Bron : Raad
Onderwerp : Notitie van het raadslid Van Duijn, getiteld:
Volksinitiatief: een nieuwe toekomst voor het referendum.
Afd./Pol. partij : De Groenen
Datum Raad : 20-08-97
Besluit : om preadvies
Datum publikatie : 26-06-97
Gemeenteblad nr. : 372
Nr. 372.
Notitie van het raadslid Van Duijn, getiteld: Volksinitiatief: een
nieuwe toekomst voor het referendum.
Amsterdam, 26 juni 1997.
Aan de Gemeenteraad
Nu de opkomst bij het referendum over de Noord-Zuidlijn zo beperkt is
gebleven, vraagt dit om bezinning over de vorm van de directe
volksraadpleging.
Het is duidelijk dat de kiezers niet worden aangelokt door een correctief
referendum waarvan de uitslag in correctieve zin alleen geldt, als toepassing
wordt gegeven aan de regel dat de helft van het recente gemeente-
electoraat plus één moet hebben tegengestemd.
Is het referendum dood? "De instelling van de regel, dat er een
meerderheid van het gehele electoraat van de gemeenteraadsverkiezingen
nodig is die tegenstemt, staat gelijk aan het einde van het correctief
referendum", schreef de politicoloog en referendumdeskundige dr. Ph. van
Praag al onmiddellijk na de invoering van deze nieuwe regel (Het Parool
van 3 september 1996). Voorlopig wijst alles erop, dat dit een vooruitziend
oordeel geweest is, temeer nu uw Vergadering ook al het toegezegde
referendum over Ruigoord heeft laten vallen.
Ondergetekende wil met de volgende beschouwing een aanzet geven tot een
evaluatie van het correctief referendum, zodanig dat daaruit een creatieve
voortzetting van de Amsterdamse referendumpraktijk mogelijk wordt. Steun
daarvoor vindt ondergetekende onder meer in het pleidooi, dat het kamerlid
Rehwinkel onlangs in de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft
gehouden voor hetzelfde, nu volgende idee.
Is er een andere vorm van referendum mogelijk, waarop de logica achter de
nieuwe referendumregel geen vat heeft? De geschiedenis van het
referendum in Zwitserland kan ons daarbij de weg wijzen. Toen daar bijna
honderd jaar geleden het correctief referendum werd ingevoerd, behaalden
de tegenstanders van door de gekozen volksvertegenwoordiging genomen
besluiten successen, net als de afgelopen jaren in Amsterdam. En net als in
Amsterdam was de reactie van de overheid, dat men de opkomstdrempel
ging verhogen, zodat het correctief referendum in een impasse kwam. Dat
Zwitserland toch het referendumland bij uitstek is geworden, komt door de
doorbraak van het volksinitiatief, de derde en misschien meest belovende
vorm van directe volksraadpleging.
De eerste vorm van referendum die in ons land in praktijk is gebracht, is
het consultatieve referendum, waarbij de lokale overheid het initiatief nam
om de bevolking te raadplegen over twee alternatieven. De
staatscommissie-Biesheuvel (1986) heeft deze vorm van referendum in
overeenstemming met de Grondwet geacht.
Daarna is het correctief referendum beproefd. Daarbij gaat het om een
initiatief van de burgers tegen een genomen overheidsbesluit, waarbij de
gemeenteraad dit initiatief onder bepaalde condities (voldoende
handtekeningen) overneemt.
Het volksinitiatief is niet gericht tegen een van bovenaf genomen besluit,
maar gericht op aanvaarding van een voorstel van burgers door de burgers.
Het negatieve aspect van het correctief referendum ("alleen maar nee
zeggen"), dat door sommige raadsleden en door Burgemeester Patijn is
bekritiseerd, ontbreekt. Het volksinitiatief gaat uit van een positief voorstel
van burgers. Ook het volksinitiatief kan uitmonden in een geldig besluit: als
de gemeenteraad het overneemt en als de partijen verklaren, dat ze zich
zullen houden aan de uitslag.
Invoering van het volksinitiatief op lokaal niveau zou het referendum, als
middel om de betrokkenheid van de burgers bij de politiek te vergroten en
om de democratische legitimiteit van het stadsbestuur te versterken, een
nieuwe stimulans kunnen geven. Minister Dijkstal van Binnenlandse Zaken
deed in februari 1997 in zijn wetsontwerp betreffende de invoering van het
correctief wetgevingsreferendum (onder zeer beperkende voorwaarden,
zoals de vereiste van 600.000 handtekeningen) het volksinitiatief af met de
opmerking "dat dit instrument veronderstelt dat de wetgever in wezenlijke
mate voorbijgaat aan door de bevolking gewenste maatregelen". Daarvoor
acht hij geen grond aanwezig, omdat zaken van belang "binnen de kortste
keren ook de aandacht van regering en parlement vragen".
Dit standpunt ontwijkt de realiteit, dat er wel heel vaak parlementaire
debatten zijn die aflopen met het verwerpen van een motie van een
minderheid, zonder dat de burgers dan nog de kans hebben er een
referendumonderwerp van te maken. Hebben tegenstanders van de bio-
industrie ooit de kans gehad hun opvattingen over de intensieve
varkenshouderij aan de bevolking voor te leggen? En op lokaal niveau:
hebben de voorstanders van een bouwstop buiten de bebouwde kom ooit de
gelegenheid gehad ditzelfde te doen? Of over een vliegverbod boven de
stad?
Invoering van het volksinitiatief geeft de burgers in veel hogere mate de
kans de politieke agenda te beïnvloeden en voor ademloze spanning te
zorgen. Voor de politieke partijen zal dat weer een uitdaging zijn om bij
voorbaat meer op aanrollend onweer te letten en dieper in te gaan op
wensen van kiezers, voordat zij plannen voor een volksinitiatief kunnen
krijgen.
De Zwitserse ervaringen zijn positief. Hoewel de initiatiefnemers van
bijvoorbeeld het initiatief "Die Schweiz ohne Armee" enkele jaren geleden
verloren, leverde het een intensieve discussie op over het nut van het leger.
En dat is nu juist waarom het begonnen is bij een referendum: een
bewustmakend feest van gedachtewisseling. Dus waren ook de
initiatiefnemers tevreden met het resultaat.
Het volksinitiatief zou in Amsterdam en in andere gemeenten in een
verordening moeten worden geregeld. Er zou een opkomstdrempel van 30
procent van het electoraat kunnen worden vastgesteld: lager dan die nu in
Amsterdam voor het correctief referendum geldt, omdat het bij het
volksinitiatief niet gaat om het verwerpen van een besluit van de gekozen
volksvertegenwoordiging, maar om de aanvaarding van een van onderop
aangedragen, inhoudelijk idee. Het gaat om ja-zeggen.
De kans dat de gemeente (in het geval dat haar standpunt "nee" is) zal
winnen, is bij een volksinitiatief wellicht groter dan bij een correctief
referendum. En het referendum kan momenteel geen betere dienst worden
bewezen dan dat de overheid eens zonder trucs een referendum wint.
Voorts zou het verstandig zijn een onafhankelijke volksinitiatiefcommissie
te benoemen, die helpt bij de beantwoording van de vraag, of een
volksinitiatief aan alle eisen voldoet; ook om aantasting van kwetsbare
groepen buiten de mogelijkheden van het volksinitiatief te laten. Dan daagt
een nieuwe toekomst voor het referendum.
Samenvattend verzoekt ondergetekende het College van Burgemeester en
Wethouders, een concept voor een Verordening op het Volksinitiatief, bij
wijze van preadvies op deze notitie, aan de Gemeenteraad voor te leggen,
bij voorkeur vóór de in de Gemeenteraad te houden evaluatie van het
correctief referendum.
Het lid van de Gemeenteraad,
R.H.G. van Duijn
|