Bron : Raad
Onderwerp : Vijfde voorbereidingskrediet Noord-Zuidlijn.
Portefeuille : Wethouder Verkeer, Vervoer en Infrastruc
Afd./Pol. partij : Ruimtelijke Ontwikkeling Infrastructuur en Beheer
Indicateur nr. : 98/25/29
Datum Raad : 24-06-98
Comm. van Advies : Verkeer, Vervoer, Infrastructuur en Sociale Zaken
Datum CvA : 17-06-98
Datum B&W : 02-06-98
Datum publikatie : 11-06-98
Gemeenteblad nr. : 316
Nr. 316.
Vijfde voorbereidingskrediet Noord-Zuidlijn.
Amsterdam, 11 juni 1998.
Aan de Gemeenteraad
Het benodigde werkkapitaal voor 1998 voor de Noord-Zuidlijn is
geraamd op 34,2 miljoen gulden. Op basis van een risicoanalyse
van de voorbereidingskosten is bij uw besluit van 4 februari
1998, nr. 44, besloten, een vierde voorbereidingskrediet van
16,5 miljoen gulden beschikbaar te stellen voor de eerste zes
maanden van 1998. Een belangrijke overweging van het gemeente-
bestuur daarbij was dat in deze periode van zes maanden nader
inzicht zal worden verkregen omtrent de wijze waarop de rijks-
financiering van de Noord-Zuidlijn door de minister van Ver-
keer en Waterstaat zal geschieden.
In haar brief van 23 april 1998 heeft de minister van Verkeer
en Waterstaat toegezegd, een deel de gereserveerde extra FES-
gelden (FES = Fonds Economische Structuurverstrekking) te
bestemmen voor de aanleg van de Noord-Zuidlijn om vertraging
bij de aanleg te voorkomen.
Het moment waarop een subsidieaanvraag van Amsterdam door de
minister gehonoreerd kan worden voor de Noord-Zuidlijn, wordt
verwacht vóór 31 december 1998. Deze ministeriële beschikking
zal samen met de eigen bijdrage de dekking zijn voor het nog
door uw Vergadering beschikbaar te stellen uitvoeringskre-
diet. De detaillering van dit uitvoeringskrediet per periode
of per deel van het werk moet nog in nader overleg met de
sector Concern van de Bestuursdienst, afdeling Financiën,
worden bepaald.
De financiële stand van zaken.
Tot juli 1998 zijn vier voorbereidingskredieten aan het ge-
meentebestuur gevraagd van totaal 102,6 miljoen gulden, res-
pectievelijk 11,1 miljoen voor 1994, 50 miljoen voor de jaren
1995 en 1996, 25 miljoen voor 1997 en 16,5 miljoen voor de
eerste helft van 1998.
De minister van Verkeer en Waterstaat heeft in maart 1996 het
subsidiekader gewijzigd, waardoor Amsterdam de mogelijkheid
heeft een rijksbijdrage te krijgen voor de voorbereidings-
kosten van 50%. De gemeente Amsterdam heeft op 19 december
1996 een eerste beschikking ontvangen van 25 miljoen gulden,
die de uitgaven dekken voor 50% van de voorbereidingskosten
tot 1 juli 1997. In november 1997 is via het Regionaal orgaan
Amsterdam (ROA) een suppletoire subsidieaanvraag ingediend van
18,05 miljoen gulden ter dekking van de voorbereidingskosten
tot en met 1997.
Een tweede suppletoire subsidieaanvraag is opgesteld nu weer
rijksgelden beschikbaar zijn van 17 miljoen gulden ter dekking
van de voorbereidingskosten van 1998 en zal via het ROA op 7
mei 1998 worden verstuurd.
Het risico met betrekking tot het ongedekte deel van de voor-
bereidingskosten dat de gemeente Amsterdam loopt op het moment
waarop de beschikking wordt afgegeven, wordt gedekt in de
voorziening algemene exploitatierisico's. Dit risico wordt
kleiner door de beschikking op eerste en tweede suppletoire
aanvraag van de rijksbijdrage die, nu er rijksmiddelen zijn
toegezegd, vóór de zomer 1998 kan worden verwacht.
Voorbereidingskosten 1998.
De kostenraming van de voorbereidingskosten van 1 januari 1998
tot en met 31 december 1998 is als volgt:
- engineering.................................fl16.554.000;
- onderzoeken/inventarisatie..................fl 4.545.000;
- proeven en diversen.........................fl 2.120.000;
- bezetting directie..........................fl 2.884.276;
- advieskosten, audits, projectbegeleiding....fl 4.565.000;
___________
subtotaal........................................fl30.668.276;
bij: rente.......................................fl 3.537.000;
___________
totaal...........................................fl34.205.276.
Subsidieaanvraag.
Op basis van het vastgestelde tracé door de Ferdinand Bol-
straat is de subsidieaanvraag voor de rijksbijdrage in de
voorbereidingen- en uitvoeringskosten opgesteld. De totale
aanlegkosten zijn 1996 miljoen gulden (exclusief BTW en prijs-
peil 1997). De subsidieaanvraag wordt op compleetheid door
Rijkswaterstaat Noord-Holland getoetst en vervolgens verzonden
naar het ministerie. Het ministerie zal overgaan tot het
afgeven van een subsidiebeschikking indien er geen obstakels
meer in de weg staan. Met het Ministerie van Verkeer en Water-
staat, de Bouwdienst van het Ministerie en Rijkswaterstaat
Noord-Holland wordt ter voorbereiding van het afgeven van de
subsidiebeschikking intensief overleg gepleegd. Het beschik-
kingsmoment wordt eind 1998 verwacht.
Vijfde kredietaanvraag 1998.
De kostenraming van de voorbereidingskosten van 1 januari 1998
tot en met 31 december 1998 bedraagt, inclusief rente, fl
34.205.267 (afgerond 34,2 miljoen gulden). De benodigde midde-
len zijn 16,5 miljoen gulden voor het eerste halfjaar en 17,7
miljoen gulden voor het tweede half jaar. De totale geraamde
kosten voorbereidingskosten voor de jaren 1994 tot en met 1998
bedragen fl 120.277.947 (zie de hierbij overgelegde bijlage).
Bij uw besluit van 4 februari 1998, nr. 44, is besloten, voor
de eerste zes maanden van 1998 een vierde voorbereidingskre-
diet van 16,5 miljoen gulden beschikbaar te stellen, in af-
wachting van informatie over aanvullende rijksfinanciering.
Op grond van het vorenstaande stellen wij u voor, het volgende
besluit te nemen:
De Gemeenteraad van Amsterdam,
Gezien de voordracht van Burgemeester en Wethouders van 11
juni 1998,
Besluit:
voor de voorbereidende werkzaamheden voor de tweede helft van
1998 ten behoeve van de aanleg van de Noord-Zuidlijn een
vijfde voorbereidingskrediet van 17,7 miljoen gulden beschik-
baar te stellen.
|