Bron : Raad
Onderwerp : Interpellatieaanvrage raadslid Van Bommel inzake de financiële
aspecten van de Noord-Zuidlijn.
Afd./Pol. partij : SP
Datum Raad : 25-06-97
Datum publikatie : 23-06-97
Gemeenteblad nr. : 367
Nr. 367.
Interpellatieaanvrage raadslid Van Bommel inzake de financiële
aspecten van de Noord-Zuidlijn.
Amsterdam, 23 juni 1997.
Aan de Gemeenteraad
Op grond van art. 17 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen
van de Gemeenteraad verzoekt ondergetekende hem in de gelegenheid te
stellen in de raadsvergadering van 25/26 juni 1997 de volgende vragen tot
het College van Burgemeester en Wethouders te richten:
Inleiding.
Op woensdag 25 juni 1997 wordt er een referendum gehouden over de
aanleg van de Noord-Zuidlijn. De fractie van de SP heeft tegen die aanleg
gestemd omdat er sprake zal zijn van een verschraling van het boven-
grondse fijnmazige openbaar vervoer en omdat er sprake is van allerlei
risico's die tot op de dag van vandaag niet goed zijn in te schatten. Behalve
de verwachte vervoerswaarde moet er worden getwijfeld aan de veiligheid
van de boormethode, mogelijke overschrijdingen en de financiering vanuit
het rijk. Over dit laatste heeft de Tweede-Kamerfractie van de SP vorige
week mondelinge vragen gesteld aan de minister. Een deel van die vragen is
niet beantwoord. Hierdoor blijft het onduidelijk welk gedeelte van de
geraamde 1,95 miljard gulden door het rijk zal worden bijdragen. Om te
voorkomen dat Amsterdam op 25 juni 1997 "ja" zegt tegen een project
waarvan onduidelijk is wat de kosten voor de gemeente Amsterdam zijn, is
het noodzakelijk dat het College nog op 25 juni 1997 een antwoord op de
volgende vragen geeft.
1. Op basis van de huidige raming gaat de Noord-Zuidmetrolijn bijna
2 miljard gulden kosten. Het rijk zou 95% van de aanlegkosten moeten
betalen, de gemeente 5%. In het Meerjarenprogramma Infrastructuur en
Transport (MIT) is echter slechts 950 miljoen gulden gereserveerd, de helft
van wat nodig is. Kan het College van Burgemeester en Wethouders
aannemelijk maken dat het rijk 95% van 1,95 miljard gulden zal vergoeden
en niet 95% van een deel van dat bedrag nadat de begroting geknipt en
geschoven is? De ervaringen elders, onder meer het recent goedgekeurde
Hoogwaardig-Openbaar-Vervoer-project in Utrecht, leren immers dat er
een groot gat kan gapen tussen de financiële inzet van gemeenten en de
uiteindelijke uitkomsten van de onderhandelingen met het rijk.
2. Is het juist, dat van eventuele kostenoverschrijdingen uitsluitend de loon-
en prijsstijgingen door het rijk worden gecompenseerd? Indien dit het geval
is, hoe wil het College van Burgemeester en Wethouders andere
overschrijdingen dan financieren?
3. Er is geen praktijkervaring met de boormethode zoals die in Amsterdam
zal worden gehanteerd. Volgens deskundigen biedt de proefopstelling bij
Heinenoord geen garantie voor de Amsterdamse situatie. Welke extra
financiële voorziening wordt er getroffen om schade aan gebouwen en
eventuele uitplaatsing van bewoners te financieren?
Het lid van de Gemeenteraad,
H. van Bommel
|