Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Gemeenteblad
Raadsvoordracht
R
1
Jaar
2008
Vergaderdatum
17/18 december 2008
Afdeling
1
Agendapunt
42B
Nummer
810
Publicatiedatum
12 december 2008
Onderwerp
Kennisneming van het stapsgewijs repareren van de voegen van stations Vijzelgracht
en Rokin van de Noordzuidlijn.
Aan de gemeenteraad
Op grond van het hiernavolgende stellen wij u voor, het volgende besluit te nemen:
De gemeenteraad van Amsterdam
Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 11 december 2008,
Besluit:
kennis te nemen van:
I
1. Plan stapsgewijs repareren voegen station Vijzelgracht en Rokin en
werkwijze en organisatie project Noord/Zuidlijn van het projectbureau
Noord/Zuidlijn (bijlage 1)
2. Oorzaak van de lekkages op basis van rapport Deltares ‘Analyse calamiteit
10 september 2008’, versie 4 d.d. november 2008 (bijlage 2)
3. Randvoorwaarden voor herstel op basis van rapport van Deltares
‘randvoorwaarden voor herstelplan’, versie 3 d.d. november 2008 (bijlage 3)
4. Plan van Aanpak herstel diepwanden stations Vijzelgracht en Rokin
(varianten afweging) d.d. 3 december 2008 (bijlage 4)
5. Brief inzake Dienst Milieu en Bouwtoezicht en de aanleg van de
Noord/Zuidlijn d.d. 1 december 2008 (bijlage 5)
6. Beoordeling ‘Plan van aanpak herstel diepwanden stations Vijzelgracht en
Rokin’ d.d. 1 december 2008 (bijlage 6)
7. De voortgang van de aanpassingen van het incidentenplan Noord/Zuidlijn en
de afstemming van het Incidentenplan op het gemeentelijk
Crisisbeheersingsplan d.d. 26 november (bijlage 7)
8. Financiële gevolgen stopzetten Noord/Zuidlijn (bijlage 8, kabinet, ter inzage
gelegd)
9. Verslag (concept) Expert Meeting over oorzaak en herstelmethode voegen
d.d. 20 november 2008 (bijlage 9)
10. Brief wethouders Herrema en Van Poelgeest d.d. 9 december 2008

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
2
II Het besluit van het College om de voorbereidende werkzaamheden tot herstel
van alle voegen in de diepwanden van de stations Vijzelgracht en Rokin te starten
door voorzieningen aan te brengen (o.a. bestellen en plaatsen van vriesinstallatie
per direct) waarna de bouwput aan de binnenzijde in februari 2009 wordt
bevroren.
De Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening,
Volkshuisvesting en Monumenten heeft op 10 december besloten dit voorstel te
bespreken in uw vergadering.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
H. de Jong, secretaris
M.J. Cohen, burgemeester
Bestuurlijke context
Aan het toekomstige metro station Vijzelgracht hebben zich bij de
ontgravingwerkzaamheden lekkages voorgedaan waardoor verzakkingen van panden
zijn opgetreden en bewoners en bedrijven zijn uitgeplaatst.
De lekkage op 19 juni 2008 deed zich voor in de diepwand ter hoogte van voeg 89/90
waardoor water en ook zand in de bouwkuip zijn gestroomd. Dit heeft ertoe geleid dat
de panden Vijzelgracht 20, 22, 24 en 26 zijn verzakt en ontruimd. De
ontgravingwerkzaamheden zijn vervolgens in overleg met de Dienst Milieu en
Bouwtoezicht (DMB) gestaakt.
Na het incident van 19 juni 2008 is door het PBNZL een plan van aanpak opgesteld
voor het uitvoeren van werkzaamheden aan de diepwanden. Dit plan is beoordeeld
door DMB, die voor de beoordeling van het plan onderzoeksbureau Deltares heeft
ingeschakeld. Alle aanbevelingen uit het beoordelingsrapport van Deltares,
waaronder het controleren van de hele wand van de bouwput met het Texplor
metingsysteem, zijn opgevolgd. Na de metingen met Texplor heeft de aannemer zijn
werkplan voor de behandeling van verdachte voegen aangepast. Dit werkplan is
vervolgens op 4 september 2008 goedgekeurd door DMB, met positief advies van
Deltares. Op 9 september 2008 zijn de ontgravingswerkzaamheden opnieuw gestart.
De lekkage op 10 september 2008 ter hoogte van Vijzelgracht 4 tot en met 10
ontstond nadat de aannemer een voeg had ontdekt die niet aan de kwaliteitseisen
voldeed. Tijdens de reparatie begon de voeg te lekken en stroomde het water met
grote kracht naar binnen. Gedurende de verdere avond en nacht is de aannemer
bezig geweest met het van binnenuit afdichten van het lek door het aanbrengen van
grond. Naar aanleiding van het tweede incident heeft de DMB de
ontgravingwerkzaamheden aan de stations Vijzelgracht en Rokin stilgelegd.
De oorzaak van de lekkage van 10 september is onderzocht door het
onderzoeksbureau Deltares in opdracht van de DMB. Dit bureau heeft tevens een
rapport opgesteld voor de randvoorwaarden voor de herstelwerkzaamheden. DMB
heeft het PBNZL verzocht om op basis van deze randvoorwaarden een herstelplan op
te stellen voor het preventief herstellen van de voegen van de stations Vijzelgracht en
Rokin, dat nu ter besluitvorming voorligt.

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
3
Over de rapporten van Deltares en het herstelplan is op 20 november door DMB een
expertmeeting georganiseerd. Op basis van deze meeting zijn de rapporten van
Deltares en het herstelplan van het PBNZL afgerond. Het herstelplan is vervolgens
getoetst door Deltares en van advies voorzien. DMB heeft, mede op basis van dit
advies, het herstelplan eveneens getoetst. DMB stemt in met de keuze van de
herstelmethode ‘vriezen aan de binnenzijde’.
Inhoudelijke toelichting
Het College heeft met dit besluit het licht op groen gezet voor het herstel van de
voegen in de bouwputten. Een belangrijke overweging hierbij is dat de kosten van de
vertraging per maand oplopen (circa 3 – 4 mln). Het College heeft nog geen besluit
genomen om over te gaan tot herstart van het ontgravingsproces. Een besluit om het
ontgraven te hervatten zal eerst voorjaar 2009 aan de orde zijn. Daarmee knipt het
College het besluit om te herstarten dus in tweeën.
Het College licht zijn besluit als volgt toe.
Omwille van de veiligheid van de panden heeft het College er voor gekozen om alle
voegen in de bouwputten op de Vijzelgracht en het Rokin preventief te dichten. De
voegen worden van binnenuit bevroren, afgegraven en dichtgemaakt om herhaling
van het incident van september zo veel mogelijk te voorkomen. Met de keuze voor
het volledig bevriezen en repareren van alle
voegen heeft het College een afweging
gemaakt tussen tijd, kosten, omgeving en risico. Deze variant biedt de meeste
veiligheid en de minste overlast voor de omgeving vergeleken met de andere
varianten.
Het College heeft besloten om nu al met de voorbereidingen te starten om geen
verdere kostbare vertraging van het project op te lopen. Aan dit herstelplan liggen ten
grondslag :
- de uitkomst van de expertmeeting naar aanleiding van de rapporten van
Deltares, dat bevriezen een goede preventieve maatregel is;
- het akkoord van de gekozen reparatie methode door de DMB;
- adekwaat toezicht door DMB en projectbureau Noord/Zuidlijn;
- het aangepast Incidentenplan Noord/Zuidlijn dat is afgestemd op het
gemeentelijk Crisisbeheersingsplan en dat in januari 2009 door het College
wordt vastgesteld.
De totale kosten van het herstel aan de panden, de vertraging in het project en de
preventieve maatregelen worden geraamd op € 50-70 miljoen, waarbij de verdeling
over drie partijen (aannemer, verzekering, gemeente) nog nader moet worden
bepaald.
De effecten van de planning en kosten op het project Noord Zuidlijn als gevolg van de
vertraging door de herstelwerkzaamheden aan de stations Vijzelgracht en Rokin
worden betrokken bij de Financiële Prognose 2009.
In het voorjaar 2009 zal het College een besluit nemen over de herstart van de
ontgravingswerkzaamheden op de Vijzelgracht en het Rokin.
De volgende voorwaarden moeten dan zijn vervuld:
- Alle voegen zijn bevroren;

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
4
- De DMB is akkoord met de herstart van de ontgravingswerkzaamheden na
goedkeuring door DMB van het aangepaste werkplan van het projectbureau
Noord/Zuidlijn;
- Het toezicht in de bouwput en de organisatie van het toezicht van zowel het
projectbureau Noord/Zuidlijn als de DMB is aantoonbaar adekwaat;
- Het incidentenplan is aangepast.
- Alle panden zijn standzeker op het moment dat ter plaatse wordt ontgraven;
- De monitoringgevens zijn in te zien op de bouwplaats;
- Er is een adekwaat monitoringsysteem voor het waarnemen van zettingen in
de omgeving gerealiseerd;
- De rapportage van de ombudsman naar aanleiding van het tweede incident,
die omstreeks februari/maart 2009 beschikbaar is, zal bij de besluitvorming
over de herstart van de ontgraving worden betrokken;
Tevens wordt in overleg met het BCU bezien of bewoners en ondernemers behoefte
hebben aan aanvullende informatie.
1. Technische oorzaken lekkages (zie ook bijlage 2)
Deltares heeft geconstateerd dat de lekkage van voeg 89/90 op 19 juni 2008 zeer
waarschijnlijk is ontstaan doordat de voegplank is achtergebleven in de
diepwandsleuf. Getracht is om dit probleem te ondervangen door aan de buitenzijde
van de voeg een preventieve maatregel uit te voeren in de vorm van een jet-grout
kolom. Deze herstelmaatregel is echter mislukt waardoor de lekkage kon ontstaan
(zie bijlage 2, pagina 6).
De lekkage van 10 september 2008 aan voeg 69/70 is volgens Deltares zeer
waarschijnlijk veroorzaakt door de aanwezigheid van een bentoniet insluiting. Deze
bentoniet insluiting heeft tot het moment van ontgraven steun gehad van de grond
aan de binnenzijde van de wand en is na ontgraving doorgebroken (zie bijlage 2,
pagina 1). Diepwanden zijn in dit project juist toegepast omdat de ervaring is dat dit
soort wanden normaliter dicht zijn (zie bijlage 2, pagina 2).
Het College heeft kennisgenomen van bovenstaande technische oorzaken van de
lekkages en de gevolgen ervan.
Met deze kennis onderzoekt het College momenteel de juridische implicaties van
deze incidenten zodat duidelijk wordt wie waarvoor verantwoordelijk kan worden
gesteld. Zodra hierover meer bekend is zal het College hierover berichten.
2. Randvoorwaarden voor herstel (zie ook bijlage 3)
DMB heeft Deltares tevens gevraagd randvoorwaarden te formuleren voor het herstel
van verdachte voegen en om verschillende varianten in beeld te brengen voor
reparatie van deze voegen, afgezet tegen de geschatte kans op een ernstige lekkage.
Die randvoorwaarden voor het herstel van de voegen luiden als volgt (zie bijlage 3,
pagina 19 -22):
Betrouwbaarheid, waarbij belangrijke aandachtpunten zijn:
o
Uitvoeringsnauwkeurigheid
Bij het uitvoeren moet rekening worden gehouden met
uitvoeringsonnauwkeurigheden. Elke herstelmaatregel heeft een zekere
onnauwkeurigheid in plaatsing, het verlopen van boorstangen etc.

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
5
o
Duurzaamheid
De herstelmaatregel moet duurzaam zijn voor tenminste enkele jaren. Zo moet de
voeg waterdicht blijven totdat de voorzetwant is gestort. Onder duurzaamheid
moet ook worden verstaan dat de maatregel toekomstige vervormingen van de
diepwand moet kunnen volgen, zonder aan effectiviteit in te boeten.
o
Heterogene ondergrond
Bepaalde hersteltechnieken zijn gevoelig voor gelaagdheid van de grond, wat kan
betekenen dat grove lagen beter afgedicht worden door de hersteltechniek dan
fijnere lagen.
o
Controle herstel maatregel
Het advies is om na de uitvoering van de herstelmaatregelen opnieuw Texplor
metingen te laten uitvoeren om de kwaliteit van de maatregel te controleren.
Uitvoerbaarheid
Het uitvoeren van de maatregel zelf mag nagenoeg geen risico opleveren voor de
omgeving en stabiliteit van de bouwputwand, daarbij moet rekening worden
gehouden met obstakels, bereikbaarheid c.q. effect in de omgeving en het risico
van het uitvoeren van de maatregel.
Bij de keuze voor een herstelmaatregel worden naast betrouwbaarheid en
uitvoerbaarheid, ook elementen als kosten en tijd meegewogen.
Op basis van bovenstaande randvoorwaarden heeft Deltares geadviseerd de voegen
preventief te herstellen. Deltares adviseert om te kiezen voor de variant ‘preventief
herstellen van alle voegen’.
Het College heeft de geformuleerde randvoorwaarden van Deltares zoals hierboven
genoemd bekrachtigd. Daarbij houdt het College nadrukkelijk ook het belang van de
stad en haar bewoners in het oog. Op basis van deze voorwaarden heeft het PBNZL
vervolgens haar herstelplan opgesteld.
3. Herstelplan voor reparatie voegen station Vijzelgracht en Rokin (zie ook
bijlage 4)
Herstelplan voegen
Op basis van de Deltares rapporten en de uitkomsten van de expertmeeting van 20
november 2008 heeft het PBNZL verschillende varianten onderzocht voor de wijze
waarop de reparatie van de voegen van zowel station Vijzelgracht als station Rokin
kan worden uitgevoerd.
In het herstelplan van het PBNZL wordt, na toetsing op de hierboven genoemde
randvoorwaarden, voorgesteld alle voegen van de stations Vijzelgracht en het Rokin
te bevriezen. Pas nadat dit heeft plaatsgevonden, kan de herstart van de
ontgravingwerkzaamheden beginnen. De reden voor het PBNZL om ook bij station
Rokin voor te stellen preventief te werk te gaan is ingegeven door het grote aantal
verdachte voegen, dat de Texplormeting hier heeft opgeleverd. Hoewel Rokin visueel
er beter uitziet dan de Vijzelgracht heeft deze objectieve meting hier de doorslag
gegeven voor dit voorstel.
De afweging van de herstel varianten ‘vriezen’
Het risicoprofiel van de variant ‘injecties’ en de 2 vriesvarianten is laag (zie ook
schema bijlage 1). De vriesvariant scoort echter iets beter dan de variant ‘injecties’

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
6
omdat er bij de laatste variant altijd een restrisico is dat de injectie niet helemaal goed
is aangebracht.
Het verschil in waardering tussen vriezen binnenzijde en vriezen buitenzijde wordt
veroorzaakt door het feit dat bij de variant vriezen aan de buitenzijde de bevroren
toestand wordt doorgezet totdat de waterdichte voorzetwand gereed is. Wanneer de
twee vriesopties zonder voorzetwand worden vergeleken en in beide gevallen alle
voegen met stalen platen worden gerepareerd dan is het risicoprofiel identiek.
De varianten vriezen aan de buitenzijde danwel de binnenzijde scoren het beste. Het
risicoprofiel van beide opties is zeer laag (i.c. kans ‘zeer klein’). Het belangrijkste
verschil tussen beide varianten is dat de kosten van vriezen aan de buitenzijde vele
malen hoger zijn dan vriezen aan de binnenzijde. Dat heeft met name te maken met
het feit bij de variant ‘vriezen aan de buitenkant’ eerst correctieve maatregelen ter
zekerstellen van de fundering van de verzakte panden aan de uitgevoerd moeten
worden voordat begonnen kan worden het vriezen. Daarbij komt dat niet alle voegen
van buitenaf bereikbaar zijn (bijvoorbeeld omdat er inmiddels een verdeelhal is
gebouwd). Dit impliceert dat deze maatregel altijd gecombineerd zou moeten worden
met andere maatregelen.
Toelichting keuze voorkeursvariant
Het College volgt het voorstel van het PBNZL dat uitgaat van de variant ‘vriezen aan
de binnenzijde’. Het College heeft bewust gekozen voor deze variant omdat deze
variant de meeste veiligheid biedt voor de omliggende panden. Het bevriezen aan de
binnenkant levert tevens minder overlast op voor de bewoners en het gebied, dan de
variant ‘vriezen aan de buitenkant’.
Vriezen aan de binnenkant
Vriezen aan de binnenkant gaat als volgt. Aan de binnenzijde worden vrieslansen op
40 centimeter uit de wand aangebracht. Daarna wordt gestart met het daadwerkelijke
vriezen. Na minimaal 3 weken is de grond bevroren. Dan kan (na akkoord door B&W)
gestart worden met ontgraven. De vriesinstallatie blijft gedurende de
ontgravingswerkzaamheden aan staan, waardoor extra veiligheid gegarandeerd is.
Wanneer de voeg blootgelegd is kan hij geïnspecteerd worden en kan er gerepareerd
worden. Alle voegen worden vervolgens voorzien van stalen platen zodat het
restrisico dat er een lekkage ontstaat als de voeg ontdooid geminimaliseerd wordt.
Op het gedeelte van de voeg dat ontgraven is, wordt de vrieslans verwijderd (dieper
blijft hij wel zitten) en dan kan de reparatie worden uitgevoerd. Omdat het ontdooien
van het bewuste gedeelte zeer langzaam verloopt (een aantal dagen) is er voldoende
tijd om de reparatiewerkzaamheden uit te voeren voordat de voeg is ontdooid. De
bevroren grond tussen de lansen en de voeg wordt weggefreesd. Omdat het fresen
veel lawaai maakt en dus hinder oplevert voor de omgeving wordt nog nagegaan of
de bevroren grond met een hittelans verwijderd kan worden.
Op deze wijze worden per ontgravingslaag alle voegen gerepareerd.
De vriesinstallatie levert geluidsoverlast op mede omdat deze 24 uur per dag 7 dagen
per week zal moeten draaien. Deze vriesinstallatie levert een geluidsniveau op van
ca. 50 dbA op 10 meter afstand. Het College heeft het projectbureau opdracht
gegeven om geluidsbeperkende maatregelen te bedenken en deze aan te brengen.

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
7
Planning
Vanaf het moment dat het College besluit tot de start van de voorbereidende
maatregelen is het tijdpad als volgt:
- Bestellen vriesinstallaties
8 weken
- Installeren en bevriezen grond
9 weken
In voorjaar 2009 kan dan besloten worden tot de herstart van het ontgraven waarna
bij een positief besluit de uitvoering start.
4. Advies Experts over oorzaken en herstel voegen
De rapportages van Deltares over de oorzaak van de lekkages, randvoorwaarden
herstel en de voorstellen van het projectbureau Noord/Zuidlijn voor herstel zijn op 20
november 2008 voorgelegd tijdens een expertmeeting met binnenlandse en
buitenlandse deskundigen. De conclusie van de expertmeeting is dat de lekkages
zich normaal gesproken alleen voordoen bij de voegen. Een lekkage in het paneel
van de diepwand wordt door de experts zeer klein geacht. De reparatiemethode die
de meeste zekerheid biedt als het gaat om het voorkomen van lekkages is het
bevriezen van voegen.
Daarnaast hebben de deelnemers geconstateerd dat de reparatiemethode van de
voegen voor de stations Vijzelgracht en Rokin hetzelfde kan zijn.
5. Werkwijze en organisatie PBNZL en DMB
Toezicht Noord/Zuidlijn
Situatie zoals die was:
In het bestek van de aannemer is het werken onder kwaliteitsborging opgenomen. Dit
betekent dat de aannemer zelf in belangrijke mate toezicht houdt op de uitvoering van
de werkzaamheden. Het toezicht vanuit de opdrachtgever beperkt zich tot het
goedkeuren van de werkplannen en het steekproefsgewijs controleren van de
kwaliteit op risicovolle werkzaamheden. Al snel na de start van de uitvoering van de
diepwanden is vanuit het Adviesbureau Noord/Zuidijn het toezicht verscherpt om
onder andere de overlast voor de omgeving te beperken.
Situatie zoals die nu is:
Momenteel is het toezicht verder aangescherpt en is sprake van dagelijks toezicht in
de bouwput. Dat wil zeggen dat het toezicht direct aanwezig is bij risicovolle
werkzaamheden van de aannemer. Ook zijn de afspraken over het informeren en
afstemmen met DMB over belangrijke momenten, de zogenaamde stoppunten in de
werkplannen en afwijkingen die tijdens het bouwproces optreden, aangescherpt.
Toezicht DMB (zie ook bijlage 5)
Binnen DMB wordt een projectorganisatie opgezet, namelijk een team Noord/Zuidlijn.
De integraliteit van de administratieve organisatie wordt hierdoor beter geborgd en de
capaciteit voor de toetsing en het toezicht wordt met circa 8 fte worden uitgebreid.
Organisatie PBNZL
Op basis van het Ombudsmanrapport en de concrete verbeterpunten (risico’s en
calamiteiten beter beheersen en verbeteren omgevingsgevoeligheid) van het College
zijn op een aantal punten direct maatregelen in gang gezet. Voor het overige worden
zij nog dit jaar uitgewerkt in een samenhangend programma van activiteiten en
inspanningen.
Tezamen met externen zijn de afgelopen maand periodieke risicosessies voor de
verschillende activiteiten uitgevoerd waarbij voor alle contracten de risico’s verder zijn
nagelopen met - waar nodig – experts (intern en extern). Per contract wordt besloten

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
8
welke risico’s kritisch zijn, welke beheersmaatregelen nodig zijn en over welke risico’s
(en op welke manier) met de omgeving gecommuniceerd wordt. De risicosessies
worden op een regelmatige basis herhaald.
Risico-assessment is niet alleen een periodiek gebeuren. Er wordt ook gewerkt aan
een groter risicobewustzijn bij de medewerkers van het projectbureau en hoe met
risico’s om te gaan richting omgeving. De afspraken over het direct melden van
mogelijke risico’s of invloeden op de omgeving zijn ook op schrift bevestigd.
De directe contacten tussen de afdelingen die veel met de omgeving te maken
hebben en de contractmanagers, HDT’s en toezichthouders worden versterkt en de
voortgangsgesprekken en rapportages expliciet beoordeeld op aandacht voor
omgeving en omgevingsrisico’s.
Daarnaast is er ook aandacht voor het vastleggen en uitvoeren van afspraken met in
het bijzonder de ambtelijke omgeving. De afspraken met de dienst Milieu en
Bouwtoezicht zijn wat dit betreft begin oktober aangescherpt en opnieuw vastgelegd.
Nieuwe (of aangescherpte) afspraken en procedures worden opgenomen in het
kwaliteitssysteem van het PBNZL.
De communicatie over de voortgang van de bouw en de risico’s die zich daarbij
kunnen manifesteren wordt ingericht op een wijze zodat sprake is van een open,
afgewogen, tijdige en systematische informatieverschaffing aan de bewoners,
ondernemers en andere betrokkenen.
6. Beoordeling ‘Plan van aanpak herstel diepwanden stations Vijzelgracht en
Rokin’ d.d. 1 december 2008 (zie ook bijlage 6)
De Dienst Milieu en Bouwtoezicht (DMB) is belast met het houden van toezicht op de
naleving van de bouwvoorschriften bij grootstedelijke projecten. Het herstelplan wordt
door DMB aangemerkt als een onderdeel van het “bouwveiligheidsplan”. Het
Projectbureau geeft, als opdrachtgever, in het herstelplan aan op welke wijze hij
veiligheid van de naburige bouwwerken tijdens de te hervatten bouw zal garanderen.
Dit voorstel is door DMB getoetst aan hoofdstuk 4 van de Bouwverordening
Amsterdam 2003. Met name is gekeken of in het herstelplan aannemelijk gemaakt
wordt dat voldaan is aan de eis dat als gevolg van bouwwerkzaamheden niet op
zodanige wijze water aan de bodem wordt onttrokken, dat een verlaging van de
grondwaterstand in de omgeving plaatsvindt, waardoor funderingen van naburige
bouwwerken kunnen worden aangetast op een wijze die de veiligheid van die
bouwwerken schaadt.
Mede op grond van het advies in het “Definitief rapport van Deltares
‘Randvoorwaarden voor herstelplan’ dd. 26 november 2008” komt DMB tot een
positief oordeel en stemt zij in met het herstelplan van het PBNZL.
7. Monitoring
Op dit moment worden verschillende vormen van monitoring gehanteerd: prisma’s
aan de gevels, automatische rekstrookjes op de stempels, automatische
inclinometers in de zijstraten en de diepwanden, automatische extensometers in de
zijstraten, automatische piëzometers en automatisch per uur gemeten peilbuizen.
Bij plotseling optredende en zelfs extreem voortschrijdende incidenten kan het
meetsysteem de gebeurtenissen niet bijhouden en heeft dan niet de mogelijkheid om
als vroegtijdig waarschuwingsysteem te functioneren. Het monitoringsysteem is niet
ontworpen om calamiteiten (zoals een doorbraak van een bentonietinsluiting in een
diepwandvoeg) per direct (bijvoorbeeld binnen een seconde) waar te nemen, of
mogelijk zelfs daar tijdig voor te waarschuwen. Het ene moment is de voeg nog dicht
en het andere moment niet meer.

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
9
In aanvulling op alle technische systemen zoals hierboven beschreven fungeren
visuele waarnemingen van de toezichthouders en de aannemer “early
warningsystem” voor de acute melding van een onregelmatigheid in de bouwput.
Daarom is met ingang van 10 september 2008 in de bouwputten Rokin en
Vijzelgracht 24-uurs (visuele) inspectie uitgevoerd. Dit blijft zo tot het moment dat het
herstel is uitgevoerd.
Het interval van de dataleverantie is ter plaatse van station Vijzelgracht verandert van
4 naar 2 uur. De toegankelijkheid van de monitoringgevens wordt uitgebreid door ze
op de bouwplaats bereikbaar te maken. Nagegaan wordt of het meetinterval van de
peilbuizen en de inclinometers kan worden verkort naar 30 minuten. Een rapportage
hierover tezamen met een rapportage over eventuele alternatieve
monitoringsystemen vindt plaats in het kader van het ontgravingsbesluit.
8. Voortgang van de aanpassingen van het incidentenplan Noord Zuidlijn en
de afstemming van het Incidentenplan op het gemeentelijk
Crisisbeheersingsplan (zie ook bijlage 7)
De directie Openbare Orde en Veiligheid heeft op verzoek van de Wethouder Verkeer
het trekkerschap voor het oppakken van de aanbevelingen uit het rapport van de
gemeentelijke ombudsman over het 1e incident Vijzelstraat d.d. 19 juni 2008 –
althans de aanbevelingen nr. 6 (2e deel zin), 7, 8 en 9 op zich genomen.
De aanbevelingen als omschreven in het rapport:
6. Zorg bij incidenten voor voldoende ondersteuning van de leidinggevenden
hierbij. (2
e
zin)
7. Zorg voor een permanent bereikbaar alarmnummer voor de Noord/Zuidlijn waar
niet alleen schades, maar ook calamiteiten kunnen worden gemeld. Maak duidelijk
dat in geval van een calamiteit 112 moet worden gebeld.
8. Zorg in geval van een incident voor snelle informatieverstrekking aan
omwonenden, bijvoorbeeld via sms.
9. Zorg bij dergelijke incidenten voor zichtbare en herkenbare opvang ter plaatse
en zorg oor aanwezigheid van een medewerker die speciaal is belast met de
communicatie met bewoners.
Globaal hebben de aanbevelingen van de Ombudsman met elkaar gemeen dat ze
zich richten tot de wijze van opvang van, en communicatie met, omwonenden ten
tijde van een incident bij de bouw van de Noord/Zuidlijn. OOV stelt voor om het
Incidentenplan NZL te gebruiken als het middel om aan de bovengenoemde
aanbevelingen nadere invulling te geven.
De aanscherpingen die OOV voorstelt op het Incidentenplan NZL richten zich op de
wijze van alarmering, opschaling volgens de GRIP-systematiek en nazorg, waarbij
met aanvullende afspraken de crisisbeheersingsprocessen van de opvang en
voorlichting nader kunnen worden uitgewerkt.
Het College zal in januari 2009 het nieuwe incidentenplan vaststellen.
9. Financiële gevolgen van stopzetten Noord/Zuidlijn
Naar aanleiding van de vraag van de Socialistische Partij (SP) over de gevolgen van
het stopzetten van de Noord/Zuidlijn heeft het College een quick scan gedaan.
De beantwoording van deze vraag gaat hierbij en is uitgewerkt in bijlage 8.
Een eerste indicatieve analyse (op basis van de huidige inzichten en afgerond op
honderden miljoenen Euro’s) laat zien dat wanneer met de aanleg van de

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
10
Noord/Zuidlijn definitief wordt gestopt de totale extra directe kosten voor de
Gemeente Amsterdam worden geschat tussen € 1 miljard en € 1,2 miljard.
Gevolgen voor de Gemeentelijke begroting
Afhankelijk van de definitieve hoogte van het benodigde budget (zie tabel in bijlage
8), is er ten opzichte van de vigerende Gemeentelijke begroting (€ 1.025 mln.) een
aanvullende Gemeentelijke dekking (afgerond op honderden miljoenen €) nodig
tussen € 400 miljoen en € 600 miljoen (exclusief drie tranches van € 22 miljoen welke
nog in de begroting 2010 t/m 2012 gedekt moet worden). Hierbij wordt uitgegaan dat
de thans ontvangen Rijkssubsidie en regionale bijdragen (totaal € 616 mln.) volledig
terugbetaald zullen moeten worden door de Gemeente.
Het advies van de Financiële Advies Groep (FAG) over de gevolgen van het stoppen van
het project NZL luidt als volgt:
De opzet voor de analyse voor de quick scan is duidelijk en logisch. De FAG kan zich
vinden in de indicatieve cijfers en is van mening dat zij volstaan voor het doel
waarvoor zij zijn geleverd. Ondanks de gehanteerde bandbreedtes zijn de cijfers
overtuigend. De FAG tekent hierbij aan dat voor een nauwkeurige raming meer
onderzoek nodig is.
10. Overige zaken
Verwerving panden
Met de eigenaren van de panden die na de incidenten van 19 juni 2008 en 10
september 2008 op enig moment op aanwijzing van het bevoegd gezag ontruimd zijn
wordt overleg gevoerd over eventuele minnelijke verwerving door de gemeente.
Het College stelt de gemeenteraad op korte termijn voor een krediet beschikbaar te
stellen voor deze minnelijke verwerving.
Onderzoek Noordlijn
Het onderzoek Noordlijn is opgestart. Hierover zal eerst een conclusie kunnen
worden getrokken als de planning en start exploitatie van de NoordZuidlijn helder is.
Boortunnel
Het plan van aanpak voor het maken van de tunnel, inclusief een extra analyse van
de risico’s en de wijze waarop deze risico’s beheerst worden, wordt tezamen met een
communicatieplan in het voorjaar 2009 aan de Commissie Verkeer en Vervoer
voorgelegd.
Burgerinitiatief
Het College van B&W heeft op 2 december 2008 besloten om het ingediende
burgerinitiatief naar aanleiding van het incident op de Vijzelgracht om advies voor te
leggen aan de Burgerinitiatief- en referendumcommissie.
Ombudsman
De aanbevelingen van het rapport van de Gemeentelijke Ombudsman over het
incident op de Vijzelgracht van 10 september 2008 zijn in februari/maart 2009
beschikbaar. Dit rapport wordt betrokken bij de herstart van de ontgraving.
Rode loper
Het College van B&W heeft tezamen met stadsdeel Amsterdam-Centrum op 2
december 2008 de Nota van Uitgangspunten voor de Rode Loper vrij gegeven voor

Jaar
2008
Afdeling 1
Nummer 810
Datum
12 december 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Raadsvoordracht
R
11
inspraak. Hiermee geeft het College o.a. invulling aan aanbeveling 10 van de
ombudsman (n.a.v. eerste twee incidenten). In januari 2009 wordt met omwonenden
en ondernemers gesproken over de inhoud van de nota.
Stukken
Meegezonden stukken
1. Plan stapsgewijze reparatie voegen station Vijzelgracht en Rokin en
werkwijze en organisatie project Noord/Zuidlijn van het projectbureau
Noord/Zuidlijn
2. Oorzaak van de lekkages op basis van rapport Deltares ‘Analyse calamiteit 10
september 2008’, versie 4 d.d. november 2008
3. Randvoorwaarden voor herstel op basis van rapport van Deltares
‘randvoorwaarden voor herstelplan’, versie 3 d.d. november 2008
4. Plan van Aanpak herstel diepwanden stations Vijzelgracht en Rokin (varianten
afweging) d.d. 3 december 2008,     -     Deel 2
5. Brief inzake Dienst Milieu en Bouwtoezicht en de aanleg van de Noord/Zuidlijn
d.d. 1 december 2008
6. Beoordeling ‘Plan van aanpak herstel diepwanden stations Vijzelgracht en
Rokin’ d.d. 1 december 2008
7. De voortgang van de aanpassingen van het incidentenplan Noord/Zuidlijn en
de afstemming van het Incidentenplan op het gemeentelijk
Crisisbeheersingsplan d.d. 26 november
8. Verslag Expert Meeting over oorzaak en herstelmethode voegen d.d. 20
november 2008
9. Commissieflap d.d. 10 december 2008
10. Brief van wethouders Van Poelgeest en Herrema inzake toezicht
Noord/Zuidlijn diepe stations d.d. 9 december jl.
Ter inzage gelegde stukken
1. Financiële gevolgen stopzetten Noord/Zuidlijn (kabinet, ter inzage gelegd)
2. Financiële gevolgen lekkage Vijzelgracht (kabinet, ter inzage gelegd)