Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Gemeenteblad
Raadsnotulen
R
1
Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum
25 juni 2008
Publicatiedatum
13 augustus 2008
OPENBARE VERGADERING OP WOENSDAG 25 JUNI 2008.
Aanwezig
: de leden de heer Bakker (SP), mevrouw Bergervoet (PvdA), mevrouw
Boelhouwer (SP), mevrouw Bos (PvdA), de heer Van der Burg (VVD), mevrouw Burke
(PvdA), mevrouw Buurma-Haitsma (VVD), mevrouw Van Doorninck (GL), de heer Van
Drooge (CDA), de heer Flos (VVD), mevrouw Van der Garde (PvdA), mevrouw Gazic
(PvdA), de heer Geurts (GL), de heer De Goede (GL), mevrouw Graumans (PvdA),
mevrouw Hoogerwerf (D66), de heer Ivens (SP), mevrouw Kaplan (PvdA), de heer
Limmen (CDA), mevrouw Logtenberg (PvdA), de heer Mahdi (PvdA), mevrouw Mahrach
(PvdA), de heer Manuel (D66), mevrouw Manuela (PvdA), de heer Van der Meer (GL),
mevrouw Meijer (SP), de heer Mulder (PvdA), de heer Nederveen (VVD) (vanaf 13.55
uur), de heer Olij (PvdA), mevrouw Ornstein (VVD), mevrouw Van Pinxteren (GL),
mevrouw Van der Pligt (SP), mevrouw Riem Vis (PvdA), de heer Roos (PvdA), de heer
Sajet (PvdA), mevrouw Sargentini (GL), de heer Straub (PvdA), mevrouw Ulichki (GL), de
heer Ünver (PvdA), de heer Verweij (VVD), mevrouw Willemse (PvdA), de heer De Wit
(VVD), de heer De Wolf (PvdA), de heer Van ’t Wout (VVD).
Afwezig
: mevrouw Alberts (SP).
Aanwezig:
de wethouders de heer Asscher (Financiën, Economische Zaken,
Onderwijs, Jeugdzaken en Grotestedenbeleid), mevrouw Gehrels (Kunst en Cultuur,
Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop), de heer Herrema
(Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting en Monumenten),
de heer Ossel (Zee- en Luchthaven, Armoede, Werk en Inkomen en Diversiteit), de heer
Van Poelgeest (Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT), mevrouw Vos
(Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie, Openbare Ruimte en Groen).
Afwezig:
geen der wethouders.
Middagzitting op woensdag 25 juni 2008
Voorzitter
: mr. M.J. Cohen,
burgemeester
, alsmede het raadslid de heer Nederveen,
plaatsvervangend voorzitter
.
Raadsgriffier:
mevrouw mr. M. Pe.
Verslaglegging:
Notuleerservice Nederland.
De
VOORZITTER
opent de vergadering om 13.05 uur.
De
VOORZITTER:
Ik open de vergadering van de gemeenteraad van
Amsterdam.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
2
1
Mededelingen.
De
VOORZITTER:
Ik deel u mee dat er sprake zal zijn van een vergadering van
vier dagdelen. De heer Van Poelgeest zal morgen niet aanwezig zijn in verband met de
jaarlijkse Randstad studiereis. Wethouder Gehrels en ik zelf zullen vanavond vanaf
ongeveer 21.30 uur niet hier zijn omdat dan het afscheid plaatsvindt van de directeur van
het Rijksmuseum. De heer Nederveen zal later aanwezig zijn omdat hij de raad
vertegenwoordigt bij de Raad van State. Mevrouw Alberts is afwezig.
3
Vaststelling van de agenda.
De
VOORZITTER:
Ik stel voor, eerst na te gaan welke agendapunten zonder
discussie en hoofdelijke stemming kunnen worden afgedaan. Daarna zal ik u een voorstel
doen over de blokken waarin we de vergadering zullen indelen.
2
Notulen van de raadsvergadering op 4 juni 2008.
De notulen worden goedgekeurd.
4
Mededeling van de ingekomen stukken.
De
VOORZITTER:
Er zijn geen andere voorstellen gedaan dan hier voorliggen.
Notitie van het raadslid mevrouw M.M. van der Pligt van 10 juni 2008 getiteld:
Amsterdamse Werkcentrale: hoe de SP-Amsterdam mensen uit de bijstand aan het werk
wil helpen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 282).
Besloten is, deze notitie in handen te stellen van het college van burgemeester en
wethouders om preadvies.
Een afschrift van de brief van mevrouw drs. E. Eshuis, voorzitter van de
Amsterdamse Raad voor de Stadsontwikkeling gericht aan de stadsdeelbesturen van De
Baarsjes en Oud-Zuid van 2 juni 2008 inzake conceptstrategienota Surinameplein.
Deze brief is voor kennisgeving aangenomen.
Raadsadres van een burger van 22 mei 2008 inzake maffiapraktijken binnen de
glazenwassersbranche.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Integraal

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
3
Veiligheidsbeleid, Bestuurlijk Stelsel, Bestuursdienst, Regelgeving en Handhaving,
Juridische Zaken en Communicatie.
Raadsadres van een burger van 23 mei 2008 inzake schending van de
privacywetgeving door een stadsdeelbestuurder van Oud-West in verband met de
plaatsing van een foto van een burger op zijn website.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Integraal
Veiligheidsbeleid, Bestuurlijk Stelsel, Bestuursdienst, Regelgeving en Handhaving,
Juridische Zaken en Communicatie.
Brief van de heer H.J.I.M. Rooij, hoofd van de Inspectie Openbare Orde en
Veiligheid van 21 mei 2008 inzake aanbieding van het rapport De examinering van het
brandweeronderwijs.
Dit rapport is voor kennisgeving aangenomen.
Raadsadres van de heer A.H. Vonk, namens het bestuur van de Vereniging
Comité Buurtbelang van 7 mei 2008 inzake stagnering van het verkeer op het
Buitenveldertse deel van de Amstelveenseweg ter hoogte van de afslag VUMC.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten.
Brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 27 mei 2008 inzake
aanbieding van het Regionaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit regio
Noordvleugel.
Dit programma is voor kennisgeving aangenomen.
Raadsadres van mevrouw H. Jager, namens Dierenbescherming Amsterdam van
maandag 2 juni 2008 inzake voorlichtingscampagne over het hondenpoepbeleid in
Amsterdam.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie, Openbare ruimte en
Groen.
Brief van de heer mr. H. Zeilstra, waarnemend inspecteur-generaal van de
Inspectie Werk en Inkomen van 4 juni 2008 inzake rapport Stap voor Stap door de keten
over dienstverlening aan doorlopers WW/WWB.
Dit rapport is voor kennisgeving aangenomen.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
4
10°
Raadsadres van een burger van woensdag 4 juni 2008 inzake veiligheid van
reizigers in het openbaar vervoer.
Dit raadsadres is doorgeleid naar Stadsregio Amsterdam.
11°
Raadsadres van de heer M. Cerit, bestuursvoorzitter van Cosmicus van 10 juni
2008 inzake aanvraag voor de stichting van een algemeen bijzondere basisschool in
stadsdeel De Baarsjes.
Dit raadsadres is betrokken bij agendapunt 18, vaststelling van Plan van Scholen
2009-2012.
12°
Brief van de heer drs. C.J. Kalden, directeur van Staatsbosbeheer van 1 juni 2008
inzake jaarverslag 2007 van Staatsbosbeheer.
Dit jaarverslag is voor kennisgeving aangenomen.
13°
Brief van de Raad voor het Landelijk Gebied van 5 juni 2008 inzake aanbieding
van het advies, getiteld: Groen opgroeien; advies voor meer samenhang in groen
jeugdbeleid.
Dit advies is voor kennisgeving aangenomen.
14°
Raadsadres van een burger van 21 mei 2008 inzake bouw van een nieuw
stadsdeelkantoor in Oud-West.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT.
15°
Raadsadres van de heer C. Vonk, secretaris van de Vereniging Reizigers
Openbaar Vervoer (ROVER) van 10 juni 2008 inzake aanpassingen in de infrastructuur
van het railnet.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten.
16°
Afschrift van een brief van de heer B. van Drooge, vice-president Airport KLM aan
de leden van de Tweede Kamer, Eerste Kamer en het Europees Parlement van 13 juni
2008 inzake een goed netwerk van vliegverbindingen boven Amsterdam in het kader van
het milieubeleid van de KLM.
Deze brief is voor kennisgeving aangenomen.
17°
Raadsadres van Kamer en Koophandel e.a. van 4 juni 2008 inzake actieplan
Voorrang voor een Gezonde Stad.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
5
Dit raadsadres is betrokken bij agendapunt 33, vaststelling van het actieplan
Voorrang voor een Gezonde Stad.
18°
Brief van een burger van 10 juni 2008 inzake klacht over verstrekking van
aangepaste hulpmiddelen.
Deze brief is voor kennisgeving aangenomen en tevens voor behandeling
doorgestuurd naar Dienst Zorg en Samenleving.
19°
Brief van een burger van 10 juni 2008 inzake bezwaarschrift tegen opgelegde
parkeerboete door Dienst Stadstoezicht.
Deze brief is voor kennisgeving aangenomen en tevens voor behandeling
doorgestuurd naar de Dienst Stadstoezicht.
20°
Raadsadres van de heer M.P. van Aelst, president en general manager van hotel
Okura Amsterdam van 13 juni 2008 inzake plannen voor een overlaadstation voor
citycargo op het Cornelis Troostplein.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten.
21°
Raadsadres van de heer C. Vonk, secretaris van ROVER, regio Amsterdam van
10 juni 2008 inzake trammaterieel.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten.
22°
Raadsadres van mevrouw A. Terpstra, namens actiegroep Cornelis Troost van
31 mei 2008 inzake aanleg van een nooduitgang voor de Noord/Zuidlijn op het Cornelis
Troostplein.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten.
23°
Raadsadres van de heer T. van der Wal, voorzitter ondernemersvereniging
Zakelijk Zeeburg van 10 juni 2008 inzake invoering preventief fouilleren in de Indische
Buurt.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Integraal

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
6
Veiligheidsbeleid, Bestuurlijk Stelsel, Bestuursdienst, Regelgeving en Handhaving,
Juridische Zaken en Communicatie.
24°
Raadsadres van een burger van 16 juni 2008 inzake uitstel nieuwbouw van de
openbare basisschool De Kleine Kapitein.
Dit raadsadres is betrokken bij agendapunt 32, school Kop Java-eiland.
25°
Raadsadres van mevrouw C. Schoenmaker-de Groot, penningmeester Stichting
Bestuursassistentie Mokum Mobiel ’99 van 18 juni 2008 inzake nacontrole kopiefacturen
over het jaar 2002-2003 fractievergoeding Stichting Bestuursassistentie Mokum Mobiel
’99.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het presidium ter afdoening.
26°
Brief van de heer Asscher, wethouder Onderwijs, van 18 juni 2008 inzake
raadsvoorstel Plan van Scholen 2009-2012.
Deze brief is betrokken bij agendapunt 18, vaststelling van Plan van Scholen
2009-2012.
27°
Raadsadres van een burger van 8 juni 2008 inzake zorghotel Mentrum en
buurtboerderij in Westerpark.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester
en wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden
van de Raadscommissie voor Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie, Openbare ruimte en
Groen.
28°
Brief van mevrouw F. Elatik, wethouder Onderwijs stadsdeel Zeeburg van 18 juni
2008 inzake brede school Kleine Kapitein Java-eiland.
Deze brief is te betrokken bij agendapunt 32, school Kop Java-eiland.
29°
Raadsadres van de heer H.E. van Baasbank, algemeen directeur Kamer van
Koophandel van 19 juni 2008 inzake Visie Zuidas.
Dit raadsadres is betrokken bij agendapunt 25, Visie Zuidas en
stedenbouwkundige aspecten.
30°
Rapport van ACAM van 4 juni 2008 betreffende bevindingen inzake
MeerjarenInvesteringsPlan van het vereveningsfonds.
Dit rapport is betrokken bij agendapunt 30, kennisneming van het
MeerjarenInvesteringsPlan van het vereveningsfonds en vaststelling van wijzigingen in de
dekking van de proceskosten

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
7
31°
Brief van de heer E. van der Burg, fractievoorzitter VVD van 24 juni 2008 met de
mededeling dat de heer F. Beishuizen zich per direct heeft teruggetrokken als duo-
raadslid.
Deze brief is voor kennisgeving aangenomen.
32°
Brief van mevrouw M. van der Garde, fractievoorzitter PvdA, van 24 juni 2008 met
het verzoek tot benoeming van mevrouw H. Willemse als voorzitter van de
Raadscommissie Zorg c.a. en de heer M. Mahdi als lid van de Raadscommissie Verkeer
c.a.
Deze benoemingen hebben plaatsgevonden.
33°
Raadsadres van een burger van 20 juni 2008 inzake klacht over Welzorg
betreffende problemen bij het vervangen van een handbewogen rolstoel.
Besloten is, dit raadsadres in handen te stellen van het college van burgemeester en
wethouders ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden van
de raadscommissie voor Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie, Openbare Ruimte en
Groen.
34°
Raadsadres van MKB-Amsterdam en VNO-NCW Regio Amsterdam van 11 juni
2008 inzake plan Voorrang voor een Gezonde Stad.
Dit raadsadres is betrokken bij agendapunt 33, vaststelling Plan voor een Gezonde
Stad.
5
Mondeling vragenuurtje.
Dit punt wordt even aangehouden.
6
Voordracht van de Rekeningencommissie van 6 juni 2008 inzake verslag van de
Rekeningcommissie over de rekening 2007 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 253).
Dit punt wordt even aangehouden.
6A
Voordracht van de Rekeningencommissie inzake onttrekking aan reserve
meerwaarde afkoopsommen erfpacht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 287).
Dit punt wordt even aangehouden.
7

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
8
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders inzake reactie van
het college op het verslag van de Rekeningencommissie over de jaarrekening 2007 en op
het verslag inzake de controle van de jaarrekening over 2007 van de gemeente
Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 284).
Dit punt wordt even aangehouden.
8
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 8 april 2008 tot
kennisneming van het jaarverslag en vaststelling van de jaarrekening over 2007
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 254).
Dit punt wordt even aangehouden.
9
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van de jaarrekeningen over 2007 van de stadsdelen (Gemeenteblad afd. 1, nr.
255).
Dit punt wordt even aangehouden.
De
VOORZITTER:
De punten 6 tot en met 9 worden gevoegd behandeld.
10
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
vaststelling van de Voorjaarsnota 2008 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 256).
Dit punt wordt even aangehouden.
11
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 19 februari
2008 tot kennisneming van het onderzoeksrapport ‘Toekomst Carré’ inzake het Koninklijk
Theater Carré (Gemeenteblad afd. 1, nr. 281).
Dit punt wordt even aangehouden.
12
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
toekenning van een financiële bijdrage vanuit Amsterdam Topstad aan Amsterdam
University College (Gemeenteblad afd. 1, nr. 257).
Dit punt wordt even aangehouden.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
9
13
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van de Bijzondere subsidieverordening investeringsregeling ondernemers
kansenzones (Gemeenteblad afd. 1, nr. 258).
Dit punt wordt even aangehouden.
14
Voordracht van het college van burgemeester en wethouder van 27 mei 2008 tot
kennisneming van het Aanwijzingsbesluit economische kansenzones (Gemeenteblad afd.
1, nr. 259).
Dit punt wordt even aangehouden.
De
VOORZITTER:
De punten 13 en 14 worden gevoegd behandeld.
15
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
wijziging van de Verordening op de Wet op de sociale werkvoorziening (invoering
persoonsgebonden budget bij begeleid werken Wet sociale werkvoorziening)
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 260).
Dit punt wordt even aangehouden.
16
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 juni 2008 tot
wijziging van de Verordening van op de Wet sociale werkvoorziening (invoering
cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 261).
Dit punt wordt even aangehouden.
De
VOORZITTER:
De punten 15 en 16 zullen we ook gevoegd behandelen.
17
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van de Verordening tot wijziging van de Afstemmingsverordening Wet werk en
bijstand (verruiming afstemmingsmogelijkheden) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 262).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 262 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
18
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
vaststelling van Plan van Scholen 2009-2012 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 263).

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
10
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 263 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
19
Preadvies van het college van burgemeester en wethouders van 10 juni 2008 op
de notitie 'Kafka in de maatschappelijke opvang' van het raadslid mevrouw Van Doorninck
van 1 oktober 2007, getiteld: Kafka in de maatschappelijke opvang (nr. 442 van 2007), en
de reactie op de openstaande vragen naar aanleiding van de motie nr. 81 van 21 februari
2007 van het raadslid mevrouw Sargentini (Gemeenteblad afd. 1, nr. 264).
Dit punt wordt even aangehouden.
20
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van het actieplan Goederenvervoer, de Verordening tot wijziging van de
Verordening op de stadsdelen en de Verordening tot wijziging van de Verordening op de
heffing van leges (Gemeenteblad afd. 1, nr. 265).
Dit punt wordt even aangehouden.
21
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 juni 2008 tot
vaststelling milieueffectrapport Herontwikkeling Zeeburgereiland ten behoeve van de
tervisielegging in het kader van de Wet milieubeheer en artikel 19 van de Wet op de
ruimtelijke ordening (Gemeenteblad afd. 1, nr. 266).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 266 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
22
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van het Instellingsbesluit projectbureau Wibaut aan de Amstel (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 229).
Dit punt wordt even aangehouden.
23
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van het Welstandskader Rieteiland Oost (Gemeenteblad afd. 1, nr. 267).
Dit punt wordt even aangehouden.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
11
24
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008
inzake delegatiebesluit Wet ruimtelijke ordening (projectbesluit) (Gemeenteblad afd. 1, nr.
268).
Dit punt wordt even aangehouden.
25
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 4 maart 2008
inzake Visie Zuidas en stedenbouwkundige aspecten 11 juni 2008: Definitieve
standpuntbepaling Zuidas (Gemeenteblad afd. 1, nr. 269).
Dit punt wordt even aangehouden.
32
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders inzake school Kop
Java (Gemeenteblad afd. 1, nr. 285).
Dit punt wordt even aangehouden.
26
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van de herziening grondexploitatie voor plannummer 529.02, Cornelis
Douwesterrein, deelgebied Nul (Gemeenteblad afd. 1, nr. 270).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 270 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
27
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008
inzake bestemming van de opbrengst van de uitgifte in erfpacht van ‘De Lasloods’ en de
‘De Smederij’ voor het project NDSM-werf deelgebied Oost en de beschikbaarstelling van
een anticiperend grondexploitatiekrediet voor het deelgebied Oost (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 271).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 271 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
28
Preadvies van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2008 op
de motie van het raadslid mevrouw Willemse c.s. inzake meerjarenafspraken
marktpartijen over de bouw van marktwoningen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 272).
Dit punt wordt even aangehouden.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
12
29
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2008 tot
kennisneming van het stedenbouwkundig programma van eisen Cruquiuskade/Czaar
Peterstraat, vaststelling van de grondexploitatiebegroting project N43, hoek Cruquiuskade
en Czaar Peterstraat, stadsdeel Centrum, en beschikbaarstelling van een krediet voor de
grondexploitatie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 273).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 273 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
30
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 1 april 2008 tot
kennisneming van het MeerjarenInvesteringsPlan van het vereveningsfonds en
vaststelling van wijzigingen in de dekking van de proceskosten (Gemeenteblad afd. 1, nr.
274).
Dit punt wordt even aangehouden.
31
Voordracht van het college van burgemeester en wethouder van 20 mei 2008
inzake financiële prikkels bouwproductie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 275).
Dit punt is van de agenda afgevoerd.
33
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van het plan Voorrang voor een Gezonde Stad en preadvies op de notitie van
de heer Flos van 19 december 2008, getiteld: Slimme keuzen voor een schone lucht;
Beloon Schoon II (nr. 710 van 2007) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 277).
(De heer
VAN DER BURG:
Dit punt staat onterecht op de agenda.)
De
VOORZITTER:
Ik wil hier even iets over zeggen. Zoals u ongetwijfeld weet,
mijnheer Van der Burg, ligt er een zwaarwegend advies van de commissie om dit punt
niet te behandelen. Zojuist is er ook in het fractievoorzittersoverleg over gesproken. Dat
overleg had er geen eensluidend oordeel over zodat er een raadsbesluit nodig is over de
vraag of dit punt wel of niet behandeld moet worden. Ik stel u voor om er een kort debat
over te voeren als u daar behoefte aan hebt. Ik kan mij voorstellen, mijnheer Van der
Burg, dat ik u als eerste daarover het woord geef.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van der Burg.
De heer
VAN DER BURG:
Volgens mij staat dit punt per ongeluk op de agenda.
De commissie heeft besloten er zelf in september 2008 nog verder over te praten en
daarom besloten dat dit punt nog niet rijp is voor behandeling in de raad. De afgelopen

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
13
jaren was het gebruikelijk om het dan alsnog in de supplementagenda die wij elke vrijdag
voorafgaand aan de raadsvergadering ontvangen, af te voeren. Het presidium heeft dat in
mijn ogen abusievelijk niet gedaan. Wat ons betreft staat het niet eens op de agenda en
willen we dat ook zo houden. Wij denken dat het eerst weer in de commissie besproken
moet worden. Daartoe zijn ook goede argumenten ter tafel gebracht. Daarom lijkt het ons
goed als dit vandaag niet op de agenda staat.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van der Garde.
Mevrouw
VAN DER GARDE:
Ik heb van verschillende partijen gehoord dat er
inhoudelijke argumenten zijn, die ik in dit ordedebat niet mag noemen, om het wel te
bespreken. Ik stel dan ook voor om dit punt op de agenda te handhaven.
(De heer
VAN DER BURG:
Mevrouw Van der Garde, u was bij het debat
in de commissie aanwezig. Ik neem aan dat u daarop doelt als u zegt dat
u van verschillende partijen argumenten hebt gehoord. In de
commissievergadering hebt u van verschillende partijen – namelijk de
complete oppositie, die tevens de meerderheid in de commissie vormde –
gehoord dat men dit punt uit wil stellen omdat men nog een aantal zaken
op een rijtje wil zetten. Dat waren de argumenten waarom de commissie
het van de agenda heeft afgevoerd.)
Nogmaals: wij willen graag daaraan tegemoetkomen tijdens het inhoudelijke debat
dat we later in deze gemeenteraadsvergadering met u willen voeren. Wij willen een
inhoudelijk debat voeren om in te kunnen gaan op de argumenten die in de
raadscommissie naar voren zijn gebracht. Wij vinden het belangrijk om dat voor het reces
van de raad te doen.
(De heer
VAN DER BURG:
Mevrouw Van der Garde zei zojuist dat zij van
verschillende partijen argumenten had gehoord. Dat moet tijdens die
commissievergadering zijn geweest. Wat hebt u toen gehoord dat tot uw
eerste opmerking leidde?)
Zoals u weet, mijnheer Van der Burg, zijn er argumenten over de milieuzone naar
voren gebracht. Ik zou graag met u over die milieuzone spreken. Dat doe ik niet tijdens
een ordedebat, maar dat zal onze woordvoerder straks doen, tijdens het debat over
Voorrang voor een Gezonde Stad.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Meijer.
Mevrouw
MEIJER:
Mevrouw Van der Garde prikkelt mij wel een beetje. De
milieuzone is inderdaad het cruciale onderdeel in dit plan. De volledige oppositie heeft
gezegd dat die even uitgesteld zou moeten worden. Ik begrijp niet dat wij vanmiddag gaan
praten over iets waarvan wij vinden dat dat nog even moet wachten.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Limmen.
De heer
LIMMEN:
Ik hecht eraan om duidelijk te maken waarom wij bezwaar
hebben tegen behandeling. Het gaat niet om de inhoud, mevrouw Van der Garde. In de
commissievergadering hebben wij er ook op gewezen dat het kabinet zeer recent erg
negatief op dit plan heeft gereageerd. Daaruit blijkt dat het kabinet de onderliggende
problemen anders opvat. Wij willen graag in de gelegenheid worden gesteld om deze
reactie van het kabinet af te wachten. Overigens wordt er op dit moment ook in de

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
14
Tweede Kamer over gesproken. In dat licht begrijp ik niet goed waarom u zegt dat het om
een inhoudelijke kwestie gaat waarover u ons inhoudelijk wilt overtuigen. U bent niet de
minister van Milieu. Hoe kunt u mij ervan overtuigen dat datgene wat de minister heeft
gezegd en datgene wat er in de Tweede Kamer is gezegd niet klopt?
(Mevrouw
VAN DER GARDE:
Ik ben inderdaad niet minister Cramer. De
heer Limmen heeft dat correct gezien. Hij wijst mij er steeds even op wie
ik ben, dat is heel prettig. De vorige keer deed hij dat ook. Het is
belangrijk om het inhoudelijke debat te voeren, ook over de milieuzone.
Vervolgens zult u bij de besluitvorming zien wat ons standpunt is.
Daarvoor is dat debat echt nodig. Ik kan er hier alleen maar voor pleiten
om dat debat te voeren zodat ik u de inhoudelijke argumenten van de
Partij van de Arbeid kan laten horen. Dat kan ik hier niet doen. Ik heb niet
gezegd dat ik u ergens van wil overtuigen. Sterker nog: wij waarderen het
signaal dat de oppositie in de raadscommissie heeft afgegeven. Daarom
vinden we het ook belangrijk om dit te bespreken.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Sargentini.
Mevrouw
SARGENTINI:
De fractie van GroenLinks hecht eraan om Voorrang
voor een Gezonde Stad nu te behandelen en er nu ook duidelijke besluiten over te
nemen. Wij vinden het belangrijk om op tijd te kunnen beginnen met het invoeren van alle
flankerende maatregelen, juist omdat we in 2010 aan de normen willen voldoen. Het lijkt
mij relevant om het debat over de milieuzone later in deze raadsvergadering uitgebreid te
voeren. We kunnen dat nu niet doen. Ik begrijp dat verschillende partijen verschillende
argumenten voor uitstel hebben. Straks zal blijken dat die argumenten niet eensluidend
zijn.
(De heer
VAN DER BURG:
Mag ik een vraag stellen aan mevrouw
Sargentini en daarmee indirect ook aan mevrouw Van der Garde? Ik
waardeer de opmerking van mevrouw Van der Garde dat zij blij was met
de bijdrage van de oppositie in de commissie. Dat zijn andere woorden
dan de woorden die we van mevrouw Van Pinxteren in de pers mochten
vernemen. Mevrouw Meijer zegt terecht dat het zich toespitst op de
discussie over de milieuzone. Volgens mij zijn we bijna allemaal voor de
sloopregeling. Zijn de Partij van de Arbeid en GroenLinks, de coalitie,
bereid om Voorrang voor een Gezonde Stad niet ter besluitvorming aan
de raad voor te leggen om daarmee tegemoet te komen aan de
nadrukkelijke wens van zowel de commissie als de gehele oppositie? Het
kan toch niet zo zijn, beste vrienden van de coalitie, dat u niet alleen
inhoudelijk beslist wat er gebeurt – dat gebeurt gewoon omdat u in de
meerderheid bent – maar dat u ook procesmatig de oppositie de kans
ontneemt om zich goed op het debat voor te bereiden.)
(De
VOORZITTER:
Nu ga ik als voorzitter even ingrijpen. Ik stel voor dat
dit een ordedebat blijft. Ik heb het gevoel dat uw vraag nu al vooruitloopt
op de uitkomst van het debat dat gevoerd gaat worden.)
(De heer
VAN DER BURG:
Dan doe ik in het kader van dit ordedebat een
dringende oproep aan alle leden van de PvdA en GroenLinks om niet als
coalitiepartijen de oppositie te dwingen mee te doen aan een debat dat zij
niet nu wil voeren, maar in september 2008. De VVD zal dan ongetwijfeld
de discussie verliezen, maar daar gaat het mij nu niet om.)

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
15
(De
VOORZITTER:
Dat lijkt mij een juiste bijdrage aan dit debat.)
Ik denk dat we het inhoudelijke debat zo direct gaan voeren. Ik denk niet dat uw
verwijt klopt dat wij op organisatorische gronden dit debat nu willen voeren, juist omdat wij
behoefte hebben aan een inhoudelijk debat.
(De heer
VAN DER BURG:
U zei dat u antwoord op mijn vraag wilde
geven. Dat doet u niet. Is GroenLinks bereid de milieuzone vandaag of
morgen uit de besluitvorming te houden?)
(De
VOORZITTER:
Die vraag had u net omgevormd in een dringende
oproep.)
(De heer
VAN DER BURG:
Maar mevrouw Sargentini zei tegen u dat ze
graag wilde reageren. Ze reageert echter niet op datgene wat ik zeg.)
(De
VOORZITTER:
U weet hoe het werkt. De een gaat over de vraag en
de ander gaat over het antwoord.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel.
De heer
MANUEL:
Ik begrijp nu dat de Partij van de Arbeid en GroenLinks dit
punt toch in deze raadsvergadering willen gaan behandelen. Dat bevreemdt mij enigszins,
want zij weten net zo goed als ik dat delen van de informatie over Voorrang voor een
Gezonde Stad ons heel laat hebben bereikt. De expertmeeting die een week voor de
commissievergadering werd gehouden leverde tegenstrijdige informatie op. Ik vind het
heel redelijk als de oppositiepartijen vragen om nog eens goed na te denken over de
betekenis van het een en het ander. Bovendien wordt op dit moment in de Kamer een
debat over onder andere de milieuzone gehouden. Ik heb een beetje het gevoel dat ons
iets door de strot geduwd wordt door de coalitie. Als het moet, dan moet het maar en
zullen wij misschien aan het debat deelnemen.
(De heer
VAN DER BURG:
Mag ik een ordevoorstel doen? Ik stel aan de
raad voor om Voorrang voor een Gezonde Stad niet te bespreken. Als het
toch wordt besproken, dan zonder het onderdeel milieuzone. Ik wil dat
besluit graag aan de raad voorleggen.)
(De
VOORZITTER:
Als u dat wilt voorleggen, doen we dat.)
De
VOORZITTER:
We gaan eerst stemmen over de vraag of punt 33 straks in
deze vergadering aan de orde komt.
De raad besluit bij zitten en opstaan om punt 33 te behandelen.
De
VOORZITTER
constateert dat punt 33 aan de orde komt met de stemmen van
PvdA en GroenLinks voor.
De
VOORZITTER:
Uw tweede voorstel is om daarbij uitdrukkelijk het onderdeel
milieuzone niet aan de orde te laten komen. Hoe zullen we dat netjes formuleren? Wat zei
u ook alweer? Wat was uw voorstel?
(De heer
VAN DER BURG:
Nu dit punt op de agenda staat, zullen we het
onderdeel milieuzone niet bespreken en er geen besluit over nemen.)
Ik denk dat dit een procedurele kwestie is. Mij lijkt dat dit straks bij het debat maar
aan de orde moet komen.
(De heer
VAN DER BURG:
Voordat u aan de stemming begon, zei u dat
het kon. Mij lijkt dat we nu ook gewoon tot stemming moeten overgaan.)

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
16
Dit gaat voor een deel al over het inhoudelijke debat en het lijkt mij goed als dat
straks aan de orde komt. Het gaat over de besluitvorming. Voordat wij straks tot
besluitvorming overgaan, kan dat punt uitdrukkelijk aan de orde komen.
(De heer
VAN DER BURG:
Dat u dit doet, is verbazingwekkend. Als de
stemmingen beginnen, is het debat gesloten en hoort u tot stemming over
te gaan op basis van de voorstellen.)
(Mevrouw
VAN DER GARDE:
Is het niet zo dat als u een onderdeel van
een voorstel van het college niet wilt behandelen of daarover geen besluit
wilt nemen, u daarvoor tijdens de bespreking een motie of amendement
moet indienen?)
(De heer
VAN DER BURG:
Niet bij een ordedebat. Dat voeren we nu. Ik
dacht overigens dat we dat hadden afgesloten en waren overgegaan tot
stemming, maar daarin blijk ik mij te vergissen, want we voeren nog
steeds een inhoudelijk debat. Bij een ordedebat is het niet noodzakelijk
een motie of amendement in te dienen. Daarbij bespreken we of we iets
wel of niet gaan behandelen, mevrouw Van der Garde. Mij lijkt dat we
gewoon moeten stemmen over mijn voorstel om de milieuzone voor
personenauto’s niet te behandelen. Ik vermoed dat de coalitie haar wil
aan de oppositie oplegt en daarna zien we verder.)
Ik heb dat daarnet inderdaad gezegd dus we gaan dat ook doen.
De raad besluit bij zitten en opstaan om de milieuzone te behandelen.
De
VOORZITTER
constateert dat de milieuzone behandeld wordt met de
stemmen van SP, D66, CDA en VVD tegen.
34
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2008 tot
kennisneming van het investeringsprogramma en beschikbaarstelling van een
voorbereidingskrediet voor het Amsterdams Metro System (AMSYS) (Gemeenteblad afd.
1, nr. 278).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 278 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
35
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 22 april 2008 tot
vaststelling van het definitief ontwerp voor het metrostation Kraaiennest (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 279).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 279 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
36

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
17
Voordracht van het college van burgemeester en wethouder van 17 juni 2008
inzake advies aan het dagelijks bestuur van de Stadsregio Amsterdam met betrekking tot
de concept-Tariefverordening Stadsregio Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 280).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 280 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
36A
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 29 mei 2008
inzake bepalen van de ambitie van Amsterdam betreffende het WK Voetbal 2018 en de
Olympische Spelen 2028 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 286).
Dit punt wordt even aangehouden.
37
GEHEIM (Gemeenteblad afd. 1, nr. 276).
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 276 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
Aan de orde zijn de
benoemingen
.
De
VOORZITTER
nodigt de leden Van ’t Wout, Sargentini en Manuel uit, met hem
het bureau van stemopneming te vormen.
De
VOORZITTER:
Terwijl u aan het werk gaat, vertel ik u hoe wij het verloop van
de vergadering bedacht hebben. Ik heb u al gezegd dat wij straks beginnen met de
mondelinge vragen. Daarna behandelen we alle agendapunten die met de jaarrekening te
maken hebben. Vervolgens behandelen we de agendapunten waarbij wethouder Van
Poelgeest betrokken is. Als er vanavond nog tijd over is, bekijken we of er nog kleine
agendapunten zijn. Morgenmiddag beginnen we met de eerste termijn van de
voorjaarsnota. Daarna gaan we verder met alle overige agendapunten. Morgenavond
behandelen we Voorrang voor een Gezonde Stad en de tweede termijn van de
voorjaarsnota, te beginnen met de reactie van het college.
(De heer
VAN DER BURG:
Waarbij is afgesproken dat, hoe de agenda
vanmiddag ook verloopt, de Zuidas in ieder geval pas om 19.30 uur aan
bod komt.)
Ja. Dat vult u terecht aan. We beginnen vanavond met de Zuidas.
(Mevrouw
HOOGERWERF:
Omdat het WK Voetbal als laatste op de
agenda staat, neem ik aan dat het tot de kleine punten behoort en ergens
in de middag wordt behandeld.)
Als we dat redden. We lopen de agendapunten gewoon af voor zover we de grote
brokken nog niet hebben gehad. Anders komt dit morgen aan de orde.
De
VOORZITTER
schorst de vergadering.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
18
De
VOORZITTER
heropent de vergadering.
Ingeleverd werden 41 stembiljetten.
Benoemd zijn tot:
Voorzitter van de Commissie voor Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie,
Openbare Ruimte en Groen:
mevrouw H. Willemse met 40 stemmen voor en 1 stem
tegen.
Lid van de Commissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten:
de heer M. Mahdi met 41 stemmen voor.
5
Mondeling vragenuurtje.
Vragen van het raadslid Van ’t Wout inzake het artikel in Trouw van
20 juni 2008 over gebruikmaking van lijfstraffen tijdens de Koranles.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van ’t Wout.
De heer
VAN ’T WOUT:
Op vrijdag 20 juni 2008 gaf stadsdeelvoorzitter Ahmed
Marcouch een interview aan Trouw waarin hij onder meer zei dat hij signalen uit de hele
stad kreeg dat bij islamitisch onderwijs op de weekendscholen lijfstraffen zouden worden
uitgedeeld. De VVD is heel erg geschokt over deze berichten en neemt de beweringen
van de heer Marcouch zeer serieus. Als de uitspraken van de heer Marcouch kloppen, zal
er volgens ons meteen actie moeten worden ondernomen. De instellingen waar deze
praktijken plaatsvinden, moeten volgens de VVD direct gesloten worden. De VVD wil naar
aanleiding van het interview het college een aantal vragen stellen.
Is het college bekend met het genoemde interview met de heer Marcouch in het
dagblad Trouw?
Heeft het college al eerder signalen ontvangen over praktijken van lijfstraffen
zoals door de heer Marcouch omschreven? Zo ja, wat heeft het college met deze signalen
gedaan?
Heeft het college zicht op het aantal instellingen waar praktijken van lijfstraffen
plaatsvinden? Als dit niet bekend is, is het college dan bereid om hiernaar een onderzoek
in te stellen zoals ook door de heer Marcouch is bepleit?
Wat is het college van plan te gaan doen om deze praktijken te stoppen?
Is het college het met de VVD eens dat als dergelijke praktijken in deze
instellingen plaatsvinden, deze instellingen direct gesloten moeten worden?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Is het college bekend met het interview? Ja. Hebben we
dat signaal eerder ontvangen? Nee. Als ouders merken dat hun kinderen slachtoffer zijn
van psychische of lichamelijke mishandeling door leerkrachten, in wat voor omgeving,
pedagogisch of niet, dan ook, is het belangrijk dat ze dat aankaarten bij de instelling en
dat ze aangifte doen bij de politie. Iedere vorm van kindermishandeling is vanzelfsprekend

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
19
verboden. Desgevraagd laat de politie weten dat nader onderzoek nodig is om inzicht te
krijgen in aard en omvang van eventuele aangiften van bedoelde mishandeling.
Wat gaan we hiermee doen en hebben we zicht op het aantal instellingen waar dit
speelt? Of en in welke mate er inderdaad sprake is van lijfelijke bestraffing is op dit
moment niet bekend. Het college neemt het signaal wel buitengewoon serieus en
beschouwt het als zeer ernstig als het klopt. De heer Marcouch legt een verband met het
onderwijs dat wordt gegeven op particuliere weekendscholen. Dat zijn geen scholen in de
zin van de wet en dat maakt het moeilijk om zicht te hebben op het totaal aantal
instellingen. Daarom kunnen we naar deze instellingen geen onderzoek doen vanuit het
onderwijs. Het signaal is wel een dusdanige reden tot zorg dat we hierover in gesprek
gaan met de Amsterdamse moskeeorganisaties. De koepel Unie van Marokkaanse
Moskeeorganisaties heeft inmiddels al laten weten de zorgen van de heer Marcouch te
delen, hoewel zij denkt dat de ernst van de situatie wordt overdreven. Dat zullen we
moeten bekijken. De gemeente zal gesprekken daarover beginnen. Verder is het
interessant om het voorbeeld uit 2006 te bekijken, dat u waarschijnlijk wel bekend is. Het
Verweij-Jonker Instituut heeft toen, naar aanleiding van dit soort signalen, in opdracht van
de gemeente Rotterdam onderzoek gedaan naar de kwaliteit van lesactiviteiten in de
Otmanmoskee.
Daarbij speelt ook voorlichting aan ouders om vooral aangifte te doen bij signalen
van mishandeling van hun kinderen een rol. Daarom begon ik daarmee. Ten slotte kan ik
u melden dat ik gisteren contact heb opgenomen met staatssecretaris Dijksma omdat ook
in de Kamer vragen zijn gesteld naar aanleiding van dit interview. Ik heb met haar
afgesproken om te proberen gezamenlijk op te trekken. Als het Rijk een onderzoek
hiernaar begint, kan Amsterdam eraan meedoen.
Is het college het met de VVD eens dat instellingen die zich schuldig maken aan
lijfstraffen direct gesloten moeten worden? In alle onderwijsvormen staat voor het college
de veiligheid van het kind centraal. Kinderen mogen onder geen beding door leraren
worden geslagen. Als leraren bedreigend zijn of een leerling lichamelijk straffen, is dat
volstrekt verwerpelijk. In dit geval, bij het particuliere onderwijs, of hoe u het ook wilt
noemen, in de weekendscholen is het essentieel dat er aangifte gedaan wordt. Het
strafrecht is dan ook leidend bij eventueel ingrijpen. Als er daadwerkelijk sprake is van
mishandeling van minderjarigen zal er met het strafrecht in de hand moeten worden
ingegrepen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van ’t Wout.
De heer
VAN ’T WOUT:
Dank aan de wethouder voor de antwoorden. Ik wil graag
enige verduidelijking. U zegt: “We gaan in gesprek met de koepel van moskeen.” En: “Als
het Rijk een onderzoek instelt, doen wij daaraan mee.” U geeft zelf toe dat dit heel ernstig
is als het allemaal klopt. Waarom neemt u niet zelf het initiatief of dringt u er niet bij het
Rijk op aan om dit snel te doen? Als dit klopt, mag het geen dag langer voortduren. Dat
zult u met mij eens zijn.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Wat het eerste betreft, is het duidelijk: ja. Op uw vraag
over het onderzoek probeerde ik duidelijk te maken dat het juist in dit soort gevallen
ingewikkeld is hoe we dat moeten doen. Wij willen er graag meer van weten. Wij kennen
de gevallen niet en dus zullen we er onderzoek naar moeten doen. Het gaat om particulier

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
20
onderwijs in weekendscholen. Het is belangrijk daar goed over na te denken. Daarom heb
ik ook contact met het Rijk opgenomen. Dat is van plan om er nader onderzoek naar te
doen. Het lijkt mij heel goed als Amsterdam daaraan meedoet en dat wij vervolgens zowel
de Commissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Integraal
Veiligheidsbeleid, Bestuurlijk Stelsel, Bestuursdienst, Regelgeving en Handhaving,
Juridische Zaken en Communicatie als de Commissie voor Werk en Inkomen, Sociale
Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid daarover in het
vierde kwartaal van 2008 berichten.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Mahrach.
Mevrouw
MAHRACH:
Volgens mij is het probleem iets ingewikkelder dan hier
wordt geschetst. Wat kunt u doen als ouders een leerkracht toestemming geven om hun
kind een tik uit te delen – want dat gebeurt – en het kind te corrigeren? Kan een kind zelf
aangifte doen? Wordt dat straks een aanbeveling? Hoe gaat dat? Kan een minderjarig
kind, als ouders en leerkrachten een onderonsje maken om hun kind te corrigeren door
middel van een tik, ook aangifte doen bij de politie?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Ook dan blijft het strafrecht leidend. Mishandeling is onder
geen beding toegestaan, ook niet met goedkeuring van de ouders.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Limmen.
De heer
LIMMEN:
Ik was een beetje afgeleid door de inbreng van de Partij van de
Arbeid. We kunnen niet interrumperen, dus ik stel mijn vraag aan de wethouder. Uit zijn
reactie op de heer Van ’t Wout begrijp ik dat hij de noodzaak onderschrijft van een
onderzoek naar deze praktijken en dat hij geen plaatselijk onderzoek wil beginnen, maar
wil samenwerken met het Rijk.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Ja.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevrouw
HOOGERWERF:
Dat begrijp ik niet helemaal. Volgens mij hebben wij in
deze stad een aanpak om kindermishandeling tegen te gaan. Het woord lijfstraf duidt erop
dat het tamelijk zorgelijk is. Ik zou u daarom willen verzoeken om te bekijken of
Amsterdam zelf niet in actie kan komen in het licht van alle andere dingen die we al doen
bij het bestrijden van kindermishandeling. Ouders gaan immers geen aangifte doen van
iets wat ze zelf goedkeuren.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Wat is uw vraag?
(Mevrouw
HOOGERWERF:
Wat Amsterdam nu doet tegen
kindermishandeling en of u deze actie daarbij niet kunt betrekken.)

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
21
Wij blijven doen wat we doen in het kader van het bestrijden van
kindermishandeling. Dat blijft ook hartstikke belangrijk. De heer Van ’t Wout vroeg naar
het signaal dat in dit interview is gegeven. Daarvan waren ons geen voorbeelden bekend.
Ik heb in mijn antwoord aan de heer Van ’t Wout gezegd dat het niet een-twee-drie
duidelijk is wat we kunnen doen. Om ons ervan te vergewissen of het klopt of niet en zo
ja, wat we eraan kunnen doen, is het interessant om er onderzoek naar te doen. Als we er
onderzoek naar doen, is het verstandig om goed na te denken over de manier waarop we
dat doen en te kijken naar de ervaringen in Rotterdam uit 2006 en vooral aan te sluiten bij
een landelijk initiatief op dat gebied.
Vragen van het raadslid mevrouw Van der Pligt inzake het (in gebreke
blijven van het) leerlingenvervoer.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van der Pligt.
Mevrouw
VAN DER PLIGT:
Ondanks alle vragen in de gemeenteraad en alle
acties in het najaar van 2007 en de beloofde beterschap door toenmalig wethouder Buyne
is het leerlingenvervoer volgens schooldirecties nog steeds een chaos. Scholen en ouders
zijn het moe om klachten schriftelijk klachten bij de gemeente te moeten melden, maar
bellen nog steeds eindeloos met klachten naar Connexxion. Helaas zonder al te veel
resultaat. De directeur van de Mytyl-Tyltylschool Amsterdam voor kinderen met een
lichamelijke en/of verstandelijke beperking spreekt zelfs van een chaos en van
moedeloosheid bij het personeel. Kinderen die pas om 11.15 uur op school komen in
plaats van om 8.30 uur. Kinderen die soms letterlijk uren moeten wachten voordat ze
opgehaald worden en met hen het personeel. Uitstapjes durft men bijna niet meer aan
omdat het vervoer dan waardeloos geregeld is. Een andere schooldirecteur heeft een
pagina’s dik boek met alle klachten van dit jaar verzameld. Het was zo erg dat ouders
dreigden hun kind van school thuis te houden vanwege de onhoudbare situatie bij het
vervoer. Langdurig zieke kinderen die soms twee uur na schooltijd moeten wachten op
een busje is onverantwoord, ook medisch gezien. De schooldirecties zeggen dat ze
onderhand lamgeslagen zijn door alle problemen. Steeds wisselende chauffeurs,
wisselende roosters en schema’s, chauffeurs die de weg niet kennen in Amsterdam en
die eigenhandig roosters veranderen. Kortom: echt een chaos. Daarbij komt nog de
veiligheid van de kinderen. De SP heeft al menigmaal gepleit voor begeleiding op de
busjes. De gemiddelde leeftijd van de chauffeurs loopt op en recent is een chauffeur van
74 jaar onwel geworden. Hij wist gelukkig de auto nog aan de kant te krijgen en een kind
uit de bus wist uiteindelijk met de telefoon van de chauffeur 112 te bellen. Gelukkig liep dit
goed af. Maar wat als dit rolstoelleerlingen waren geweest die vastzitten en een dergelijke
actie niet kunnen ondernemen? De wanorde in het leerlingenvervoer is al vaak aan de
kaak gesteld, maar er is niets verbeterd. Vandaar mijn vragen aan de wethouder.
Bent u op de hoogte van het feit dat er nog steeds veel klachten zijn over het
leerlingenvervoer? Wat vindt u hiervan?
Bent u op de hoogte van het feit dat ernstig zieke kinderen soms pas twee of drie
uur na schooltijd worden opgehaald en van het medische risico dat dit met zich
meebrengt?
Is de wethouder op de hoogte van het feit dat de directie van de Mytyl-Tyltylschool
Amsterdam de wanhoop nabij is en een gesprek met de raad van bestuur van
Connexxion heeft gevraagd?

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
22
Is de wethouder van plan om onmiddellijk actie te ondernemen op deze
voortdurende ellende bij het leerlingenvervoer en gaat hij ervoor zorgen dat deze situatie
zich na de zomervakantie niet opnieuw zal voordoen?
Bent u bereid om alsnog de aanbevelingen uit de notities van zowel de SP als de
VVD uit de zomer van 2007 over te nemen? En bent u het met mij eens dat deze beide
notities meteen na het zomerreces in de commissie behandeld moeten worden?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Ik ben het met de SP eens dat ieder geval waarin het niet
goed gaat buitengewoon vervelend is, zeker bij dit soort kwetsbare leerlingen. Er waren
en er zijn klachten over het leerlingenvervoer. Die klachten worden inmiddels een tijd
geregistreerd. Zodra wij signalen krijgen over problemen en klachten wordt erop
ingegaan. We proberen dus zo snel mogelijk op de problemen af te gaan en ze op te
lossen. Sinds januari 2008 heeft Connexxion 172 klachten geregistreerd en daarvan zijn
er 100 via de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling verder behandeld. Het ging over 107
vervoersdagen waarop gemiddeld ongeveer 1500 leerlingen per dag werden vervoerd.
Dat betekent een dagelijks klachtenpercentage van 0,1. Als je bij die 0,1% hoort, is dat
niettemin buitengewoon vervelend, maar we moeten rekening houden met het gegeven
dat het nooit voor 100% foutloos zal worden.
Ben ik op de hoogte van het feit dat ernstig zieke kinderen soms zelfs pas twee of
drie uur na schooltijd worden opgehaald? Van die klacht ben ik niet op de hoogte. Het
geval dat u beschrijft, is buitengewoon ernstig. Ik zou het heel erg op prijs stellen als u dat
geval concreet maakt zodat ik er wat aan kan doen, als dat al niet is gebeurd. Ik weet dus
ook niet of dit geval deel uitmaakt van de 172 klachten die ik net noemde.
Ben ik op de hoogte van het feit dat de directie van de Mytylschool een gesprek
heeft aangevraagd met de raad van bestuur van Connexxion? Ja. Dat gesprek heeft
inmiddels plaatsgevonden. Er is een aantal afspraken gemaakt. Er wordt gereden met
nieuwe voertuigen met een geïntegreerd vastzettingssysteem. Er wordt met een aantal
vaste chauffeurs gereden die specifiek daarvoor zijn opgeleid. Er zijn ook afspraken
gemaakt over de aankomstmarges: van tien minuten voor aanvang van de school tot tien
minuten na aanvang van de school. Naar ik heb begrepen, heeft de directeur, Jaques
Deen, op grond van deze afspraken vertrouwen in de toekomst.
Ben ik van plan om onmiddellijk actie te ondernemen op de voortdurende ellende
bij het leerlingenvervoer en ga ik ervoor zorgen dat dit zich niet opnieuw zal voordoen? Ik
probeer actie te ondernemen zodra ik concrete klachten heb. Als mensen klachten
hebben en als het niet goed gaat, is het ontzettend belangrijk dat dit gemeld wordt, dat het
geregistreerd wordt en ook bij mij terechtkomt. Ik kan geen garantie geven voor een
vlekkeloos verloop, maar ik ben het wel met de SP en met anderen eens dat het juist voor
deze groep leerlingen buitengewoon belangrijk is om te streven naar verbetering en dat
dit ook snel moet gebeuren.
Ben ik bereid om de aanbevelingen uit de notities uit de zomer van 2007 over te
nemen? Ben ik het ermee eens dat deze onmiddellijk na het reces in de commissie
behandeld moeten worden? Mijn voorganger, mevrouw Buyne, heeft u een onderzoek
naar het leerlingenvervoer toegezegd. Ik heb begrepen dat dit onderzoek op een haar na
is afgerond. Ik zal het zeer snel na het reces met de stadsdelen en met het college
bespreken. Ik verwacht dat het in oktober 2008 in de commissie kan worden besproken.
Dat is het moment waarop uw aanbevelingen kunnen worden besproken en er een besluit
over genomen kan worden.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
23
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van der Pligt.
Mevrouw
VAN DER PLIGT:
De wethouder zegt dat heel veel klachten hem niet
bekend zijn en dat het klachtenpercentage maar 0,1 bedraagt. Dat kan kloppen, want van
alle schooldirecteuren die ik heb gesproken, heb ik begrepen dat klachten allemaal
schriftelijk gemeld moeten worden. Heel veel ouders zijn analfabeet en dienen dus geen
schriftelijke klacht in. Zij zeiden ook dat ze het moe waren om schriftelijke klachten in te
dienen. Dat doen ze dus ook niet meer. Vaak komen klachten dus alleen mondeling bij
Connexxion binnen. Dan zijn het geen klachten, maar worden ze afgedaan als meldingen
en komen ze ook niet in de klachtenregistratie terecht. Ik heb van de directeur van de
Coronelschool begrepen dat hij wel degelijk een aantal weken geleden bij de Dienst
Maatschappelijke Ontwikkeling een heel dik pakket met klachten heeft ingediend. Ik wil u
daarom vragen of u wilt onderzoeken of dit veranderd kan worden en klachten niet alleen
maar schriftelijk ingediend kunnen worden. Op die manier ontstaat de situatie dat er maar
heel weinig klachten zijn terwijl ze er wel zijn. Ik zal u straks inlichten over de gevallen
waarover ik het had en u in contact brengen met de directeur van de school. U zegt dat de
directeur van de Mytyl-Tyltylschool, Jacques Deen, vertrouwen in de toekomst heeft. Bent
u bereid om Connexxion opnieuw een boete op te leggen zoals mevrouw Buyne vorig jaar
heeft gedaan als aan de afspraken alsnog geen gehoor wordt gegeven?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Volgens mij waren dit drie vragen. Ben ik bereid om te
bekijken of de manier van klachtenregistratie beter kan? Daartoe ben ik best bereid. Ik wil
dat wel even laten uitzoeken. Uw tweede vraag gaat over de directeur en het pakket
klachten aan de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Ik ben ook bereid daarnaar te
kijken, maar ik wil u vragen om ervoor te zorgen dat de directeur dit ook even schriftelijk
bij mij meldt. Dat mag per e-mail of op wat voor een manier dan ook. Verder ga ik hier niet
speculeren over boetes, maar ik ben wel van plan om partijen te houden aan afspraken
die we met ze gemaakt hebben.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer De Wit.
De heer
DE WIT:
Er is nogal wat ruis op de klachtenlijn, dat blijkt wel weer. Ik heb
nog een vraag naar aanleiding van de notitie die ik zelf heb geschreven, gedateerd 4 juli
2007. U hebt toen toegezegd die in oktober 2007 te willen behandelen. Wat is eigenlijk de
normale en billijke termijn die er bestaat voor het geven van een advies op een notitie?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Dat kunt u veel beter aan de leden van het presidium
vragen, maar de termijn is overschreden. Dat bedoelde u denk ik.
(De heer
DE WIT:
Wat vindt u een normale termijn?)
Volgens mij mag u die vraag helemaal niet stellen, maar het hangt ervan af wat
voor een soort notitie het is. Het is ook afhankelijk van de vraag of de raad op een goede
manier wordt uitgelegd waarom het eventueel vertraagd is. Ik hoop dat dat in dit geval
gebeurd is en anders doe ik het alsnog.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
24
Vragen van het raadslid de heer Limmen inzake uitlatingen van mevrouw
M. Blaak (van de Rode Draad) en van wethouder Vos ten aanzien van het
raamprostitutiebeleid.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Limmen.
De heer
LIMMEN:
Het college heeft in de pers al gereageerd op de uitlatingen
van mevrouw Blaak. We zullen dat laten voor wat het is en ons richten op de uitlatingen
van wethouder Vos. In de uitnodiging van wethouder Vos voor de presentatie vanochtend
van de nieuwe Prostitutienota staat: “Prostitutie moet een aanvaardbare vorm van arbeid
worden.” Over die woorden waren wij zacht gezegd nogal verbaasd. Wij hadden ons
voorgenomen om te vragen of de wethouder dit echt meende. Het antwoord op die vraag
is door de actualiteit ingehaald. Vanochtend is de nota gepresenteerd. Onder het kopje
‘Wat willen we in Amsterdam?’ wordt dit motto min of meer herhaald. Omdat we het echter
zo bizar vinden overkomen, herhalen we toch de vraag:
Vindt het college daadwerkelijk dat prostitutie in Amsterdam een aanvaardbare
vorm van arbeid moet worden?
Wordt dit uitgangspunt ook op andere beleidsterreinen vertaald?
Kunt u altwoord geven op de volgende vraag? Kunt u zich voorstellen dat
dergelijke uitlatingen van het college een heleboel verwarring veroorzaken over de visie
van het college op de prostitutie in Amsterdam? Enerzijds sluiten we de Wallen. Waarom
doen we dat? We doen dat omdat er zoveel misstanden plaatsvinden die we niet kunnen
voorkomen. Dat beleid steunt het CDA. Anderzijds moeten we ernaar streven om
prostitutie een aanvaardbare vorm van arbeid te laten worden. Voor ons rijmt dat niet en
we willen graag toelichting van u daarop.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.
Wethouder
VOS:
Dank voor de vragen. U vraagt allereerst of het college
daadwerkelijk vindt dat prostitutie een aanvaardbare vorm van arbeid moet worden. U
weet net zo goed als ik dat prostitutie een legaal beroep is in Nederland. Het
bordeelverbod is opgeheven en prostitutie is dus een legale vorm van arbeid. Wij
constateren echter dat er nog steeds veel mensenhandel plaatsvindt. Mensen worden
onderdrukt of oefenen het beroep onder dwang uit. Vrouwen en mannen zijn onvoldoende
beschermd en hebben onvoldoende arbeidsrechten. Wij maken ons grote zorgen
daarover en vinden dat het zo niet langer kan. Als het een legaal beroep is, dan moeten
we ook ervoor zorgen dat het op een zodanige manier wordt uitgeoefend, dat dwang en
onderdrukking uitgebannen worden. Dat is de inzet van dit college en ook de inzet van
deze nota. Wij vinden daarom dat het inderdaad een aanvaardbaar beroep moet worden.
Ik neem aan dat ook het CDA het met ons eens is dat misstanden en onderdrukking
uitgebannen moeten worden en dat dit de grootste prioriteit heeft.
Uw tweede vraag kan ik niet helemaal plaatsen. U vraagt of dit ook op andere
terreinen geldt. Als ik de vraag zelf invul, dan zou ik het volgende willen zeggen. Deze
aanpak is natuurlijk ingebed in een veel bredere aanpak van de prostitutie in Amsterdam.
Het gaat ons ook om een strengere aanpak van mensenhandel, aanpak van daders,
aanpak van pooiers.
Ik ga meteen maar verder met uw andere vraag. U vindt het standpunt van het
college verwarrend. U zegt allereerst dat wij de Wallen sluiten. Het mag duidelijk zijn dat
het college de Wallen niet sluit. Het college heeft uitdrukkelijk uitgesproken dat de Wallen

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
25
het red light district van Amsterdam blijven. Het college wil wel dat de Wallen minder
eenvormig worden en dat er meer diversiteit komt. We willen de overlast bestrijden en
willen dat het een plezieriger omgeving wordt om te verblijven. En we willen de
criminaliteit op de Wallen uitbannen. Daartoe worden er onder meer ramen gesloten. Ik
vind dat uitstekend passen bij de andere loot aan deze stam waarbij we de positie van
mensen die in deze sector werken willen beschermen. Als we de Wallen kwalitatief op
willen krikken, hoort daarbij ook dat het werk dat er plaatsvindt kwalitatief beter
georganiseerd is, dat mensen beschermd worden en dat de mensen die dat werk doen
rechten hebben. Het zijn twee loten aan dezelfde stam. Bestrijding van criminaliteit,
bestrijding van misstanden, het versterken van de kwaliteit in het Wallengebied en
tegelijkertijd het versterken van de positie en bescherming van de mensen die in dit vak
werken.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Limmen.
De heer
LIMMEN:
Als u zegt dat prostitutie een aanvaardbare vorm van arbeid
moet worden, dan lijkt daarin een moreel oordeel te zitten. Daar gaat het mij om. Ik vraag
u of u zich voor kunt stellen dat deze formulering verwarring oproept bij Amsterdammers.
Op die vraag zou ik graag een antwoord willen hebben. En bij andere beleidsterreinen
waarop dit motto misschien ook van toepassing zou kunnen zijn, denk ik natuurlijk aan de
sociale zekerheid. Op dat gebied bestaat het criterium van het aanvaarden van passende
arbeid. Het is misschien een gechargeerd voorbeeld. Ik bedoel ermee te zeggen dat het
belangrijk is dat de overheid op een duidelijke manier haar boodschap uitdraagt. Dat
gebeurt hier zacht gezegd niet. Voor mij is het duidelijk. U zegt: het zijn twee loten aan
dezelfde stam. Als dit al twee loten aan dezelfde stam zijn, wat zijn dan loten aan
verschillende stammen? Ik bespeur een heel groot verschil tussen uw woorden en die van
de heer Asscher. Dat blijkt ook weer uit uw beantwoording zojuist. U zegt dat de Wallen
het red light district moeten blijven. U zegt ook dat u de Wallen helemaal niet sluit. Dat
klopt, maar dit college draagt heel nadrukkelijk de boodschap uit dat er net zo lang ramen
worden gesloten totdat er geen misstanden meer zijn. Daarbij wordt heel nadrukkelijk de
inschatting gemaakt dat het wel eens onmogelijk kan zijn om zonder misstanden ramen te
exploiteren. Dat verhoudt zich niet met de opmerking in de nota dat raamprostitutie de
meest zelfstandige manier is waarop een prostituee haar vak kan uitoefenen. Wij steunen
volledig uw beleid om de misstanden te bestrijden en om vrouwen te begeleiden naar een
bestaan buiten de prostitutie. Wij denken echter dat deze nota en vooral uw uitlatingen en
het uitgangspunt dat u hier verdedigt een dubbel verhaal vertellen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.
Wethouder
VOS:
U vraagt mij naar de morele agenda van dit college. Die morele
agenda wordt in de eerste plaats bepaald door het uitgangspunt dat dit college
mensenhandel wil bestrijden. Dit college wil mensen die in het vak werken beschermen.
Dit college wil misstanden aanpakken. Dat is de morele agenda van dit college. Ik wil u
dezelfde vraag stellen. Ik doe een moreel appel op u. Staat het CDA achter het college?
Achter het aanpakken van mensenhandel en het beschermen van de rechten van mensen
die in dit vak werken? Die vraag zou ik u graag willen voorleggen.
(De
VOORZITTER:
Maar, wethouder, nu wreekt zich het feit dat het
mondelinge vragen van raadsleden aan het college zijn. Op uw vragen
krijgt u nu geen antwoord.)

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
26
Prima. Dat komt op een ander moment.
Twee loten aan dezelfde stam. Ik vind dat glashelder. Iedereen weet dat dit een
legale branche is, maar een branche die uitermate kwetsbaar is. We noemen het een
criminogene branche. We willen in deze branche orde op zaken stellen. Dat doen we op
twee manieren. Door mensenhandel strenger aan te pakken en door de positie van
degenen die in het vak werken te beschermen en te versterken. Beide zaken werken mee
aan het uitbannen van de mensenhandel. Ik vind deze zaken uitermate goed verenigbaar.
Het mag u ook duidelijk zijn dat de nota die vandaag gepresenteerd is onderdeel is van
het integrale beleid dat we voor ogen hebben voor de prostitutiesector in Amsterdam.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Doorninck.
Mevrouw
VAN DOORNINCK:
Ik kom nog even terug op een vraag van de heer
Limmen die ik in het begin ook niet helemaal begreep, maar in de tweede termijn wel. Hij
sprak daarbij over passend werk. Als we het werk zodanig inrichten dat het op een
aanvaardbare manier gedaan kan worden, is dat iets anders dan passend werk voor de
Sociale Dienst zodat vrouwen die geen baan hebben niet gedwongen kunnen worden om
in de prostitutie te gaan werken. Passend werk is heel iets anders dan werk dat op een
aanvaardbare manier kan worden uitgeoefend. Prostitutie is geen werk waartoe een
pooier of een overheid iemand kan dwingen. Is de wethouder dat met mij eens?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.
Wethouder
VOS:
Dank u dat u mij in de gelegenheid stelt om die vraag te
beantwoorden. Dat was ik vergeten. Het mag duidelijk zijn dat prostitutie een legale
branche is, maar het is geen normaal werk. Daarmee is het ook geen passend werk. Wij
zullen dat ook op geen enkele manier zo aanduiden. Het is legaal werk, maar kent veel
misstanden. Wij vinden dat het een manier van werken moet worden die in de
Nederlandse samenleving aanvaardbaar wordt, maar dat is iets volstrekt anders dan dat
het normaal is. Dat is het niet en het zal ook op geen enkele manier als passend werk in
het kader van de sociale zekerheid moeten worden beschouwd.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer De Wolf.
De heer
DE WOLF:
Ik ben een beetje in verwarring door het antwoord van de
wethouder aan de heer Limmen dat prostitutie in Nederland legaal is en dat het daarom
dus een legale vorm van arbeid is. Die stelling zou misschien iets genuanceerd moeten
worden. Ik waardeer overigens de notitie die u hebt uitgebracht zeer, vooral omdat u heel
veel dingen wilt onderzoeken en wilt bekijken wat er aan de positie van prostituees kan
worden verbeterd voor zover mensen vrijwillig dat werk willen doen. Mijn vraag blijft: is dat
beleid volgens u in te passen in het beleid in het kader van 1012, het aanpakken van
misstanden? Hoe ziet u dat? Waar wilt u dat doen? Op welke manier denkt u dat te
benaderen? U hoeft die vragen niet nu allemaal te beantwoorden. Ze zullen in de
commissie aan de orde komen, maar dat is de essentie.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.
Wethouder
VOS:
Uw eerste vraag is of werk dat gelegaliseerd is ook legale
arbeid is. Deze vorm van arbeid is gelegaliseerd in Nederland. Dat wil niet zeggen dat

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
27
deze vorm van arbeid altijd op elke plek op een legale wijze plaatsvindt. Als u het zo
bedoelt, ben ik het met u eens. Dat is juist de zorg die het college heeft. Het is weliswaar
gelegaliseerd, maar we zien dat deze vorm van arbeid op zoveel plekken uitgeoefend
wordt waar het niet voldoet aan de regels die we in dit land stellen. Regels op het gebied
van bescherming en arbeidsrechten. Het is werk dat kwetsbaar is voor uitbuiting en
mensenhandel. Daarom vinden wij dat dit beroep veel steviger ingekaderd moet worden.
Controle en exploitatievergunningen moeten veel steviger aangescherpt worden. U kunt
dat allemaal in de nota lezen.
Als tweede vraagt u of dit in te passen is in het bredere beleid voor de Wallen.
Deze notitie gaat natuurlijk over de positie van prostituees in heel Amsterdam, niet alleen
op de Wallen, maar ook in de escort en in bordelen. Dit als opmerking vooraf. En het is in
te passen. Wij vinden dat de situatie op de Wallen te eenvormig is. Wij willen meer
diversiteit. Wij willen overlast bestrijden. Bedrijven waar van criminaliteit sprake is, waar
ondeugdelijke eigenaren achter zitten, moeten gewoon weg. Om die redenen zullen er
ramen moeten sluiten. Dat wil niet zeggen dat er geen ramen openblijven, daarover is het
college ook duidelijk: er blijven ramen open. Degenen die daar werken moeten dat op een
fatsoenlijke manier kunnen doen, met bonafide exploitanten. Om zover te komen, moet er
nog behoorlijk wat werk verzet worden. De maatregelen daarvoor staan in deze notitie.
Vragen van het raadslid mevrouw Hoogerwerf inzake het rookbeleid.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevrouw
HOOGERWERF:
Per 1 juli 2008 gaat het nieuwe rookbeleid in. Dat zal
op de eerste plaats van grote invloed zijn op alle rokers die voortaan niet meer in de kroeg
kunnen roken, maar dat op het terras zullen moeten doen. Het zal ook van invloed zijn op
de ondernemers en op de omgeving van kroegen. Daarover gaan onze vragen.
Op 31 mei 2008 kopte De Telegraaf dat de horeca nog niet klaar is voor het
rookverbod. Negen van de vijftien regiovoorzitters van Koninklijk Horeca Nederland
zeggen dat er nog geen voorbereidingen zijn getroffen door ondernemers. Dit komt omdat
onduidelijk is wat wel en niet mag, wie waarvoor verantwoordelijk is en hoe er straks
gehandhaafd zal worden. Ook de regiovoorzitter van Koninklijk Horeca Nederland in
Amsterdam zei dat uitstel nodig is. De overheid heeft op haar beurt laten weten streng te
zullen controleren op het rookbeleid. Ik heb acht vragen.
In hoeverre acht u de Amsterdamse horeca gereed voor het rookverbod?
Wat is uw reactie op de stelling van de vijftien regiovoorzitters dat de
informatieverstrekking door de overheid onvoldoende is?
In hoeverre vindt u dat voldoende duidelijk is wat wel en niet mag?
In hoeverre verwacht u overlast? Geluidsoverlast, sigaretten op straat, problemen
met de openbare orde, maar misschien ook problemen met de veiligheid van rokers.
Welke maatregelen gaat het college nemen om de eventueel toenemende
overlast zoveel mogelijk te beperken? Kunt u er bijvoorbeeld voor zorgen dat er heel
mooie asbakken op straat komen te staan?
Vindt u dat de ondernemer altijd aansprakelijk is voor overtredingen van het
rookverbod? Zo ja, op welke manier wil de gemeente kleine ondernemers ondersteunen
die hun best doen om het rookverbod te handhaven?
Vindt u dat de ondernemer altijd aansprakelijk is voor overlast als gevolg van het
rookverbod? Zo ja, waarom? Zo nee, in welke gevallen wel en in welke gevallen niet?

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
28
Is het college bereid om over een half jaar de werking van het rookverbod in de
praktijk te evalueren en daarbij ook de inbreng van rokers en ondernemers en hun
ervaringen te betrekken en te bekijken hoe dit beleid in het belang van ondernemers,
rokers en de openbare orde goed en op een prettige manier wordt uitgevoerd?
De
BURGEMEESTER:
Ik heb nog niet zo lang geleden samen met de heer
Hermanides, voorzitter van Koninklijk Horeca Nederland, afdeling Amsterdam, een brief
geschreven aan alle horecaondernemers om hen nog eens te wijzen op de invoering van
het rookverbod per 1 juli 2008. Zoals u weet, is dit een landelijke maatregel waar wij
verder buiten staan. Het antwoord op de vraag of dit uitgesteld kan worden, is ‘nee’. De
rijksoverheid heeft dit zo besloten. Is de informatie voldoende? Ik denk dat iedereen
precies weet waar hij aan toe is. Binnen mag niet gerookt worden en buiten zijn de regels
bekend. In de brief hebben we daar verder op gewezen. De verantwoordelijkheden zijn
tamelijk duidelijk, zeker op het gebied van overlast. Op de eerste plaats zijn de rokers die
buiten gaan staan daar zelf verantwoordelijk voor. Op de tweede plaats zijn de
ondernemers daarvoor verantwoordelijk. Als dat allemaal niet goed gaat, komt de
overheid om de hoek kijken als er sprake is van overlast. Daartegen zal moeten worden
opgetreden. Dat is de stand van zaken. U vraagt ook of er asbakken geplaatst moeten
worden. Ik denk dat zoiets in eerste instantie een zaak is voor de ondernemers zelf. Zij
zullen dat moeten doen. Ik heb daarmee ook iets gezegd over de aansprakelijkheid van
ondernemers. U vraagt of het nodig is om kleine ondernemers te ondersteunen. Ik vind
het veel te vroeg om die vraag te beantwoorden. Als we naar het buitenland kijken, dan
zien we dat daar de overlast is meegevallen, maar dat er een zekere gewenning zal
moeten optreden. We moeten dat maar even aankijken. Ik denk dat het verstandig is om
eerst een half jaar of een jaar aan te zien hoe het ermee gaat.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevrouw
HOOGERWERF:
Ik hoor dat u zich wel kunt vinden in mijn laatste vraag
om over een half jaar of een jaar te bekijken hoe het in de praktijk werkt. We kunnen dan
samen met rokers en ondernemers bekijken waar de problemen zich voordoen. Mijn
verzoek is daar te zijner tijd een klein onderzoek naar te verrichten.
De
BURGEMEESTER:
Ik vind dat enigszins voorbarig. Als blijkt dat het echt
problemen oplevert, dan moeten we dat bezien. Als blijkt dat het allemaal wel losloopt,
dan vind ik het niet nodig om er onderzoek naar te doen. Ik vind het te vroeg om dat te
doen. We moeten op dit punt wel de vinger aan de pols houden.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer De Goede
De heer
DE GOEDE:
Ik heb hierover nog een korte vraag. Er wordt over een
evaluatie gesproken. Ik kan eerlijk gezegd niet wachten totdat het 1 juli 2008 is en er niet
meer gerookt wordt als ik uitga. Ik denk dat bij de evaluatie vooral de niet-rokers
betrokken zullen moeten worden. Wat zijn hun ervaringen? Zij vormen toch een
meerderheid in de stad. Ik zou als motto ‘Voorrang voor een gezonde kroeg’ aan D66
willen meegeven. Let u op de niet-rokers, want we gaan een geweldig jaar tegemoet. Mijn
vraag is dan ook: betrekt u ook de niet-rokers bij de resultaten van een dergelijk verbod?

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
29
De
BURGEMEESTER:
Ik heb net tegen mevrouw Hoogerwerf gezegd dat ik het
nog te vroeg vind voor de vraag of we over moeten gaan tot een onderzoek. We kunnen
die vraag pas beantwoorden als er reden is om dat onderzoek te doen. Vervolgens is het
de vraag of die redenen liggen aan de kant van de rokers of van de niet-rokers. Ik ga uw
vraag nog niet positief beantwoorden.
Vragen van het raadslid mevrouw Van der Pligt inzake het schoolbestuur
Amos.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van der Pligt.
Mevrouw
VAN DER PLIGT:
De afgelopen weken bereikte de SP-fractie een
aantal vragen en klachten van bezorgde ouders van scholen van het Amos-
schoolbestuur. Ook uit de mr kwamen er berichten dat er een behoorlijke
bezuinigingsoperatie op stapel stond bij een aantal van de bij Amos aangesloten scholen.
Er wordt op remedial teaching bezuinigd. Ons kwam zelfs ter ore dat er klassen van 36
leerlingen gevormd zouden worden door het samenvoegen van klassen. Gisteren stond er
een artikel in Het Parool over deze problemen, waarin te lezen valt dat bij de meeste
scholen van Amos leerkrachten vertrekken, klassen worden samengevoegd et cetera.
Onlangs bleek uit een onderzoek van de Algemene Onderwijsbond dat het Amos-
schoolbestuur zeer vermogend is. Er staat 18 miljoen euro op de bank. Ik heb hierover al
vragen gesteld tijdens een actualiteit in de commissie over de financiering van onze
zogeheten zwakke basisscholen door de gemeente. Ik heb de wethouder toen gewezen
op dit bedrag en op de solvabiliteit van het schoolbestuur en gevraagd om eerst maar
eens grondig te onderzoeken of de gemeente wel 100.000 euro per zwakke school van
het Amos-bestuur moet geven als het nog zoveel geld op de plank heeft liggen. Het
schoolbestuur van Amos zegt in een reactie gisteren in Het Parool dat het vermogen
onderhand heel erg is geslonken omdat het veel geld kwijt was aan verbouwing en
onderhoud. Dat is een vreemde zaak aangezien deze kosten gewoon op grond van de
rijksregeling door het stadsdeel aan scholen vergoed worden. Het beleid van dit
schoolbestuur roept veel vraagtekens op bij verontruste ouders en bij veel
personeelsleden van de Amos-scholen. Daarom heb ik de volgende vragen aan de
wethouder:
Is de wethouder bereid er bij het schoolbestuur van Amos op aan te dringen de
voorgenomen bezuinigingen niet ten koste van de leerlingen te laten gaan, maar te
onderzoeken of er wellicht bezuinigd kan worden op de overhead bij Amos?
Kan de wethouder garanderen dat de zwakke scholen van Amos die extra
financiering van de gemeente Amsterdam ontvangen buiten de klassenvergroting blijven
die in Het Parool genoemd wordt?
Deelt de wethouder onze visie dat de ideale klassengrootte zeker niet boven de
28 leerlingen uit mag komen?
Is de wethouder bereid om, indien er grotere klassen ontstaan bij de Amos-
scholen, hierover in overleg te treden met het schoolbestuur onder het motto Kinderen
Eerst, en om te voorkomen dat we straks weer nieuwe zwakke scholen krijgen?
Is de wethouder bereid om met het schoolbestuur van Amos in gesprek te gaan
over de algehele financiële situatie en de uitkomsten daarvan na de zomer met de
commissie te bespreken?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
30
Wethouder
ASSCHER:
Ik ga proberen om de vragen omwille van de tijd kort te
beantwoorden. Mijn uitgangspunt, en dat is ook het uitgangspunt dat we volgens mij delen
met de raad, is dat we scholen moeten kunnen aanspreken op kwaliteit, zelfs als er geen
formele bevoegdheid is. Dat is ook de reden voor de Aanpak zwakke scholen en dat is
dus ook de titel op grond waarvan ik in gesprek ga met schoolbesturen, waaronder Amos.
Ik wil me niet bemoeien met de bedrijfsvoering van scholen. Ik wil dus niet gaan
meepraten over de manier waarop een eventuele bezuiniging zou moeten worden
doorgevoerd. Ik wil ze wel aanspreken op kwaliteit. Als zou blijken dat de kwaliteit ernstig
lijdt onder de manier waarop de bedrijfsvoering van de school plaatsvindt, is dat een titel
om ze daarop aan te spreken. Hetzelfde geldt voor de klassengrootte. Ik ben geen expert
op dat gebied, maar ook ik denk dat meer dan 28 leerlingen in een klas niet zo’n goed
idee is. Als titel om met scholen in gesprek te gaan, gebruiken wij altijd de kwaliteit. Zoals
u weet levert dat al een aardig gevecht met scholen op. Het gaat daarbij net zo goed om
het opkrikken, het verbeteren van de kwaliteit van de scholen, als om te voorkomen dat
een school een zwakke school wordt. Dat zijn voor mij allebei titels om in gesprek te gaan
met Amos.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van der Pligt.
Mevrouw
VAN DER PLIGT:
Bent u bereid om deze zomer of vlak erna met het
bestuur van Amos naar de kwaliteit te kijken en te onderzoeken of er inderdaad door deze
bezuinigingsoperatie geen kwaliteitsvermindering heeft plaatsgevonden en ons dat in de
commissie mee te delen?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Amos staat gewoon op de nominatie om in het kader van
de Aanpak zwakke scholen op gesprek te komen. De aanpak is ook niet altijd: geef maar
100.000 euro. Dat hangt helemaal af van de school, van de situatie en van de vraag wat
de beste aanpak is. We gaan met ze in gesprek over de kwaliteit, want ook zij hebben een
aantal basisscholen waarover een gesprek over de kwaliteit nodig is. Ik heb u al
toegezegd om u van de kwaliteitsaanpak van het primair onderwijs in de commissie op de
hoogte te houden. Als het naar u gevoel te lang duurt, kunt u mij er altijd in de commissie
aan helpen herinneren.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer De Wit.
De heer
DE WIT:
Kwaliteit is een breed begrip en kan verschillend
geïnterpreteerd worden. Is de wethouder het met de VVD eens dat diepte-investeringen
op lange termijn niet ten koste mogen gaan van de kwaliteit van het primaire proces?
Daar ligt volgens mij het belang.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Voor de definitie van kwaliteit bestaan allerlei normen die
landelijk zijn vastgesteld. De Inspectie ziet daarop toe. De rapporten van de Inspectie
gebruiken wij ook om naar scholen toe te gaan. Het gaat daarbij zowel om aspecten als

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
31
de staat van het gebouw als om het primaire proces. Ik maak mij vooral zorgen om het
primaire proces.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Mahrach.
Mevrouw
MAHRACH:
Wethouder, gaat het hier om dezelfde stichting die drie jaar
geleden een school toegewezen heeft gekregen en deze nog steeds niet wenst te
beginnen? Biedt het starten van die school geen mogelijkheid om over te gaan tot kleinere
klassen?
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Ik vind dat een ingewikkelde vraag. Ik heb er niet meteen
een antwoord op.
(De
VOORZITTER:
De vraag komt vast nog wel een keer in de
commissie terug.)
De
VOORZITTER:
Ik verzoek de leden van de Rekeningencommissie plaats te
nemen op de binnenste ring.
6
Voordracht van de Rekeningencommissie van 6 juni 2008 inzake verslag van de
Rekeningcommissie over de rekening 2007 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 253).
6A
Voordracht van de Rekeningencommissie inzake onttrekking aan reserve
meerwaarde afkoopsommen erfpacht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 287).
7
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders inzake reactie van
het college op het verslag van de Rekeningencommissie over de jaarrekening 2007 en op
het verslag inzake de controle van de jaarrekening over 2007 van de gemeente
Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 284).
8
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 8 april 2008 tot
kennisneming van het jaarverslag en vaststelling van de jaarrekening over 2007
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 254).
9
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van de jaarrekeningen over 2007 van de stadsdelen (Gemeenteblad afd. 1, nr.
255).

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
32
De
VOORZITTER:
Ik geef het woord aan de voorzitter van de
Rekeningencommissie, de heer Flos.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Flos.
De heer
FLOS:
Voordat ik begin met de inhoudelijke behandeling wil ik op iets
anders ingaan. De Rekeningencommissie betreurt het dat het verslag van de
Rekeningencommissie, voordat het openbaar was, al in de publiciteit kwam. Wij hebben
geprobeerd intern na te gaan hoe dat is gekomen, maar we zijn niet tot een definitief
oordeel gekomen over de precieze gang van zaken. We weten niet of het binnen of buiten
de Rekeningencommissie is gebeurd. Dit had in ieder geval nooit mogen gebeuren en wij
hebben afspraken gemaakt om de kans op herhaling in het vervolg te minimaliseren.
Ik ga nu over tot de inhoudelijke behandeling van de jaarrekening. Het algemene
beeld van de getrouwheid en rechtmatigheid van de gemeenterekening is behoorlijk
positief. Van de vijftien grootste diensten is er slechts een – de Haven – afgekeurd op
rechtmatigheid, heeft er slechts een – de Dienst Zorg en Samenleven – een beperking
voor zowel de rechtmatigheid als de getrouwheid. De Dienst Werk en Inkomen heeft een
beperking voor de rechtmatigheid. De kleinere diensten hebben allemaal een
goedkeurende verklaring, behalve het Servicehuis ICT dat voor de tweede maal een
beperking heeft voor zowel de getrouwheid als de rechtmatigheid. Voor alle
jaarrekeningen van de stadsdelen is over 2007 een goedkeurende accountantsverklaring
afgegeven terwijl er in 2007 nog vier stadsdelen waren met een beperking en een waarbij
een oordeel onthouden werd. In 2007 kreeg de gemeenterekening nog een beperking
voor zowel de rechtmatigheid als de getrouwheid, in 2008 nog alleen voor de
rechtmatigheid en een goedkeuring voor de getrouwheid. De beperking voor de
rechtmatigheid van de jaarrekening was volgens de Rekeningencommissie zelfs te
voorkomen geweest. We komen hier zo op terug. Niettemin stemt het algemene beeld tot
gematigde tevredenheid.
De reserve meerwaarde afkoopsommen erfpacht is voor ons het belangrijkste
punt van kritiek op de jaarrekening. Dat de jaarrekening 2007 een beperking voor de
rechtmatigheid heeft gekregen, is volledig te wijten aan het feit dat het college op
onrechtmatige wijze een onttrekking heeft gedaan aan de reserve meerwaarde
afkoopsommen erfpacht. Het college stelt in de rekening voor een deel van de reserve te
laten vrijvallen om zodoende ruimte te scheppen voor de dekking van de extra risico’s van
de Noord/Zuidlijn. Het college heeft een bedrag van 66,4 miljoen euro van het hogere
risico van de Noord/Zuidlijn gedekt uit de genoemde reserve. Die reserve zou eigenlijk tot
2019 in jaarlijkse termijnen van 13 miljoen euro vrijvallen. Door de constructie die het
college heeft gekozen, wordt dat nu een stuk minder. Het college heeft namelijk besloten
om dit potje versneld op te souperen en dit voorstel al toe te passen bij de rekening 2007.
Dit, leden van de raad, is in strijd met de vastgestelde regels voor de manier waarop met
reserves om moet worden gegaan. Deze regeling schrijft namelijk voor dat de instelling en
opheffing van reserves of veranderingen daarin alleen bij de begroting, bij
begrotingswijziging of op basis van tevoren door de raad vastgesteld beleid – zoals bij het
vereveningsfonds bijvoorbeeld het geval is – kunnen worden vastgesteld en niet achteraf
zoals het college nu doet. Dit zijn niet alleen boekhoudkundige regels, maar bestaan ook
bewust als uitvloeisel van het budgetrecht van de raad. Dat recht houdt in dat de raad
vooraf, of hooguit gedurende het lopende jaar, bepaalt waar reserves aan uitgegeven
moeten worden, maar niet achteraf. Na de wedstrijd mogen de spelregels niet opeens
veranderd worden. Het college wist dat dit niet mocht, maar heeft er bewust voor gekozen

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
33
deze wijze van dekken toch toe te passen, ondanks het feit dat met een andere manier
van dekking de jaarrekening van de gemeente waarschijnlijk een volledige goedkeuring
had kunnen krijgen. Wij zien niet in, zoals het college op pagina 43 van het jaarverslag
stelt, dat deze regel in het hele land geldt, maar geen recht doet aan de Amsterdamse
situatie. Wegens strijdigheid met de regels heeft de ACAM deze onttrekking dan ook als
onrechtmatig gekwalificeerd. Hierom, en omdat het budgetrecht van de raad wezenlijk
wordt aangetast, is ook de Rekeningencommissie hierover zeer kritisch geweest in haar
rapport. Voor ons is deze wijze van onttrekking er een in de categorie ‘eens, maar nooit
weer’. Zij acht het van groot belang dat met reserves wordt omgegaan op een manier die
recht doet aan het budgetrecht van de raad. Wij vragen de raad dan ook uitdrukkelijk deze
lijn te bevestigen door het vaststellen van het verslag van de Rekeningencommissie. Om
uitdrukking te geven aan het feit dat reserves alleen bij begrotingen en
begrotingswijzigingen worden vastgesteld, heeft de Rekeningencommissie ervoor
gekozen om u, voorafgaand aan en gescheiden van het vaststellen van de jaarrekening,
te laten besluiten over de onttrekking van het bedrag van 66,4 miljoen euro aan de
reserve meerwaarde afkoopsommen erfpacht. Hiermee wordt de onrechtmatigheid niet
opgelost, maar geeft de raad wel een duidelijk signaal af dat reserves niet bij het opstellen
van de jaarrekening behoren te worden ingesteld of gemuteerd, maar bij de begroting of
bij een begrotingswijziging.
Ik ga over naar het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam. In 2007 was onze
conclusie nog dat het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam niet in control was. Het
Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam had toen een oordeelsonthouding voor de
getrouwheid en een afkeuring voor de rechtmatigheid. In 2006 kreeg het
Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam zelfs een volledige afkeuring. Wij hebben in
2007 een flinke discussie gevoerd met wethouder Van Poelgeest over de vraag in
hoeverre hij kon toezeggen dat er in 2008 een goedkeurende verklaring zou zijn. Het
college streefde daar wel naar, maar het wilde dat niet keihard toezeggen omdat volledige
borging van de resultaten van het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam Financieel
Gefundeerd niet eerder dan in 2009 haar beslag zou kunnen hebben gekregen. Tot ons
groot genoegen en ongetwijfeld ook tot dat van het college is er nu zelfs een volledige
goedkeuring over het jaar 2007. Deze goedkeuring is het gevolg van de normalisering en
het op niveau brengen van de financiële administratie, de sterke verbetering van primaire
processen als erfpacht en grondexploitatie en de door de raad gevraagde
negenmaandsrapportage. Dat is een compliment waard. Desondanks wijzen wij er, net als
de ACAM en het college zelf, op dat het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam er
nog niet is. De Rekeningencommissie heeft in 2007 gevraagd de stoplichten bij het
Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam Financieel Gefundeerd niet te laten
verkleuren wanneer een actie wel of niet ondernomen is, maar vooral als het effect van
een actie wel of niet bereikt is. Wij zijn tevreden over het feit dat het stoplicht nu op deze
manier van kleur verandert. Over het geheel genomen staat het stoplicht nu op oranje. De
ACAM stelt terecht dat verbeteringen nog te veel voornemens en voorstellen zijn en dat
het doel moet zijn om de maatregelen te incorporeren totdat ze vanzelfsprekend deel
uitmaken van het reguliere werk. Anders kan het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente
Amsterdam weer terugvallen naar de situatie van 2006. De Rekeningencommissie vindt
dan ook dat de maximale aandacht van het college voor de implementatie van het traject
Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam Financieel Gefundeerd onverminderd nodig
is, inclusief het onverminderd voortzetten van het ingestelde toezichtmodel. Wij zijn dan
ook verheugd over de toezegging van het college daartoe in zijn reactie.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
34
Ik ga over naar de twee extra onderzoeksopdrachten die door het audit committee
aan de accountantscontrole en aan het werk van de Rekeningencommissie zijn
toegevoegd. De eerste vraag was: vinden er veel overschrijdingen van termijnen bij
vergunningverlening plaats? De accountant heeft onderzoek hiernaar gedaan en
geconstateerd dat hierop bij alle onderzochte diensten niets aan te merken valt. Natuurlijk
wordt er wel eens een termijn overschreden, maar er is geen groot of structureel
probleem. De andere vraag was of er een uitgavenpiek aan het eind van het jaar bestaat,
onder het motto: ons geld is nog niet op en we gaan nog even snel geld uitgeven en
binnen de organisatie vragen waar het aan uitgegeven zou moeten worden. We hebben
dit onderzocht en de accountant heeft gelukkig geconstateerd dat hiervan geen sprake is.
Bij sommige diensten werd wel een uitgavenpiek in de laatste maanden geconstateerd,
maar dit was verklaarbaar vanwege de manier waarop het interne proces was
georganiseerd. De Rekeningencommissie kan daarom concluderen dat er op dit punt niet
veel aan de hand is. Wij denken dat de constante aandacht voor dit soort opdrachten van
het audit committee aan de raad een positief effect heeft op de kwaliteit van de
bedrijfsvoering.
Ik zal nu een aantal kleinere punten behandelen. De weerstandscapaciteit. De
Rekeningencommissie constateert dat het eigen vermogen, zeg maar het
spaarbankboekje van de gemeente, de optelling van de algemene en
bestemmingsreserves, de laatste drie jaar is gedaald van 1,7 miljard euro in 2004 naar
1,25 miljard euro in 2007. Kan het college nader toelichten of dit wel of niet zorgwekkend
is, ook in verband met de notitie Risicomanagement van 25 maart 2008 en de
benaderingswijze van het benodigde niveau van de weerstandscapaciteit op pagina 227
en verder van het jaarverslag?
Een ander punt vormen de Europese aanbestedingen. Dat blijft een voortdurend
aandachtspunt. Een deel van de beperking voor de rechtmatigheid in het generaal
accountantsverslag is te wijten aan het niet voldoende volgen van de regels voor
Europese aanbesteding. Regels die er overigens toe kunnen bijdragen dat niet steeds
dezelfde bedrijven offertes indienen en dat de gemeente een product krijgt tegen de beste
prijs/kwaliteitsverhouding. Wij vernemen graag van het college hoe het denkt hier beter en
voortdurend aandacht voor te borgen in de gemeentelijke organisatie.
De Dienst Zorg en Samenleven. In 2008 was dit een zorgenkindje, hoewel de
Rekeningencommissie er begrip voor heeft dat het een nieuwe dienst is en dat de
aandacht in eerste instantie iets meer lag bij de zorg voor de burger dan bij het op tijd
verkrijgen van offertes of van accountantsverslagen van derden die worden ingehuurd.
Wij vragen het college of het verwacht dat over 2008 een accountantsverklaring zonder
beperking kan worden uitgebracht.
Het Servicehuis ICT. Ook deze dienst heeft twee beperkingen. Wij zijn van
mening dat het college deze problemen serieus onderkent, maar vinden wel dat het
college de vinger stevig aan de pols moet houden. Het is teleurstellend om te zien dat de
beoogde besparingen van het Servicehuis ICT zowel qua tempo als qua omvang niet
conform de planning gerealiseerd kunnen worden. Daarom vragen wij het college de raad
te laten weten welke verbeteringen in 2008 gerealiseerd zullen worden.
De Dienst Werk en Inkomen. Er zijn complimenten op zijn plaats voor de enorme
slag die de Dienst Werk en Inkomen, een van de twee zorgenkindjes van 2007, heeft
gemaakt. De Dienst Werk en Inkomen lijkt weer behoorlijk in control te zijn. Wij hopen dan
ook dat de Dienst Werk en Inkomen de nieuwe taken en verantwoordelijkheden zoals de
inpassing van de Gemeentelijke Kredietbank, de Wet sociale werkvoorziening en Pantar

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
35
ook op het gebied van financiële beheersing en administratieve organisatie goed weet uit
te voeren.
De Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Het is teleurstellend om te constateren
dat er bij de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling geen verbeteringen zijn geconstateerd
bij de deugdelijke totstandkoming van de prestatie-indicatoren. Dit houdt nog steeds een
risico in bij de vaststelling van de hoogte van een aantal uitkeringen door het Rijk. In 2007
is met klem beterschap beloofd, maar helaas zien we hier niets van terug in de
jaarrekening 2007.
De risico’s van de Zuidas. Met de ontwikkeling van de Zuidas wordt een project
met veel risico’s toegevoegd. De manier waarop dit project wordt ingericht, zal bepalen of
de Rekeningencommissie hierover in de toekomst veel zal moeten zeggen.
De duurzaamheidsindicatoren. Het viel de Rekeningencommissie op dat deze
bijlage over het algemeen wel aanwezig was, maar dat deze heel vaak slecht of niet
gevuld was. Mede gezien het belang dat de raad en dit college aan dit thema hechten,
verzoekt de Rekeningencommissie het college er zorg voor te dragen dat bij de
jaarverslagen over 2008 deze bijlage wel fatsoenlijk is ingevuld.
Ik wil me nu richten tot u, raadsleden, over de verantwoording van de
fractiegelden. Dit jaar waren er twee fracties die tijdig hun papieren hebben ingeleverd. De
Rekeningencommissie is van mening dat deze raad het goede voorbeeld moet geven. Wij
gaan ervan uit dat u dat met ons van mening bent. Wij hopen dan ook dat de financieel
woordvoerders plechtig zullen toezeggen dat zij in 2009 op tijd zullen zijn.
De kredieten. De Rekeningencommissie heeft het college in haar verslag verzocht
toe te zeggen jaarlijks in de gemeenterekening een overzicht op te nemen van kredieten
die langer dan vijf jaar lopen met vermelding van de redenen daarvoor. Het college heeft
ons een antwoord gegeven dat slechts is toegespitst op de portefeuille Sport terwijl de
opmerking van de Rekeningencommissie nadrukkelijk alle portefeuilles betrof. Wil het
college het gevraagde overzicht alsnog toezeggen?
De voortgangsbewaking van de toezeggingen van het college in zijn schriftelijke
reactie en de toezeggingen die het dadelijk zal doen. Wij vragen het college om de
toezeggingen goed te bewaken en ook om de raad hier al bij de negenmaandsrapportage
over te informeren.
Dit was het inhoudelijke verhaal. Ik wil nu nog twee andere zaken aan de orde
stellen. Op de eerste plaats de openbaarheid van de Rekeningencommissie. In 2007
hebben wij gezegd dat wij ernaar streefden om meer verantwoording af te leggen over de
activiteiten van de Rekeningencommissie en een grotere openbaarheid van onze
activiteiten na te streven. Ik heb aan het begin al gezegd dat openbaarheid via de krant
niet de bedoeling was. Onze vergaderingen staan nu standaard op de website
aangekondigd. U kunt er ook allemaal bij aanwezig zijn. Het afgelopen jaar heeft slechts
één raadslid dat geen lid was van de Rekeningencommissie daarvan gebruikgemaakt.
Daarnaast worden alle verslagen na vaststelling op de website gepubliceerd. U zult ook
zien dat alle verslagen van vergaderingen die wij tot nu toe hebben gehouden – en de
laatste was vorige week – op de website ontsloten zijn. Daarentegen zullen, op grond van
het reglement, de gesprekken met wethouders en de werkbezoeken vertrouwelijk blijven.
De Rekeningencommissie heeft ook besloten om bepaalde interne discussies
vertrouwelijk te houden en de verslagen daarop aan te passen.
Tot slot wil ik graag een woord van dank uitspreken aan de ACAM voor de
uitstekende ondersteuning. De directeur van de ACAM, Dick van der Zon, de accountants,
maar in het bijzonder wil ik Karel Holland vandaag bedanken, onze trouwe, snelle en
adequate adjunct-secretaris, griffier en notulist die ons na vele jaren trouwe dienst gaat

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
36
verlaten om te genieten van een welverdiend pensioen. Natuurlijk zullen wij hem op
gepaste wijze, en rekening houdend met de financiën van de gemeente, de komende
maanden uitluiden.
Voorzitter: de heer Nederveen
De
VOORZITTER:
Ik dank de voorzitter van de Rekeningencommissie voor zijn
bijdrage. Het is denk het verstandigste om eerst de raad in eerste termijn de gelegenheid
te geven om te reageren en daarna het college aan het woord te laten.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Mulder.
De heer
MULDER:
Laat ik eens positief beginnen. De uitvoering van veel
collegeprioriteiten verloopt goed. Sommige prioriteiten worden niet goed genoeg
uitgevoerd en zijn dus oranje gekleurd in het daartoe verstrekte transparante overzicht. En
er is een vakje rood gekleurd. Het ziekteverzuim van langer dan een jaar is flink gedaald.
Het aantal overlastgevende jeugdgroepen is enorm afgenomen tot maar liefst 85. Dat is
een afname van eenderde in twee jaar tijd tot ver beneden de doelstelling. Dat is
hartstikke goed. Het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam heeft, min of meer tegen
de verwachting in, een goedkeurende accountantsverklaring gekregen. Daarvoor verdient
wethouder Van Poelgeest een pluim. Ik vind dat we in Amsterdam goed op weg zijn om
de zaken op orde te krijgen. Het risicomanagement staat volop in de aandacht, en helaas
niet onterecht gezien de laatste ontwikkelingen op de Vijzelgracht. De diensten doen het
steeds beter. De ACAM heeft nog kritiek op een aantal diensten dat hun zaken niet goed
op orde heeft. De Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling krijgt bijvoorbeeld een tik op de
vingers vanwege het ontbreken van een systematische risicoanalyse. De Dienst Zorg en
Samenleven kreeg een accountantsverklaring met een beperking. Bij elkaar genomen
doen wij het elk jaar beter. De Rekeningencommissie doet daarbij nuttig werk en houdt de
raad en het college scherp.
Het is echter niet allemaal rozengeur en maneschijn en traditiegetrouw gaat het
rekeningendebat juist over die zaken die niet goed gaan. Laat ik hier maar niet met die
traditie breken. De grote klapper is natuurlijk de Noord/Zuidlijn. Een tegenvaller van deze
omvang zien we niet vaak en daar worden wij uiteraard geen van allen blij van. Tot zover
de overeenstemming. Het twistpunt is de dekkingswijze. Het college laat een aantal
tranches van een reeds geplande vrijval – de meerwaarde afkoopsommen erfpacht –
vervroegd vrijvallen. De voorzitter van de Rekeningencommissie is daar al op ingegaan.
Anders dan die inbreng deed vermoeden, gaat het niet om iets wat in tegenspraak is met
de wet, maar om iets wat in tegenspraak is met een advies van de commissie-BBV. Als
we de redenering van de Rekeningencommissie doortrekken, zouden we nooit meer een
reserve mogen treffen bij de rekening, terwijl hier wel degelijk goede redenen voor kunnen
zijn. We hebben dat ook bij de regeling Grote projecten en de regeling Kredieten
besproken, bijvoorbeeld een realistische inschatting van het weerstandsvermogen. In de
wet staat wel dat reserves en voorzieningen een transparant geheel moeten vormen.
Onze fractie vindt het goed als bij de jaarrekening een reserve wordt gevormd of vrijvalt,
zoals we dat al jarenlang doen, als het maar transparant gebeurt zodat de raad van een
collegevoorstel kan afwijken en aldus zijn budgetrecht gewaarborgd is. Dat is ook de
bedoeling van de wetgeving.
(De heer
FLOS:
U beweert dat de onttrekking volgens de
Rekeningencommissie alleen in strijd zou zijn met de aanbevelingen van

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
37
de commissie-BBV, maar ook het platform Rechtmatigheid provincies en
gemeenten heeft deze lijn doorgetrokken. Daarmee zijn deze
aanbevelingen nadrukkelijk in het hele land van kracht geworden.)
Het is precies zoals u zegt. Er zijn inderdaad een platform en een commissie die
dat adviseren. Daarmee is het in het hele land van kracht zegt u. Het is echter geen
kracht van wet. Het is een advies en wij mogen het wel degelijk ook als een advies
beschouwen. Ik heb een motie op dit punt overwogen, maar via de wandelgangen kreeg
ik het vermoeden dat die geen meerderheid zou halen. Het is in ieder geval duidelijk wat
wij ervan vinden.
Er is nog een belangrijk punt dat niet goed gaat. Ik maak mij zorgen als ik lees dat
het niet goed gaat bij de verantwoording van de informatie over specifieke uitkeringen.
Met andere woorden: de verantwoording die wij aan het Rijk afleggen over de brede
doeluitkeringen zoals het GSB. Het zijn ingewikkelde programma’s met tientallen
outputafspraken en indicatoren. Omdat 2009 echter een belangrijk jaar wordt, namelijk
een jaar waarin meerdere van deze programma’s aflopen, wil ik daar nu extra aandacht
voor vragen. De Rekeningencommissie ging er al even op in. Niet alleen de
verantwoording van deze uitkeringen, maar ook de vastgoedregistraties zijn niet op orde.
Dat levert weer risico’s op voor de BLS-subsidies. De ACAM schrijft daarover dat het
college op belangrijke punten niet slaagt in een adequate vaststelling en vastlegging van
de betrouwbaarheid van de gegevens. Dit kan dus gevolgen hebben voor de rijksbijdrage
aan Amsterdam. Bij de Single Information Single Audit (SISA) gaat het bijvoorbeeld om
1,2 miljoen euro. Dit speelt ook bij de verantwoording aan het Rijk over het taxibeleid G4,
de WWB en het ISV. Dit moet dus in 2009 geregeld zijn, want dan lopen de
verantwoordingstermijnen af. De accountant besteedt pagina’s lang gortdroge teksten aan
de bedrijfsvoering, die wij uiteraard met plezier gelezen hebben. Ze lijken echter wel een
beetje gekopieerd en geplakt te zijn uit het verslag van vorig jaar. Dat betekent niets ten
nadele van de accountant, maar des te meer van het college. Zo schiet het natuurlijk niet
op. Ik dien daarom een motie in om te komen tot een strakkere rapportage aan de raad
over de SISA en de vastgoedregistraties. Ik vraag in die motie namens mijn fractie om het
college halfjaarlijks aan de raad te laten rapporteren over de verbeteracties die het
onderneemt en de resultaten ervan.
In het jaarverslag lezen we vervolgens dat de inhuur van externen met 13% is
gestegen. Als we goed op de cijfers inzoomen, is het volgens mij meer, want er worden
appels met peren vergeleken, namelijk inclusief en exclusief het Gemeentelijk
Vervoerbedrijf in de geaggregeerde bedragen. De inhuur van uitzendkrachten is
bijvoorbeeld met 16 miljoen euro, ofwel ruim de helft, toegenomen. De inhuur binnen de
gemeente is gedaald, maar die was nu net budgettair neutraal. De inhuur van overige
externen is ten opzichte van twee jaar geleden met 50% gestegen. Op dit punt komen wij
nog terug bij de behandeling van de voorjaarsnota. Het is uiteraard een punt van zorg.
Een ander punt van zorg is het Servicehuis ICT. Daarover is uitgebreid gesproken in de
vakcommissie en ik zal er hier niet verder op ingaan. Als we echter afgaan op het
resultaat dat de heer Van Poelgeest bij het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam
bereikt heeft, gunnen wij hem hierbij het voordeel van de twijfel.
Tot slot wil ik net als de Rekeningencommissie aandacht vragen voor de
fractiebestedingen. Deze oproep is niet aan dovemansoren gericht. Er waren inderdaad
maar twee fracties op tijd. Inmiddels zegt het college dat het vijf jaarverslagen binnen
heeft. De Rekeningencommissie stelt voor om de termijnen verder aan te scherpen. Wij
vragen ons af of dit reëel is en houden daarom een slag om de arm bij de precieze
uitwerking van eventuele voorstellen van het presidium. Wij willen ons en onze collega’s

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
38
blijven aansporen om op tijd te zijn. In dat opzicht geven wij dus gehoor aan de oproep
van de Rekeningencommissie.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie is ingekomen:
35°
Motie van het raadslid Mulder inzake jaarrekening 2007 (SISA)
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 290).
De motie maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein.
Mevrouw
ORNSTEIN:
Dank aan de Rekeningencommissie voor al het goede en
harde werk dat de afgelopen maanden is gedaan, hoewel dat blijkbaar niet altijd in dank
wordt afgenomen. Met alle tegenvallers waar de gemeente Amsterdam de afgelopen
maanden mee is geconfronteerd, zou het niet vreemd zijn als de jaarrekening 2007 met
een negatief saldo zou worden afgesloten. Sterker nog: als er één moment is waarop je
met fatsoen met een negatief saldo voor de dag kunt komen, dan is het nu. Het zou in
ieder geval een getrouwe weergave zijn van de benarde financiële positie waarin de
gemeente Amsterdam zich bevindt met tegenvallers als bij de Noord/Zuidlijn en de
Afvalenergiecentrale. De wethouder van Financiën wilde echter geen negatief beeld laten
zien. Om te vermijden dat de jaarrekening 2007 een negatief saldo van 14,6 miljoen euro
zou vertonen, offert wethouder Asscher het spaarvarken van de meerwaarde
afkoopsommen erfpacht op. Het gaat om de vraag hoe de gemeente met tegenvallers
omgaat. Waar legt u de rekening neer?
De hogere projectkosten voor de Noord/Zuidlijn van 213 miljoen euro wil het
college dekken door het opnemen van rente en afschrijving in de begroting. Daarmee
wordt al een behoorlijke claim gelegd op toekomstige generaties. Als het om dit soort
wanstaltige bedragen gaat, heeft de VVD er begrip voor dat u deze verliezen niet in een
keer kunt nemen. Daarnaast wil het college het risicoprofiel Noord/Zuidlijn dekken door de
meerwaarde afkoopsommen erfpacht voor 66,4 miljoen euro versneld te laten vrijvallen.
Daardoor wordt echter toekomstige structurele ruimte aangetast. In gewonemensentaal:
geld dat bedoeld was om later uit te geven, wordt nu in een keer opgesoupeerd. De VVD
vindt dat je veel voorzichtiger met geld van toekomstige generaties moet omgaan. Maar
belangrijker nog: de accountant van de gemeente Amsterdam heeft deze handelwijze als
onrechtmatig bestempeld omdat het budgetrecht van de gemeenteraad hiermee is
aangetast. Die terechte kritiek legt het college naast zich neer en het plundert het
spaarvarken om een batig saldo van 51,8 miljoen euro te verkrijgen. Het college wimpelt
de kritiek van de ACAM en de Rekeningencommissie af als formalisme. Als de gemeente
Amsterdam echter zelf niet eens de boekhoudkundige regels naleeft, hoe kan het college
dan verwachten dat anderen dat wel doen? Verder zegt het college dat de
Rekeningencommissie hier een wel erg grote lading aan geeft, onder verwijzing naar het
feit dat vroeger zaken ook wel eens niet op orde bleken te zijn. Daarmee gaat het college
echter voorbij aan het feit dat het regels zijn uit maart 2007, de hoofdlijnennotitie
Resultaatbestemming van de commissie-BBV, en van 15 oktober 2007, de kadernota
Rechtmatigheid van het platform Rechtmatigheid provincies en gemeenten. Dat, terwijl
prudent financieel beleid bij het vaststellen van de begroting 2008 deze kamikazeactie
overbodig had gemaakt. Het college wilde bij die begroting per se de dividenden van
2007, die naar bestendig gebruik pas beschikbaar komen voor de begroting 2009, alvast

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
39
in 2008 opmaken. De VVD heeft erop gewezen dat je geld pas moet willen gebruiken als
je de tegenvallers van 2007 kent. Ziehier de consequentie: er zijn grote tegenvallers die
nu met kunstgrepen gedekt moeten worden. Als er met de dividenden van 2007 van circa
30 miljoen euro op de bestendige manier was omgegaan, hadden deze ruimschoots het
negatieve saldo van 14,6 miljoen euro kunnen dekken. De VVD heeft helaas op deze
wrange manier gelijk gekregen. De VVD vindt deze manier van boekhouden, met een
versnelde vrijval van de meerwaarde afkoopsommen erfpacht in strijd met het budgetrecht
van de gemeenteraad, niet alleen formeel onjuist, maar gaat ook inhoudelijk niet akkoord
met deze handelwijze. Daarom dient de VVD hierbij een amendement in op de
jaarrekening 2007.
Ook al zouden we de lijn van het college volgen dat er een rekeningenresultaat is
van 51,8 miljoen euro, dan dringt zich wel een aantal vragen op. Zo stelt het college voor
het bedrag van 51,8 miljoen euro niet te gebruiken voor het treffen van voorzieningen voor
risico’s of verplichtingen, maar in te zetten als incidentele ruimte voor 2009. De algemene
risicoreserve stijgt weliswaar met 7,7 miljoen euro, maar dat is vooral vanwege de
jaarlijkse inflatiecorrectie. De VVD vraagt zich af of er dan geen risico’s zijn. Wij zien er
namelijk wel een paar: de Noord/Zuidlijn, het Afval Energie Bedrijf, de Zuidas, de
bodemsanering haventerreinen, vervanging sluisdeuren, continuering ISV, niet
nageleefde aanbestedingsregels. Is de wethouder van mening dat het jaarverslag wel een
verantwoorde weergave is van de risico’s van de gemeente Amsterdam? Overigens is er
bij het jaarverslag 2006 60 miljoen euro toegevoegd aan de incidentele ruimte voor 2008.
Een vergelijkbaar bedrag, maar zijn de omstandigheden ook vergelijkbaar?
De VVD constateert ook nog andere zorgelijke ontwikkelingen, zoals bij het
leningenfonds. Dit jaar is voor het eerst in jaren de post doorbelaste rente lager dan de
aan derden betaalde rentelasten. Het leningenfonds is voor 10 miljoen euro
aangesproken. Voor de incidentele omslagrente zal bij de rekening 2008 naar
verwachting ongeveer 20 miljoen euro worden onttrokken aan de rente-egalisatiereserve.
Voor de structurele omslagrente geldt dat het huidige renteniveau nu al boven 4,5% ligt.
Als de rente op dit niveau blijft of verder stijgt, betekent dit dat er tekorten ontstaan die
moeten worden opgevangen door de rente-egalisatiereserve verder aan te spreken en/of
de incidentele omslagrente sneller te laten stijgen, zo schrijft de wethouder in zijn brief
aan de Commissie voor Financiën, Economische Zaken, Zee- en Luchthaven van 5 juni
2008. Wat is volgens de wethouder de veerkracht van de rente-egalisatiereserve? Moeten
de incidentele en structurele omslagrentes niet naar boven worden aangepast?
(De heer
VAN DER MEER:
Kunt u mij vertellen hoe hoog de reserve op
dit moment is?)
Niet uit mijn hoofd, maar volgens mij bedraagt deze om en nabij 130 miljoen euro.
(De heer
VAN DER MEER:
Vindt u dat ook niet een heleboel geld?)
Dat is afhankelijk van de risico’s die je loopt. Ik hoop daar straks een antwoord
van de wethouder op te krijgen.
(De heer
VAN DER MEER:
Bent u zich ervan bewust dat we bij de
begroting in 2007 30 miljoen euro vrijval bij de begroting hebben
betrokken omdat de reserve groot genoeg was en we voorlopig nog voort
kunnen?)
Ja, ik ben me daarvan bewust. En ik weet ook nog welke plannen u er toen mee
had. Ik ben ook heel erg blij dat de gemeenteraad zo wijs was om die plannen van u toen
niet te steunen.
Een andere zaak die bij het jaarverslag 2007 in het oog springt, is dat de
gemeentelijke onderdelen volgens hun eigen opgave in 2007 bijna 111 miljoen euro

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
40
hebben besteed aan de inzet van personeel van derden. Dit is ten opzichte van 2006 een
stijging van ongeveer 13%. De VVD is niet de enige partij die zich niet neerlegt bij dit soort
aantallen en bedragen. Bij de behandeling van de voorjaarsnota zullen we daar zeker nog
over spreken, bijvoorbeeld bij de behandeling van de motie-Mulder/Ornstein/Van der Meer
die morgen wordt ingediend. Het is evenzeer teleurstellend dat er meer ambtenaren zijn in
plaats van minder. Volgens wethouder Asscher is 80% daarvan toe te schrijven aan de
personeelsuitbreiding bij de brandweer. Dat staat voor de VVD ook niet ter discussie. Hoe
wordt de overige 20% echter verklaard?
Verder wil ik nog iets zeggen over de controle van de jaarrekeningen van
diensten, bedrijven en stadsdelen. Uit de ACAM-rapporten over de controle van de
jaarrekeningen van diensten, bedrijven en stadsdelen blijkt dat de Europese
aanbestedingsregels onvoldoende worden nageleefd. De VVD heeft al meermalen laten
weten dat dit een zorg en een risico is en maant het college hier bewuster op te sturen.
Nog enkele woorden over het rapport van de Rekenkamer Meetbaarheidsverslag
2007 van 14 mei 2008. In dat rapport concludeert de Rekenkamer dat het college de
gemeenteraad in het jaarverslag onvoldoende informeert over wijzigingen die het in de
doelstellingen uit het jaarplan heeft doorgevoerd. Dit komt de transparantie en
inzichtelijkheid van het jaarverslag niet ten goede. De VVD is blij dat het college in het
vervolg restrictief zal omgaan met wijzigingen en de wijzigingen die het aanbrengt
expliciet zal aangeven. Verder blijkt echter uit het rapport dat maar 70% van de resultaten
verifieerbaar is en 59% betrouwbaar. Daar trekt het college zich minder van aan zoals we
kunnen lezen in de reactie van het college. Volgens het college gaat het ook om het
verhaal erachter. Dat verhaal is ook te vertellen zonder 100% betrouwbaarheid en
verifieerbaarheid. Het zal u niet verbazen dat dit voor de number crunchers van de VVD
een weinig bemoedigende reactie is. En voor zover de voorzitter prijs stelt op een
vertaling daarvan: cijferknerpers komt misschien het dichtst in de buurt.
(De heer
MULDER:
Kunt u het woord dat u net gebruikte nader duiden?
Wij laten ons graag informeren over de precieze stellingname van de VVD
hierover. Ik snap het niet helemaal.)
De Rekenkamer stelt dat 70% van de resultaten verifieerbaar is en 59%
betrouwbaar. Wij vinden dat lage percentages. Het college reageert daarop met: ja, maar
je kunt niet alles meten. Het is jammer dat mevrouw Alberts er niet is, want zij had daar
zeker een mooie opmerking over weten te maken. Misschien kan ze na het reces nog
even herhalen wat Einstein daarover zegt. Wij verschillen daarover van mening. Wij
vinden dat meetbaarheid een heel groot goed is. Omdat deze percentages zo laag zijn,
vinden we dat het college wel iets robuuster mag reageren dan alleen maar met de
opmerking dat ook zonder 100% betrouwbaarheid een goed verhaal mogelijk is.
Over de realisatie concludeert de Rekenkamer dat bij 33% van de indicatoren het
beoogde resultaat is bereikt, bij 29% het beoogde resultaat niet is bereikt en het bij 48%
onduidelijk is of het resultaat is bereikt. Wij vinden het onwenselijk dat niet duidelijk is of
een resultaat is bereikt en nog onwenselijker als het geldt voor bijna de helft van de
indicatoren. Wij hopen dan ook dat het college zijn best zal doen om in de toekomst die
duidelijkheid wel te verschaffen.
De VVD is een partij van vooruitgangsoptimisten. Er is een grens aan de
hoeveelheid azijn die de VVD – hoe zeg ik het netjes – kan urineren. Die grens is nu
bereikt. Er zijn in het afgelopen jaar ook dingen goed gegaan en dat mag ook best gezegd
worden. Het eindejaarskasritme. Er is gekeken naar het kasritme van de diensten in de
laatste maanden van het jaar. Het lijkt erop dat er in die laatste maanden geen
buitengewone toenames zijn geweest. Dit is een mooie constatering en de VVD hoopt dat

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
41
dit gedrag bestendig is. Hoewel bij de jaarrekening van de Dienst Werk en Inkomen een
accountantsverklaring met beperking is opgenomen, heeft de Dienst Werk en Inkomen in
2007 verdere voortgang geboekt bij het realiseren van organisatorische veranderingen.
Daarmee is de beheersing verbeterd. Als gevolg van de geconstateerde verbeteringen in
de interne beheersing zijn de conclusies van de accountantscontrole van de jaarrekening
2007 van de Dienst Werk en Inkomen minder zwaar dan in de jaren daarvoor. Hoewel de
Dienst Werk en Inkomen er nog niet is, is ze duidelijk op de goede weg. Complimenten
daarvoor.
Ook het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam heeft in 2007 belangrijke
resultaten geboekt. We hebben daarover in 2007 stevige discussies gevoerd. Het is
daarom heel goed om te zien dat er nu een goedkeurende jaarrekening is. De financiële
administratie en de interne beheersing zijn sterk verbeterd en hoewel het risicobeheer nog
niet helemaal op orde is, lijkt de toestand van het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente
Amsterdam de goede kant op te gaan. Ook daarvoor onze complimenten.
Er moet de komende vier dagdelen nog zoveel gezegd worden dat ik denk dat ik
het hier maar bij laat.
De
VOORZITTER
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
36°
Amendement van het raadslid Ornstein inzake jaarrekening 2007
(meerwaarde afkoopsommen erfpacht) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 294).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van der Meer.
De heer
VAN DER MEER:
Laat ik beginnen met de prestaties van het college en
de meetbaarheid ervan. Volgens de jaarrekening gaat het meer dan voldoende goed.
Daar zijn wij blij mee. Dit gaat allemaal over de meetbaarheid van de jaarrekening en wij
weten allemaal – ook de VVD – dat de meetbaarheid van indicatoren multi-interpretabel
is. Mevrouw Ornstein gaf daarvan zojuist een mooi staaltje. Alles kan meetbaar worden
gemaakt, maar niet alles moet meetbaar worden gemaakt. Soms helpt het geen sikkepit
om alles meetbaar te maken. Wij zijn, net als het college zelf waarschijnlijk, ruimschoots
tevreden over de uitvoering van het beleid in het afgelopen jaar. In de Commissie voor
Financiën, Economische Zaken, Zee- en Luchthaven is de rekening tamelijk uitgebreid
besproken en wat mij betreft ook gedegen. Ik zal me in de raad dan ook beperken tot een
aantal hoofdlijnen.
Allereerst wil ik graag reageren op het debat dat is ontstaan over het naar voren
halen van de vrijval reserve meerwaarde afkoopsommen erfpacht. Laat ik vooropstellen
dat het tekort bij de Noord/Zuidlijn linksom of rechtsom ergens gedekt moet worden. Wij
hadden ook onze bedenkingen bij de door het college gepresenteerde methode van
dekken van dit deel van de tekorten bij de Noord/Zuidlijn. De discussie die naar aanleiding
hiervan is ontstaan over het budgetrecht van de raad en de mate waaraan het college
daaraan zou tornen, was niet goed voor zowel de positie van de raad als die van het
college. De Rekeningencommissie komt met een simpele, maar ook functionele
oplossing. De toon van sommige bewoordingen – een potje dat opgesoupeerd wordt –
vind ik een beetje flauw. Ondanks dat is het een prachtig voorstel. De raad legt dit eerst
vast en vervolgens kunnen we alsnog de jaarrekening goedkeuren. Wij weten ook dat de
situatie daarmee formeel niet volledig is opgelost, maar volgens mij is dit voor alle partijen

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
42
in deze zaal voldoende bevredigend. Onze fractie is trouwens wel geschrokken van het
feit dat op grote schaal uit de Rekeningencommissie gelekt lijkt te zijn. Juist deze
commissie is gebaat bij haar vertrouwelijke karakter. Het schaden van deze
vertrouwelijkheid brengt de positie en het functioneren van de Rekeningencommissie in
gevaar. Wij hopen dan ook dat dit nooit meer gebeurt. Ook hier geldt: eens, maar nooit
weer.
Tot zover dit onderwerp dat het debat over de rekening nogal heeft gedomineerd.
Ik wil kort nog enkele andere onderwerpen aanstippen. Allereerst het kasritme van de
diensten. Ik ben een van degenen die dit heeft aangekaart. Daarom moet ik ook het lef
hebben erop terug te komen. Uit de rekening blijkt dat mijn verwachting – namelijk een
niet-reguliere piek in de uitgaven van diensten aan het eind van het jaar – niet is
uitgekomen. Dat kan betekenen dat ik ongelijk had. Het kan echter ook betekenen dat
alleen al de aankondiging van een onderzoek naar het kasritme voldoende was om de
diensten hiervan te weerhouden.
Het derde belangrijke punt dat uit de rekening naar voren komt, is de inhuur van
externen. Er is in 2007 111 miljoen euro aan inhuur uitgegeven, overigens niet alleen aan
externen. Er zit ook een blok interne inhuur bij. Ongeveer de helft van het bedrag is
besteed aan het inhuren van derden, waaronder ook een groot deel voor onderzoek. Wij
zijn geschrokken van de grote sommen geld en zullen bij de voorjaarsnota voorstellen
doen om dit in de toekomst te beperken. De raad mag daarbij ook de hand in eigen
boezem steken. Ook wij zijn niet vies van het aanvragen van een onderzoekje hier of een
rapportage daar en we wensen geregeld ook dat dit extern gebeurt. De rekening was
leesbaar, te volgen en tamelijk goed gestructureerd. Ik wil daarvoor het college en het
ambtelijk apparaat een groot compliment geven. Ik wil ook nog een paar specifieke
complimenten geven. Een compliment voor alle stadsdelen. Alle rekeningen zijn
goedgekeurd. Volgens mij is dat voor het eerst sinds het ontstaan van de stadsdelen. Een
compliment aan het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam en de betrokken
wethouder Van Poelgeest. Een goedkeuring over 2007. Chapeau, na alle ellende die we
de afgelopen jaren hebben gehad. Hetzelfde geldt in bijna dezelfde mate voor de Dienst
Werk en Inkomen.
Een punt van kritiek betreft de duurzaamheidsindicatoren. Ik wil me graag
aansluiten bij de opmerkingen van de Rekeningencommissie. Wij gaan ervan uit dat er in
2009 zware, echt zware verbeteringen zullen komen in de rapportage van de
duurzaamheidsindicatoren.
Voorzitter: burgemeester Cohen
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Ivens.
De heer
IVENS:
De Rekeningencommissie heeft het grootste deel van het werk al
voor ons gedaan. De SP dankt haar daarvoor. Daarnaast is er tijdens de behandeling in
de Commissie voor Financiën, Economische Zaken, Zee- en Luchthaven uitgebreid
stilgestaan bij de technische kant van deze jaarrekening. Vandaag blijft de politieke
afrekening over het jaar 2007 over. Daar willen wij ons graag op richten bij deze
behandeling. 2007 was het jaar waarin het linkse beleid van dit college echt in zou gaan.
In 2006 werd nog gewerkt met de begroting van wethouder Griffith, maar in 2007 kon
PvdA-leider Asscher, gesteund door GroenLinks, een nieuwe koers inzetten. Als ik de
beleidsinhoudelijke samenvatting lees, zijn zij daar behoorlijk tevreden over. Dit
jaarverslag past helemaal in het PvdA/GroenLinks-dansfeestje van enkele weken

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
43
geleden. Als we maar vaak genoeg zeggen hoe goed we bezig zijn, dan zal iedereen het
ook wel geloven. Die indruk krijgen wij een beetje. Aan het promotieboekje van het
college valt op dat er erg selectief met de genoemde gegevens wordt omgegaan. Zo
wordt aan de ene kant opgesomd welke goede ideeën in 2007 geboren zijn, zoals de van-
acht-tot-acht-arrangementen voor overlastgevende jongeren. Aan de andere kant wordt in
cijfers vermeld welk resultaat geboekt is, zonder daarbij aan te geven wat het college
hieraan bijgedragen heeft, zoals een daling van het aantal jongeren met een uitkering.
Ook wordt vol trots vermeld dat er een afstelplaats is ingericht om vrachtwagenchauffeurs
te helpen met de dode hoek zonder dat hierbij aangegeven wordt wat het effect hiervan
was. Dat er in 2007 maar liefst vier mensen in de dode hoek zijn overleden, belooft echter
weinig goeds. Het college zegt ook dat de hardekernjeugd kleiner werd waarbij niet
duidelijk is welke bijdrage het beleid hieraan geleverd heeft. De SP zou het goed vinden
als voortaan in de beleidsinhoudelijke samenvatting van het jaarverslag ook een eerlijk
beeld gegeven wordt. Toon de resultaten van het beleid, ook als deze niet positief zijn. Is
het college daartoe bereid? Dit kan onder andere bereikt worden door de aanbevelingen
van de Rekenkamer over afrekenbare doelstellingen over te nemen. Daarover heb ik
samen met collega Van der Pligt een motie.
Ik loop nog even langs de speerpunten van het college om te zien hoe het
daarmee gegaan is. Armoedebestrijding. Het college spreekt in zijn bestuurlijke
hoofdlijnen bij het jaarverslag over een aanmerkelijke economische groei, dalende
werkloosheidscijfers en een overall stijgende welvaart. Het verschil in opvatting over hoe
goed het gaat, zit in het woordje overall. Dat is heel iets anders dan overal. Met een deel
van de Amsterdammers gaat het namelijk uitstekend en financieel gezien steeds beter.
Een ander deel komt echter steeds dieper in de armoedeput te zitten. Dat zien we ook,
want de tweedeling is in 2007 sterker geworden. Juist op dit belangrijke dossier hopen we
echt op meer stappen van dit college. Bent u echt zo trots op de resultaten van de
armoedebestrijding als u tegelijkertijd moet erkennen dat de tweedeling sterker is
geworden?
De tweede prioriteit is Kinderen Eerst. Met de ondertekening van het convenant
Kleurrijke basisscholen moest 2007 het jaar worden van de gemengde scholen. Goede
intenties, maar voor de SP veel te vrijblijvend. Dat blijkt helaas ook als we zien dat er
bijvoorbeeld in de nieuwbouwwijk IJburg nu al een witte en een zwarte basisschool zijn.
Waarom pakt dit college de segregatie niet keihard aan en geeft het aan alle kinderen een
gelijke kans? In onze ogen is dit een gemiste kans.
Veiligheid. In 2007 is een moedige stap gezet door de problemen op de Wallen
aan te pakken. Het aantal overlastgevende groepen is gedaald. De vraag is echter in
hoeverre het beleid effect heeft. Gezien de toename van agressie tegen homo’s en de
verdere verharding van de samenleving waarin bevolkingsgroepen soms tegenover elkaar
staan, vrezen we het ergste. Er is veel geld extra uitgegeven aan preventieve
fouilleeracties, cameratoezicht en particuliere beveiligers. Door al deze maatregelen is de
samenleving wel aan het verharden. Van een cultuur van elkaar aanspreken gaan we
naar een georganiseerde toezichtcultuur. Dat is gemakkelijk voor de korte termijn, maar
duur en onwenselijk voor de langere termijn. De inzet van controleurs en beveiligers
begint de spuigaten uit te lopen en het einde lijkt voorlopig nog niet in zicht te zijn. We
vragen ons dan ook af of we wel op de goede weg zitten of alleen maar verder wegraken
van de veilige samenleving die we wensen. Wat doet dit college op dit gebied nu
wezenlijk anders dan het vorige college? Het is hoog tijd voor een beter en menselijker
veiligheidsbeleid.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
44
Op het gebied van de luchtkwaliteit was onze verwachting dat we met GroenLinks
in het college al snel CDA-wethouder Maij zouden vergeten. Er is echter nog steeds geen
daadkrachtige aanpak van de vieze bedrijven in het havengebied. Datzelfde geldt voor
een stop op de bouw van parkeergarages binnen de ring. Ook het tegenhouden van het
verbreden van wegen hebben we gemist. De bevolking begint te morren over de kleine
maatregelen die het college wil nemen en die de mobiliteit ernstig beperken. De grote
maatregelen op het gebied van de luchtkwaliteit blijven geheel uit.
(De heer
MULDER:
Kleine maatregelen zegt u. Wat zijn de kleine
maatregelen die het college volgens u voorstelt?)
Ik vrees dat daar zo dadelijk nog uitgebreid over gesproken zal worden. U hebt
het programma Voorrang voor een Gezonde Stad gelezen. U weet dat daarin een heel
pakket aan maatregelen in staat. Een heleboel maatregelen die iets kleiner in omvang zijn
dan bijvoorbeeld een maatregel om parkeergarages in de binnenstad te sluiten. Dat zijn
krachtige maatregelen waarmee je een heel eind komt. Ik denk dat u dat met mij eens
bent. Als we de grote bronnen van vervuiling nemen, dan bevindt een groot deel daarvan
zich in ons havengebied. We kunnen wel een aantal kleine maatregelen nemen, maar als
je een aantal grote maatregelen niet neemt, concludeer ik dat 2007 een jaar was waarin
de problemen met de luchtkwaliteit niet zijn opgelost. Wij hadden toch echt anders
verwacht van dit nieuwe college.
(De heer
MULDER:
U wekt de suggestie dat ik dit absoluut met u eens
zou moeten zijn, maar die suggestie werp ik verre van me. Als er één
college is dat op dit gebied daadkrachtig is, dan is het dit college. Maar
misschien leest u andere kranten dan ik.)
Wethouder Vos wist dan ook te vertellen dat de luchtkwaliteit in 2007 niet
verbeterd is. Ik lees dat niet alleen in de krant, zij stuurde een bericht met die boodschap
rond. Het is ongelooflijk maar waar, dit college haalt een onvoldoende bij het verbeteren
van het milieu en van de luchtkwaliteit. Wij vinden het hoog tijd om snel de grote vervuiling
aan te pakken in plaats van alleen de maatregelen te nemen die in Voorrang voor een
Gezonde Stad vermeld staan.
Economie. Onze topstad heeft volgens wethouder Asscher in 2007 het India
Filmfestival en Amsterdam Wereldboekenstad binnengehaald. Dit laatste is groot nieuws
voor ons. Nadat de Unesco in juni 2006 Amsterdam al voor de periode april 2008 tot april
2009 had benoemd tot Wereldboekenstad is dit kennelijk het jaar erna opnieuw gebeurd.
Zijn we daarmee nu tot 2010 Wereldboekenstad? Waarom wil het college dit evenement
twee jaar achter elkaar binnenhalen? Volgens mij is dit helemaal niet het tweede grote
evenement dat Amsterdam in 2007 binnen heeft gesleept. Ik ben daarom erg benieuwd
welke verrassing de wethouder nog voor ons heeft. Welk evenement blijkt ook nog in
aantocht te zijn? Ook op economisch gebied ziet de SP geen koerswijziging van dit
college. Er gaat buitengewoon veel aandacht en inspanning naar Topstad. In 2006 werd
dit programma al ingezet en in 2007 vol enthousiasme doorgevoerd. Het basisprogramma
van dit college gaat veel langzamer. Over de kansenzones zullen we vandaag pas
besluiten en de kleinschalige bedrijfsruimtes zijn ernstig vertraagd. De kleine ondernemer
heeft het zwaar, helaas ook onder dit college. Welke grote beleidswijziging heb ik gemist
bij het aantreden van dit college?
Er zijn drie onderwerpen die voor de SP in 2007 en voor het college ook prioriteit
hadden moeten hebben. Werk en Inkomen. Het college weet te melden dat het aantal
klanten in een re-integratietraject 86,3% is in plaats van 60%, het percentage dat het
college zich ten doel had gesteld. Wie echter even verder leest, ziet dat dit nog steeds
maar in 8,6% van de gevallen tot een uitstroom naar werk leidt. Waartoe leidt de overige

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
45
91,4%? Enkel de re-integratiebedrijven lijken hiervan te profiteren. Het meest schrijnende
is echter het feit dat slechts de helft van de doelstelling van het college voor het tijdig aan
een traject helpen van jongeren die zich melden bij het jongerenloket is behaald. In het
jaarverslag wordt even tussen neus en lippen door genoemd dat een deel van de
jongeren na het eerste contact wegblijft. Wat er met hen gebeurt of hoe ze vervolgens aan
hun geld komen, wordt helaas niet vermeld. Het lijkt ons de hoogste tijd hier maar eens
onderzoek naar te doen. Kinderen Eerst is toch het motto? Of is het college dat langzaam
maar zeker vergeten?
Over Wonen kan ik kort zijn. De cijfers spreken boekdelen. In 2006 werden er nog
2422 sociale huurwoningen in aanbouw genomen, in 2007 nog slechts 1217. Dit kan ik
niet rijmen met een links college. U misschien wel. Als laatste de Zorg. Zeven jaar na de
belofte van wethouder Ter Horst om de daklozen onder dak te brengen, concluderen we
dat er nog steeds ongeveer 3000 daklozen in de stad zijn. Natuurlijk is het lastig om
daklozen onder te brengen omdat dit telkens leidt tot weerstand bij omwonenden. Het is
nog maar zeer de vraag hoe het college zijn doel gaat halen om in 2010 het aantal
daklozen met tweederde te verminderen. Zolang de uitvoering hiervan overgelaten wordt
aan particuliere organisaties en de gemeente er nauwelijks zicht op heeft, maken wij ons
ernstig zorgen over het behalen van deze doelstelling. Ook de wachtlijsten voor een
aangepaste woning zijn nog hopeloos lang. Het college is ook hier doordrongen van de
noodzaak om dit aan te pakken. Concreet beleid daartoe laat echter nog op zich wachten.
Op het gebied van zorg kijkt ook dit college nog te veel naar de andere partijen, buiten de
gemeente, om dit op te pakken. Wat is de koerswijziging ten opzichte van vorige colleges
op dit gebied? U mag dit beschouwen als een aansporing om hiermee daadkrachtig aan
de slag te gaan.
We kunnen concluderen dat de Noord/Zuidlijn ons blijft domineren, zowel op het
gebied van bouwoverlast als wat betreft de financiële gevolgen. Met een knappe truc is
het de wethouder gelukt om de jaarrekening ondanks de Noord/Zuidlijn positief af te
sluiten. De manier waarop dit gebeurde, is misschien niet netjes, maar we zijn blij dat er
toch nog wat geld uitgegeven kan worden voor de Amsterdammers. Het roept wel de
vraag op in hoeverre nieuw beleid voor dit college mogelijk is, zolang het met deze erfenis
van zijn voorgangers zit. Het staat als een paal boven water dat er behoefte is aan een
koerswijziging, aan ambitieus nieuw beleid, want op deze manier is er geen sprake van
een links college.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie is ingekomen:
37°
Motie
van
het
raadslid
Ivens
c.s.
inzake
verbetering
verantwoordingsinformatie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 291).
De motie maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Van Drooge.
De heer
VAN DROOGE:
Een jaarrekening en een jaarverslag hebben altijd het
effect van een januskop. U weet wel: Janus, de god met twee gezichten. Een dat
achteruitkijkt en een dat vooruitkijkt. Een jaarrekening biedt de gelegenheid om terug te
blikken. We kijken naar de harde cijfers en proberen er lering uit te trekken voor de
toekomst. En vooruitkijkend niet slechts vrijblijvend te constateren, maar te overwegen. Uit
het jaarverslag blijkt duidelijk dat Amsterdam zich op veel gebieden welvarend ontwikkelt.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
46
Dat geldt echter niet voor alle Amsterdammers. Het college stelt zich terecht ten doel om
deze tweedeling te bestrijden. Het CDA steunt dit beleid van harte. Het is zorgelijk dat het
college er niet in is geslaagd juist op deze terreinen een aantal doelstellingen te bereiken.
Zo volgt uit het rapport van de Rekenkamer over de jaarrekening dat slechts 50% van de
gestelde doelen bij armoedebestrijding en bij een gezonde lucht zijn behaald. Dat slechts
17% van de doelstellingen van Kinderen Eerst, 17% van de doelstellingen bij
overlastbestrijding, 14% van de doelstellingen bij sociale cohesie zijn bereikt. Het college
stelt zelf in zijn jaarverslag dat het er niet in geslaagd is het aantal Amsterdammers dat
aan een taaltraject of een inburgeringstraject deelneemt te vergroten. Slechts 44% van de
doelstellingen van Amsterdam Topstad is behaald. Daarnaast gaat het college nat bij de
daling van het aantal WWB’ers, de veiligheidsindex en het aantal nieuw te bouwen
woningen. De collegepartijen hebben stilgestaan bij Halfweg. Het college heeft ook in de
visie van het CDA veel goede dingen gedaan. Het college heeft het echter in de tweede
helft van deze periode nog heel druk om alle beloften, ook verkiezingsbeloften, waar te
maken.
Janus’ tweezijdige gezicht toont zich extra in de jaarrekening, het financiële deel.
Aan de ene kant is de Amsterdamse overheid nog altijd rijk, onder andere door de
erfpacht. Aan de andere kant hebben we dit jaar twee echte bleeders waardoor de
gemeente ernstig financieel wordt bedreigd. De nieuwe hoogrendementcentrale van het
Afval Energie Bedrijf en uiteraard de aanleg van de Noord/Zuidlijn. Maar 2007 is ook het
jaar waarin het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam financieel weer helemaal in
control lijkt te komen. Wij zijn blij dat dat gelukt is. Wij zijn tevreden over het feit dat de
raadsbreed ondersteunde motie uit 2007 om met negenmaandscijfers te werken geholpen
heeft om nu al een goedkeurende verklaring te krijgen. De grootste gemene deler van de
echter tegenvallers kan kort worden samengevat als planoptimisme, risicoanalyse en
soms ook overmoed. Kortom: het heeft er veel van weg dat de organisatie van de
gemeente niet altijd is toegerust om dit soort grote, risicovolle projecten op een adequate
manier te besturen. Wij zullen er bij de behandeling van de Visie Zuidas nog op
terugkomen. Net als de Partij van de Arbeid vinden wij de opmerkingen van de ACAM
over de afrekening van de budgetten van de gemeenteraadsfracties zorgelijk. Het is niet
goed te praten dat drie fracties te laat zijn en dat een fractie nog steeds niets heeft
ingediend. De gemeenteraad kan wel over iedereen praten, maar moet zelf absoluut het
goede voorbeeld geven.
Daarnaast kunnen we veel vraagtekens zetten bij het externe beleid van de
gemeente. Amsterdam heeft veel, vaak zeer bekwame ambtenaren, maar het zijn er wel
meer dan in Utrecht en Den Haag. Dat valt overigens best te verklaren, daar gaat het niet
om. Ik zal er bij de voorjaarsnota nog op terugkomen. Daarnaast huurde Amsterdam
echter nog eens voor 110 miljoen euro aan externen in. Grof gezegd vloeit ongeveer 40%
daarvan in de kas van uitzendbureaus terwijl een groot deel van deze krachten uit eigen
hoofde door de gemeente zou kunnen worden ingezet. Laat ik daarbij eens een voorbeeld
noemen. De Dienst Advies en Beheer werd opgeheven. Daarmee zou 2 miljoen euro per
jaar bespaard worden. In werkelijkheid is echter geen 2 miljoen euro bespaard, maar is in
2007 4,5 miljoen euro meer uitgegeven aan externen dan in 2006 bij de Dienst Advies en
Beheer, 3 miljoen euro in 2006 en 7,5 miljoen euro in 2007. De echte afrekening uit 2008
moet nog komen. Dat baart zorgen en ook daar kom ik bij de voorjaarsnota op terug. Het
is een januskop, je kijkt achteruit en vooruit. Met het oog op de toekomst komen wij met
een motie om de Dienst Zorg en Samenleven voor het jaar 2008 financieel beter onder
controle te krijgen. Het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam heeft bewezen dat
negenmaandscijfers een goede manier kunnen zijn om de zaak goed op orde te krijgen. Ik

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
47
dien daarvoor een motie in waarin ik vaststel dat de Dienst Zorg en Samenleven een
nieuwe dienst is, dat er natuurlijk problemen zijn, maar dat het aan de andere kant goed
zou zijn om na negen maanden in het tweede jaar de zaak op orde te zetten.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie is ingekomen:
38°
Motie van het raadslid Van Drooge inzake de jaarrekening 2007 (Dienst
Zorg en Samenleven) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 292).
De motie maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevrouw
HOOGERWERF:
Twee jaar geleden omschreef D66 de jaarrekening
nog als een krakkemikkige fiets omdat de Dienst Werk en Inkomen en het
Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam zorgden voor een lekke band. Tegenwoordig
gaat het met deze diensten steeds beter. Het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam
is bezig met een verbeterplan. D66 zou graag zien dat het dat blijft volhouden totdat het
geregeld is. De Dienst Werk en Inkomen kantelt langzaam naar een klantvriendelijke
organisatie, is goed bezig, maar is er ook nog niet. D66 is van mening dat de Dienst Werk
en Inkomen zijn werkprocessen zo moet inrichten dat de rechtmatigheidsfouten beneden
1% komen. De wethouder heeft beloofd dat dit voor het einde van deze collegeperiode op
orde is. Wij willen van de wethouder weten of hij denkt deze belofte waar te zullen maken.
Wij zullen de wethouder natuurlijk houden aan zijn belofte om voor het einde van de
collegeperiode richting 1% te koersen. Verder is het goed om te zien dat de
jaarrekeningen van de stadsdelen beter op orde zijn dan vorig jaar. Mijn collega’s hebben
hier ook al op gewezen. Hét probleem van dit jaar vormen natuurlijk de enorme verliezen
van de Noord/Zuidlijn en de Afvalenergiecentrale. Het is toch wat. Grote verliezen door
beloften uit het verleden die niet realistisch waren, slecht risicomanagement en
technische tegenvallers. Voor de bewoners aan de Vijzelgracht en al die andere
Amsterdammers die nog jarenlang in de ellende zitten, is het een ramp. Maar ook voor de
jaarrekening van Amsterdam. Wat doet het college? Het probeert de gaten te dichten met
een boekhoudkundige truc. Je zou kunnen zeggen dat de wethouder zich als een
goochelaar gedraagt. Waarom, wethouder, bent u, die nota bene zelf in de raad hebt
gezeten, niet gewoon naar de raad gestapt om de keus die u maakte op een zuivere
manier te presenteren? Het budgetrecht van de raad bepaalt vooraf of gedurende het
lopende jaar waaraan reserves mogen worden uitgegeven. Niet achteraf in de
jaarrekening. Het gaat hierbij om een groot bedrag van 66,4 miljoen euro. D66 is hier
pissig over. Waarom hebt u niet naar een alternatief gezocht? D66 staat dan ook achter
de Rekeningencommissie die hier een kwestie van heeft gemaakt. De commissie bedrijft
geen politiek. Wij hebben samen met de VVD een motie opgesteld om het verzoek van de
Rekeningencommissie verder vorm te geven, waarbij wij het college verzoeken met een
voorstel te komen om een beleidslijn op te stellen voor de omgang met reserves en deze
aan de gemeenteraad voor te leggen.
Uw handelen, wethouder, heeft ervoor gezorgd dat er een verklaring met een
beperking is afgegeven. Dat was niet nodig geweest. Waarom hebt u zo gehandeld?
Waarom? Sinds een paar jaar werken we met een prestatiemeting. Besparingen op
publieke uitgaven, het vergroten van de kwaliteit van de publieke dienstverlening, het
werk van de overheid efficiënter maken, de kans vergroten dat beleid effectief wordt. Dit

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
48
zijn enkele doelen van de prestatiemeting. Wij beschouwen prestatiemeting als een
waardevolle aanvulling op het controlewerk van de raad. Dit kan voor het college heel
goed dienst doen om verantwoording af te leggen over keuzes en prestaties. Wij vinden
het jammer dat tijdens de rit enkele prestatie-indicatoren eenzijdig zijn aangepast. Zo
wordt er verder gegoocheld zonder dat de raad erbij betrokken wordt. We zijn nu
halverwege de termijn van dit college. Naar aanleiding van het rapport van de
Rekenkamer wil ik het volgende opmerken. Wij zijn halverwege en het college heeft nog
veel zaken niet gerealiseerd, zoals Kinderen Eerst, overlast en sociale cohesie. Sterker
nog: we zitten nog niet eens op de helft en op de helft van de rit zouden we dit toch
mogen verwachten. Hoe denkt het college dit bij te sturen en de verwachte resultaten te
gaan behalen? Denkt de wethouder de resultaten nog te zullen behalen? Of horen we
over twee jaar: het was moeizaam en we waren even afgeleid door ons Wallenproject?
Risicomanagement. D66 heeft hier al eerder aandacht voor gevraagd. De raad
heeft inmiddels een notitie aangenomen en het is goed dat dit instrument veel meer
aandacht krijgt. Als de risico’s in kaart zijn gebracht, moet er ook op gestuurd worden. Dat
is de essentie. Hoe zal dat gebeuren bij de Zuidas, het grote nieuwe project? Met de
ontwikkeling van de Zuidas wordt een project met zeer veel risico’s toegevoegd. De
manier waarop dit project wordt ingericht, zal bepalen of de Rekeningencommissie en
later de raad hierover in de toekomst veel zullen moeten zeggen en of we er ons veel
zorgen over zullen moeten maken.
De openbaarheid van de Rekeningencommissie. In 2007 is hierover gesproken en
nu ook weer. D66 vindt dat we zoveel mogelijk openheid aan de Rekeningencommissie
moeten geven. Er zijn stappen gezet door bijvoorbeeld vergaderingen aan te kondigen en
besluiten,
na
vaststelling
in
de
daaropvolgende
vergadering
van
de
Rekeningencommissie, openbaar te maken. Wij pleiten ervoor om hetzelfde te doen als
bij een normale commissie met ordentelijke verslagen van een notulist en deze net als bij
andere commissies te publiceren. Dus geen besluitenlijsten, maar inhoudelijke verslagen.
Meerdere mensen hebben al iets over de Europese aanbestedingen gezegd. Wij
willen daarbij de discussie over de rol van kleine bedrijven gaan voeren. Kleine bedrijven
zijn de motor van de economie in onze stad. Wij vinden dat de gemeente Amsterdam zich
moet blijven inspannen zodat ook bij Europese aanbestedingen kleine partijen, kleine
bedrijven zich inschrijven en mee kunnen doen aan inkoopprocessen.
Tot slot: nog een jaar en we gaan ons weer opmaken voor de
gemeenteraadsverkiezingen. Waar staan we over twee jaar? Kijkt het oude college
tevreden terug? Of kijkt het moeizaam terug en denkt het: we hadden vier jaar geleden zo
veel mooie ideeën, maar er is zo weinig van terechtgekomen? D66 hoopt dat over twee
jaar in ieder geval de Noord/Zuidlijn onder controle is, dat de jeugdzorg beter
georganiseerd is, dat de kunstensector veel meer geld krijgt, dat Amsterdam in de top 5
van steden blijft staan en dat Amsterdam als tolerante stad op nummer 1 in de wereld
komt te staan. Het is jammer dat de goochelaar geen wonderdokter kan zijn. Wij weten
wel dat over twee jaar de gemeenteraad zeker een andere samenstelling heeft. Dan
zullen we terugblikken op de linkse lente die volgens ons de stad te veel betutteling heeft
gebracht. Daar zal D66 zich de komende jaren tegen blijven verzetten als een vrijzinnige,
liberale partij.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie is ingekomen:
39°
Motie van het raadslid Hoogerwerf c.s. inzake jaarrekening 2007 (omgang
reserves) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 293).

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
49
De motie maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
schorst de vergadering.
De
VOORZITTER
heropent de vergadering.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
Het college is de raad buitengewoon erkentelijk voor de
aardige woorden die zijn gesproken. Vooral het gematigd positieve oordeel van de
Rekeningencommissie heeft ons aangenaam getroffen. Wij waarderen ook zeer de
complimenten die andere raadsleden hebben uitgesproken. Daar waar de raad kritisch
was dan wel teleurgesteld in de behaalde resultaten ervaren we dat eveneens als steun.
Het zegt namelijk iets over de verwachtingen die de raad van dit college koestert. Zo
vatten we ook de opmerkingen van mevrouw Hoogerwerf op die ons de komende twee
jaar heel veel goeds toewenst. Met de kritiek van de raad in de hand en met de
aanbevelingen van de Rekenkamer zullen wij steeds proberen om het beter te doen.
Niemand is volmaakt, wij ook niet. Wij zijn geen wonderdokters of goochelaars. Wij zijn
door u benoemde collegeleden die hun best doen om de prioriteiten van de raad uit te
voeren. Het is daarom niet aan ons om ons uit te spreken over de taakopvatting van de
Rekeningencommissie en de manier waarop er inhoud wordt gegeven aan het streven
naar openbaarheid van het werk van de Rekeningencommissie. Ik moet er wel bij zeggen
dat ik sommige bewoordingen, ook in de rede van de voorzitter, eerder uit de mond van
de fractie van de VVD had verwacht dan uit de mond van de heer Flos. Dat is echter
vanzelfsprekend geheel aan u.
(De heer
FLOS:
Nu legt de wethouder volgens mij een onterecht verband.
De voorzitter van de Rekeningencommissie, die toevallig lid van de VVD
is, wordt gekoppeld aan de woordvoerder van de VVD. Ik wil nadrukkelijk
aangeven dat ik hier namens de voltallige Rekeningencommissie spreek
en dat de woorden die ik gekozen heb ongeveer letterlijk staan in ons
schriftelijke verslag.)
Zeker, dat is mij bekend. Het is echter goed dat u dit nog een keer benadrukt.
(Mevrouw
HOOGERWERF:
Ik wil wel graag van u horen dat u vertrouwen
hebt in de Rekeningencommissie en in haar onafhankelijkheid. U
impliceert dat zij een soort politiek standpunt inneemt. Dat heb ik niet
gehoord en ik zou graag voorbeelden daarvan van u horen.)
De Rekeningencommissie moet helemaal geen vertrouwen van mij krijgen, maar
van de raad die de Rekeningencommissie benoemt. Het zou heel verkeerd zijn als het
andersom was. Ik had het over de woordkeuze. Uitspraken als ‘potjes opsouperen’ en
dergelijke verwacht ik uit de mond van mevrouw Ornstein. Zij heeft dat ook op een
buitengewoon eloquente manier gedaan. Maar ik onthoud mij verder van een opvatting
over de taakopvatting van de Rekeningencommissie. Het is een commissie van uw raad
en ik ben haar zeer erkentelijk voor het werk dat zij gedaan heeft. De kritiek spitst zich
natuurlijk toe op de oplossing die wij u hebben gepresenteerd voor het probleem van de
risicodotatie voor de Noord/Zuidlijn. Laat ik daar volstrekt duidelijk over zijn. Dit was voor
het college een even grote klap als voor u. Wij zijn met een enorme financiële tegenvaller
geconfronteerd en stonden voor de taak daar een oplossing voor te vinden. Wij hebben
die geprobeerd te vinden in het voorstel dat vandaag voorligt. Het staat u vanzelfsprekend

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
50
vrij om het daar niet mee eens te zijn of om er kritiek op te hebben. Ik begrijp ook heel
goed dat u er kritiek op hebt. Ik wijs echter wel van de hand dat dit niet op een
transparante manier is gebeurd. Op pagina 36 en 37 en in de aanbiedingsbrief leest u
heel expliciet dat wij u voorstellen het probleem op deze manier op te lossen. Het staat uw
raad daarom vrij om er al dan niet mee in te stemmen. Sterker nog: mevrouw Ornstein
stelt voor om er niet mee in te stemmen. Dat is voor ons ook het belangrijkste argument
om te menen dat uw budgetrecht niet geschonden is. De Rekeningencommissie en
sommigen onder u denken daar anders over. Het is in ieder geval volstrekt transparant
gebeurd. Er is geen sprake van trucs. Het is wel een oplossing die uit nood geboren is,
dat zijn we met elkaar eens.
(Mevrouw
ORNSTEIN:
Wethouder Asscher zegt dat er een oplossing is
gevonden die uit nood geboren is. Ik begrijp echter niet zo goed – en ik
hoor het ook niet in zijn bijdrage – wat er onder deze omstandigheden mis
is met een negatief saldo.)
Datgene wat er mis is, zijn deze omstandigheden, deze tegenvaller. Dat is een
probleem.
(Mevrouw
ORNSTEIN:
Waarom wilt u het negatieve saldo wegpoetsen?)
Omdat wij hebben gekozen voor een oplossing die financieel-technisch overigens
volstrekt verantwoord is. Het ritme van de investeringen die we op dit moment doen blijft
enigszins overeind. De afweging is altijd: hoeveel neem je in het jaar zelf en hoeveel in de
komende jaren? Wij vonden en vinden dit een verantwoorde manier. De beslissing is
echter aan u en zo hoort het ook. Dat is het budgetrecht van de raad. U hebt daarover
een andere opvatting. Wij stellen u slechts voor om het zo te doen. Dat is precies zoals
het hoort. Het is aan de raad om te beslissen of u het een verstandig voorstel van ons
vindt of niet. Ik probeerde u net duidelijk te maken dat wij helemaal niet blij zijn met het feit
dat wij op een punt zijn aangekomen waarop we u dit voorstel moeten doen. Dat mag
duidelijk zijn.
Los van de vraag of dit een juiste oplossing is, zijn er buitengewoon veel
technische opmerkingen gemaakt en is er een aantal vragen aan het college gesteld. Ik
wil proberen een aantal ervan te beantwoorden. In grote lijnen hebben we in de
Commissie voor Financiën, Economische Zaken, Zee- en Luchthaven al een deel van het
technische rekeningendebat gevoerd. Ik wil proberen mij te beperken tot een aantal
hoofdlijnen. Ik denk dat ik namens het college spreek als ik dankzeg voor de
complimenten die geuit zijn aan collega Van Poelgeest en collega Ossel over de
verbeteringen bij de Dienst Werk en Inkomen en het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente
Amsterdam. We zijn het overigens volstrekt met u eens dat dit geen reden is om nu
achterover te leunen. In het verslag van zowel de ACAM als de Rekeningencommissie
wordt gewezen op een aantal punten dat wel degelijk nog verbetering behoeft. Wij
erkennen dat en we willen er ook aan werken. Langs die lijn hebben we ook gereageerd.
Wij hebben geen bezwaar tegen de motie van de Partij van de Arbeid over de
verantwoording over SISA als we datgene wat u vraagt mogen doen in het kader van de
gewone planning and controlcyclus. Dat zijn twee momenten per jaar.
(De heer
MULDER:
Ik weet niet wat u precies bedoelt en welke informatie
de raad krijgt. Wat mij betreft kunnen we het model van het
Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam hanteren waarmee we erg
goede ervaringen hebben gezien de complimenten aan het adres van de
heer Van Poelgeest.)
U vraagt om halfjaarlijks aan de raad te rapporteren. Ik zeg dat ons dat een prima
idee lijkt. Wij vragen u echter of u het goedvindt dat wij dit inbedden in de halfjaarlijkse

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
51
rapportage aan uw raad. In die rapportage kunnen we specifiek aandacht geven aan het
punt dat u aanstipt. Ik denk dat we daarmee aan uw wens tegemoetkomen.
De VVD stelt voor om niet akkoord te gaan met ons voorstel over de onttrekking.
Wij hebben dat voorstel gedaan, dus u begrijpt dat wij negatief preadviseren op het
voorstel van de VVD. Als het amendement wordt aangenomen, dan heeft dat gevolgen
voor de voorjaarsnota. In dat geval zullen we daar een oplossing voor bedenken, want die
wordt immers pas morgen behandeld.
Bij het betoog van de heer Ivens moest ik enigszins denken aan het betoog van
de heer Van Drooge, ook al kwam dat pas daarna, over de januskop. Tijdens de
afgelopen vergadering van de raadscommissie was u nog zo positief, ook over de
uitwerking van het basisprogramma en over een aantal andere dingen die het college van
plan is. Nu bent u uitermate kritisch. Dat is vanzelfsprekend uw goed recht. U spreekt ook
over een politieke afrekening. Ik concentreer me even op uw motie. Daartegen bestaat
geen bezwaar.
Dat brengt mij bij de motie van het raadslid Van Drooge die voor ons herkenbare
observaties over de jaarrekening en de betekenis daarvan voor deze gemeente ten beste
geeft. Ik denk dat het goed is als collega Vos iets over uw motie zegt omdat deze
specifiek over de Dienst Zorg en Samenleven gaat. Daarmee kom ik bij de motie van
mevrouw Hoogerwerf. Daarmee ben ik het niet eens. Dat mag niet verbazen. Ik vind dat
uw kwalificatie ‘goochelaar’, hoe positief misschien ook bedoeld, niet klopt omdat er nooit
iets gebeurd is wat u niet hebt kunnen zien. Ik hecht eraan nog een keer te benadrukken
dat wij transparantie belangrijk vinden.
(Mevrouw
HOOGERWERF:
Het gaat ons erom dat u afwijkt van de
bestaande lijn, namelijk dat de raad tijdens de rit het budgetrecht heeft. U
vraagt ons nu achteraf om reserves op te souperen. Dat is niet zoals het
hoort. Daarover gaat deze motie. Ik kan me echt niet voorstellen waarom
u er tegen bent.)
Ik zal nog even ingaan op de cijferknerpers van de VVD. Ik kan me er wel iets bij
voorstellen. Een aantal partijen heeft opmerkingen gemaakt over de meetbaarheid van de
indicatoren. We moeten daarin nog een aantal slagen maken. In de raadscommissie
hebben we dit ook besproken en wij hebben dit volmondig erkend. Ik moet u zeggen dat ik
heel tevreden ben over de samenwerking met de Rekenkamer op dit terrein. Er worden
grote stappen gezet, maar soms zouden we willen dat het iets sneller gaat. Ik zie de
volgende confrontatie met de cijferknerpers met vertrouwen tegemoet. Ik ben ook
enthousiast over het vooruitgangsoptimisme dat door de VVD is uitgesproken. Ook daarin
herken ik mij wel, ook al zie ik daarbij een andere rol voor de overheid dan u.
De technische kwestie van het leningenfonds, de omslagrente en de egalisatie die
daarbij hoort. Ik vind het te prijzen dat de heer Van der Meer daar nog even op terugkomt.
Ik waardeer dat. U moet dat maar kunnen opbrengen als raadslid. Ik denk dat het een
aardiger reactie had verdiend dan die van mevrouw Ornstein die zegt dat het maar goed
is dat al die rare voorstellen niet zijn aangenomen. Als iemand in de raad echt de rente
voor de komende tijd kan voorspellen, dan had hij of zij behoord tot het groeiende leger
miljonairs. We weten het niet. Op dit moment is er geen aanleiding om ons zorgen te
maken over de omvang van de egalisatiereserve voor het leningenfonds. In 2008 heeft er
echter een onttrekking moeten plaatsvinden.
Er is ook al het nodige gezegd over de toename van de fte’s en de externe inhuur.
Ik begrijp uit allerlei signalen dat er een raadsbrede motie aankomt waarin over dit
onderwerp gerept wordt en dat uw raad ook bij het debat over de voorjaarsnota over dit
onderwerp zal spreken. Ik wil het daarbij laten. We hebben erover van gedachten

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
52
gewisseld en de feiten vermeld. Er zijn ook allerlei verklaringen voor. Collega Vos heeft er
ook een brief aan de raad over geschreven. Wij verheugen ons zeer op het debat dat u
morgen met ons aan zult gaan. Ik wil het hierbij laten. Ik geloof dat ik de belangrijkste
punten aan de orde heb gesteld. Als dat niet zo is, dan zult u mij daarop wijzen.
(De heer
VAN DER MEER:
Duurzaamheid.)
Dat is een gezamenlijke oproep van de VVD en van GroenLinks. Nee, ik zeg het
verkeerd. Excuus, nu maak ik dezelfde vergissing, mijnheer Flos. Daarmee doe ik u
onrecht. Dit is door de Rekeningencommissie en door GroenLinks aan de orde gesteld. Ik
denk dat u gelijk hebt en dat het beter moet.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Vos.
Wethouder
VOS:
Ik zal een paar woorden zeggen over de motie van de heer Van
Drooge. De ACAM heeft inderdaad de jaarrekening van een beperking voorzien omdat
onder andere pas na het indienen van de rekening van de Dienst Zorg en Samenleven de
accountantsverklaringen van de leveranciers over het aanvullend openbaar vervoer en de
huishoudelijke hulp beschikbaar waren. We hebben hierover in de commissie gesproken
en gezegd dat de planning and control over 2008 zal worden aangescherpt en dat er
tussentijds controles door een onafhankelijke accountant zullen plaatsvinden op de
omvang en hoogte van declaraties. Voor zover we nu weten zijn de geactualiseerde en
gecontroleerde cijfers over 2007 voor het aanvullend vervoer en de huishoudelijke hulp
zodanig dat de afwijking kleiner is dan 1% van de totale lasten. Dat is ruim binnen de
marge die ACAM aanhoudt voor een goedkeurende verklaring voor de begroting. Ik heb in
de commissie toegezegd dat wij voor 2008 niet alleen een negenmaandsrapportage aan u
leveren, maar willen wij al eerder, na zes maanden, een managementrapportage aan u
leveren. Ook in de komende jaren zullen wij steeds na drie maanden en na negen
maanden een managementrapportage aan de raad leveren waarin alle gegevens staan.
In dat opzicht lijkt mij de motie die de heer Van Drooge heeft ingediend, overbodig. Ik kom
zeer ruim tegemoet aan de wens die hij hierin heeft neergelegd.
(De heer
VAN DROOGE:
Negenmaandscijfers zijn iets anders dan elk
kwartaal een managementrapportage, mevrouw de wethouder. Na negen
maanden doe je alsof een jaar is afgesloten en realiseer je je wat er op
dat moment allemaal nog niet klopt. Omdat het een nieuwe dienst is en er
zoveel subsidiegelden in omgaan, lijkt het mij verstandig om deze
vingeroefening te doen. Op die manier kunt u stevig de vinger aan de pols
houden en bekijken of alles goed gaat. Het is niet meer dan een
aanmoediging om de controle te verbeteren. Het is meer dan een
managementrapportage per kwartaal. Ik zou er daarom heel sterk bij u op
willen aandringen om ermee akkoord te gaan.)
Volgens mij gaat het wel degelijk om hetzelfde. Ik kom echter graag tegemoet aan
datgene wat de heer Van Drooge van mij vraagt. Ik vind het zeer verstandig. In dat
opzicht ga ik akkoord met de motie.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Asscher.
Wethouder
ASSCHER:
De Rekeningencommissie wijst ook nog op de daling van
het eigen vermogen van de gemeente. Daar moet ik even op ingaan. Het vermogen valt
uiteen in drie onderdelen: de algemene reserves, de bestemmingsreserves en het eigen
vermogen zelf. De daling van de algemene reserves met 250 miljoen euro valt te

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
53
verklaren uit een aantal dalingen. Op de eerste plaats de veelbesproken daling van de
reserve meerwaarde afkoopsommen erfpacht. Daarover hoeven we niet zoveel meer te
zeggen. Daartegenover staat een toevoeging aan het weerstandsvermogen voor de
Noord/Zuidlijn 2004 van 90 miljoen euro die in 2005 is toegevoegd aan de
risicovoorziening. Verder is er de overdracht van de algemene reserve Gemeentelijk
Vervoerbedrijf naar de nv Gemeentelijk Vervoerbedrijf. Deze reserve bedroeg eind 2004
60 miljoen euro en eind 2007 was deze nihil. In ruil daarvoor hebben we de aandelen in
de nv gekregen. Ten slotte is er een afname van de algemene reserve in het
vereveningsfonds
voor
de
grondexploitaties
van
10
miljoen
euro.
Het
weerstandsvermogen – mevrouw Ornstein sprak er ook even over – is eigenlijk de echte
algemene reserve. Dat is toegenomen met de inflatiecorrectie van 12 miljoen euro van
131 miljoen euro naar 143 miljoen euro. De bestemmingsreserves zijn in de afgelopen
drie jaar fors gedaald met ongeveer 240 miljoen euro. Deze reserves zijn voor het
overgrote deel gevormd voor de realisatie van bepaalde bestuurlijk te realiseren doelen.
Het betreft slechts voor een klein deel de bedrijfsvoering van diensten zoals reserves voor
vakantiegeld en de Werkloosheidswet. Als ik de raad de afgelopen tijd goed gevolgd heb,
dan denk ik dat een dergelijke daling positief beoordeeld moet worden. We slagen er
klaarblijkelijk beter in om de doelen te realiseren en het geld blijft niet onnodig op de plank
liggen. U roept ons daar regelmatig toe op. Bij eerdere jaarrekeningen hebben bij de
analyses van reserves hierover gesproken. Ik vind die daling dus niet zorgwekkend. Dit
als antwoord op de vraag van de Rekeningencommissie. Het is wel zo dat de risico’s
waarvoor de gemeente zich gesteld ziet toenemen. Deze zijn al genoemd: de
Noord/Zuidlijn, het Afval Energie Bedrijf en de Zuidas. Ik noem er maar een paar. Het
weerstandsvermogen is tot nu toe gelijk gebleven. Dat is ook de reden dat we in het stuk
dat we in mei 2008 hebben behandeld naar aanleiding van de notitie van de raad over het
risicomanagement hebben aangekondigd dat we willen komen tot een beter gefundeerde
onderbouwing van de omvang van het weerstandsvermogen. Als daaruit naar voren komt
dat we een groter weerstandsvermogen nodig hebben, dan kunnen we de raad
voorstellen er een extra dotatie aan te doen. Ik denk echter dat het goed is dit zo goed
mogelijk te laten onderbouwen in plaats van er op basis van intuïtie mee om te gaan.
(De heer
FLOS:
Ik had verwacht dat de wethouder ook zou reageren op
onze opmerking over de kredieten.)
Daar heb ik geen bezwaar tegen.
(De heer
FLOS:
Dat is mooi.)
(Mevrouw
HOOGERWERF:
Ik had gehoopt dat wethouder Ossel nog
even zou reageren op mijn 1%-vraag.)
(Wethouder
OSSEL:
Ja.)
De
VOORZITTER
geeft
het
woord
aan
de
voorzitter
van
de
Rekeningencommissie.
De heer
FLOS:
Wij hadden een iets langer antwoord verwacht. Wij willen graag
even schorsen om ons te beraden op ons antwoord van het college.)
De
VOORZITTER
schorst de vergadering.
De
VOORZITTER
heropent de vergadering.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Flos.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
54
De heer
FLOS:
Dank aan het college voor de gedane toezeggingen. Het is zaak
dat de aandacht voor de Dienst Werk en Inkomen en het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente
Amsterdam die op de goede weg zijn niet zal verslappen. Wij zullen dit college daaraan
houden. Wij verwachten dat de duurzaamheidsbijlage in 2009 een heel mooie bijlage zal
zijn. We zijn ook tevreden over het antwoord van de wethouder over de kwestie van het
weerstandsvermogen. Wij kunnen later een voorstel aan de raad verwachten. Ook op het
punt van de kredieten zijn we blij met de toezeggingen van het college. Het enige punt
waarover we blijvend met het college van mening verschillen is de manier waarop met de
reserve meerwaarde afkoopsommen erfpacht is omgegaan. In het verslag zijn wij duidelijk
geweest over het standpunt van de Rekeningencommissie daarover. In mijn toespraak
heb ik gezegd dat de raad met het vaststellen van het verslag de zienswijze van de
Rekeningencommissie, van de ACAM en van het platform Rechtmatigheid provincies en
gemeenten en de commissie-BBV onderschrijft en van mening is dat het budgetrecht
wordt uitgeoefend bij de begroting of een begrotingswijziging. Daarmee is volgens ons de
motie van D66 en de VVD overbodig. Wij geven de indieners van de motie in overweging
om haar in te trekken. Met de vaststelling van het verslag is de opvatting van de raad
voldoende duidelijk.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Mulder.
De heer
MULDER:
Ik heb niet zo heel veel behoefte aan een tweede termijn. Ik
wil in een stemverklaring mijn stemgedrag toelichten.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein.
Mevrouw
ORNSTEIN:
Het enig wat ik nog kan toevoegen, is dat de VVD voor de
moties zal stemmen die in stemming zullen worden gebracht. Wij zullen onze motie
intrekken naar aanleiding van de opmerkingen van de Rekeningencommissie. Ik ga ervan
uit dat mevrouw Hoogerwerf dit in haar eigen termijn zal beamen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Ivens.
De heer
IVENS:
Hebben we woensdag gehaktdag? Ik ben blij dat de wethouder
instemt met de aanbevelingen van de Rekenkamer over duidelijker doelen. Dan kunnen
we gehaktdag nog serieuzer nemen. Ik ben nog benieuwd naar uw antwoord op de vraag
naar de twee grote evenementen. Volgens mij is dit een van de prestaties die foutief
vermeld staan. U hebt geconcludeerd dat de SP enigszins teleurgesteld is over het
college. U kunt dat beschouwen als een aansporing of als kritiek, wat u wilt. Wij
verwachten meer, wij hadden meer verwacht. U weerspreekt dat niet. Dit is een debat dat
continu gevoerd wordt. Ik hoop dat u ons goed verstaan hebt.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Hoogerwerf.
Mevrouw
HOOGERWERF:
Het is – om bij mijn metafoor te blijven – mooi om te
zien hoe de wethouder met woorden goochelt door mijn woorden zo op te vatten dat ik
hem het beste toewens. Volgens mij waren mijn woorden vooral bedoeld om u aan te
sporen de komende twee jaar resultaten te behalen. Wij zullen onze motie intrekken
omdat wij akkoord gaan met het verslag van de Rekeningencommissie. Daarmee

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
55
accepteren wij precies datgene wat in de motie staat. U moet zich goed realiseren dat, als
u het verslag van de Rekeningencommissie vaststelt, u impliciet akkoord gaat met onze
motie.
De motie-Hoogerwerf c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 293), ingetrokken zijnde,
maakt geen onderwerp van behandeling meer uit.
De discussie wordt gesloten.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Mulder voor een stemverklaring.
De heer
MULDER
(stemverklaring): Wij zullen de motie van de heer Van Drooge
steunen en zijn blij met het enthousiasme waarmee mevrouw Vos haar wil uitvoeren. Wij
zullen de motie van de heer Ivens steunen omdat de aanbevelingen van de Rekenkamer
hartstikke goed zijn. Het amendement-Ornstein (Gemeenteblad afd. 1, nr. 294) zullen wij
gezien mijn inbreng niet steunen. De eerste motie is van ons, dus die zullen wij steunen.
Wij zullen instemmen met het verslag van de Rekeningencommissie, behoudens de
volledige tekst onder het kopje Mutaties in bestemmingsreserves. Ook dat mag gezien
mijn inbreng niet tot verbazing leiden.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Flos voor een stemverklaring.
De heer
FLOS
(stemverklaring): De Rekeningencommissie hecht eraan dat u
eerst punt 6A in stemming brengt. Ik zal straks tegen het amendement-Ornstein
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 294) stemmen. Ik doe dat als voorzitter van de
Rekeningencommissie en uitdrukkelijk niet als VVD-lid.
(De heer
KORFF:
Ik zal mij als duo-raadslid uit de zaal terugtrekken om
verwarring te voorkomen.)
De
VOORZITTER:
Wij stemmen eerst over de voordracht inzake onttrekking aan
reserve meerwaarde afkoopsommen erfpacht en we beginnen met het amendement
daarop. Wij zouden dit kunnen beschouwen als een destructief amendement omdat het
precies het tegenovergestelde beoogt van datgene wat de commissie wil. Wij begrijpen
echter allemaal wat er aan de hand is en daarom kan dit goed.
Aan de orde is de stemming over het amendement-Ornstein (Gemeenteblad afd.
1, nr. 294).
Het amendement-Ornstein (Gemeenteblad afd. 1, nr. 294) wordt bij zitten en
opstaan verworpen.
De
VOORZITTER
constateert dat het amendement-Ornstein (Gemeenteblad afd.
1, nr. 294) is verworpen met de stemmen van de VVD voor, behoudens het raadslid Flos
als voorzitter van de Rekeningencommissie.
Aan de orde is de stemming over de voordracht onder punt 6A.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
56
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein voor een
stemverklaring.
Mevrouw
ORNSTEIN
(stemverklaring): De VVD zal tegenstemmen.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 287 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met de
stemmen van de VVD tegen, behoudens het raadslid Flos als voorzitter van de
Rekeningencommissie.
Aan de orde is de stemming over de motie-Mulder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 290).
De motie-Mulder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 290) wordt bij zitten en opstaan
aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat de motie-Mulder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 290)
met algemene stemmen is aangenomen.
Aan de orde is de stemming over de motie-Ivens c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr.
291).
De motie-Ivens c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 291) wordt bij zitten en opstaan
aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat de motie-Ivens c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr.
291) met algemene stemmen is aangenomen.
Aan de orde is de stemming over de motie-Van Drooge (Gemeenteblad afd. 1, nr.
292).
De motie-Van Drooge (Gemeenteblad afd. 1, nr. 292) wordt bij zitten en opstaan
aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat de motie-Van Drooge (Gemeenteblad afd. 1, nr.
292) met algemene stemmen is aangenomen.
Aan de orde is de stemming over de voordracht onder agendapunt 6.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 253 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van de stemverklaring van het raadslid Mulder.
Aan de orde is de stemming over de voordracht onder agendapunt 7.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein voor een
stemverklaring.
Mevrouw
ORNSTEIN
(stemverklaring): Aangezien wij bij punt 6A hebben
tegengestemd en gezien onze inbreng naar aanleiding van het amendement zal de VVD,

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
57
met uitzondering van de heer Flos (als voorzitter van de Rekeningencommissie),
tegenstemmen.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 284 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van de stemverklaring het raadslid Ornstein, behoudens het raadslid Flos
(als voorzitter van de Rekeningencommissie).
Aan de orde is de stemming over de voordracht onder agendapunt 8.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Ornstein voor een
stemverklaring.
Mevrouw
ORNSTEIN
(stemverklaring): Hiervoor geldt hetzelfde als bij punt 7.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 254 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van de stemverklaring van het raadslid Ornstein, behoudens het raadslid
Flos (als voorzitter van de Rekeningencommissie).
Aan de orde is de stemming over de voordracht onder agendapunt 9.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 255 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
22
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van het Instellingsbesluit projectbureau Wibaut aan de Amstel (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 229).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Gazic.
Mevrouw
GAZIC:
Iets totaal anders, Wibaut aan de Amstel. In één woord: klasse.
College en stadsdeel Oost/Watergraafsmeer: klasse. Niet alleen omdat u de herprofilering
van de Wibautstraat eindelijk gaat uitvoeren. De Wibautstraat en de wijk eromheen
verdienen al langer een degelijke opknapbeurt. De eerste oproep van de bewoners en
ondernemers om van de lelijke Wibautstraat de mooiste straat van Nederland te maken,
dateert immers uit 1993. Klasse, voornamelijk omdat dit een mooi voorstel is. Wat mijn
fractie hierin aanspreekt, is het voorstel om een projectbureau in te stellen met de
toepasselijke naam Wibaut aan de Amstel, dat erop moet toezien dat er meer samenhang
komt tussen losse bouwprojecten onderling en de omgeving. Nog mooier is het voorstel
om het groen van de parken aan de oostkant zoals het Oosterpark en Frankendael te
verbinden met het blauw van de Amstel met de Wibautstraat als middelpunt. De
Wibautstraat als blauwgroen middelpunt met goede publieke voorzieningen. De
Wibautstraat als blauwgroene boulevard met allure. Als u dit vergelijkt met de huidige
saaie, grijze Wibautstraat wordt het een hele verbetering. Om er zeker van te zijn dat dit
mooie tekentafelplan ook mooi en leefbaar wordt en dat buurtbewoners, studenten,
ondernemers en toeristen echt van deze blauwgroene omgeving kunnen genieten, wil ik

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
58
namens mijn fractie een motie indienen om meer rood op de Wibautstraat te krijgen. In
deze motie vragen we het college om een onderzoek te doen naar snelheidsbeperkende
maatregelen die rustiger rijgedrag moeten bevorderen zonder – VVD, let hier goed op –
dat de bereikbaarheid van het centrum en de doorstroming van het verkeer in de knel
komen. Bijkomend voordeel hiervan is dat er meer ruimte aan de zijkanten ontstaat voor
bijvoorbeeld een mooie rode bloemenstrook.
De
VOORZITTER
deelt mee dat de volgende motie is ingekomen:
40°
Motie van het raadslid Gazic c.s. inzake Instellingsbesluit projectbureau
Wibaut aan de Amstel (onderzoek naar snelheidsbeperkende maatregelen en/of
versmalling van de rijstroken in de Wibautstraat) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 295).
De motie maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Pinxteren.
Mevrouw
VAN PINXTEREN:
Heel kort. GroenLinks vindt het een heel mooie
visie. Wij nemen graag dit instellingsbesluit omdat we blij zijn dat het masterplan Wibautas
nu eindelijk opgepakt wordt.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Buurma-Haitsma.
Mevrouw
BUURMA-HAITSMA:
Ook de VVD is heel positief over de voorgestelde
bestuurlijke samenwerking waardoor de stagnatie van de bouwprojecten wordt
doorbroken. Samenwerking met Oost/Watergraafsmeer in de vorm van een coalitiemodel
past hier goed bij. De VVD kan zich voor het grootste deel vinden in de visie Wibaut aan
de Amstel met uitzondering van hoofdstuk 3, het programma Bereikbaarheid,
duurzaamheid en luchtkwaliteit. Hierbij maken wij een voorbehoud omdat nog niet
duidelijk is wat de gevolgen hiervan zijn. Wij denken dan aan het parkeerregime, het
verplicht CO
2
-neutraal bouwen en dergelijke. De VVD is positief over het nieuw op te
richten projectbureau Wibaut aan de Amstel en verwacht een grote verbetering van dit
stuk stad.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Bakker.
De heer
BAKKER:
Ik sluit me aan bij de positieve woorden van de vorige
sprekers. Het is goed dat we nu proberen de potentie te benutten die de Wibautstraat wel
degelijk heeft om een aantrekkelijke stadsstraat te worden. Ik denk dat de motie daaraan
een bijdrage zal leveren. Het is een project dat voor heel Amsterdam van belang is. De
gemeenteraad staat toch weer op een tamelijk grote afstand. Wij hebben weer een
marginaal toetsende rol. Misschien is dat goed, maar ik weet nu al dat dit de nodige
wrevels bij ondergetekende zal oproepen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Van Poelgeest.
Wethouder
VAN POELGEEST:
Ik dank de raad voor alle waarderende woorden
voor het plan dat voorligt. Ik ben blij dat het idee om een apart projectbureau op te richten
raadsbreed wordt ondersteund. De heer Herrema zal iets over de motie zeggen.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
59
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Herrema.
Wethouder
HERREMA:
Het projectbesluit gaat niet over de rijbanen en de
breedte ervan. Daarover zullen we ongetwijfeld nog in de commissie gaan spreken. Er zijn
overigens al goede ideeën om het iets anders te gaan doen dan we aanvankelijk van plan
waren en juist aan de zonzijde een veel groter voetgangersgebied te maken. We zijn
bezig het project te verbeteren met de huidige inzichten. Ik vind het geen probleem om de
motie te steunen en te onderzoeken of versmalling of andere snelheidsbeperkende
maatregelen kunnen. Ik zeg er wel bij dat dit onderdeel is van het Hoofdnet Auto.
Daarvoor hebt u zelf een aantal spelregels afgesproken. Doorstroming is er een van. U
weet ook dat een slechte doorstroming in ieder geval leidt tot een slechtere luchtkwaliteit.
We zullen een afweging moeten maken als we alle onderzoeksgegevens hebben.
Daarover zullen we dan in de commissie verder met u in discussie gaan.
(De heer
FLOS:
Ik val een beetje van mijn stoel. Deze wethouder heeft
namelijk een paar maanden geleden nog heel duidelijk laten weten dat
een versmalling van de Wibautstraat volstrekt onverantwoord is omdat het
verkeer nu al vaststaat, zowel aan de noordkant als aan de zuidkant. Nu
hoor ik deze zelfde wethouder opeens zeggen dat hij versmalling wel ziet
zitten. Wat is er in de tussentijd veranderd? Is de Noord/Zuidlijn opeens
jaren eerder klaar? Wat heeft uw mening doen veranderen?)
Als u de tekst leest, zult u ervan overtuigd zijn dat dit een verstandige weg is. Het
gaat hier niet om minder rijstroken, het gaat om versmalling van de stroken die gepland
zijn. Dat is iets anders dan datgene waarover de vorige keer gediscussieerd is, namelijk of
er minder rijstroken zouden moeten komen. Deze motie vraagt om te onderzoeken of de
rijstroken die in het profiel staan dat we in de raad hebben vastgesteld iets smaller zouden
kunnen worden. Dat is iets anders dan waar we het de vorige keer over hadden. We
moeten zelfs u kunnen overtuigen dat dit misschien verstandig is, mits aangetoond is dat
het de doorstroming niet belemmert.
De discussie wordt gesloten.
Aan de orde is de stemming over de motie-Gazic c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr.
295).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Flos voor een stemverklaring.
De heer
FLOS
(stemverklaring): Wij zullen tegen de motie stemmen. De motie
beoogt duidelijk om rijstroken te versmallen en daarmee de snelheid te beperken. Dat is
volgens mij in strijd met het collegeakkoord dat een doorstroomsnelheid van gemiddeld
15 km/u voorstaat. Als we dit zelfs op de hoofdwegen doen, waar de stad de weg op gaat,
is dat volgens mij zelfs in strijd met het collegeprogramma en zouden de collegepartijen
dit niet moeten willen. Bovendien is het bij uitstek slecht om op de hoofdassen het verkeer
op te houden. Dat is slecht voor de luchtkwaliteit. We zijn bezig met groene golven en
dergelijke. Een strook van 2,8 m waar ook vrachtauto’s over rijden, in de buurt van de
Noord/Zuidlijn, lijkt ons een veel te smalle basis – zowel letterlijk als figuurlijk – om
verantwoord met het verkeer om te gaan. Wij zullen daarom vol overgave tegen deze
motie stemmen.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
60
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Manuel voor een stemverklaring.
De heer
MANUEL
(stemverklaring): Ik sluit me aan bij de woorden van de heer
Flos. Op de Wibautstraat mag je 50 km/u rijden. Als er harder wordt gereden, dan moet er
gehandhaafd worden en moet een verlaging van de snelheid niet op deze manier tot
stand worden gebracht. Ik heb ook het idee dat dit de veiligheid zou kunnen schaden
omdat er op de Wibautstraat ook wat bredere auto’s rijden, de heer Flos zei het al. Dit lijkt
me geen goed plan.
De motie-Gazic c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 295) wordt bij zitten en opstaan
aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat de motie-Gazic c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr.
295) is aangenomen met de stemmen van de VVD, CDA en D66 tegen.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 229 van afd. 1 van het Gemeenteblad.
23
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van het Welstandskader Rieteiland Oost (Gemeenteblad afd. 1, nr. 267).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Bakker.
De heer
BAKKER:
Het kan kort, want het gaat over de schoonheid van
Amsterdam en de schoonheid van ons aller Mokum is zoals wij allen weten fenomenaal.
In de commissie was er enige discussie over de vraag of het wel helemaal goed gaat. Die
discussie is nog volop aan de gang. Daarbij kwam ook de vraag aan de orde: als de raad
iets anders wil, dan moet u bij het welstandskader aan de bel trekken. Daar wordt de
schoonheid geregeld. Toen kwam, het is niet waar, het Welstandskader Rieteiland Oost
aan de orde. Er bestond enige ongerustheid over de strenge ordening van de platte daken
en ik dacht: ik ga eens kijken of ik daar iets aan kan veranderen. Het amendement beoogt
mogelijkheden te bieden om speelse accenten aan te brengen in de misschien enigszins
strenge Mondriaanse ordening van het eilandenrijk IJburg waarbij de uitgangspunten van
het welstandskader ongewijzigd blijven. Het zal geen janboel worden. Er ontstaat vrijheid
om verschillende soorten daken te realiseren, meer is het niet. Daarvoor heb ik een
amendement gemaakt dat gesteund wordt door D66, de VVD en het CDA.
De
VOORZITTER
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
41°
Amendement van het raadslid Bakker c.s. inzake Welstandskader
Rieteiland Oost (daken) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 296).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan mevrouw Van Pinxteren.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
61
Mevrouw
VAN PINXTEREN:
De heer Bakker heeft de discussie hierover in de
commissie aangezwengeld. Wij zullen dit amendement niet steunen omdat het een
verschrikkelijk mooi welstandskader is. Misschien wordt ik een beetje aangezien als
onderdeel van de architectuurmaffia en daarom heb ik de vox populi in mijn fractie
gepeild. Mijn fractie steunt mij in mijn afwijzing van dit amendement omdat wij er bij een
mooi welstandskader op vertrouwen dat dit een mooie eenheid wordt. Wij hebben geen
behoefte aan een heleboel andere dakvormen daar. Bij andere welstandskaders gaan wij
graag opnieuw in discussie.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Olij.
De heer
OLIJ:
Wat moet ik daar nog aan toevoegen, anders dan dat de vox
populi bij ons iets groter is? De heer Bakker heeft een bijzonder ongelukkig moment
gekozen, want hier mogen niet alleen maar platte daken. Lessenaarsdaken mogen ook en
u wilt er nu ook nog zadeldaken bij. Het moet niet te gek worden. De plaatjes zijn weinig
Mondriaans, dus wat u zegt, klopt niet. Het ziet er verschrikkelijk mooi uit en ook de
mensen in mijn fractie die wel eens iets anders willen, vonden dit heel netjes en heel
mooi. Wij zullen de motie dus niet steunen.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Van Poelgeest.
Wethouder
VAN POELGEEST:
Ik doe graag ook nog een duit in het zakje in deze
discussie. Ik begrijp wel een beetje waar de opmerkingen van de heer Bakker vandaan
komen. In eerdere planvorming op IJburg stonden heel rigide voorschriften waarbij meen
ik zelfs elk schuin dak was uitgesloten. De vraag is echter of u de vorige oorlog moet
willen winnen bij uitgerekend dit welstandskader. Ik ben het zeer eens met de woorden
van mevrouw Van Pinxteren. Er ligt een heel mooi en goed onderbouwd welstandskader
voor. Als u alle dakvormen vrijlaat, dan willen mensen hun eigen paleisje gaan bouwen. Ik
heb een heel mooie opsomming gekregen van de verschillende dakvormen die er in de
wereld zijn. Zadeldak, puntdak, wolfseinde met of zonder overstekken. Er zijn allerlei
vormen mogelijk en het is de vraag of het de kwaliteit van het gebied ten goede komt. Een
tweede argument dat u misschien overtuigt om de motie in te trekken, is dat
cataloguswoningen met lessenaarsdaken of platte daken nauwelijks te vinden zijn. Als u
wilt voorkomen dat mensen bij wijze van spreken even bij Ikea langsgaan en een
cataloguswoning uitkiezen, dan moet u dit voorschrift juist wel opnemen. Dat dwingt hen
ertoe hun eigen woning te ontwerpen. U zet hiermee juist de deur open voor dingen die u
volgens mij ook niet wilt.
(De heer
MANUEL:
Ik denk dat de heer Bakker en mevrouw Buurma-
Haitsma, en misschien ikzelf ook wel, in de commissie de voorlopers zijn
in een discussie over de vraag hoe we ervoor kunnen zorgen dat de
nieuwbouw
in
Amsterdam
architectonisch,
stedenbouwkundig,
programmatisch interessanter wordt. We hebben er verschillende
gesprekken over gevoerd met diverse deskundigen, architecten en
stedenbouwkundigen, maar ook met mensen van de welstand. Wij krijgen
als raadsleden eigenlijk steeds het verwijt dat wij hen zo strak inkaderen,
zowel bij bestemmingsplannen als bij welstandskaders. Het is opmerkelijk
dat zowel mevrouw Van Pinxteren als de heer Olij zegt dat dit een mooi
welstandskader is. Het is een kader, maar wat is mooi? Is een puntdak
hier per definitie niet mooi? Wij proberen iets meer vrijheid te creëren met

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
62
dit amendement, maar ik begrijp dat de meerderheid van de raad zich
toch strak aan de teugels laat houden. Dat is jammer, maar we zullen hier
zeker mee doorgaan.)
De heer Manuel zegt: hoe we ervoor kunnen zorgen dat we de nieuwbouw weer
interessant maken. De impliciete redenering daarbij is dat de nieuwbouw in deze stad niet
interessant zou zijn. Dat wil ik bestrijden. We winnen er prijs na prijs mee. We hebben een
zeer sterke stedenbouwkundige traditie in deze stad. Ik ben het met u eens dat we het
nog beter willen, maar het gaat mij veel te vlug om te zeggen dat er geen interessante
nieuwbouw in deze stad plaatsvindt.
(De heer
MANUEL:
Ik heb niet gezegd dat er geen interessante
nieuwbouw in deze stad is. Ik heb gezegd dat we hiermee de nieuwbouw
interessanter proberen te maken.)
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Bakker.
De heer
BAKKER:
Het schrikbeeld dat de heer Van Poelgeest ons voortovert met
allerlei cataloguswoningen boezemt mij totaal geen angst in. Het rijk geschakeerde
dakenpalet vind ik zelfs buitengewoon aantrekkelijk. Het geschetste welstandskader blijft
overeind, want we moeten niet de suggestie wekken dat alles nu van tafel is. Er worden
wel degelijk een paar uitgangspunten geformuleerd. Dit is totaal geen ramp en kan zelfs
bijdragen aan een leukere woonomgeving voor mensen die dit per se willen. Ik handhaaf
dus mijn amendement.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Olij.
De heer
OLIJ:
In mijn enthousiasme ben ik vergeten te zeggen dat het volk
natuurlijk ook verdeeld kan zijn. Dat zou bij de stemming zo dadelijk wel eens kunnen
blijken. Er is nog hoop.
De discussie wordt gesloten.
Aan de orde is de stemming over het amendement-Bakker c.s. (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 296).
Het amendement-Bakker c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 296) wordt bij zitten
opstaan aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat het amendement-Bakker c.s. (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 296) is aangenomen met de stemmen van SP, D66, CDA, VVD en zes leden
van de PvdA voor.
De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt
mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 267 van afd. 1 van het Gemeenteblad, met
inachtneming van de daarin als gevolg van aanneming van het amendement-Bakker c.s.
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 296) aangebrachte wijziging.
24

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
63
Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008
inzake delegatiebesluit Wet ruimtelijke ordening (projectbesluit) (Gemeenteblad afd. 1, nr.
268).
De
VOORZITTER
geeft het woord aan de heer Olij.
De heer
OLIJ:
Hier kunnen we kort over zijn, want volgens mij is er weinig
verdeeldheid over. Het is wel een heel belangrijk punt, de delegatie door de raad aan het
college van het nieuwe artikel 19. Dat gaat het projectbesluit heten. Ik heb daarover een
amendement. We hebben er in de commissie uitvoerig over gesproken. Wij vinden het
nog maar de vraag of we door moeten gaan met het toepassen van artikel 19 ofwel het
nieuwe projectbesluit. Wij snappen echter ook dat het college verder moet. Wij stellen
daarom voor om de delegatie slechts voor een half jaar te verlenen. In de tussentijd
vragen wij het college de voor- en nadelen van de toepassing van het projectbesluit uit te
zoeken. Wij komen er dan over een half jaar weer op terug.
De
VOORZITTER
deelt mee dat het volgende amendement is ingekomen:
42°
Amendement van het raadslid Olij c.s. inzake delegatiebesluit
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 297).
Het amendement maakt deel uit van de beraadslaging.
De
VOORZITTER
geeft het woord aan wethouder Van Poelgeest.
Wethouder
VAN POELGEEST:
Ik heb in de commissie al gezegd dat het college
hier geen bezwaar tegen heeft. Het lijkt ons heel goed om dit te doen omdat hierover
geen misverstand mag bestaan.
De discussie wordt gesloten.
Aan de orde is de stemming over het amendement-Olij c.s. (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 297).
Het amendement-Olij c.s. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 297) wordt bij zitten en
opstaan aangenomen.
De
VOORZITTER
constateert dat het amendement-Olij c.s. (Gemeenteblad afd.
1, nr. 297) met algemene stemmen is aangenomen.
De voordracht wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming goedgekeurd; de
raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 268 van afd. 1 van het Gemeenteblad,
met inachtneming van de daarin als gevolg van aanneming van het amendement-Olij c.s.
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 297) aangebrachte wijziging.
De
VOORZITTER
schorst de vergadering om 16.45 uur.

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
64
INDEX
229 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van het Instellingsbesluit projectbureau Wibaut aan de Amstel ............10, 57
253 Voordracht van de Rekeningencommissie van 6 juni 2008 inzake verslag van de
Rekeningcommissie over de rekening 2007...............................................................7, 31
254 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 8 april 2008 tot
kennisneming van het jaarverslag en vaststelling van de jaarrekening over 2007 ....8, 31
255 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van de jaarrekeningen over 2007 van de stadsdelen..............................8, 31
256 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
vaststelling van de Voorjaarsnota 2008............................................................................8
257 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
toekenning van een financiële bijdrage vanuit Amsterdam Topstad aan Amsterdam
University College .............................................................................................................8
258 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van de Bijzondere subsidieverordening investeringsregeling ondernemers
kansenzones.....................................................................................................................9
259 Voordracht van het college van burgemeester en wethouder van 27 mei 2008 tot
kennisneming van het Aanwijzingsbesluit economische kansenzones............................9
260 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
wijziging van de Verordening op de Wet op de sociale werkvoorziening (invoering
persoonsgebonden budget bij begeleid werken Wet sociale werkvoorziening)...............9
261 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 juni 2008 tot
wijziging van de Verordening van op de Wet sociale werkvoorziening (invoering
cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening) ............................................................9
262 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van de Verordening tot wijziging van de Afstemmingsverordening Wet werk
en bijstand (verruiming afstemmingsmogelijkheden) .......................................................9
263 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008 tot
vaststelling van Plan van Scholen 2009-2012..................................................................9
264 Preadvies van het college van burgemeester en wethouders van 10 juni 2008 op de
notitie 'Kafka in de maatschappelijke opvang' van het raadslid mevrouw Van Doorninck
van 1 oktober 2007, getiteld: Kafka in de maatschappelijke opvang (nr. 442 van 2007),
en de reactie op de openstaande vragen naar aanleiding van de motie nr. 81 van
21 februari 2007 van het raadslid mevrouw Sargentini ..................................................10
265 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van het actieplan Goederenvervoer, de Verordening tot wijziging van de
Verordening op de stadsdelen en de Verordening tot wijziging van de Verordening op
de heffing van leges........................................................................................................10
266 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 juni 2008 tot
vaststelling milieueffectrapport Herontwikkeling Zeeburgereiland ten behoeve van de
tervisielegging in het kader van de Wet milieubeheer en artikel 19 van de Wet op de
ruimtelijke ordening.........................................................................................................10
267 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van het Welstandskader Rieteiland Oost...............................................10, 60
268 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 inzake
delegatiebesluit Wet ruimtelijke ordening (projectbesluit) ........................................11, 62

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
65
269 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 4 maart 2008
inzake Visie Zuidas en stedenbouwkundige aspecten 11 juni 2008: Definitieve
standpuntbepaling Zuidas...............................................................................................11
270 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2008 tot
vaststelling van de herziening grondexploitatie voor plannummer 529.02, Cornelis
Douwesterrein, deelgebied Nul.......................................................................................11
271 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2008
inzake bestemming van de opbrengst van de uitgifte in erfpacht van ‘De Lasloods’ en
de ‘De Smederij’ voor het project NDSM-werf deelgebied Oost en de
beschikbaarstelling van een anticiperend grondexploitatiekrediet voor het deelgebied
Oost.................................................................................................................................11
272 Preadvies van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2008 op de
motie van het raadslid mevrouw Willemse c.s. inzake meerjarenafspraken marktpartijen
over de bouw van marktwoningen ..................................................................................11
273 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2008 tot
kennisneming van het stedenbouwkundig programma van eisen Cruquiuskade/Czaar
Peterstraat, vaststelling van de grondexploitatiebegroting project N43, hoek
Cruquiuskade en Czaar Peterstraat, stadsdeel Centrum, en beschikbaarstelling van een
krediet voor de grondexploitatie......................................................................................12
274 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 1 april 2008 tot
kennisneming van het MeerjarenInvesteringsPlan van het vereveningsfonds en
vaststelling van wijzigingen in de dekking van de proceskosten....................................12
275 Voordracht van het college van burgemeester en wethouder van 20 mei 2008 inzake
financiële prikkels bouwproductie ...................................................................................12
276 GEHEIM.....................................................................................................................17
277 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008 tot
vaststelling van het plan Voorrang voor een Gezonde Stad en preadvies op de notitie
van de heer Flos van 19 december 2008, getiteld: Slimme keuzen voor een schone
lucht; Beloon Schoon II (nr. 710 van 2007) ....................................................................12
278 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2008 tot
kennisneming van het investeringsprogramma en beschikbaarstelling van een
voorbereidingskrediet voor het Amsterdams Metro System (AMSYS)...........................16
279 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 22 april 2008 tot
vaststelling van het definitief ontwerp voor het metrostation Kraaiennest......................16
280 Voordracht van het college van burgemeester en wethouder van 17 juni 2008 inzake
advies aan het dagelijks bestuur van de Stadsregio Amsterdam met betrekking tot de
concept-Tariefverordening Stadsregio Amsterdam ........................................................17
281 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 19 februari 2008
tot kennisneming van het onderzoeksrapport ‘Toekomst Carré’ inzake het Koninklijk
Theater Carré ....................................................................................................................8
282 Notitie van het raadslid mevrouw M.M. van der Pligt van 10 juni 2008 getiteld:
Amsterdamse Werkcentrale: hoe de SP-Amsterdam mensen uit de bijstand aan het
werk wil helpen .................................................................................................................2
284 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders inzake reactie van het
college op het verslag van de Rekeningencommissie over de jaarrekening 2007 en op
het verslag inzake de controle van de jaarrekening over 2007 van de gemeente
Amsterdam..................................................................................................................8, 31
285 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders inzake school Kop
Java.................................................................................................................................11

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
66
286 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 29 mei 2008
inzake bepalen van de ambitie van Amsterdam betreffende het WK Voetbal 2018 en de
Olympische Spelen 2028................................................................................................17
287 Voordracht van de Rekeningencommissie inzake onttrekking aan reserve
meerwaarde afkoopsommen erfpacht ........................................................................7, 31
290 Motie van het raadslid Mulder inzake jaarrekening 2007 (SISA) ..............................38
291 Motie van het raadslid Ivens c.s. inzake verbetering verantwoordingsinformatie .....45
292 Motie van het raadslid Van Drooge inzake de jaarrekening 2007 (Dienst Zorg en
Samenleven)...................................................................................................................47
293 Motie van het raadslid Hoogerwerf c.s. inzake jaarrekening 2007 (omgang reserves)
........................................................................................................................................48
294 Amendement van het raadslid Ornstein inzake jaarrekening 2007 (meerwaarde
afkoopsommen erfpacht) ................................................................................................41
295 Motie van het raadslid Gazic c.s. inzake Instellingsbesluit projectbureau Wibaut aan
de Amstel (onderzoek naar snelheidsbeperkende maatregelen en/of versmalling van de
rijstroken in de Wibautstraat) ..........................................................................................58
296 Amendement van het raadslid Bakker c.s. inzake Welstandskader Rieteiland Oost
(daken)............................................................................................................................60
297 Amendement van het raadslid Olij c.s. inzake delegatiebesluit ................................63
Afschrift van een brief van de heer B. van Drooge, vice-president Airport KLM aan de
leden van de Tweede Kamer, Eerste Kamer en het Europees Parlement van 13 juni
2008 inzake een goed netwerk van vliegverbindingen boven Amsterdam in het kader
van het milieubeleid van de KLM......................................................................................4
Brief van de heer Asscher, wethouder Onderwijs, van 18 juni 2008 inzake raadsvoorstel
Plan van Scholen 2009-2012............................................................................................6
Brief van de heer drs. C.J. Kalden, directeur van Staatsbosbeheer van 1 juni 2008 inzake
jaarverslag 2007 van Staatsbosbeheer ............................................................................4
Brief van de heer E. van der Burg, fractievoorzitter VVD van 24 juni 2008 met de
mededeling dat de heer F. Beishuizen zich per direct heeft teruggetrokken als duo-
raadslid..............................................................................................................................7
Brief van de heer H.J.I.M. Rooij, hoofd van de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid van
21 mei 2008 inzake aanbieding van het rapport De examinering van het
brandweeronderwijs..........................................................................................................3
Brief van de heer mr. H. Zeilstra, waarnemend inspecteur-generaal van de Inspectie Werk
en Inkomen van 4 juni 2008 inzake rapport Stap voor Stap door de keten over
dienstverlening aan doorlopers WW/WWB.......................................................................3
Brief van de Raad voor het Landelijk Gebied van 5 juni 2008 inzake aanbieding van het
advies, getiteld: Groen opgroeien; advies voor meer samenhang in groen jeugdbeleid .4
Brief van een burger van 10 juni 2008 inzake bezwaarschrift tegen opgelegde
parkeerboete door Dienst Stadstoezicht...........................................................................5
Brief van een burger van 10 juni 2008 inzake klacht over verstrekking van aangepaste
hulpmiddelen.....................................................................................................................5
Brief van mevrouw F. Elatik, wethouder Onderwijs stadsdeel Zeeburg van 18 juni 2008
inzake brede school Kleine Kapitein Java-eiland .............................................................6
Brief van mevrouw M. van der Garde, fractievoorzitter PvdA, van 24 juni 2008 met het
verzoek tot benoeming van mevrouw H. Willemse als voorzitter van de
Raadscommissie Zorg c.a. en de heer M. Mahdi als lid van de Raadscommissie
Verkeer c.a........................................................................................................................7

Jaar
2008
Afdeling
2
Vergaderdatum 25 juni 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsnotulen
R
67
Een afschrift van de brief van mevrouw drs. E. Eshuis, voorzitter van de Amsterdamse
Raad voor de Stadsontwikkeling gericht aan de stadsdeelbesturen van De Baarsjes en
Oud-Zuid van 2 juni 2008 inzake concept-Strategienota Surinameplein .........................2
Raadsadres van de heer A.H. Vonk, namens het bestuur van de Vereniging Comité
Buurtbelang van 7 mei 2008 inzake stagnering van het verkeer op het Buitenveldertse
deel van de Amstelveenseweg ter hoogte van de afslag VUMC......................................3
Raadsadres van de heer C. Vonk, secretaris van de Vereniging Reizigers Openbaar
Vervoer (ROVER) van 10 juni 2008 inzake aanpassingen in de infrastructuur van het
railnet ................................................................................................................................4
Raadsadres van de heer C. Vonk, secretaris van ROVER, regio Amsterdam van 10 juni
2008 inzake trammaterieel................................................................................................5
Raadsadres van de heer H.E. van Baasbank, algemeen directeur Kamer van Koophandel
van 19 juni 2008 inzake Visie Zuidas ...............................................................................6
Raadsadres van de heer M. Cerit, bestuursvoorzitter van Cosmicus van 10 juni 2008
inzake aanvraag voor de stichting van een algemeen bijzondere basisschool in
stadsdeel De Baarsjes ......................................................................................................4
Raadsadres van de heer M.P. van Aelst, president en general manager van hotel Okura
Amsterdam van 13 juni 2008 inzake plannen voor een overlaadstation voor citycargo op
het Cornelis Troostplein....................................................................................................5
Raadsadres van de heer T. van der Wal, voorzitter ondernemersvereniging Zakelijk
Zeeburg van 10 juni 2008 inzake invoering preventief fouilleren in de Indische Buurt ....5
Raadsadres van een burger van 16 juni 2008 inzake uitstel nieuwbouw van de openbare
basisschool De Kleine Kapitein ........................................................................................6
Raadsadres van een burger van 20 juni 2008 inzake klacht over Welzorg betreffende
problemen bij het vervangen van een handbewogen rolstoel ..........................................7
Raadsadres van een burger van 21 mei 2008 inzake bouw van een nieuw
stadsdeelkantoor in Oud-West .........................................................................................4
Raadsadres van een burger van 22 mei 2008 inzake maffiapraktijken binnen de
glazenwassersbranche .....................................................................................................2
Raadsadres van een burger van 23 mei 2008 inzake schending van de privacywetgeving
door een stadsdeelbestuurder van Oud-West in verband met de plaatsing van een foto
van een burger op zijn website .........................................................................................3
Raadsadres van een burger van 8 juni 2008 inzake zorghotel Mentrum en buurtboerderij
in Westerpark....................................................................................................................6
Raadsadres van een burger van woensdag 4 juni 2008 inzake veiligheid van reizigers in
het openbaar vervoer........................................................................................................4
Raadsadres van Kamer en Koophandel e.a. van 4 juni 2008 inzake actieplan Voorrang
voor een Gezonde Stad....................................................................................................4
Raadsadres van mevrouw A. Terpstra, namens actiegroep Cornelis Troost van 31 mei
2008 inzake aanleg van een nooduitgang voor de Noord/Zuidlijn op het Cornelis
Troostplein ........................................................................................................................5
Raadsadres van mevrouw C. Schoenmaker-de Groot, penningmeester Stichting
Bestuursassistentie Mokum Mobiel ’99 van 18 juni 2008 inzake nacontrole
kopiefacturen over het jaar 2002-2003 fractievergoeding Stichting Bestuursassistentie
Mokum Mobiel ’ 99.............................................................................................................6
Raadsadres van MKB-Amsterdam en VNO-NCW Regio Amsterdam van 11 juni 2008
inzake plan Voorrang voor een Gezonde Stad.................................................................7
Rapport van ACAM van 4 juni 2008 betreffende bevindingen inzake
MeerjarenInvesteringsPlan van het vereveningsfonds.....................................................6