heer HUFFNAGEL: Mijnheer de Voorzitter. Hierbij heb ik de overige moties, herzien en wel. Ik heb nog één vraag aan het College die meer kritisch van aard is. Wij verbazen ons over geld dat tijdens het discussiëren her en der wordt gevonden door het College. Ook veranderen er bedragen. Zo kost de fusie tussen de Stedelijke Woningdienst en de Milieudienst opeens niet 5 miljoen euro, maar 10 miljoen euro; 1,3 miljoen euro wordt opeens gevonden voor het BIM-huis; door wethouder Belliot wordt 3 miljoen euro gevonden en de heer Van der Horst vindt opeens geld waardoor de verhoging van de Binnenhavengelden niet nodig is. Dat is opmerkelijk als je tegelijkertijd weet dat er volgend jaar 100 miljoen euro moet worden omgebogen. Een dergelijke inzichtelijkheid van collegeleden die opeens geld vinden, is verbazingwekkend. Dat geld willen wij ook wel vinden, maar dat moet ons wel duidelijk worden gemaakt, want op dat moment kunnen wij maximaal van ons budgetrecht gebruik maken.

(Wethouder DALES: Als in de begroting wordt gezegd dat iets met een bepaald percentage wordt verhoogd en er komt daarna een besluit om het niet te verhogen, zit er een gat in de financiering. Je vindt dat terug bij het rekeningresultaat. Het is niet zo dat er dan opeens geld is gevonden, maar die consequentie volgt daaruit. De Raad kan daar voor of tegen zijn; dat horen wij dan wel. Zou u mij eens willen vertellen waar wethouder Belliot opeens 3 miljoen euro heeft gevonden? Dan moet ik misschien nog even met mijn collega van Cultuur praten.)
Ik stel voor dat het College in zijn eigen tijd elkaar vragen gaat stellen.

(Wethouder DALES: De heer Huffnagel werpt het punt op, niet wij.)

(Wethouder mevr. BELLIOT: Wij zoeken dat uit en zullen de heer Huffnagel dit laten weten.)

De heer VAN POELGEEST: Mijnheer de Voorzitter. Ik zal in algemene zin iets zeggen over de ombuigingsoperatie. Ik kan de verleiding niet weerstaan om daarna op de woorden van wethouder Dales aan de Raad nog iets terug te zeggen en aan het eind zal ik onze moties doorlopen.
Wat betreft de ombuigingsoperatie: de noodzaak van die operatie staat wat onze fractie betreft niet ter discussie. Dat hebben wij ook al bij de Algemene Beschouwingen gemeld. Het besluit over de Noord-Zuidlijn in combinatie met de drastische terugloop van de grondopbrengsten maakt dat ook nodig. Maar het moet natuurlijk niet gaan om het bezuinigen op zichzelf. De vraag dringt zich op waar men het geld dan wel voor nodig heeft. Eigenlijk zegt het College daarover niet zo veel. Misschien is dat omdat het College daarover verdeeld is en elk collegelid zo zijn of haar eigen gedachten heeft over de vraag waar het geld naartoe zou moeten. Wij hebben al eerder in een motie drie heldere prioriteiten neergelegd. Die wil ik toch nog even noemen. In eerste instantie zijn dat compensatiemaatregelen ter bestrijding van de gevolgen van het regeringsbeleid in de sociale sfeer, zoals de gesubsidieerde arbeid, bijstandszorg enzovoort. In tweede instantie is dat meer geld voor het op gang brengen van de woningbouwproductie. In derde instantie gaat het er concreet om de financiering van de Openbare Bibliotheek nu eindelijk rond te krijgen. Die zaak sleept al acht jaar. Het College zegt in de preadvisering dat wij veel te vroeg zijn met deze motie en dat wij daarover bij de Voorjaarsnota spreken. Dat is de reden dat wij deze motie intrekken.
Bij de Algemene Beschouwingen heeft onze fractie ook aan het College gevraagd of er een taakstellend bedrag is voor de bezuinigingsoperatie. Het College heeft toen bij monde van wethouder Dales geantwoord dat een taakstellend bedrag onverstandig zou zijn, want men zou inhoudelijk de hele begroting doornemen en dan kijken op welk bedrag men uitkwam. Dat proces moest niet te veel worden gestuurd door de druk dat men een bepaald bedrag moest halen. Nu, sinds de Sinterklaasbrief van wethouder Dales, is er opeens wel een taakstellend bedrag. De heer Asscher heeft natuurlijk terecht gevraagd: waarom 100 miljoen euro en niet 50 miljoen? Misschien kan het College daarvoor nog een argumentatie geven. Even belangrijk is echter de vraag: waarom nu opeens een taakstellend bedrag, terwijl het College dat eerder onverstandig vond? Het lijkt mij overigens qua operatie wel verstandig. Ik ben dus alleen maar blij dat het College op dat punt tot inkeer is gekomen.
Als het erom gaat of de Raad straks bij de Voorjaarsnota nog iets heeft te kiezen, zie ik het niet zo zitten dat het College tegen die tijd een dichtgetimmerd pakket van 100 miljoen euro op tafel legt. Het heeft mijn voorkeur - en ik geloof dat de PvdA daar ook in een motie om vraagt - dat het College de Raad een breder pakket aan mogelijkheden voorlegt, bijvoorbeeld een bedrag van 150 miljoen euro, waaruit de Raad kan kiezen. Is het College bereid dat te doen? Als het hiertoe niet bereid is en er wordt een motie op dat punt aangenomen, is het College bereid die motie uit te voeren?
Aansluitend op de inbreng van de PvdA vraag ik namens onze fractie of niet alleen wordt gekeken naar bezuinigingen, maar ook naar de mogelijkheden om de inkomsten te verhogen. Inderdaad, ook in mijn tekst stond de OZB. Het College zegt zelf, dat geen enkel heilig huisje blijft overeind en alles moet bespreekbaar zijn bij deze operatie. Ik neem aan dat dit ook geldt voor een eventuele OZB-verhoging.
Dan nog even iets over de opmerkingen van wethouder Dales in Het Parool over deze begrotingsbehandeling. Hij heeft tussen de regels door heel duidelijk gezegd er geen hoge dunk van te hebben hoe het in deze Raad gaat: de Raad discussieert niet op hoofdlijnen en grijpt de begrotingsbehandeling alleen maar aan om eigen puntjes te drukken. En als klap op de vuurpijl: de Raad durft geen keuzes te maken. Eerst even het kleine leed. Eén voorbeeld: wethouder Dales zegt dat wij de grote discussies moeten voeren. Een van de thema's die hij aanvoert, is hoe ver je als gemeente moet gaan in het financieren van zaken die eigenlijk een rijkstaak zijn. Hij noemt hierbij de Noord-Zuidlijn, de Zeesluis, veiligheid in het openbaar vervoer. Ik vind dat toch wat merkwaardig. Wij hebben een motie ingediend over de Zeesluis. En wat schrijft het College in het preadvies? Het is niet aan de orde, er zijn eerder al beslissingen over genomen en de Raad moet niet zeuren.

(Wethouder DALES: Als ik dat punt opwerp, doel ik precies op wat u ook wilt: geen heilige huisjes, geen taboes, overal over durven spreken, ook over die zaken waarover het College zelf een uitgesproken opvatting heeft. Ik kan nog een reeks andere onderwerpen noemen, variërend van ID-banen tot onderwijs, maar daarmee is nog niet impliciet gezegd dat dit mijn standpunt zou zijn of dat van het College. Wij moeten daarover discussiëren als vraagstuk op zichzelf. Daar kunt u toch niet tegen zijn!)
Wethouder Dales zegt in dit interview dat die kwesties niet worden besproken. Ik meld hem dat bij onze inbreng bij de Algemene Beschouwingen dit punt wel zeker naar voren is gebracht. Daarover ligt er zelfs een motie. Laat wethouder Dales nu eens naar zijn eigen preadvies kijken. Hij gaat er op geen enkele wijze op in of het een wijs idee is. Hij zegt alleen maar in dat preadvies: hier hebben wij eerder als Raad een beslissing over genomen en de Raad moet op dit moment niet verder zeuren. Als hij de Raad verwijt dat deze inhoudelijk het debat niet voert, moet hij echt andere preadviezen schrijven.

(Wethouder DALES: Dank u wel voor dit advies. U pakt nu één onderwerp bij de kop, maar ik pleit voor een bredere discussie: waar ligt de rijksverantwoordelijkheid, waar ligt de gemeentelijke verantwoordelijkheid en waar loopt dat in elkaar over, welke keuze moet je dan op een bepaald moment maken? Dat is een principiële discussie waarvan je de uitkomsten vervolgens toepast in concrete gevallen. U snijdt nu één concreet geval aan, maar ik wil het breder zien.)
Ik wil daarover graag in breder verband spreken. Ik geef wethouder Dales nog een tweede voorbeeld: een van onze overwegingen om uiteindelijk tegen de Noord-Zuidlijn te stemmen was, dat wij van mening waren dat de Gemeente niet 350 miljoen moest investeren, omdat dit meer op de weg van het Rijk lag. Het huis was te klein toen ik dat had gezegd. Wethouder Dales schreef brieven aan Het Parool en maakte mij uit voor allerlei verschrikkelijks. Het was overigens best een geestige brief en ik heb hem hopelijk ook een geestig antwoord gegeven, maar ik vroeg mij af of dat het type debat is waarnaar hij hunkert.
Een ander voorbeeld is dat de Raad te veel over hobby's zou spreken. De wethouder heeft de stedenbanden genoemd. Wij zijn niet degenen die deze stedenbanden willen beëindigen. Het College stelt dat voor. Dan is het een hoofdlijn van beleid, maar op het moment dat de Raad zegt: ga niet door, want wij zijn het er niet mee eens, is de Raad bezig met details. Onzin! Het punt is ter discussie gekomen door een voorstel van het College.

(Wethouder DALES: Nee, dat ziet u verkeerd. Er is hier in de Raad een beleid vastgesteld, waarbij wordt gezegd dat de accenten in de internationale betrekkingen op twee zaken liggen: de landen van herkomst en de nieuwe toetredingslanden tot de Europese Unie. Dat beleid moeten wij uitvoeren en dan moet de Raad niet met iets komen dat haaks staat op het door deze Raad geaccordeerde beleid.)
Het is jammer dat de wethouder niet in de commissie zit. Er is een beleidsstuk vastgesteld dat drie prioriteiten heeft, namelijk: stedenbanden in ontwikkelingslanden, landen van herkomst en landen in Oost-Europa. Dat is het beleid. Het College wijkt af van dat beleid door voor te stellen die stedenbanden te beëindigen. De wethouder moet dan niet in de krant roepen dat de Raad over details spreekt op het moment dat wij tegen het College zeggen dat het zich aan zijn eigen beleid moet houden.
Over het geen keuzes maken moet de wethouder preciezer zijn. Hij moet niet zeggen: de Raad durft geen keuzes te maken. Ik geef wethouder Dales één voorbeeld: in de discussie over het Stedelijk Museum en de Openbare Bibliotheek is GroenLinks vrij duidelijk geweest door steeds te zeggen: eerst de Openbare Bibliotheek en daarna kunnen wij spreken over het Stedelijk Museum. Dat is een duidelijke keuze. In de vorige periode hebben de fracties van de PvdA en de VVD beide zaken in de lucht willen houden en geen keuzes gemaakt. Als de wethouder nu dit soort dingen in de krant schrijft, laat hem dan niet zeggen: de Raad durft geen keuze te maken, maar: de PvdA en de VVD durven geen keuze te maken. Dan weet de lezer tenminste waarover het gaat.

(Wethouder DALES: Ik zal u een lijstje voorhouden wat er hier in de Raad in de lucht gehouden wordt, onder andere ook - zelfs in sterke mate - door GroenLinks. Dat gaat verder dan die paar dingen die u nu noemt.)
Bij zaken als het Stedelijk Museum en de Openbare Bibliotheek gaat het wel om tientallen miljoenen euro's. Dat gaat dus om groot geld.

(Wethouder DALES: Wij hebben toch het lef gehad een keuze te maken. De Raad moet er nog over spreken. Wij hebben gezegd: wij gaan niet voor 93 miljoen euro investeren in het Stedelijk Museum, maar het budget is 57,6. Dat is toch iets wat door het College is besloten en waarvoor in de Raad een ruime meerderheid was. Daar is die keuze wel gemaakt. U moet wel met andere voorbeelden komen.)
Ik verwijt het College ten aanzien van het Stedelijk Museum en de Openbare Bibliotheek niet zo veel. Volgens mij is het College altijd helder geweest en heeft bij herhaling tegen de Raad gezegd, dat deze moet kiezen. Het waren de PvdA en de VVD die niet durfden te kiezen in de vorige periode. Daarover zijn de wethouder en ik het eens, maar laat hem dat dan ook in de krant zeggen.

(De heer HALBERTSMA: Deze Raad heeft vorig jaar het besluit genomen om 60 miljoen aan middelen richting Stedelijk Museum te alloceren. Dat is een duidelijk besluit. Mijn fractie heeft dat in september/oktober nog een keer herhaald. Wat is daarmee mis? Ik zie werkelijk niet waarop uw aanval gestoeld is. Wij hebben gezegd: 60 miljoen moet het zijn voor het Stedelijk Museum, in de afweging van de andere middelen. Dat is toch een volstrekt ordelijke manier van met elkaar debatteren en afwegingen maken over de schaarse middelen?)
Nee, dat is het niet. Daaronder lag een plan waarbij het Stedelijk Museum een verbouwing, een nieuwe vleugel en een depot in Noord moest krijgen. Dat plan kostte ongeveer 100 miljoen euro. De heer Halbersma wist dat, maar tegelijkertijd heeft de Raad in meerderheid gezegd: wij reserveren niet 60 miljoen euro, maar 50 miljoen daarvoor en voor de rest gaan wij lobbyen bij het Rijk, maar wij gaan vrolijk door met het plan. Wij hebben toen gezegd: op het moment dat je begint met het plan, zit je eraan vast en het Rijk zal er geen cent bij leggen. Zo is het ook uitgekomen. De optiek van de heer Halbertsma was toen: wij gaan voor de volledige 100 miljoen en als het Rijk niet erbij legt, moeten wij elders in de begroting geld ervoor vinden.

(De heer HALBERTSMA: De heer Van Poelgeest is het toch met mij eens dat, als wij alle plannen financieren tot het bedrag dat zij optellen, wij drie keer per jaar failliet zijn. Wij hebben in september gezegd: 60 miljoen euro en dat moet het zijn.)
Wij gaan de discussie uit het verleden niet herhalen. Ik vraag naar aanleiding van het stuk in de krant of het College straks in de beantwoording nog even duidelijk maakt in deze zaal wat het van de begrotingsbehandeling vindt. Wethouder Dales ventileert daarover allerlei zaken, maar het moet in deze zaal worden gezegd. Dan kan de Raad daarop reageren.
Wij vinden het een slechte zaak dat bij veel moties die wij hebben gezien, het vooruit schuiven van de financiering van de Openbare Bibliotheek wordt gebruikt om nu een aantal zaken te regelen. Het is zoals wethouder Dales zojuist heeft gezegd: je legt de rekening naar de toekomst en uiteindelijk moet het toch worden betaald. Ik vind het ook een politiek signaal. Ik voel nu aankomen dat die bibliotheek niet meer wordt gerealiseerd. Ik vind dat slecht, want de Openbare Bibliotheek zit op een plek die te krap is. Het zou een prachtige trekker zijn voor de IJ-oever, dus het zou slecht zijn als dit project niet doorgaat.
Wat de Wibautas betreft, al bij de begroting 2002 hebben wij het idee gekregen dat de VVD probeerde via het geld alsnog dit project de nek om te draaien. Nu is dat vanuit het VVD-perspectief begrijpelijk, want die fractie was daar niet voor, maar de meerderheid van deze Raad heeft hiermee ingestemd. Wij hebben er in 2002 al stampei over gemaakt en toen heeft het College gezegd dat het toch zou worden uitgevoerd. In de begroting 2003 bleek dat geld echter niet te zijn vrijgemaakt. Niet alleen wij hebben ons daarover kwaad gemaakt, ook de PvdA bij monde van de heer Bijlsma. Dat heeft geleid tot een gewijzigde motie van de PvdA, namelijk dat de financiering van de Wibautas bij de Voorjaarsnota definitief rond moet zijn. Ik ga ervan uit dat de motie een meerderheid krijgt, dat het College die motie loyaal uitvoert en dat wij niet bij de Voorjaarsnota de mededeling krijgen dat het helaas niet doorgaat. Dit is wat de meerderheid wil en ik hoop dat het College de motie loyaal wil uitvoeren.
Ik ga in op onze moties. Amendement nr. 637 over de Coentunnel en de Zeesluis blijft staan. Amendement nr. 638 over prioriteiten bezuinigingsoperatie wordt ingetrokken. Motie nr. 676 over de regionale bijdrage voor het groen wordt ingetrokken na een toezegging in de commissie dat het geld er komt. Motie nr. 677: hierover dienen wij straks een gewijzigde motie in met de bedoeling dat in de toekomst dat pontje wel blijft varen.

(Mevr. KALT: Mag ik u wijzen op onze motie over het Javapontje die is aangenomen? Dat is motie nr. 663. Ik zou uw motie maar laten vervallen.)
Het is goed dat die motie een positief preadvies heeft, maar die regelt het nog niet definitief. Onze motie beoogt het structureel te regelen en vraagt de wethouder het voor het hele jaar 2003 te regelen en daarna te bezien hoe het na 2004 geregeld kan worden.

(Mevr. KALT: Dus het sluit goed aan op mijn motie?)
Deze motie sluit uitstekend aan.
Motie nr. 678 over de sportstimulering allochtone schooljeugd is ingetrokken na een toezegging in de commissie.
Voor motie nr. 679 over de autovrije dagen wordt een gewijzigde motie ingediend.
Motie nr. 680 over het leggen van de stimulering van autovrije dagen bij het Milieucentrum blijft gehandhaafd.
Amendement nr. 681 over het onderzoek Regionet: misschien kan de wethouder zeggen of dat onderzoek op een andere manier kan worden gefinancierd. Als dat zo is, kan het amendement worden ingetrokken; als dat niet zo is, blijft het staan.
Over amendement nr. 682 inzake de maatschappelijke opvang is veel overlegd tussen verschillende partijen en wij dienen een gewijzigde versie in die redelijk breed in de Raad wordt gesteund. Als het amendement wordt aangenomen, is het probleem uit de wereld.
Voor motie nr. 683 over de Plusvoorziening komt een gewijzigde versie.
Amendement nr. 684 over de Voorschool: wij zijn blij met de toezegging van het College dat men ernaar streeft dat 50 procent van de doelgroep uiteindelijk naar de voorschool gaat. Wij hebben geconstateerd dat er in 2003 geen financieel probleem is, maar dat er voor 2004 - wil men de doelstelling halen - wel gemeentelijk geld bij moet. Ik ga ervan uit dat het College, als het dat doel stelt, ervoor zorgt dat het geld in de begroting 2004 zit. De motie wordt ingetrokken.
Motie nr. 685 over het Fonds Lokale Media wordt ingetrokken.

Voor amendement nr. 686 over het Rozentheater wordt een gewijzigde versie ingediend.
Met betrekking tot ontwikkelingssamenwerking hebben wij een motie A en een motie B, omdat er twee verschillende dekkingen in de motie worden genoemd. Die motie wordt dus gesplitst ingediend.
Amendement nr. 688 over de versterking meldpunt ongewenst verhuurgedrag wordt ingetrokken ten gunste van een motie van de PvdA op dit punt.

Het amendement-Van Poelgeest (nr. 638), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Dalm (nr. 678), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Dalm c.s. (nr. 679), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
21°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Dalm, Van Pinxteren, Kalt en Meijer inzake autovrije zondagen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 867).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Codrington (nr. 682), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
22°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Codrington, Van der Burg, Bruines, Van der Garde, Alberts, Kalt en Weenink inzake financiering van de maatschappelijke opvang (Gemeenteblad afd. 1, nr. 868).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Sargentini (nr. 684), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Codrington (nr. 685), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Van Pinxteren c.s. (nr. 686), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
23°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Van Pinxteren, Riem Vis, Nederveen en Kalt inzake het Rozentheater (Gemeenteblad afd. 1, nr. 870).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Van Poelgeest (nr. 687), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat zijn ingekomen:
24°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Van Poelgeest inzake het budget voor internationale betrekkingen (Gemeenteblad afd. 1, nr.871).
25 °
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Van Poelgeest inzake het budget voor internationale betrekkingen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 687B).

De amendementen worden voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Van Poelgeest (nr. 688), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De heer RES: Mijnheer de Voorzitter. Bij het doorlezen van de slotbeschouwingen van de afgelopen jaren is het mij opgevallen dat het geen Algemene Beschouwingen waren en dat de Raad nogal eens content was met de meevallers die er op dat moment waren te verdelen. Dat is nu niet het geval. Dat is vervelend, maar het kan ook goed zijn. Daarom vind ik het goed om de operatie van 100 miljoen euro, die wordt ingezet, door te zetten. Dat kan ook alleen maar door de boel goed op te schudden, want echte veranderingen krijg je alleen als je dat met een schok doet. Het is ook duidelijk dat wij in voorgaande jaren met een hoogconjuncturele blik naar verschillende zaken hebben gekeken. Die moeten wij bijstellen en dat kunnen wij beter nu doen dan daar later achteraan te moeten gaan. Bij die opschoningsoperatie en alles wat daarbij hoort, is het ook de bedoeling na te gaan waar je meer creativiteit kunt inzetten en waar je efficiency kunt bereiken. De noodzaak om dat te doen, is duidelijk.
Na de Algemene Beschouwingen hebben ons veel brieven bereikt over de ID-banen. De antwoorden van de heer Oudkerk vond ik goed en de getallen over de uitstroom vielen mij reuze mee. Duidelijk blijkt, zowel bij de sportverenigingen als bij maatschappelijke organisaties, dat er veel behoefte is aan ID-banen: wel instromen en blijven. Dat is niet de bedoeling van die banen, maar het is voor veel organisaties, en juist ook voor sportverenigingen, van belang dat zij relaties met die mensen opbouwen. Misschien moeten wij dus nog eens kijken naar meer ID-banen.
Ik loop onze moties door en geef eerst op welke wij hebben ingetrokken. Dat zijn amendement nr. 603 en de moties nrs. 602,. 604,. 643, 652, 669, 671, 672, 673, 674 en 675. Deze moties worden ingetrokken deels omdat wij goed konden leven met de preadviezen, deels omdat wij dat met anderen hebben afgesproken en deels omdat wij deze te vroeg hebben ingediend. Diverse moties worden later opnieuw ingediend.
Dan loop ik nu de moties door die blijven staan of een wijziging hebben ondergaan. Amendement nr. 591 is licht gewijzigd op de dekking, die de coalitie heeft gevonden. Artis heeft zeker belang als toeristische attractie - en dat is bij meerdere grote culturele activiteiten hier in de stad het geval - en wij vinden het des te verwonderlijker dat straks twee grote musea worden gesloten. Dat zal nog consequenties hebben voor Amsterdam.

(De heer VAN POELGEEST: Kan de heer Res onthullen wat de coalitiedekking is?)
Dat is de motie die de coalitie samen doet inzake de bibliotheek. De dekking wordt gevonden door het verschuiven van de termijnen van de bibliotheek.

(De heer VAN POELGEEST: Dan wil ik de heer Res toch vragen hoe hij dat voor zich ziet. De bibliotheek wordt uitgesteld, maar dat bedrag moet op een bepaald moment toch worden betaald. Of leidt dit ertoe dat de heer Res die bibliotheek niet wil?)
De heer Van Poelgeest heeft ons zeker niet horen zeggen dat wij de bibliotheek niet willen.

(De heer VAN POELGEEST: Maar dan moet het geld toch in de toekomst worden opgehoest? U schuift met deze motie de rekening voor u uit.)
Wij moeten kijken wat er op dit moment moet worden gedaan, waaraan wij belang hechten, hoe dat kan worden vertaald en hoe creatief wij met geld kunnen omgaan. Daar komt dit uit.

(De heer VAN POELGEEST : Het is creatief om de rekening in de toekomst te leggen.)
Ik wil iets corrigeren. Het is niet zo dat wij dat betalen van het verschuiven van de bibliotheek naar de toekomst, wij doen het alleen over meer jaren. Wij gaan ook volgend jaar gewoon geld betalen voor de bibliotheek.

(De heer VAN POELGEEST: Maar daardoor krijg je niet meer geld.)
Wij willen graag dat de losse relatie Amsterdam-Artis, waarvan steeds sprake is vanwege het dichten van gaten bij Artis, een structurele positie krijgt. Vandaar deze motie en de gewijzigde dekking. Tegen motie nr. 838 inzake de topsportevenementen heeft het College geen bezwaar. Vorige week waren wij op werkbezoek in het Olympisch Stadion en daar werd duidelijk dat in 2003 het Olympisch Stadion 75 jaar bestaat. Veel Amsterdamse sportclubs bestaan ook 75 jaar. Hieruit kun je opmaken dat reeds 75 jaar geleden een topsportevenement als de Olympische Spelen uitstraalde naar de breedtesport. Dat wil deze motie ook en wij zijn blij dat het College positief heeft geadviseerd. De motie wordt voldoende ondersteund door de PvdA en de VVD. Wij zijn daar zeer content mee. Amendement nr. 601 wordt gewijzigd. Dit amendement handelt over wat in Rotterdam `opzoomeren' wordt genoemd; wij hebben dat `Buurt in Beeld' genoemd. Dit amendement wordt door de VVD gesteund. Wij begrijpen dat dit een stadsdeelaangelegenheid is, maar wij denken dat hier voor de centrale stad een noodzaak ligt om het initiatief hiertoe te nemen. Wij nodigen het College uit het onderzoek te doen en het uit ook zo uit te dragen. Het is ook een manier om politiek dichter bij de mensen te krijgen, want het is leuk als Amsterdammers ontdekken dat het mogelijk is iets van de overheid gedaan te krijgen en dat dat ook leuke, goede en aardige dingen kunnen zijn.
Motie nr. 846 inzake het verhogen van de kansen van Amsterdamse jongeren op een woning: wij begrijpen dat het moeilijk is en het is niet alleen een Amsterdams probleem, want veel dorpen en dorpskernen hebben het probleem dat er eigenlijk geen plek is voor de mensen die in het dorp willen wonen en hun familie- en samenlevingsverbanden daar willen houden. Die dorpen mogen ook niet uitbreiden. Amsterdam heeft hetzelfde probleem: wij breiden te weinig uit. Veel bouwen zou veel oplossen. Wij willen aandacht besteden aan onze Amsterdamse jongeren en hun kansen op het vinden van een woning vergroten. Toen wij door de jongeren werden overvallen, vroegen zij ook om woningen in Amsterdam. Deze motie onderstreept dat en wij willen hem graag uitgevoerd zien.
Wat amendement nr. 641 betreft, denken wij dat wij van het bedrag van 476.000 euro 275.000 euro kunnen gebruiken voor de stadspashouder om te stimuleren dat de sport een breder gebruik krijgt. Het past in het programmacontract. Afgezien van het feit dat daarmee de jeugd wordt gestimuleerd, zullen ook de ouders worden gestimuleerd om mee te gaan naar die sporten. Dat heeft ook weer effecten voor het verenigingsleven. Het kan dus twee kanten opwerken: de kinderen krijgen een plek en de ouders gaan geleidelijk meer in verenigingsverband doen.
Motie nr. 642 inzake het parkeren in de collectieve sector: wij zijn blij dat het College ook op die motie een positief preadvies heeft gegeven. Het komt uit het programakkoord en het is goed om dat als prioriteit hoog op de agenda te houden.
Motie nr. 644 handhaven wij. Het College maakt daartegen geen bezwaar. Het gaat erom dat bij de evaluatie concrete problemen sneller in beeld gebracht kunnen worden, zodat zij ook sneller worden opgelost. Voor veel sportverenigingen komt dat goed uit.
Motie nr. 645 inzake de nachtelijke inzet van de metro wordt gewijzigd. Eerst hebben wij over 24 uurs inzet gesproken - volgens ons moeten wij daarnaartoe als de Noord-Zuidlijn is gerealiseerd en dit past ook in het beeld om Amsterdam meerdere centra te laten hebben, zowel Noord, Zuid, als Zuid-Oost. Daarin past dat het openbaar vervoer tegen die tijd 24 uur gaat rijden. Als tussenstap - wij begrijpen dat veel zaken nog moeten worden uitgezocht - zien wij graag dat de diensten tot 2 of 3 uur in de nacht worden verricht. Daarvoor dienen wij een gewijzigde motie in, met steun van de VVD en de PvdA.

(De heer VAN POELGEEST: Ik ken de motie niet helemaal, maar staat er in de motie dat dit vanaf twee of drie maanden moet gaan gebeuren?)
Nee, was dat maar zo. Wij willen de eerste stap zetten om te kijken hoe reëel het is en waar je tegenaan loopt.

(De heer VAN POELGEEST: De motie vraagt dus om een onderzoek naar de mogelijkheid dat tot 2 of 3 uur in de nacht te doen?)
Ja, maar onze inzet is dat later voor 24 uur te doen, misschien over tien jaar. Motie nr. 670 inzake Smart is gewijzigd. Het gaat erom hoe je zaken specifiek meet. De motie is op verschillende terreinen positief ontvangen, maar komt misschien te vroeg. Wij zijn blij dat wij een start kunnen maken om te kijken waar het geld terecht komt en wat wij met het geld willen bereiken. Wij moeten dat beter in beeld krijgen, niet voor enkele zaken maar voor de gehele organisatie. Deze motie is een eerste stap waarbij wordt gevraagd om een onderzoek.

De motie-De Graaf (nr. 602), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-De Graaf (nr. 603), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-De Graaf c.s. (nr. 604), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Spee-Rouppe van der Voort c.s. (nr. 643), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Res c.s. (nr. 652), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Res (nr. 669), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Weenink c.s. (nr. 671), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Weenink (nr. 672), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Weenink (nr. 673), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Weenink c.s. (nr. 674), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Weenink (nr. 675), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Spee-Rouppe van der Voort c.s. (nr. 591), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
26°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Spee-Rouppe van der Voort, Nijman, Isik, Manuel en Van Oudenallen inzake een exploitatiesubsidie voor Artis (Gemeenteblad afd. 1, nr. 837).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Spee-Rouppe van der Voort (nr. 594), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
27°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Spee-Rouppe van der Voort, Nijman en Isik inzake topsportevenementen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 838).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-De Graaf (nr. 605), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
28°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden De Graaf en Goring inzake huisvesting voor Amsterdamse jongeren (Gemeenteblad afd. 1, nr. 846).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Spee-Rouppe van der Voort (nr. 645), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
29°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Spee-Rouppe van der Voort, Bijlsma, Flos en Van Oudenallen inzake nachtelijk openbaar vervoer (Gemeenteblad afd. 1, nr. 852).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Weenink (nr. 670), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
30°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Weenink, Asscher en Van der Burg inzake het SMART maken van de begroting (Gemeenteblad afd. 1, nr. 865).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De Burgemeester draagt het presidium over aan de heer Bijlsma.

Mevr. ALBERTS: Mijnheer de Voorzitter. Er moet mij iets van het hart. Ik probeer deze vergadering te volgen. Tegelijkertijd zou ik wensen dat ik voor de televisie zat, want de registratie voor de televisie is zo georganiseerd dat de spreker in beeld is en dan kun je je daarop concentreren. Ik zie deze `enorme pan' zich voor mijn neus afspelen. Het spijt mij dat ik het zo moet noemen, maar ik vind, als wij afspreken ons te houden aan een fatsoenlijke vergaderorde en wij doen daarna het bekende versje `wij hieven het glas, deden een plas en lieten alles zoals het was', dan schaam ik mij daarvoor. Ik hoop dat, nu ik dit gezegd heb, iedereen zo is geschrokken dat men in ieder geval tijdens mijn betoog blijft zitten en niet met elkaar vergadert anders dan in de koffiekamer, waar je onbeperkt het woord kunt voeren..
Ik kom bij de moties die wij hebben ingediend en die wij eventueel nog zullen intrekken. Ik begin met de ombuigingsoperatie. Daarover hebben wij geen motie ingediend, maar graag verneem ik van de wethouder hoe het College daartegenaan kijkt. Ik kijk in dit geval naar wethouder Dales. Hij heeft gezegd, dat het bedrag van 100 miljoen euro per jaar moet worden omgebogen en in de tekst staat een prachtige zin: "heilige huisjes, stokpaarden en taboes maken geen indruk". Zojuist is dat ook al over tafel gegaan. "Tegenargumenten worden, geheel naar de geest van deze tijd, op transparante wijze gewisseld, maar er moet wel resultaat worden geboekt", aldus het College. Uitgaande van het spreekwoord `goed voorbeeld doet goed volgen' willen wij vast een bijdrage geven. Deze Raad bestaat uit 45 leden en 6 wethouders. Als wij nu als Raad besluiten om de vergoedingen en de wedde die wij ontvangen, 20 procent te verlagen, levert ons dat 420.000 euro op. Mijn moeder zei altijd: "Wwie het kleine niet eert, is het grote niet weert." Wellicht kan de wethouder daar straks iets over zeggen.
Een algemene opmerking heeft te maken met de preadvisering. Ons is opgevallen dat er kennelijk twee soorten moties zijn: oppositie-moties en coalitie-moties. De preadvisering was naar ons idee navenant. Ik zal gaande mijn bijdrage zeggen wat ik daar nu precies mee bedoel. Aan de hand van de nummering ga ik een aantal moties langs.
Ik kom bij motie nr. 606 op het terrein van werk en inkomen. ACAM heeft in een review vastgesteld dat door fouten van de Sociale Dienst (GSD) in vele honderden, mogelijk duizenden, gevallen ten onrechte aankondigingen van terugvorderingen en boetemaatregelen zijn uitgevoerd. De wethouder, in dit geval de heer Oudkerk, heeft gezegd dat het College in discussie zou zijn met ACAM, omdat het die conclusie niet deelt. Het resultaat van deze discussie is ons toegezegd voor de behandeling vandaag. Dat is dus een loze toezegging, want wij hebben niets gezien. Wij zullen onze motie dus handhaven, weliswaar in gewijzigde vorm, want er zit nu een financiering bij.
Amendement nr. 635 van de heer Halbertsma is weliswaar ingetrokken, maar ik wil er toch iets over kwijt. Er werd gepleit voor de omzetting van de huidige ID- en WIW-banen in reguliere banen. Het was een uitstekend voorstel. Per slot van rekening heeft de SP regelmatig dergelijke voorstellen ingediend. Daarmee is iets interessants gebeurd, want als wij deze voorstellen indienden over dit onderwerp - en ik wacht even op het onderonsje vóór mij dat mij afleidt - werd dat met een minachtende armbeweging weggewoven. Voor ons was dat een aanwijzing dat eerst wordt gekeken naar de indiener en dan pas naar de inhoud van de voorstellen. Wij hebben nu begrepen dat wij, als wij voorstellen indienen, deze eerst de heer Halbertsma moeten influisteren, want wij weten dat die goede ideeën dan worden overgenomen. Maar dit terzijde.
Amendement nr. 692 was een amendement om de helft, in dit geval 11 miljoen euro, van de reservering ten behoeve van de nog te ontvangen ESF-subsidie voor de Megabanenmarkt te laten vrijvallen voor door de Raad aan te wijzen prioriteiten. Immers, het is nu al zeker dat 80 procent wordt binnengehaald. In deze tijd van harde financiële en economische tegenwind is het een acceptabel compromis tussen financiële prudentie en Gods water over Gods akker laten lopen. Wij steunen dat voorstel.
Wij hebben een nieuwe dekking voor motie nr. 709. Deze motie komt terug in gewijzigde vorm.
Amendement nr. 887 en motie nr. 747 zijn twee voorstellen waarbij het ultieme bewijs wordt geleverd dat het College eerst kijkt naar de indiener en dan - na een hele tijd niets - pas naar de inhoud van het voorstel. Het zijn namelijk dezelfde voorstellen. Amendement nr. 887 is van de SP, motie nr. 747 is van de PvdA. Ik doel op het slavernijmonument. Er is al eerder over gesproken. Wij hebben in de commissie geëist dat er iets moest worden gedaan aan de preadviezen en dat zij zouden worden omgekeerd. In een brief is de fout erkend, maar het omwisselen van de preadviezen is niet gebeurd. Wij handhaven dus de motie. Bij de ondertekening van de PvdA-motie nr. 747 staat de naam van de heer Paquay. Hij heeft die naam er zelf niet onder gezet, dat is door iemand anders gedaan. Ik vind dat slordig. Als mevr. Asante was langsgekomen voor ondertekening, zou dat gebeurd zijn, maar ik nodig nu de volledige PvdA uit om het SP-amendement mede te ondertekenen.

(De heer H.H.G. BAKKER: Ik had begrepen dat de fractie van de Pvda uw amendement zou ondertekenen.)
In amendement nr. 596 inzake de Hortus wordt het een en ander gewijzigd en wij zullen die wijziging steunen. Motie nr. 595 over de De Held. Hierbij worden topvoetballers ingezet om racisme en pesten op school te bestrijden. Die motie wordt gewijzigd. Motie nr. 600 over de wijkaandelen zal eveneens worden gewijzigd.
Wat motie nr. 654 over de WIBO-woningen betreft, vinden wij het, in tegenstelling tot het preadvies, wel zinvol dat de woningbouwregisseur daaraan extra aandacht besteedt. Overigens is de wethouder WIBO's nu elders. Hij heeft goed naar mij geluisterd en is weggelopen om even te praten. Ik blijf hameren op de structuur van deze vergadering, want ik vind deze buitengewoon slordig.
Het preadvies op amendement nr. 710 over het leerlingenvervoer kan niet, omdat er wordt gezegd dat er ouders meerijden op de busjes. Wij hebben in de vorige periode uitgebreid gesproken over de kinderen die van huis naar school gaan. Er gaan geen ouders mee. Ik begrijp dan ook niet hoe de wethouder daarbij komt. Ik ga hier niet uitgebreid op in. Leerlingenvervoer is noodzakelijk. Wij hebben een dekking bij het amendement bedacht en daar moet de wethouder maar naar kijken. Ik raad de wethouder aan dit amendement positief te preadviseren.
Motie nr. 665 over het kaartje in de bus wordt gewijzigd ingediend en gaat over het rijden in de spits voor een lager tarief. In veel plaatsen wordt dat al gedaan. Waarom zou dat in Amsterdam niet kunnen, terwijl alle andere steden en gemeenten hetzelfde meemaken, namelijk eventuele stijging van de vraag?
Voor motie nr. 664 inzake de autoloze dagen dienen wij een gewijzigde motie in die PvdA en GroenLinks ook steunen. Motie nr. 664 in de oude vorm is daarmee ingetrokken.
Over motie nr. 709 over het dierenasiel is tijdens de vorige raadsvergadering uitgebreid gesproken naar aanleiding van de notitie van mevr. Meijer. De motie wordt ingetrokken en daarvoor komt een nieuwe in de plaats.
Motie nr. 711 over de speelruimte wordt in tweeën geknipt: motie nr. 711A en nr. 711B, omdat hetgeen in de beslispunten staat nu is opgesplitst in twee moties.
Motie nr. 707 over de Brandweer trek ik in, maar ik vond het preadvies vreemd, want daar staat: wij nemen geen besluiten voor een volgend begrotingsjaar. Met de Noord-Zuidlijn doen wij volgens mij niet anders dan voor volgende begrotingsjaren besluiten nemen, zelfs nog over de raadsperiode heen.

(Wethouder DALES: Het verschil tussen het een en ander is dat de financiering voor de Noord-Zuidlijn klaar is op het moment dat de trein gaat rijden.)
Amendement nr. 761 kan ik intrekken. Ik heb overlegd met de andere indieners, maar het is geregeld.
Amendement nr. 757 over de mantelzorgstelpost heb ik aangepast. De wethouder gaat voor ons op pad met het doel de zorgverzekeraar en de Provincie om de tafel te krijgen om de mantelzorg in Amsterdam goed te regelen, een beetje in de stijl van de crisisopvang GGZ. Wij doen daar een donatie bij als blijk van waardering, zodat wij nog beter de respijtvoorzieningen kunnen regelen voor mantelzorgers.
Amendement nr. 758 wordt ingetrokken, want dit wordt meegenomen in de informatie die Stadsmobiel sowieso laat uitgaan. Dat is een kwestie van controleren: gebeurt het niet, dan kom ik er alsnog mee terug.
Amendement nr. 759 over de brandveiligheid kan ik nu niet indienen, want het debat is nog niet afgerond. Wij komen daar op een ander moment op terug.
Amendement nr. 760 over de Nestheaters trekken wij in, want dat probleem is opgelost.
Amendement nr. 762 wordt ingetrokken, want het rolstoelcircuit waar geoefend kan worden in het rijden met een rolstoel in de openbare ruimte heeft een plaats gevonden in het stadsdeel Westerpark. Ik heb dit amendement destijds `ingeschoven' bij een motie van de heer Bijlsma over het verkeeroefencircuit waar kinderen kunnen leren met verkeersregels om te gaan.
Amendement nr. 763 inzake de vering van de busjes van Stadsmobiel handhaaf ik, want het preadvies is echt flauwekul. Het is onzin dat wij geen personenbusje kunnen ontwerpen waarvan de vering niet stug is. Natuurlijk kan dat en ik wil dat uitgezocht hebben. Pijnpatiënten zijn niet de enigen die met Stadsmobiel gaan. Er zijn ook mensen die andere problemen hebben die niets met pijn te maken hebben. Zij zitten ook niet in het VZA-vervoer wat wel die vering heeft. Als het VZA-vervoer wel geveerde busjes kan rijden, waarom kan Stadsmobiel dat dan niet?
Ik kom bij amendement nr. 764 inzake Poesievoetje. Het heeft even geduurd: ik ben al vijf jaar bezig om deze mensen aan subsidie te helpen. Er is een stelpost gevonden en Poesievoetje kon een aanvraag indienen bij de post Amateurskunst. Dat had tijd nodig. Het amendement is dus ingetrokken.

De motie-Meijer c.s. (nr. 709), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
31°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L. Bakker inzake opvang van zwerfdieren (Gemeenteblad afd. 1, nr. 883).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Bakker (nr. 595), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
32°
Motie van 18 december 2002 van het raadslid J.L. Bakker inzake het project De Held (Gemeenteblad afd. 1, nr. 839).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Bakker (nr. 600), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Meijer c.s. (nr. 710), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
33°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L. Bakker inzake leerlingenvervoer (Gemeenteblad afd. 1, nr. 884).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
34°
Motie van 18 december 2002 van het raadslid J.L. Bakker inzake wijkaandelen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 843).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Meijer c.s. (nr. 665), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
35°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L. Bakker inzake Eurokaartjes in het Amsterdamse openbaar vervoer (Gemeenteblad afd. 1, nr. 863).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Meijer c.s. (nr. 664), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
36°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Meijer, Bijlsma en Dalm inzake een autoloze koopzondag (Gemeenteblad afd. 1, nr. 862).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Meijer c.s. (nr. 711), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat zijn ingekomen:
37°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L. Bakker inzake meer speelvoorzieningen bij bestaande bouw (Gemeenteblad afd. 1, nr. 885).
38°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Meijer, Alberts, Paquay en J.L. Bakker inzake speelvoorzieningen bij nieuwbouwprojecten (Gemeenteblad afd. 1, nr. 886).

De moties worden voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Alberts (nr. 707), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Alberts (nr. 761), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Alberts c.s. (nr. 757), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
39°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Alberts, Paquay, Meijer en J.L. Bakker inzake mantelzorgers (Gemeenteblad afd. 1, nr. 907).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Alberts (nr. 758), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Alberts (nr. 760), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Alberts (nr. 762), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Alberts (nr. 764), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Mevr. BRUINES: Mijnheer de Voorzitter. Zoals u weet ben ik een groot voorstander van allerlei ontwikkelingen op ICT-gebied. Ik ben altijd blij met de mogelijkheden die het scherm voor ons op tafel in deze raadzaal biedt. Dat betekent dat ik nog bezig was mijn bijdrage aan te passen op het moment dat de server uitviel. Ik moet nu wat improviseren met losse aantekeningen. Het blijft belangrijk op dat gebied goed te investeren. Wij hebben de moties van de PvdA daaromtrent ondersteund en wij hebben ze mede ondertekend.
Terugkomend op de begroting: wij hebben de Algemene Beschouwingen gehad, wij hebben de discussies in de commissies gehad, wij hebben preadviezen gezien. Het is ons opgevallen dat er veel - meer dan voorgaande jaren negatieve adviezen waren op de ingediende voorstellen door het College. Deze hadden met name betrekking op de dekkingen. Dat is niet zo vreemd, want het is een vrij dichtgemetselde begroting en wij zitten minder ruim in het geld dan gedacht. Ik herinner mij dat tien jaar geleden elke begroting bestond uit een onderdeel prioriteiten, maar ook uit een onderdeel posterioriteiten. Dat woord hebben wij de afgelopen jaren nooit meer gebruikt, maar ik denk dat dit wel weer komt. Zo zien wij ook de Sinterklaasbrief van wethouder Dales.
Het is belangrijk steeds na te gaan wat je niet zou moeten doen en hoe je geld kunt vrijspelen om andere ontwikkelingen te faciliteren. Daarmee zijn wij het in principe eens. Of het bedrag van 100 miljoen euro wordt gehaald, zullen wij nog zien. Ik denk dat het kan, vooral ook omdat wij hebben gezien dat een aantal problemen in de begroting dat het in het College niet heeft gehaald en door de Raad naar voren zijn gebracht, toch in een lopende begroting konden worden opgelost, bijvoorbeeld de maatschappelijke opvang en Funx radio. Kortom, als wij creatief zijn met lopende zaken en bestaande potjes, is er veel mogelijk. Ik heb er vertrouwen in dat er voor de Voorjaarsnota een ombuiging zal plaatsvinden.
Ombuigingen zijn dus noodzakelijk en daarom heeft het ons verbaasd dat een voorstel als de verbouw en renovatie van de GG & GD uiteindelijk zo makkelijk en zonder enige discussie in de gemeenteraad tot ons is gekomen. Wij hebben een motie daarover ingediend, die natuurlijk een negatief preadvies heeft gekregen. Wij vinden nog steeds, zeker na de toelichting in de commissie, dat het nodig is gezamenlijk een afweging te maken over de herhuisvesting. Wij komen dus met een herziene motie, waarin wij zeggen dat geld niet aan andere dingen te willen besteden. Wij vragen daarvan een voorziening te maken en vragen het College daarop in de raadscommissie terug te komen, juist omdat wij het eens zijn met het College dat dit soort grote investeringen goed bekeken moet worden.
Een aantal punten is naar ons gevoel onontkoombaar, bijvoorbeeld het afmaken van ingezet beleid bij de Hortus en Artis, of noodzakelijk omdat er anders iets wordt afgebroken terwijl wij dat niet willen, zoals het Rozentheater, of anderszins gewenst. Daarvoor komen nu allerlei dekkingen die door het College in eerste termijn verder worden besproken, zoals de bibliotheek. Ik hoop dat de wethouder nog een keer ingaat op de kwestie van Carré en het Muziektheater en de mogelijkheden die dit biedt als dekkingsbron. Dat betekent wel dat wij een aantal moties die wij in een eerder stadium hebben ingediend nu gewijzigd indienen.
Als je iets wilt veranderen, moet elke partij afwegen waar op dit moment binnen de door het College voorgestelde gelden de prioriteiten liggen. Een van de grote prioriteiten voor ons is de Hortus. Daarvoor ligt ook een motie op tafel. Een van de prioriteiten die wij net iets minder belangrijk vinden, is de marathon. Daarvoor staat 200.000 euro structureel in de begroting. Het College preludeert er al op dat dat niet nodig zal zijn, omdat men ervan uitgaat dat er wel sponsors komen. Er ligt ook een motie van de PvdA op dit punt. Wij kiezen voor de Hortus. De motie daarover zullen wij wijzigen in een motie met twee varianten, te weten een met als dekking de marathon, en een met als dekking temporisering van de huisstijl.
Ik loop vervolgens de moties langs.
Motie nr. 689 over versterking van het groen was bedoeld om samen met ontwikkelaars en investeerders creatief te kijken naar het doel, dat door iedereen wordt ondersteund. Als men verstedelijkt, moet men de kwaliteit van het groen verhogen en kijken welke financieringsmogelijkheden daarvoor zijn. Wij trekken deze motie in, maar komen erop terug in een notitie.
Amendement nr. 690 over de Hortus wordt gewijzigd in accent A en B, dus twee varianten.
Motie nr. 691 heeft een positief preadvies gekregen, waarmee wij gelukkig zijn.
Amendement nr. 692 over de ESF-subsidie. In het preadvies zegt het College dat het vooruit loopt op het rekeningoverschot, want als het geld niet nodig blijkt te zijn, komt het terug bij de rekening. Normaal gesproken is dat ook zo, maar wij hebben wethouder Oudkerk duidelijk horen zeggen dat hij kan garanderen dat zeker tachtig procent wordt binnengehaald. Vandaar dat wij uitgaan van een lagere subsidie en geen aanleiding zien het amendement in te trekken.

(Wethouder OUDKERK: Ik heb daarbij ook gezegd dat het pas zeker is als het in de beurs van de gemeente zit en dat is pas in het jaar 2004. Dat soort onzekerheden moet men niet inbouwen in een valide begroting.)
Dan heeft wethouder Oudkerk ons toch op het verkeerde been gezet, omdat hij in zijn eigen betoog de zekerheden en onzekerheden wat door elkaar heeft gehaald.

(Wethouder OUDKERK: Nee. Ik ben ervan overtuigd dat wij dat geld krijgen, maar daarop moet men niet vooruitlopen.)
De vraag is hoe hoog de voorziening moet zijn om dat risico tegemoet te komen. Wij denken dat een lagere voorziening kan. Wij zullen zien hoe het uitpakt.
Amendement nr. 694 over de GG&GD wordt gewijzigd in nr. 876. Wij vinden het belangrijk dat het Huis van de Dans er komt, dus dat deze Raad ook uitspreekt, dat wij er 2 miljoen euro voor over hebben. Het geld hoeft pas in 2005 beschikbaar te zijn. Wij stellen voor nu te besluiten dat wij het gaan doen en afspreken dat het wordt geregeld in de Voorjaarsnota 2003 of bij de volgende begroting. Ik weet dat de dekking niet de mooiste is, maar wij vinden dat het wel moet gebeuren. Wij zoeken naar een oplossing en hopen dat het College positief meedenkt.
Dat geldt ook voor amendement nr. 696 over het Rozentheater, want die was ook ten laste van de GG & GD gebracht. Dat geld valt wat ons betreft niet vrij, maar wij hebben wel een nieuwe dekking. Wij vinden dat ook de Gemeenteraad moet kijken naar zijn eigen budget. In de begroting hebben wij een structurele prioriteit opgenomen in het kader van de Wet Dualisering, waaronder een onderzoeksbudget voor de Raad van ongeveer 700.000 euro. Dat hadden wij dit jaar ook en daarvan hebben wij geen cent gebruikt en dat valt nu vrij. Als Raad moeten wij die verantwoordelijkheid kunnen dragen om dat voor 500.000 structureel in de begroting op te nemen. Wij stellen voor 200.000 euro structureel te gebruiken als financiering, als kapitaalslasten voor een investering van ongeveer 2 miljoen euro in het Rozentheater. Men moet in 2003 verbouwen, omdat de sponsors anders de subsidie intrekken en daarmee ook de lijn die wij in het Kunstenplan hebben afgesproken wordt afgebroken.
Motie nr. 693 over keuzevrijheid aanmelding meerdere scholen. Deze motie wordt ook gewijzigd, aangezien dit volgens ons moet worden betrokken bij het door wethouder Oudkerk op te richten consumentenplatform voor ouders en leerlingen. Wij geven daarvoor ook een dekking en vinden dan ook dat het onderwerp inschrijving of aanmelding op scholen bij dat consumentenplatform betrokken moet worden.

De motie-Manuel c.s. (nr. 689), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Manuel c.s. (nr. 690), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat zijn ingekomen:
40°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Manuel, Dalm en Kalt inzake de Hortus Botanicus (Gemeenteblad afd. 1, nr. 690A).
41°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Manuel, Dalm en Kalt inzake de Hortus Botanicus (Gemeenteblad afd. 1, nr. 690B).

De moties worden voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Bruines (nr. 694), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
42°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Bruines inzake het hoofdgebouw van de GG&GD (Gemeenteblad afd. 1, nr. 876).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Bruines (nr. 696), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
43°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Bruines inzake het Rozentheater (Gemeenteblad afd. 1, nr. 878).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Zafer Yurdakul c.s. (nr. 693), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
44°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden Zafer Yurdakul en Bruines inzake een inschrijvingsprocedure voor middelbare scholen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 875).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De heer H.H.G. BAKKER: Mijnheer de Voorzitter. Het is ons opgevallen dat in de begroting veel zaken aan bod komen, maar dat daarin weinig staat over de veiligheid. Ons amendement nr. 633 betreffende veiligheid handhaven wij dan ook. Wij vinden dat daaraan meer aandacht en geld moet worden besteed. Ook over het bezuinigen dienen wij een motie in. Als er 150 vellen papier opnieuw worden gedrukt voor één motie, denken wij dat de bezuinigingen nog wel ergens anders zijn te halen.
Ook ons amendement nr. 632 over Artis handhaven wij, maar wijzigen de dekking. Wij doen een beroep op wethouder Oudkerk die in de commissie heeft aangegeven dat hij op zoek wil naar een dekking.
Motie nr. 705 over de volkstuinen handhaven wij, niet alleen omdat deze de groene oren van Amsterdam zijn, maar ook vanwege hun historische waarde.
Motie nr. 706 inzake het voorstel woningbouw te realiseren op het Ceresterrein. Aangezien wij het goede nieuws van de wethouder hebben vernomen dat in januari de eerste container daar binnenkomt, hebben wij besloten onze motie in te trekken en met blijde verwachting te wachten op het eerste containerschip.
Motie nr. 745 over het tegengaan van de sloop van het Andreasziekenhuis zullen wij handhaven.
De motie nr. 639 over het onderzoek naar de vermindering van het aantal stadsdelen handhaven wij eveneens. Uit de bevindingen van de Rekeningcommissie is gebleken dat sommige zaken voor stadsdelen te grootschalig zijn. Onlangs is gebleken dat onder andere in stadsdeel Westerpark de sanering van het terrein van de Westergasfabriek boven de pet van dit stadsdeel gaat. Wij willen kijken of door middel van fusies van stadsdelen de draagkracht wel voldoende is om dat te kunnen behandelen.

Het amendement-H. Bakker c.s. (nr. 632), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
45°
Amendement van 18 december 2002 van de raadsleden H. Bakker en H.H.G. Bakker inzake een eenmalige donatie aan Artis (Gemeenteblad afd. 1, nr. 850).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-H. Bakker c.s. (nr. 706), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Mevr. KALT: Mijnheer de Voorzitter. In heb het vervelend gevonden dat in de begroting 2003 niet goed met argumenten is aangegeven waarom sommige posten verhoogd zijn en andere verdwenen of verlaagd. Wij zitten hier om politieke keuzes te maken en als ik niet weet waarom het College iets wil, kan ik ook niet zeggen of ik het daarmee eens ben. Als het College het eens is met een bepaalde motie, maar deze afwijst omdat de dekking niet juist is, vind ik dat ook het College moet zoeken naar een dekking. Ik heb gezien dat wethouder Dales 100 miljoen wil bezuinigen. Hij noemt dat ombuigen met de kaasschaaf. Ik heb iets tegen de term ombuigen, het is gewoon bezuinigen.

(Wethouder DALES: Ik heb juist gezegd `ombuigen zonder de kaasschaaf'. Bezuinigen doe je als je een gat in de begroting hebt. Dat hebben wij nog niet en dan moet je ombuigen om nieuwe dingen mogelijk te maken die je anders niet kunt doen.)
Ik noem dat bezuinigen en ombuigen vind ik niet duidelijk.
De slechte economische situatie die met veel dramatiek overal wordt neergelegd, kun je ook zien als een dip in de economie op langere termijn. Ik ben het er niet mee eens dat deze dip gebruikt wordt om zaken die het College graag wil doordrukken en voornemens van de Raad onmogelijk te verklaren met het antwoord dat er geen geld is.
De laatste jaren waren wij kennelijk zo rijk dat allerlei brochures werden gemaakt uit het potje communicatie. Die kleurige brochures zijn duur en ik denk dat wethouder Dales daar kan bezuinigen. Doe het maar weer op gewoon papier.
Verder is er ook nog een soort actie van het Havenbedrijf. Het zijn spotjes en grote posters in de stad waarvan ik niet begrijp waar het toe dient behalve om het eigen image wat op te kloppen. Niemand gaat iets bij het Havenbedrijf bestellen.
Bovendien ontvangen wij met kerst vreemde cadeautjes. Een band waarvan ik niet weet wat ik ermee moet doen, behalve iemand aan zijn stoel vastbinden.

(Wethouder STADIG: Dat is een kofferriem, die voorkomt dat uw koffer in het vliegtuig openspringt.)
Ik heb een koffer met goede sloten. Het zijn `onzin-dingen'.

(Wethouder STADIG: Er wordt ruw omgegaan met uw koffertje.)
Dat valt reuze mee en meestal houd ik mijn eigen koffertje zelf vast.

(De heer H.H.G. BAKKER: Er kan ook mee worden bedoeld dat u een beetje moet inbinden.)
Dat heeft wel wat geestigs. Die cadeautjes gaan wel van de winst van het Havenbedrijf af en het komt niet hier op de rekening zodat er weer leuke dingen van hadden kunnen worden gedaan. Ik vraag de wethouder die daarover gaat op dat soort dure onzin-grappen te letten.

(Mevr. VAN OUDENALLEN : Heeft u het teruggestuurd?)
Daaraan ben ik nog niet toegekomen.
Ik zal niet ingaan op een aantal moties die wij met andere partijen hebben ondertekend.
Over amendement nr. 640 inzake het `wegdoen' van de grote dieren in Artis, omdat wij het zielig vinden dat zij daar in hokken zitten, heb ik een intiem gesprek gehad met de directeur van Artis. Hij zegt dat hij dat allang doet. Maar er zit ook een wetenschappelijke kant aan, dierentuinen werken samen. Dit amendement trekken wij in.
Amendement nr. 655 over allianties uit het Kunstenplan. In de commissie is gezegd dat het beter is deze uit te stellen tot 2003 en uit de flexibele ruimte daarvoor geld te reserveren. Ik vind dat een goed idee omdat het over een niet te groot bedrag gaat. Ik beschouw dit wel als een toezegging van de andere fracties dat zij daarop positief reageren. Dit amendement trek ik dus ook in.
Amendement nr. 656 over de binnentuinen heb ik gewijzigd.
Over amendement nr. 657 over de compensatie in boomjaren van omgekapte bomen heeft de wethouder gezegd dat wij dat idee samen uitwerken. Ik verheug mij daarop. Deze week zag ik in een blad dat de stad Enschede een prijs heeft gewonnen omdat men oude bomen in het bestemmingsplan neerzet. Jammer genoeg was dat een idee dat ik vorig jaar al had en waarover ik ook een motie heb ingediend voor de binnenstad. Die motie heeft het wel gehaald, maar helaas waren net alle bestemmingsplannen voor de binnenstad klaar, dus bij de wijzigingen zullen die bomen erin komen. Als wij dat nu eerder hadden gedaan, hadden wij een prijs gehad.

(De heer H. BAKKER: Wij zijn ook twee oude bomen in de Raad. Dus wij krijgen misschien ook wel subsidie.)
Dan krijgen wij een mooie cirkel in het bestemmingsplan. Wij trekken het amendement in.
Het amendement nr. 658 over het Cosmictheater heb ik veranderd en die handhaaf ik.
Amendement nr. 659 over de Wibautas trekken wij in ten gunste van die van de fractie van de PvdA. Wij sluiten ons aan bij motie nr. 702.
Amendement nr. 660, project Zoeklicht versus zeecontainers, trekken wij in omdat mijn zoveelste poging om het Zoeklicht te saboteren weer is mislukt. Ik heb veel succes bij wethouder Stadig met het wonen in zeecontainers. Hij heeft in het plan zelfs nog mooiere containers dan ik.
Amendement nr. 661 over de parkeervoorzieningen op de Zuidas wijzig ik. In het preadvies stond dat juist op de Zuidas veel parkeergelegenheid is en dat dit dus beter op andere plekken van de A10 kan worden gerealiseerd.
Het amendement over de fietslessen heb ik ook gewijzigd. Ik heb niet een goed antwoord van wethouder Van der Horst ontvangen, dus ik verheug mij op het nieuwe antwoord.
De veerverbinding Java-eiland, nr. 663, is aangenomen, dus die handhaven wij.
Amendement nr. 748 over het cameratoezicht heb ik veranderd door het geld voor cameratoezicht in te zetten voor stadswachten.

Het amendement-Kalt (nr. 640), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Kalt (nr. 655), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Kalt (nr. 656), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
46°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Kalt inzake binnentuinen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 859).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Kalt (nr. 657), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
47°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Kalt inzake compensatie in boomjaren van omgekapte bomen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 860).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Kalt (nr. 658), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
48°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Kalt inzake het Cosmictheater (Gemeenteblad afd. 1, nr. 858).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Kalt (nr. 659), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Kalt (nr. 660), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Kalt (nr. 661), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
49°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Kalt inzake P+R-voorzieningen langs de A10 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 860).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Kalt (nr. 662), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
50°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Kalt inzake fietslessen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 861).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Kalt (nr. 748), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
51°
Amendement van 18 december 2002 van het raadslid Kalt inzake stadswachten (Gemeenteblad afd. 1, nr. 906).

Het amendement wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Mevr. VAN OUDENALLEN: Mijnheer de Voorzitter. Het was prettig te merken dat diverse fracties ideeën over de mobiliteit hebben overgenomen. Ook viel op dat moties van het stadsdeel Amsterdam-Centrum hier horen en omgekeerd. Opvallend is te zien dat binnen de grotere fracties mensen aan hun lot worden overgelaten en dat ze iets indienen zonder dat er contact over is opgenomen. Dan kan ik mij voorstellen wat wethouder Dales heeft gezegd, maar de rest wat hij erover heeft gezegd, vind ik onzin. Wij doen namelijk ons best ideeën in te brengen en daarvoor ook geld te vinden.
Ik vind het schandalig hoe met de motie over de slavernij is omgegaan. De PvdA heeft in de commissie de indruk gewekt de motie terug te nemen ten gunste van de SP en ik vind dat zij dat alsnog moet doen. De fractie van de SP is daarmee al vier jaar bezig. De PvdA komt aanslingeren en krijgt ook nog voorrang terwijl er een andere motie voorlag.
Een van de moties waarmee wij het moeilijk hadden, is het ondersteunen van het Milieucentrum. Het is goed dat het nu is ondersteund, maar het is niet goed dat stichtingen zo veel geld van de gemeente krijgen, dat zij mensen in dienst kunnen nemen terwijl het een onafhankelijke instelling is die de gemeente adviseert. Wij wijzen van de hand dat daar steeds meer geld naar toe gaat om personeel van een stichting te bekostigen. Deze keer zullen wij die motie wel steunen omdat de gemeente schandalig met een partij is omgegaan.
Amendement nr. 735 over parkeergarage Artis hebben wij ingetrokken omdat het niet binnen de bevoegdheid van de Gemeenteraad ligt.
Amendement nr. 736 over de boswachter willen wij wel intrekken, maar wij hopen niet dat er straks allerlei dingen gebeuren. Dan hebben wij een mooi bos en kunnen wij weer niet handhaven. Wij konden geen budget vinden en de wethouder ook niet, maar wij hopen dat toch wordt nagegaan of er wachters kunnen worden ingezet. Wij trekken hem dus in omdat wij geen goede dekking hebben.
Amendement nr. 734 over openbare ruimte zullen wij in gewijzigde vorm indienen. Een dakloze zei dat alles goed geregeld is, maar er is tussen 20.00 en 01.00 uur geen opvang en als het opvanghuis vol is moet hij in de bosjes zijn behoefte doen. Ik verzoek dringend na te gaan of daarvoor een oplossing is.
Met amendement nr. 737 over het hergebruik van invalidenwagentjes kwamen wij op nr. 5 met stip in Het Parool, want de wethouder begrijpt nu wat wij bedoelden en wil een onderzoek doen. Dus dat amendement blijft staan.
Motie nr. 738 over PR-impuls Amsterdamse haven. Ik ben blij dat er is gezien is dat er wat aan de PR is gedaan, want wij maakten ons zorgen. Wij willen wel een evaluatie wat er gedaan is en wat het resultaat is.
Motie nr. 739 over de blauwe zones heeft een positief advies. De wethouder begrijpt nu wat wij hebben bedoeld met motie nr. 740 dat de gemeentelijke bedrijven garages of terreinen hebben die voor het publiek toegank elijk zouden kunnen zijn. Als hij een onderzoek doet, kunnen de stadsdelen daarop voortborduren. Wij willen alleen weten wat wij kunnen aandragen. Bij het overleg van de stadsdeelvoorzitters ? waar overigens vijf van de negen fracties door afwezigheid `blunderden' ? kwamen wij erachter dat zij zeiden dat het bij de Ge meenteraad ligt. Dus `geven jullie de voorzetjes, dan maken wij die af'. Graag de hulp van de wethouder.

(Wethouder VAN DER HORST: Kunt u dat beter aangeven? Wie moet ik afmaken?)
Ik bedoel dat, als de wethouder bepaalde onderzoeken doet, zij dat kunnen afmaken. De motie blijft gehandhaafd.
Motie nr. 741 blijft in gewijzigde vorm gehandhaafd.
Motie nr. 742 hebben wij zo gewijzigd dat hij niet anders dan kan worden aangenomen.
Motie nr. 743 over onderzoek hoogbegaafde leerlingen, trekken wij bij nader overleg in. Wij zullen een notitie daarover schrijven.
Motie nr. 744 over aantrekken divers personeel laten wij staan. Naar aanleiding van de schriftelijke vragen staat er dat het de verantwoordelijkheid is van diensten en bedrijven. Wij willen wel het resultaat zien als wij die verantwoordelijkheid daar neerleggen. De motie is in gewijzigde vorm ingediend.
Amendement nr. 733 inzake sportbeoefening hebben wij ingetrokken.

Het amendement-Van Oudenallen (nr. 735), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Van Oudenallen (nr. 736), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

Het amendement-Van Oudenallen (nr. 734), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
52°
Motie van 18 december 2002 van het raadslid Van Oudenallen inzake toiletten voor daklozen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 897).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Van Oudenallen (nr. 738), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Van Oudenallen (nr. 741), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
53°
Motie van 18 december 2002 van het raadslid Van Oudenallen inzake noodopvang aan de J.M. Coenenstraat (Gemeenteblad afd. 1, nr. 901).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Van Oudenallen (nr. 742), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
54°
Motie van 18 december 2002 van het raadslid Van Oudenallen inzake aanschaf van elektronische stemcomputers (Gemeenteblad afd. 1, nr. 902).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De motie-Van Oudenallen (nr. 743), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De motie-Van Oudenallen (nr. 744), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
55°
Motie van 18 december 2002 van het raadslid Van Oudenallen inzake diversiteit van personeel van de gemeente Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 904).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

Het amendement-Van Oudenalllen (nr. 733), ingetrokken zijnde, maakt geen onderdeel van behandeling meer uit.

6

Notitie van de raadsleden Reuten c.s. van 21 november 2002 inzake de combinotram (Gemeenteblad afd. 1, nr. 779). (Aangehouden in de raadsvergadering op woensdag 4 december 2002).

De heer REUTEN: Mijnheer de Voorzitter. De bespreking heeft in de commissie plaatsgevonden. Het was een goede bespreking, zodat wij het hier kort kunnen houden. De daar besproken reactie van het GVB op een aantal kleinere punten was duidelijk en voor ons bevredigend. Op dit moment worden de kleinere gebreken geïnventariseerd. De wethouder heeft toegezegd met een overzicht te komen van de bevoegdhedenverdeling. Hoofdpunt van meet af aan was de plaats van de conducteurcabine in de tram en de nadelige gevolgen die ook door het GVB erkend zijn, in ieder geval ook niet weerlegd. Met name de langere halteringstijd, wachten bij het instappen, verminderde kaartverkoop, dus problemen bij de exploitatie, het toegenomen `glippen' door het minder goed overzicht van de conducteur. Dat betekent afnemende veiligheid in de tram en problemen bij uitoefenen van de functie. Op die punten was het antwoord van de wethouder niet bevredigend. Wij dienen een motie in, mede namens de heer Flos en mevr. Dalm.

(De heer H.H.G. BAKKER: Het zou leuk geweest zijn als u ons benaderd had, want dit agendapunt komt volgens mij bij ons uit de commissie.)
De heer Bakker heeft alle gelegenheid gehad de motie te ondertekenen. Ik nodig hem uit de motie te steunen.

(De heer H.H.G. BAKKER: Dan heeft u het waarschijnlijk naar het verkeerde adres gestuurd.)

De VOORZITTER deelt mede dat is ingekomen:
56°
Motie van 18 december 2002 van de raadsleden Reuten, Flos en Dalm inzake de Combino (Gemeenteblad afd. 1, nr. 836).

De motie wordt voldoende ondersteund en terstond in behandeling genomen.

De heer FLOS: Mijnheer de Voorzitter. Inhoudelijk heeft de PvdA een punt gehad met de notitie dat er in de praktijk problemen zijn met de Combino. Wij zijn nadrukkelijk voor het houden van de bevoegdheden zoals deze zijn. Wel moet er meer duidelijkheid over de bevoegdheden komen. De wethouder komt nog met een notitie. Wij vinden dat de motie recht doet aan de verantwoordelijkheidsverdeling. Wij hebben de indruk dat het GVB niet optimaal heeft gereageerd op klachten van de rijksconsulent. Wij vinden dat recht moet worden gedaan aan de klachten die de klant heeft. Wij hopen dat de wethouder positief reageert op de motie die wij mede hebben ondertekend.

De heer J.L. BAKKER: Mijnheer de Voorzitter. Mijn buurman beweert dat hij aan het piepen van de tram kan horen hoeveel graden het vriest. Helaas heeft hij ook aan de Combino een goede. Zo zijn er nog wel meer gebreken, zodat ik mij afvroeg: hebben wij als Raad zitten suffen en een miskoop gedaan? Maar laten wij sleutelen wat er te sleutelen valt. Wij steunen de motie van de fractie van de PvdA. Voormalig wethouder Ter Horst heeft de SP regelmatig vinnig op de vingers getikt over de in haar ogen wat te innige bemoeienissen van onze fractie met het GVB. Klaarblijkelijk zijn wat dat betreft de bakens verzet.

De heer MANUEL: Mijnheer de Voorzitter. De raadsactualiteit kan een aanvulling zijn voor de Gemeenteraad in het duale bestel, maar het is wel een instrument waarmee wij serieus en zorgvuldig dienen om te gaan. Niet ieder schoolreisje van de PvdA-fractie levert een raadsactualiteit op. De notitie inzake de Combino is daarvan een voorbeeld. Het GVB is momenteel weliswaar niet verzelfstandigd, maar wij moeten het management nu ook niet voor de voeten lopen. Het GVB heeft de vragen van de PvdA-fractie adequaat beantwoord. Wij vinden de voorliggende motie overbodig. Laat de heer Reuten zich anders buigen over het programma van eisen bij de concessieverlening. Dat is wat de mensen wel interesseert, hoe vaak rijdt mijn tram en waar stopt hij?

(De heer REUTEN: Waarom was de heer Manuel niet aanwezig bij de zinnige discussie die wij met het GVB en de wethouder hebben gehad in de commissie en waar wij allerlei punten uitgebreid hebben besproken?)
Omdat ik buiten mijn raadswerk ook nog andere dingen doe.

(De heer REUTEN: Vindt u het niet vreemd in de raadsvergadering waar wij een korte bespreking willen houden ons initiatief als schoolreisje af te doen en te zeggen dat ik maar wat anders moet gaan doen?)
Ik geef de heer Reuten een tip en ik mag toch mijn eigen woorden kiezen?
Het laatste is iets waarover wij als opdrachtgever aan het GVB wel een zinnige discussie kunnen voeren en bij die discussie was de heer Reuten volgens mij niet aanwezig, aangezien hij niet niet in die commissie zit.

Mevr. KALT: Mijnheer de Voorzitter. Ik heb een wens ten aanzien van de Combino. Misschien is het een aardig idee fietsen te vervoeren op het achterbalkon. Kan dat bij de verbeteringen meteen worden meegenomen?

Wethouder mevr. MAIJ: Mijnheer de Voorzitter. Om te beginnen was er een vraag over de bevoegdheidsverdeling. Sinds gisteren is het lijstje in het College aangenomen. Wij weten in ieder geval zelf wie wat doet. Dat zal ik de Raad toesturen.
Er wordt gevraagd of het mogelijk is het hokje te verplaatsen. Het is niet mogelijk de conducteurcabine te wijzigen. Het is technisch niet mogelijk deze achterin de tram te plaatsen. Dat komt door de vloerconstructie en de wielkasten in relatie overigens met ergonomische en ARBO-eisen die aan de conducteurcabine worden gesteld. De huidige plek is gekozen na een uitgebreide discussie met alle partijen. Er is ook besloten een mock-up op de hoofdwerkplaats tram in Diemen te plaatsen, waar iedereen is geweest, inclusief raadsleden en wethouders om te zien hoe die plek in de tram was. Daarna is er een besluit genomen. Ook de overige inrichting is tot stand gekomen in overleg met het personeel. Als het mogelijk is die cabine een andere plek te geven in de tram, betekent het dat de volledige dakconstructie moet worden gewijzigd, want daar zit allerlei apparatuur in.

(De heer REUTEN: U heeft al verteld waarom het niet kan. Maar het gaat ons erom dat de nadelige gevolgen van die plek worden erkend door het GVB en dat wij daaraan tenminste iets doen.)
Ja, maar de eerste vraag is of het mogelijk is om in combinatie met het oplossen van de reeds bekende technische problemen en de door het GVB zelf geïnventariseerde punten verbeteringen in de inrichting en in met name het hokje door te voeren. Ik zeg dus dat dat niet mogelijk is.

(De heer REUTEN: Er zijn veel zaken denkbaar om daaraan iets te doen. Daarbij hoort ook verplaatsing van het hokje. Laten wij de mogelijkheden met elkaar bekijken.)
Dat ben ik met de heer Reuten eens. Dat wilde ik zojuist zeggen. Ik zal hem dat ook schriftelijk doen toekomen. Inmiddels is al iets aan de voorlichting gedaan en ook aan de geleidestangen. Dat heeft tot gevolg dat de doorloop wordt vergroot. Er wordt nog gekeken naar de rijtijden. Ik zal de heer Reuten een uitgebreid onderzoek doen toekomen.

(De heer H.H.G. BAKKER: Ik heb begrepen dat die ingang veel problemen oplevert. Zou het niet goed zijn te kunnen betalen met de chipknip.)

(De VOORZITTER: Dat is een betoog. Dat moet u in tweede termijn doen.)
De laatste vraag die de heer Reuten in zijn motie aangeeft, wordt ook moeilijk, omdat wanneer je deze hele tram opnieuw zou aanpassen op de door hem voorgestelde grootse wijze je eigenlijk een nieuw ontwerp moet maken en een nieuwe tram moet bestellen. Ook dat zullen wij de heer Reuten uitgebreider doen toekomen. Het is een continu proces. Men is bezig met grote en kleine aanpassingen op basis van de inventarisatie. Dat heb ik in de commissie ook aangegeven. Met het aannemen van deze motie heb ik geen probleem.

Aan de orde is de stemming over de motie.

De heer MANUEL (stemmotivering): Wij zullen tegen de motie stemmen omdat wij die overbodig vinden.
Mevr. SPEE-ROUPPE VAN DER VOORT: Wij vinden deze motie eigenlijk overbodig. Dit is typisch een uitvoeringstechnische zaak voor het GVB, dat ook al bezig is met het inventariseren van de bestaande problemen. Op de punten I en II van het besluit is de wethouder al ingegaan. Daarmee blijft punt III over. De reden dat wij de motie toch zullen steunen is het feit dat wij dit als signaleringsfunctie tegenover het GVB wel nuttig vinden, zeker omdat dit belangrijk is voor de klant.
De heer H.H.G. BAKKER: Leefbaar Amsterdam zal deze motie ook steunen omdat wij deze zaak in de commissie al hadden aangekaart. Wij hadden het zelf niet beter op papier kunnen zetten. Ik dank de heer Reuten daarvoor.

De motie-Reuten c.s. (nr. 836) wordt bij zitten en opstaan aangenomen.

De VOORZITTER constateert, dat van de bij de stemming aanwezige raadsleden de leden Bruines, Manuel en Zafer Yurdakul zich tegen de motie hebben verklaard.

De notitie wordt voor kennisgeving aangenomen.

8

Voordracht van Burgemeester en Wethouders van 5 december 2002 tot vaststelling van de Verordening op de fractieondersteuning (Gemeenteblad afd. 1, nr. 803).

Mevr. BRUINES: Mijnheer de Voorzitter. Er ligt nu een verordening over de fractie-ondersteuning. Deze is behoorlijk afgezwakt. Zaken als hoe om te gaan met vergaderzalen, kopiëren, wat wel en niet met de stadhuispost verzenden enzovoorts zijn niet geregeld. Wij vragen het College daarover iets af te spreken.

De VOORZITTER: Mevr. Bruines heeft gelijk. Op geleide van de griffie moeten deze punten worden bekeken.

De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt mitsdien het besluit, vermeld op blz. 3561 van afd. 1 van het Gemeenteblad.

15

Voordracht van Burgemeester en Wethouders van 5 december 2002 tot wijziging van de Verordening Hondenbelasting 1999 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 810).

De heer H.H.G. BAKKER: Mijnheer de Voorzitter. Onze vragen hebben wij ingetrokken en toegevoegd aan de begroting.

De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de Raad neemt mitsdien het besluit, vermeld op blz. 3585 van afd. 1 van het Gemeenteblad.

De vergadering wordt geschorst van 16.20 tot 19.30 uur.