Bron             : Raad
Onderwerp        : Preadvies op de notitie van het raadslid Arda, getiteld:
                   Alternatieve watermodellen Rokin (nr. 311 van 1999).
Portefeuille     : Wethouder Verkeer
Afd./Pol. partij : Ruimtelijke Ontwikkeling Infrastructuur en Beheer
Datum Raad       : 16-06-99
Besluit          : conform besloten
Datum publikatie : 14-06-99
Gemeenteblad nr. : 315

Nr. 315. Preadvies op de notitie van het raadslid Arda, getiteld: Alternatieve watermodellen Rokin (nr. 311 van 1999). Amsterdam, 14 juni 1999. Aan de Gemeenteraad Naar aanleiding van de notitie van het raadslid Arda van 2 juni 1999, getiteld: Alternatieve watermodellen Rokin (Gemeenteblad afd. 1, nr. 311), merkt ons College op dat alle daarin voorgestelde varianten mogelijk zijn en wat betreft kosten vergelijkbaar zijn met het in onze voordracht van 25 mei 1999 inzake de inpassing van stations voor de Noord-Zuidlijn in de binnenstad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 267) vermelde bedrag van 31,1 miljoen gulden (exclusief BTW). Een keuze voor een van de watermodellen betekent een onrendabele investering in de parkeergarage. Afhankelijk van de aannames met betrekking tot het tarief dient voor maximaal fl 3.700.000 dekking te worden gevonden. De alternatieve watermodellen voldoen aan de onder andere door de Amsterdamse Raad voor de Monumentenzorg in zijn adviezen in verband met het historisch stadsbeeld uitgesproken voorkeur voor een royaal (dat wil zeggen 12 tot 15 meter breed) watermodel. Over circa 50 meter van de 250 meter (20% dus) is het breedste alternatieve watermodel smaller dan 12 meter (het smalste gedeelte is bij benadering 11,20 meter). Het aanzien en de bruikbaarheid van het water zijn in de alternatieve voorstellen beter dan in het watermodel uit onze voormelde voordracht. Een weliswaar breder water, maar zonder bomen aan weerszijden en langs de westzijde, met weinig of geen stoep, is echter volgens ons College stedenbouwkundig minder waardevol dan het voorgestelde plein met bomen. Voordelen hiervan zijn, zoals reeds in onze voormelde voordracht is uiteen- gezet, een uitbreiding van de schaarse verblijfsruimte in dit deel van de binnenstad, de betere daglichttoetreding en ligging van de controlehal in het metrostation, de vrijwaring van fietsers voor kruisend autoverkeer uit de parkeergarage en de mogelijkheid voor een fietsenstalling. Daarom handhaaft ons College het voorstel, vermeld in onze voordracht inzake de inpassing van stations voor de Noord-Zuidlijn in de binnenstad, om in te stemmen met het pleinmodel voor de herinrichting van het Rokin en de inpassing van het station Rokin als grondslag voor het definitief ontwerp.