Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad
Gemeenteblad
Schriftelijke vragen
R
1
Jaar
2008
Afdeling
1
Nummer
137
Publicatiedatum
2 april 2008
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid mevr. M.P. Meijer van woensdag
30 januari 2008 inzake uitbreiding van het platform voor de Noord-Zuidlijn in het
Damrak.
Amsterdam, 20 maart 2008
Aan de gemeenteraad
Inleiding.
Bewoners rond het Damrak hebben vorige week een e-mail ontvangen van de dienst
Infrastructuur, Verkeer en Vervoer (dIVV). In deze e-mail wordt medegedeeld dat
“begin februari 2008” (naar alle waarschijnlijkheid) de bouwvergunning verleend zal
worden voor de uitbreiding van het platform voor de Noord-Zuidlijn in het Damrak.
Gezien het vorenstaande heeft vragenstelster op 30 januari 2008, namens de fractie
van de SP, op grond van artikel 42 van het Reglement van Orde voor de
Gemeenteraad, de volgende vragen tot het college van burgemeester en wethouders
gericht:
1. Is het juist dat begin februari 2008 de bedoelde bouwvergunning verleend zal
worden?
Antwoord vraag 1:
Dienst Milieu en Bouwtoezicht verwacht dat er, na de interne
behandeling van de aanvraag en de behandeling van de ingediende zienswijzen
op de concept-bouwvergunning, in februari 2008 een besluit op de aanvraag
komt.
2. Wat heeft het college met de door de omwonenden ingediende zienswijzen
gedaan?
Antwoord vraag 2:
De Dienst Milieu en Bouwtoezicht behandelt namens het
College de zienswijzen van de omwonenden en neemt die mee in de beoordeling
van de bouwaanvraag. De Dienst Milieu en Bouwtoezicht heeft besloten geen
hoorzitting te houden. De zienswijzen zoals deze zijn ingediend waren duidelijk en
nadere toelichting was niet nodig. In het besluit op de aanvraag zal schriftelijk op
alle ingediende zienswijzen worden ingegaan. Het Projectbureau Noord/Zuidlijn
heeft daarvoor informatie geleverd aan de Dienst Milieu en Bouwtoezicht.

Jaar
2008
Afdeling
1
Nummer 137
Datum
2 april 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteblad
Schriftelijke vragen
, woensdag 30 januari 2008
R
2
3. Indieners melden ons van de gemeente (nog) geen enkele reactie te hebben
ontvangen op de door hen ingediende zienswijzen. Is dit juist? Zo ja, welke
verklaring heeft het college hiervoor?
Antwoord vraag 3:
De Dienst Milieu en Bouwtoezicht heeft besloten geen
hoorzitting te houden. De zienswijzen zoals deze zijn ingediend waren duidelijk en
nadere toelichting was niet nodig. In het besluit op de aanvraag zal op alle
ingediende zienswijzen schriftelijk worden gereageerd.
4. Is de bouwvergunning, die u wilt gaan verlenen, gewijzigd ten opzichte van de
versie op grond waarvan de betrokkenen een zienswijze hebben ingediend?
Antwoord vraag 4:
Het bouwplan waarvoor de aanvraag is ingediend is niet
gewijzigd ten opzichte van het bouwplan waarop de concept-bouwvergunning is
gebaseerd. Wel is met de omwonenden gesproken over wijzigingen in het gebruik
van het platform.
5. Is het college van mening dat als indien de indieners nog geen inhoudelijke
reactie hebben gehad op hun zienswijze het merkwaardig overkomt als de
gemeente nu al wel aankondigt begin februari 2008 een bouwvergunning te gaan
verlenen?
Antwoord vraag 5:
De Dienst Milieu en Bouwtoezicht verwacht in februari 2008
een besluit op de aanvraag om bouwvergunning te nemen. Tegelijk met het
besluit wordt bekendgemaakt op welke wijze er op de zienswijzen wordt
gereageerd.
Op basis van deze verwachting worden door het Projectbureau Noord/Zuidlijn de
plannen nader uitgewerkt en gecommuniceerd naar de omgeving.
6. Kan het college aangeven hoe dit volgens het college bestuursrechtelijk geregeld
is? Is het toegestaan te beginnen voordat de beroepstermijn verstreken is?
Antwoord vraag 6:
Het is bestuursrechtelijk toegestaan met de werkzaamheden
te beginnen op het moment dat de Dienst Milieu en Bouwtoezicht op de aanvraag
van de bouwvergunning besluit de bouwvergunning te verlenen.
Belanghebbenden, die zienswijzen naar voren hebben gebracht, kunnen een
beroepschrift indienen alsmede een verzoek om voorlopige voorziening indienen
bij de Rechtbank Amsterdam. Woordvoerders van de omwonenden hebben
aangedrongen op een snel besluit op de bouwaanvraag, zodat - in het geval dat
de bouwvergunning wordt verleend - op korte termijn het verzoek om voorlopige
voorziening kan uitgaan.
7. Is het juist dat het college de palen voor de uitbreiding van het platform gaat trillen
en slaan, in plaats van schroeven? Voor het platform dat er nu ligt, is geschroefd.
Bovendien is aan de bewoners beloofd dat er meer rekening met hen zou worden
gehouden, wanneer het gaat om overlast. Wanneer er toch gekozen wordt voor
trillen en slaan, kan het college dit dan uitleggen?

Jaar
2008
Afdeling
1
Nummer 137
Datum
2 april 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteblad
Schriftelijke vragen
, woensdag 30 januari 2008
R
3
Antwoord vraag 7:
De palen voor de uitbreiding van het platform zullen deels
geschroefd en deels getrild/geslagen worden. Circa tien palen op een afstand van
minimaal 30 meter van de bebouwing worden getrild. Alleen de laatste meters
van deze palen worden geslagen, dit is noodzakelijk voor de draagkracht van de
paal. Het materieel dat bij het Damrak staat voor het aanpassen van steigers van
een rederij (ook ten behoeve van de Noord/Zuidlijn), zal ook worden gebruikt bij
het trillen/slaan van een aantal palen voor het platform. Zo kunnen de
werkzaamheden worden gecombineerd en hoeft het materieel niet twee keer te
worden aangevoerd. Door te trillen/slaan kunnen de palen bovendien sneller
worden aangebracht en is er daardoor minder verstoring voor de
rondvaartrederijen bij het Damrak. Een deel van de palen staat namelijk rond de
oostelijke doorvaart van de Nieuwe Brug, de enige doorvaart naar het Open
Havenfront.
De overige circa zes palen worden geschroefd. De keuze voor geschroefde palen
nabij de panden en de kademuur ter hoogte van de Nieuwebrugsteeg is gestoeld
op het beperken van de overlast voor de omwonenden en reductie van de kans
op schade aan de kade en panden. Deze palen worden op een later tijdstip vanaf
een andere locatie gerealiseerd dan de eerder beschreven palen.
8. Aan de bewoners is beloofd de communicatie van de gemeente met de bewoners
te verbeteren. Kan het college uitleggen hoe op grond van de vragen 1 t/m 7 en
uw antwoorden hierop gesproken kan worden van een verbeterde communicatie
van de gemeente met de bewoners?
Antwoord vraag 8:
Het Projectbureau Noord/Zuidlijn verwacht de
bouwvergunning in februari 2008 te verkrijgen. Op basis hiervan is de omgeving
van het Damrak per e-mail (25 januari j.l.) en huis-aan-huis via een informatiebrief
(1 februari j.l.) op de hoogte gesteld van het voornemen om te starten met de
uitbreiding van het bestaande platform zodra de bouwvergunning is verleend.
De omgeving van het Damrak is in de afgelopen periode nauwgezet geïnformeerd
over de aanvraag van de nieuwe tijdelijke bouwvergunning voor het platform in
het natte Damrak. Op 10 en 18 juli 2007 hebben informatiebijeenkomsten
plaatsgevonden
over het boorproces vanaf het natte Damrak en de aanvraag van de nieuwe
tijdelijke bouwvergunning voor het platform (aanleiding en procedure).
Omwonenden en bedrijven zijn hiervoor schriftelijk uitgenodigd. De presentatie en
de verslagen van deze bijeenkomsten zijn verstuurd naar de aanwezigen en huis-
aan-huis verspreid rond het Damrak. In een begeleidend schrijven is aangegeven
vanaf wanneer en waar de aanvraag kon worden ingezien en wanneer de
publicatie van het ontwerpbesluit vrijstelling bestemmingsplan werd verwacht.
Op 15 november 2007 is een extra informatiebrief verspreid met daarin
aanvullende informatie over de door de vergunningverlener gevolgde procedure
bij de behandeling van de aanvraag en informatie over twee wijzigingen ten
opzichte van de oorspronkelijke ingediende aanvraag.
Tijdens de informatiebijeenkomsten heeft het Projectbureau Noord/Zuidlijn
aangegeven dat zij graag in overleg met de omwonenden wil bekijken op welke
manieren eventuele hinder als gevolg van het boorproces kan worden beperkt of
gecompenseerd. Daarover is de afgelopen maanden intensief gecommuniceerd.
Ook heeft het Projectbureau Noord/Zuidlijn in de periode september 2007 –

Jaar
2008
Afdeling
1
Nummer 137
Datum
2 april 2008
Gemeente Amsterdam
Gemeenteblad
Schriftelijke vragen
, woensdag 30 januari 2008
R
4
januari 2008 contact gezocht met bewoners/eigenaren van een woning met direct
uitzicht op het natte Damrak op de adressen Warmoesstraat 10, 12, 16 en 18.
Tot op heden zijn bij dertien van de zeventien huishoudens huisbezoeken
afgelegd om vast te stellen wat de persoonlijke situatie van de bewoners is en op
basis daarvan in kaart te brengen welke maatregelen de hinder voor een
specifieke bewoner of huishouden zouden kunnen beperken of compenseren. Op
dit moment onderzoekt het projectbureau Noord/Zuidlijn welke maatregelen
toegepast kunnen worden. Binnenkort ontvangen de betrokkenen een bericht
over de stand van zaken.
In januari heeft een verkennend gesprek plaatsgevonden tussen de wethouder
Verkeer, de Gemeentelijke Ombudsman en het Projectbureau Noord/Zuidlijn.
Afgesproken is dat de Gemeentelijke Ombudsman in vervolg op dit gesprek met
het Projectbureau Noord/Zuidlijn de vragen- en klachtenafhandeling bespreekt en
eventuele verbeteringen aangeeft.
9. Wordt er vergunning verleend voor de hele aanvraag (inclusief de hal) of voor een
gedeelte? Kunnen de bewoners/ondernemers de aanvraag waarvoor de
vergunning verleend gaat worden inzien?
Antwoord:
De bouwvergunning wordt verleend voor de hele aanvraag. Zolang de
procedure loopt, kunnen omwonenden de aanvraag bij de Dienst Milieu en
Bouwtoezicht inzien. Dit is bekend gemaakt in de informatiebrieven genoemd bij
vraag 8. De termijn voor het indienen van zienswijzen is echter verstreken.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
H. de Jong, secretaris
M.J. Cohen, burgemeester